PETER BERGER en de jurk – “Smakelijk!” schatert de jurk. “Alleen een walvis kan het tij nog keren.”…



“Geloof maar niet dat het nog uitmaakt,” pruttelt een doffe meisjesstem uit een prachtlijf dat gehuld is in iets wat je geloof ik een mannelijke jurk zou kunnen noemen. “Stemmen.” Het standpunt meteen helder: “We gaan naar de klote.” Met hoofdletters. Hoe dan ook. Niemand! Over links of over rechts. Goede bedoelingen. Kamerclowns. SOS. De koers is gezet. Paniek. Waterval. Volgens.

Nou kom ik in de nachttrein wel vaker ondergewaardeerde psychoten of andere onbestemde profeten tegen, maar deze helderziende raakt een heikel punt. “Het politieke bestel staat bol van uitgesmeerde macht. Wie waarover gaat is volstrekt troebel. Een beetje zoals destijds met die rommelhypotheken, weet u nog?” De jurk beweegt, de lippen strak. “Ik weet dat je van haar houdt. But no worries! Eva redt zich wel.” What the fuck? Eva? Liefde? Dat is een mondvol. Overrompeld door dit statement vraag ik wat Eva in godsnaam met politiek te maken heeft en haar er voortaan buiten te laten. Een vrolijke schaterlach klatert van de zachtroze lippen. “Tout. Et rien.” 

Keynes. Marx. Nietzsche. Hawking. Bohr. Einstein. De hele mik komt in een razende lawine voorbij. Godsdiensten erna. Woordenbrei. Pffff. Dan suist de deur open: Station Leiden. Salvation. Ik heb trek in een kroket. Goulash of saté. Hapklaar uit de muur. Pinnen. Hoge hakken klikken voorbij. “Smakelijk!” schatert de jurk. “Alleen een walvis kan het tij nog keren.” Het is de piep in mijn oren. Dat doffe.

Peter Berger

Share This:

Rob Mientjes wint de enige echte virtuele – verzoent u zich  met  het afnemen van de betekenis der dingen – trofee op pomgedichten punt nl

dank aan alle inzenders voor de mooie gedichten ingezonden naar aanleiding van de publicatie Alja Spaans prachtbundel  – het langzaam voorovervallen – de zondagochtendwedstrijd genereert prachtige gedichten – het thema vanuit vele kanten belicht waarbij de esthetiek en het activisme niet worden geschuwd zijnde ook functies van de poëzie. ik kies deze week voor de taalkracht die Rob Mientjes in zijn woorden heeft gelegd. op indringende wijze weet hij van proza poëzie te maken. van een zakelijke tekst – een oproep – een dichtwerk met sprankelende taalkracht – van harte! goud voor Rob Mientjes.


Goedenavond Pom,

Verzoening met de afname van de betekenis van dingen een trieste zaak. Het raakt mij als kei. Immers zo voelt het, de verlorenheid. Hard,  rotslos en door alle goden verlaten. Een sirene die niet loeit maar huilt.


Betekenisvol leg ik de hand onder mijn kei. Emoties mogen never nooit niet afnemen. Mijn Elvis huilt glitters en ik juich tranen. Kom op zeg, bekijk het eens even. Zie, luister,  tast, ruik, kus en zoen. 


Vrij vrij en aard aardig. Laat de dingen met rust. Het zijn zijn, het onverklaarbare onverklaard. Ding niet naar dingen. Noch intrinsiek noch excentriek. Laat muziek muziek. 


Het enige ding dat telt, niet zo moeilijk, is uiteindelijk de liefde. Toch?


Groet,
Rob Mientjes

we lezen een indringend en zeer indrukwekkend en voor zijn doen ook helder in ieder geval zeer krachtig betoog van Rob – poëzie moet en kan ook een daad van verzet zijn – en dat is het hier zeker. ik vind het een prachtig poëtisch betoog – dichter legt zich niet neer bij het afnemen van de betekenis der dingen – ik lees hier bijna de levenslust en de aanmoedigingen het leven en het lieven te vieren van een Simon Vinkenoog terug. op deze wijze kan poëzie ook zijn waarde bewijzen in de kracht van de woorden het leven in vuur en vlam.
  • Rik van Boeckel – Laat het leven duren
  • Erika De Stercke – dat er hoop is 
  • Frans Terken: alsof het tasten is in het donker 
  • Rob Mientjes: de verlorenheid
  • Anke Labrie: de woorden wankelen 
  • Vera van der Horst: de veerman, het licht de horizon
  • Paul Bezembinder: die noodlottige decemberdag
  • Ditmar Bakker: als alles minder wordt. buiten deelname wedstrijd
wie wint de enige echte virtuele – verzoent u zich  met  het afnemen van de betekenis der dingen – trofee op pomgedichten punt nl? laten we ons deze week inspireren door de thematiek in de nieuwe prachtbundel van ALJA SPAAN:  ‘het langzaam voorovervallen’

laat ik Alja nog een keer kort citeren: “Dames de B.  en Z. zitten in de hal al te wachten, handen in hun schoot. Mevrouw de B. zou later zeggen dat ze geen idee had waarop…” – of hoe de tijd genadeloos inwerkt op de mens – trofee.

hoewel de trage teloorgang van een mens al door alja prachtig is verwoord wellicht zweeft er ergens nog iets van poëzie rond die we zo graag leggen op de tijd, op het leven of op de teloorgang van de mens en de  dingen. u kent de regels: gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak  – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.

 

voor haar

ik zal haar troosten als ze verdrietig is
een dekentje over haar heen leggen
als ze slaapt in haar stoel

alle stekkers weer in het stopcontact doen
de wc ontstoppen als ze de kattenkorrels weer

ik zal op tien plaatsen hetzelfde briefje neerleggen
elke dag voor haar koken en haar geheugen zijn
en ik zal chocola kopen omdat ze dat lekker vindt
 
pom wolff


Het licht van de toekomst

Laat het leven duren
jaren nemen langzaam toe
bitter of verwonderd

muziek maakt jou jong
danst met de tijd mee
verfijnt komende maanden

herinnering zingt het heden
naar de oorsprong van verleden
ademt beelden van nu en toen uit

verwonder om de hoek zo luid
dat de gang nimmer verzaakt
de toekomst stilaan licht aanraakt.

Rik van Boeckel
16 september 2023

een bijna onmogelijk thema, nouja nogal moeilijk door mij verwoord – de teloorgangtrofee is aan de orde en wie wil daar nou aan? het verbaast mij niet echt dat het Rik lukt om de woorden in een dimensie van tijd en ruimte te plaatsen – we lezen een beetje shaffys – huil, bid lach, werk en bewonder – rik van boeckel kiest altijd de aangename optimistische kant van het leven en biedt de levenslust alle ruimte. hoe en waar en wanneer dan ook.



leeftijd 

heb jij het leven in handen 
laat het einde op de metalen 
instrumenten achter
gun ze geen traan of woord
al hoort het bij het bestaan

zeg
wat we willen horen  
in een onverbloemde taal
dat er hoop is 
de wereld nog kan ademen   
vermoedens kunnen slapen

Erika De Stercke 

onze Erika wil er niet helemaal aan lees ik in dit mooi kort gehouden aansprekende gedicht. ze geeft goede raad op hoopvolle wijze – roept op sterk te zijn in de eerste strofe – gun ze niks die doktoren – laat de wereld met jou daarbij ademen in de tweede.



Dag Pom, 
el een overgang, van ‘verwachting’ naar het ‘langzaam voorovervallen’.
Maar mooi om bij beide thema’s stil te staan.
Zo wordt ook een gedicht ‘geboren’.
Weekendgroet, 
Frans


Onmacht

Zie ik hoe jij de lippen krult 
maar woorden je ontvallen 
in de schemer van je achterhoofd

een begin van leegloop
die gaandeweg in je neerdaalt
bij zoeken naar wat kwijtraakt

alsof het tasten is in het donker 
hier en daar nog iets vinden
maar niet meer weten wat het is

flarden opvangen die ergens nog 
naar herkenning ruiken
een vleug van een oude geur

aarzelend een handgebaar 
waar je je even aan vasthoudt

dat het bij zwaaien blijft
de onmacht van uitzwaaien 


© FT 16.09.2023

Frans beschrijft vrij natuurlijk en precies de toestand waarin we komen te verkeren – bijna een eindpunt – een gedicht over wat allemaal verloren gaat en over het beetje aan beweging wat ons na verloop van tijd dan nog rest. hoe lichaam en geest in harmonie aan het slotstuk beginnen. en inderdaad na onze gedichten over de tijd vol verwachting en de geboorten van Liva en Fiene – ook in de teloorgang worden gedichten geboren.


het hijgend hert voert haar
door het gewiste 
landschap van haar leven

hoog gaat ze 
dan weer laag 
de woorden wankelen 
de klanken binnen 

de melodie 
verweven met haar kinderjaren
is vastgeklonken aan haar geest

versleten op haar schoot 
de plattegrond
een zwart gekafte bundel
goud op snee

anke labrie 

het hijgend hert doet mij denken aan de horeca in bloemendaal waar je met je vader na een fietstocht een flesje limonade met wat zoetigheid op verantwoorde wijze voorgeschoteld kreeg. in ieder geval iets van vroeger -(het toeval wil dat op de zuil enige horecawoorden te lezen zijn) – maar dat terzijde – ook anke kiest voor de beschrijving van de teloorgang en kiest daar een paar sprekende voorbeelden voor uit. je kunt over 1000 dingen schrijven het is aan de dichter te kiezen – anke kiest voor mooie taal die ze op een persoon legt zacht en met liefde.

De dood en de weg erheen
klinken meestal zo mooi in poëzie
de veerman, het licht de horizon
de berusting en sluiks verlangen

De pijn en angst, klinken nooit rauw
en worden zelden met naam genoemd
maar behoedzaam ingestopt
in wollige metaforen

Ik voel me bevoorrecht dat ik
dichters ken en vraag aan hen
mij te laten sterven
in hun mooiste woorden.

Vera van der Horst

Vera schreef in een begeleidend schrijven dat het gedicht nog maar en idee is en verder uitgewerkt moet worden – dat ben ik met haar eens – fijn als mensen meteen hun eigen recensie toevoegen aan hun eigen gedicht haha. van de strofen een en twee moet nog poëzie gemaakt – strofe drie niets meer aan doen die is perfect. die strofe kan ook prima alleen een gedichtje zijn. ze moet uitkijken dar ik die niet aan haar graf…



Baadster

Was hij als jongen uit zijn lood
toen hij haar zomaar baden zag
en heel zijn leven voor hem lag,

meer nog uit zijn lood stond hij
op die noodlottige decemberdag
dat hij zijn zieke echtgenote zag.

Hij zag niet hoe, hij zag niet wat.
Een zuster hielp haar net uit bad.

Paul Bezembinder

een kleinood, in de zin van kostbaar taalmateriaal gekneed en gevormd door de dichter – prettig lopend rijm en in een achttal regels het thema getroffen en de lezer.

Ditmar B
10:48
ingezonden helaas na de deadline


DE LIJSTER

Die zanger is bekend bij iedereen;
midzomers vliegt hij luid door bossen heen
en doet de stammen ronken als voordien.
Hij noemt ’t blad oud, zegt ‘qua bloei, verhoudt weer
zomer tot lente zich als één tot tien.’
Hij zegt—de vroege bladerval geschiedt
in peer- en kersenbloesemregens neer
op dagen dat men haast geen wolkje ziet.
Hij zegt, bij neergang die ook najaar heet,
dat ’t stof der wegen al bedekt, compleet.
Hij zou als elke vogel zijn, en stil,
wist hij niet, zingend, wat aan zang toch schort.
De vraag, die men in woorden vatten wil,
is wat te doen als alles minder wordt.

Ditmar Bakker

Share This:

DITMAR BAKKER vertaalt! 17 weken de reeks ‘Sonnets From An Ungrafted Tree’ van Millay – 6


Toen brak de droom.

De reeks ‘Sonnets From An Ungrafted Tree’ werd, al experimenterend, door Millay gemaakt, en, tja, grossiert in prachtig leedwezen. Het heeft me vrij veel werk en tijd gekost om de ruwe omzettingen, die je website sierden, te schaven en politoeren naar contemporaine(r) werkjes, later dan 1975 wordt ’t niet denk ik—zelfs van een telefoon wordt in de reeks geen gewag gemaakt, wel van grutters die maar ‘bezorgers’ zijn geworden e.d.—maar ach, Millay stierf zelf al 25 jaar daarvoor, en deze reeks bleef onafgerond(?). Het líjkt echter grotendeels gaaf, en behelst het ziekbed-en-sterven van een man, bezien door de bril van zijn vervreemde wederhelft, die terugkeert naar hem als hij ziek is (ondanks het feit, dat zij niet van hem houdt, wat dat dan ook precies moge zijn—hier verwijs ik graag naar het andere werk van Millay) en hem verzorgt tot het eind. Ik stuur je de eerste negen, van de zeventien, oorspronkelijke sonnetten en hun schaduwrijke fluisterstem in het Nederlands toe. Geniet, of niet!

Liefs!
D.


VI.

Ze opende de kelderdeur, wat aarz’lend,
stapte de keuken in, en zag het spoor
daar op de vloer van modderige laarzen,
een stapel aan pakketjes stond ervoor
op het aanrecht; ze knipte heel voorzichtig
de touwtjes door, vouwde de tassen met
beleid op, nadat zij ze evenwichtig
(zou een kind denken) open had gezet.
’t Was nauwkeurig, simpel werk… maar vertier,
verveling voegden zich vervaarlijk samen
totdat uiteindelijk toch die vragen kwamen:
‘Wie zet nou frisdrank daar? En suiker hier?’
Toen brak de droom. Stil pakte zij een dweil,
prikte de bon op de bekende spijker in de stijl.


Then cautiously she pushed the cellar door
And stepped into the kitchen — saw the track
Of muddy rubber boots across the floor,
The many paper parcels in a stack
Upon the dresser; with accustomed care
Removed the twine and put the wrappings by,
Folded, and the bags flat, that with an air
Of ease had been whipped open skillfully,
To the gape of children. Treacherously dear
And simple was the dull, familiar task.
And so it was she came at length to ask:
How came the soda there? The sugar here?
Then the dream broke. Silent, she brought a mop,
And forced the trade-slip on the nail that held his razor strop.

Ditmar Bakker vertaalt

Share This:

VON SOLO schrijft van zich af – ‘De Übe-Airbnb-globetrotter die op de centen van zijn vader en de subsidies van de Nederlandse staat een jaartje pretstudie meepikt…’



Zojuist ben ik het Muizengaatje gepasseerd. De passage van mijn blanke compound naar het Oude Noorden. Ik duw mezelf de helling op. Uit tegengestelde richting komt een Latijns-Amerikaans typ aan op een nieuwe swapfiets. Hij fiets tegen het verkeer in. Als hij straks naar beneden suist en bij het bochtje onderdoor het viaduct komt, zal hij een zeer gevaarlijke situatie veroorzaken. Die bocht is namelijk totaal onoverzichtelijk en je verwacht daar daarom ook geen tegenliggers. Dus als hij daar de helling afkomt en het tunneltje in gaat en van de andere kant komt er iemand, dan is dat een zekere botsing. Nu swappert hij wat ongemakkelijk mij voorbij. Zijn gezichtsuitdrukking zou ik het best vergelijken met een cavia die net te veel hooi op heeft en zich afvraagt wat voor groot dier hij likkebaardend voor zicht zich bij het aanschouwen van een grote poes. In Vlaanderen zouden we zeggen, een onnozelaar.

Maar hij komt er waarschijnlijk mee weg. Het gaat bij dat soort lui nooit fout. En als het dan toch fout gaat, dan speelt hij dom. Hij spreekt de taal niet, kent de gebruiken niet. En hoe kon hij dat dan ook weten. Nederland is zo ingewikkeld. Een swapfiets huren dat gaat dan nog wel. Hij is van de generatie die alle dure gemakken van het leven als norm beschouwt. De Übe-Airbnb-globetrotter die op de centen van zijn vader en de subsidies van de Nederlandse staat een jaartje pretstudie meepikt, alvorens weer ergens anders de tussenjaren te vullen en wat expat-appartementen onder te schijten.

Maar hij is niet de enige die zo leeft. Het lijkt of dit symptomatisch is voor alle ‘gen-Z-ers’, of hoe je dat tuig ook wilt noemen. Onnozel en dom te spelen wordt tot kunst verheven. En heel verongelijkt te doen als er iets misgaat. En vooral ontkennen, dat er iets zou zijn, dat je er zelf aan had kunnen doen. De wereld om je heen is er namelijk om dienstbaar te zijn aan jij, jij, jij!!! En als je dat lang genoeg volhoudt, dan ga je er zelf in geloven. Dat creëert een hele generatie slachtoffers, die ook nog eens niet kunnen bevatten hoe dit hen had kunnen overkomen. 

VON SOLO
DICHTER, COLUMNIST,  PERFORMER EN CINEAST
Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl
Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl 

Share This:

Merik van der Torren noemt het als volgt: ‘droevig filosoferen’ (zie foto)


Hoi Pom,
 Een impressie van zo’n zomerse dag in september van Betty, Buitenzorg en ik, groet, Merik



Betty in Buitenzorg

Hondje Betty, je lijkt droevig te filosoferen
over het leven, staande naast mij
staar je in de verte

en op deze prachtige nazomerse dag in
de schaduw van de notenboom
in de tuin in Buitenzorg,
kijk je maar eens de andere kant op, Betty.

Ik zie een koolwitje fladderen naar de buren,
dan is het even goed,
laten we een rondje lopen.

Merik van der Torren

Share This:

Peter Posthumus: “zo jongen” zei hij – “ben je daar uiteindelijk”

” zo jongen ” zei hij
” ben je daar uiteindelijk “

Hoi Pom,Hierbij een  ( nagekomen ) ‘ moeder gedicht ‘ :


De deurbellen ooit gepoetst
en glimmend op een rij
maar nu, die van tweehoog
aan een draadje door de deur geboord
de andere hing erbij
die van driehoog was verdwenen

van tweehoog werd geschreeuwd
daarna hoorde ik z’n stem
iets later z’n bleek gezicht
de rimpels en ogen die
geen hardheid konden weerstaan


” zo jongen ” zei hij
” ben je daar uiteindelijk “
en toen ook
” Nee moeder niet, nee
die is al jarenlang
niet meer onder ons

Peter Posthumus

Share This:

FIENE is geboren – een zondagskind – welkom in het leven FIENE

met Frans Terken schreef ik wekenlang ‘over en weer’ in afwachting van onze kleindochters – en nu zijn ze er – LIVA en FIENE – welkom in het leven hier – hoe zij de wereld mooier zullen maken – in ieder geval voor de opa’s frans en pom. onder het item leest u bij de ‘#terken en wolff over en weer’ alle gedichten vol verwachting en blijdschap – zo u dat wenst. vader en moeder – frans en familie van harte!


Lieve Fiene

Zoals het in de sterren stond
aangekondigd maanden geleden
het begin van leven met echo’s omlijst
nu als zondagskind gekomen

fiene als de ware fine fleur
geboren op deze septemberdag
die in alle toonaarden geschiedenis schrijft
klein meisje in ons leven verschenen

je komst nog onverwacht
draagtijd niet tot het einde gehouden
de hitte van deze zondag getrotseerd
om het licht van de wereld te zien

en wie je zo onmetelijk liefhebben
je stoere moeder en vader de schatten
aan je zijde die je voeden en verzorgen
om dag na dag groter te groeien

zijn ook wij oma’s en opa’s oneindig blij
jouw aanwezigheid die ons bestaan verrijkt


© FT 11.09.2023

kleindochter FIENE en opa Frans

ik dacht hoe mooi zal kleindochter Fiene zijn
en hoe gearmd zal haar opa lopen op het leidseplein

gearmder nog nog gearmder
wist ik kan compleet niet zijn


pw

Share This:

PETER BERGER in de super: ‘Gehuld in een slobberend zilverkleurig trainingspak klemt ze zich onhandig vast aan een kneiterwit stepje dat, hier in de supermarkt, een blok aan haar been is…’



Ik denk dat ze uit Polen komen. Het klinkt ver weg een beetje zoals Braziliaans, maar dan anders. Minder zangerig ofzo. Pools. Maar misschien komen ze van elders. Mars? De langste van de twee, de twintig net voorbij, heeft opgeschoren zwart haar, dat van boven lang en steil is. Als een Netflix viking. Net onder de haargrens, vlak boven beide oren, oogt haar huid grauw en droog. Gehuld in een slobberend zilverkleurig trainingspak klemt ze zich onhandig vast aan een kneiterwit stepje dat, hier in de supermarkt, een blok aan haar been is.

De andere dame, druk gebarend als een opgeschoten tiener, is getooid met wel duizend dunne rode springerige vlechtjes. Madame Medusa. Hoogstens achttien lentes. Popperig klein van stuk, lijkt ze geen keuze te kunnen maken tussen een zak met van die roze varkentjes en een grootverpakking zure matten. De biggetjes mogen blijven. De matten gaan terug. Pardoes het schap in.

De lange, in vlekkeloos zilverwit, heeft haar oog inmiddels laten vallen op een pak chocolate chip cookies, maar ook die worden na enige aarzeling teruggelegd. Ik denk dat het te maken heeft met haar smetteloze outfit. Zoiets vraagt om discipline. Kraakhelder. Doe maar een pak van die gesuikerde kokosbiscuitjes, gebaart Medusa. Daar! Wel zo veilig. Onderweg naar de kassa grist ze nog twee blikjes fris uit het koelschap. Betalen doen ze bij de zelfscan. Ieder voor zich.

Eenmaal buiten zorgt het fietsje voor flink wat spektakel. Eerlijk is eerlijk. Het ding stuitert, surft en tolt als een bezetene. Viking girl blijkt een meesterpilot. Verderop is de canal parade. Het is er gezellig druk. Rond de gracht. Pride in Leiden. Ergens bij horen. Meedoen. Het moet, maar ik ga voor een rondje om de singels. Solo. Wel zo rustig. Something just smacked into Jupiter. Een komeet ofzo.

Peter Berger

Share This:

Anke Labrie – de poëziekoningin uit a’dam zuid in het programma van Merik van der Torren – POËZIE- EN MUZIEKMIDDAG OP 10 SEPTEMBER in de OBA van het Olympisch Kwartier 1500 uur


berlijn was mooi – overdag en at night – voor wat betreft de poëzie zien we elkaar live op op zondagmiddag met een prachtig jazzy poëzieprogramma zie de gegevens hieronder – met open podium en mogelijk ook een bezoekje van de dichter Karel Wasch – mooi middagje poëzie in 020. welkom! deze week nog even geen wedstrijd op de pom!! als u een BERLIJNGEDICHT heeft liggen dan plaatsen we het in dit item graag.
seeyouzoen – seedichbald – xxxiejesnel

POËZIE- EN MUZIEKMIDDAG OP 10 SEPTEMBER
in de OBA van het Olympisch Kwartier, Laan der Hesperiden 18 – 1500 uur

PROGRAMMA POËZIE- EN MUZIEKMIDDAG OP 10 SEPTEMBER
in de OBA van het Olympisch Kwartier, Laan der Hesperiden 18


Muziek
Frans Bakker (zang en gitaar ),
Frank “Jazzpainter” Paavo (saxofoon ), Lucienne Köhler (zang )

Poëzie
Gerrit Mol
Anke Labrie
Pom Wolff
Mirjam Al
Lucienne Köhler
Merik van der Torren
Muziek
Open Podium
PAUZE
Tweede ronde, zelfde programma


Aanvang : 15. 00 uur
Inloop 14.30 uur
Presentatie : Pom Wolff
Toegang gratis ; consumpties vrijwillige bijdrage (graag pinnen )

zolang een dichter nog 
met woorden spelen kan 
kan hij altijd reizen  
naar waar hij maar wil

er is een binnenwereld
groter dan die buiten 
waar hij de regels maakt
en zelf de scepter zwaait

vliegen is hier overbodig 
die wereld ligt vlakbij
en mocht die ook vergaan
dan is de dichter vrij 

anke labrie
(09-04-2023) 
 


 









Share This:

DITMAR BAKKER vertaalt! 17 weken de reeks ‘Sonnets From An Ungrafted Tree’ van Millay – 5

hijgend, en hopend dat hij niets zou merken

De reeks ‘Sonnets From An Ungrafted Tree’ werd, al experimenterend, door Millay gemaakt, en, tja, grossiert in prachtig leedwezen. Het heeft me vrij veel werk en tijd gekost om de ruwe omzettingen, die je website sierden, te schaven en politoeren naar contemporaine(r) werkjes, later dan 1975 wordt ’t niet denk ik—zelfs van een telefoon wordt in de reeks geen gewag gemaakt, wel van grutters die maar ‘bezorgers’ zijn geworden e.d.—maar ach, Millay stierf zelf al 25 jaar daarvoor, en deze reeks bleef onafgerond(?). Het líjkt echter grotendeels gaaf, en behelst het ziekbed-en-sterven van een man, bezien door de bril van zijn vervreemde wederhelft, die terugkeert naar hem als hij ziek is (ondanks het feit, dat zij niet van hem houdt, wat dat dan ook precies moge zijn—hier verwijs ik graag naar het andere werk van Millay) en hem verzorgt tot het eind. Ik stuur je de eerste negen, van de zeventien, oorspronkelijke sonnetten en hun schaduwrijke fluisterstem in het Nederlands toe. Geniet, of niet!

Liefs!
D.


V.

Ze hoorde voor het huis een busje stoppen,
de stap van de bezorger die zij kende
kwam nader en haar hart ging sneller kloppen,
als bij een bange korhoen, en ze rende,
schoof weg de grendel—dan kon hij vrij werken;
verstopte zich ter kelder tot hij ging,
hijgend, en hopend dat hij niets zou merken
van de -door haar vluchtige aanraking-
wiegende stoel. Zuur, klam, rees van beneden
weer damp omhoog, doordrongen van de kou;
ze zag de houten trap zich eng en nauw
de aarde instorten, waar zout de treden
vol kieren vrat; en tot ze hem weg wist,
bleef staan, al luist’rend, kijkend naar een sinaasappelkist.


A wagon stopped before the house; she heard
The heavy oilskins of the grocer’s man
Slapping against his legs. Of a sudden whirred
Her heart like a frightened partridge, and she ran
And slid the bolt, leaving his entrance free;
Then in the cellar way till he was gone
Hid, breathless, praying that he might not see
The chair sway she had laid her hand upon
In passing. Sour and damp from that dark vault
Arose to her the well-remembered chill;
She saw the narrow wooden stairway still
Plunging into the earth, and the thin salt
Crusting the crocks; until she knew him far,
So stood, with listening eyes upon the empty doughnut jar.

Share This: