Merik van der Torren – herinnering aan een wonderlijke ontmoeting

een herinnering aan een wonderlijke ontmoeting met buurman Jan in de Govert Flinckstraat, groet, Merik

Burenhulp

Plotseling stortte regen neer.
Ik moest op weg.

Ik deed de deur open,
klaar voor de douche,

zag buurman Jan
voor zijn huis staan.

“Net voor de bui binnen,” zei hij
en verdween in zijn trapgat.


Merik van der Torren

Share This:

Peter Posthumus over een ontrouwe vriend: geld!


Voor, met en door geld
geldt dat geld
kan klinken, rollen en verdampen
zweven in cyberspace


je geld, je beste vriend
waaraan je altijd denken moet
hij houdt je onafhankelijk
zorgt dat je
je zaakjes regelen kan


die ontrouwe vriend
altijd meer of minder
te weinig, nooit te veel
hij is de joker
in het kaartenhuis
hij is het alibi
voor wat je doet met tegenzin
of tegen beter weten in.


Peter Posthumus

Share This:

de herfstgedichten van Antony Oomen 4 – ‘in terminale buiteling…’


Geen appel

Ik ben het verschoten boomblad
Vlak voor het zich ter aarde stort
Dat dit gaat met horten en stoten:
Ik ben geen appel, ik val verder

Ik dwarrel op de windvlaag neer
Onooglijk blaadje, belofteloos
Loof, mijn laatste restje geestdrift
Gedoofd in terminale buiteling

Al wat ik doe is uit liefde, ook dit
Een kale kruin laat meer zon door
Minder gebladerte aan de boom

Meer maan, meer goud en zilverlicht
Ik stel mijn hele wezen beschikbaar
Een moment waan ik mij vrij

© Antony Oomen
15.X/2022
Amsterdam

Share This:

klussen en slopen met Peter Berger


Klusjesdag? Rien ne va plus! Naast het voormalige schapenkot stond nog de stronk van een boom die zich lang geleden vanuit de wortel tot vijf flinke stammen had ontwikkeld. Ik heb dat vijfkoppige monster al een jaartje of wat geleden omgelegd. Gisteren was eindelijk de stronk aan de beurt. De houten kolos was nog immer snoeihard. Maar het kreng is gone! Hoera kettingzaag. Er was ook nog een ander karweitje op mijn lijstje blijven staan: in de backyard nota bene. Ik vergeet soms bijna dat er zich achter het huis ook nog een flinke lap grond bevindt. Waarop een navelhoog hek stond dat ooit de ganzen en kippen in toom hield. Een geit ook nog geloof ik. Een obstakel was het. Dat hek. Een onkruidklimrek bovendien. Gistermiddag gesloopt. Job done! Genoeg is genoeg. Vandaag alleen de boel binnen kuisen en dan de plaat poetsen. Volgende week haring op het strand. Ook lekker.

Peter Berger

Share This:

Vera van der Horst wint de enig echte virtuele – ‘Laat me zijn een beven zonder harnas… ‘- naar de dichtregels van Mandy Mariska Eggerding  op pomgedichten punt nl – Peter Posthumus zilver

prachtige gedichten deze week bij een verfijnd thema: ‘Laat me zijn een beven zonder harnas… ‘- naar de dichtregels van Mandy Mariska Eggerding. dank aan de dichters die hun kwetsbare woorden wilden delen in de wedstrijd die geen wedstrijd is. maar toch delen we deze week goud en zilver uit – aan vera van der horst – goud voor haar vasalisachtige gedicht dat uitstijgt boven al hetgeen geleefd is – moest worden – om het gedicht te kunnen schrijven. en zilver voor peter posthumus – het leven één veenbrand – in zekere zin de droom voorbij en met de voeten in de klei – het leven. zoals het leven ook kan zijn – van harte vera en peter! dank ook aan Mandy Mariska Eggerding – voor haar prachtige ’thema’ gedicht.


nu de verte zo dichtbij
de tijd verloren in zichzelf raakt
bevreemdt het mij

hoeveel herinneringen
zich kunnen verbergen
in een vluchtig bestaan
alsof ze heel lang sterven

dat voor verwachtingen 
nauwelijks nog ruimte is 
en ik daar beter
maar de wind mee voed

Vera van der Horst

een terugblik op het leven en ook de verworvenheden die de jaren iemand kunnen brengen beschreven in heerlijke eenvoud maar ook en tegelijkertijd in die vasalis – achtige complexe vervlechting van woorden in met name de begin strofe – hoe kun je algemene waarheden op jezelf leggen in een beminnelijke maar ook zo gracieuze kwetsbaarheid. zo!

tsja pom – bevend in het harnas

Wat is er over
van wat ik wilde
zonodig moest

pop-ups die af en toe
de tijd vertragen
taferelen die sneller
weer verdwijnen
dan dat je kijken kan

en bijtend in de schemer
de nagloeiende sintels
onaantastbaar, onontkoombaar
op het kerkhof van wat niet

en de toekomst
die vlucht vooruit
tuurlijk, ja vast
de toekomst, die veenbrand
die er altijd was

Peter Posthumus


een ‘jan arends’ gedicht waarin bijna tot op het bot een teveel aan woorden weggesneden is – bij mij wel binnenkomt – hierboven schreef ik: deze week genieten we een prachtig thema- ‘Laat me zijn een beven zonder harnas… ‘- naar de dichtregels van Mandy Mariska Eggerding – een oproep om vrij te leven – waarin ook de onmogelijkheid om dat te doen op romantische wijze gegeven is – alsof we in de verte de verloren bezongen liefde in een frans chanson horen.  hier lezen we bij Peter van die onmogelijkheden en wat er van het leven over is – hoe het leven over vuur lopen is. en altijd al was.

Rik van Boeckel: stil staren we naar de eeuwigheid

Frans Terken: dat jij kan zien dat ik er ben

Anke Labrie: maar wij wisten dat het kan 

Ien Verrips: laat me grillig de herfst ingaan

Peter Posthumus: die veenbrand die er altijd was

Vera van der Horst: nu de verte zo dichtbij

Cartouche: weerloos als een hongerend kind

wie wint de enig echte virtuele – ‘Laat me zijn een beven zonder harnas… ‘- naar de dichtregels van Mandy Mariska Eggerding  op pomgedichten punt nl?

LAAT ME ZIJN

Laat me zijn
breekbaar samenraapsel van huid en bot
met wangen om van binnen op te bijten
ogen om achter te verdwijnen, een buik
om in te huilen en onverwachte plaatsen
om in te schuilen van schedel, schouder
en het achterste van de tong.

Laat me zijn
een beven zonder harnas van wimpers
en tanden, lang uitgestrekte binnenwanden
vuurgedoopte handen, zenuwbanen
waar ieder bericht zich op lijkt te keren
tot waar het begon.

Laat me daar
wachten op een thuiskomst
een herhalende hartslag of andere tekens
van leven, als alles weer langer dan verwacht
ergens onderweg blijft breken.

Mandy Mariska Eggerding

ook het allerindividueelste verdient aandacht op de site pomgedichten – uiteindelijk zijn romantici individuen zoals dichters individuen zijn – prachtig samengevat in de drie woorden van Mandy – ‘laat me zijn…’ – een oproep wellicht ook tot vrijheid – van de vrijheid die we graag deze week lezen – u kent de regels:  gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak  – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.

ik kan niet ongewapend meer
de haven uit waarin ik vluchtte
ik kan nog kijken naar de zee

ben jij het die mij kennen wil
door wie ik helemaal gekend wil zijn

zou het kunnen dat antwoorden
niet uit taal bestaan maar uit tijd
en waar je blijft


pom wolff/ foto: Ben Kleyn
Het harnas van de tijd

Laat het vuur van de ziel branden
in het harnas van de tijd
stemmen weerklinken in ieder hart
daar is de plek om lief te zijn
om te zingen in diep gevoel

bevend dalen we neer in onszelf
onder de muziek van toen
stil staren we naar de eeuwigheid
onbewust van wat ons wacht
geluk dwaalt om iedere hoek.


Rik van Boeckel
15 oktober 2022

deze week genieten we een prachtig thema- ‘Laat me zijn een beven zonder harnas… ‘- naar de dichtregels van Mandy Mariska Eggerding – een oproep om vrij te leven – waarin ook de onmogelijkheid om dat te doen op romantische wijze gegeven is – alsof we in de verte de verloren bezongen liefde in een frans chanson horen.  rik van boeckel maakt er het harnas van de tijd van.  een terugblik en een vooruitblik richting eeuwigheid. positief als altijd deze  rik van boeckel die een toekomst beschrijft met daarin verborgen iets van gelukzaligheid.
Met gebroken stem

Hoe het naar binnen slaat
als de stem het begeeft
ik wil nog een lief woord zeggen 
maar ontbeer de kracht van spreken

laat me dan leren 
dat ik nog handen en voeten heb
om te gebaren wat ik aan praten mis

ogen die de tijd nemen 
om meer dan goed te maken 
wat me aan gesproken taal ontbreekt 

dat jij kan zien dat ik er ben
waar je ongebroken een thuis vindt
tekens van woordeloos samen 
in tijd die blijft


© FT 15.10.2022

‘dat jij kan zien dat ik er ben…’ de kernregel in dit gedicht naar ik vermoed – al is alles weggegleden laat mij – laat het – toch zo zijn als in deze regel is beschreven. zoals de stad om een persoon hangt en  gehangen is waarin hij leeft werkt bemint en verliest zo is deze dichtregel om de ik-persoon in het gedicht gehangen.
 
vreemd 

vroeger genoeg gewaarschuwd
me niet kwetsbaar op te stellen
hetgeen ik nooit begrepen heb 
of niet begrijpen wilde

waarom zou je er vanuit gaan
dat mensen er alleen 
op uit zijn om je pijn te doen 
als je jezelf laat zien

liefde-oplaadbaar
in geen enkel woordenboek 
maar wij wisten dat het kan 
dwars door kwetsuren heen

anke labrie
15-10-2022

anke maakt een staat van zijn op – dat je iets van het existentiële kunt begrijpen na verloop van tijd  wat eerder nog als vreemd werd ervaren. hoe de eenvoud voorzichtig schoorvoetend bijna plaats neemt in een mensenleven. in twee mensenlevens.
laat me sprankelen in de lente
de zinnen zacht wachten op wat komt
laat me rustig rijpen als een aquarel
je verrassen

laat me de zomer vieren ongeremd
willig mikpunt voor cupido’s peilen
tot het scherpe goud verandert
in het stompe lood

laat me grillig de herfst ingaan
als de zon zich sluiert
het licht verduistert schaduw mij omgeeft
het zicht ontneemt

laat me stil zijn in de winter
scherven opgeraapt en weggegooid
geen tijd voor inzicht of bezinning
maar voor netflix en voor poëzie

okt 2022
Ien Verrips

een jaargetijden gedicht met bij passende stemmingen – het verlangen hoe heftig ook doorleefd niet heel vaak ingelost zo mogen we lezen – kwetsbare woorden – om stil te zijn in de donkere maanden van het jaar waarin wellicht iets van poëzie je door de winter kan helpen.

Laat me
in de plooien binnen van je hof
waar de zon zich geborgen houdt
onvervalste honinggeur de lucht
gaten van mijn wezen weet
te vinden en vullen

Laat me daar
mij jou eigen maken, een dag
een nacht pure waanzin ademen
druppel voor druppel drinken
van je tong je mond je borst

Laat me dan
een kleine eeuwigheid – naakt
weerloos als een hongerend kind
poëet van verheven dingen zijn
zonder harnas van oude pijn

Respijt van oog om oog
en tand om tand in weerwil van
alle wording, venijn en zonde nog
deelachtig zijn – een laatste slok
voordat de hemel breken zal
tot melkweg zonder licht

15-10-2022 / Cartouche

een zoemend gedicht waaraan de aandacht voor de woorden strofe na strofe af te lezen is. mijn voorkeur voor de derde strofe zal duidelijk zijn – waar de dichter helemaal zichzelf is – alles afwerpt – alles loslaat – en in poëtische eenvoud kwetsbaar tot de ultieme poëtische waarheid weet door te dringen.

Laat me dan
een kleine eeuwigheid – naakt
weerloos als een hongerend kind
poëet van verheven dingen zijn
zonder harnas van oude pijn


vroeger zeiden ze: bij zo een strofe moet je wenen.

Share This:

bij het overlijden van – Het fenomeen Wally Jorna – Mogge Wally!

het bericht hieronder is gedateerd 24 december 2019 – vandaag lees ik over het overlijden van Wally Jorna – in het indrukwekkende afscheidsgedicht van Max Lerou – we nemen er maar een wijntje op – op haar mooie leven – haar mooie zijn – lieve Wally proost!

wally

de stad houdt nu even zijn adem in

en maakt voor jou zijn stenen zacht

je vraagt wat wil je weten over

Lot. Dood. Eeuwigheid. Nacht.

het lot is de dood is een vrouw

geliefde zuster in de rol van hermes

ik droom je neemt mijn hand

en ik wandel met je mee naar de rivier

een raaf strijkt zijn veren

langs je wang – het stelt gerust

de spanningsboog buigt

en alles dijt uit

MAX LEROU – 14 10 2022

Wally Jorna links – rechts kunstenaar Ingeborg Müller vorige week bij Pulchri


Het fenomeen Wally Jorna – Mogge Wally!

Eigenlijk ken ik Wally niet en toch ken ik Wally. Live zag ik haar twee keer. De eerste keer bij mij thuis in 020 na de bundelpresentatie van mijn “een vrouw schrijft  een jongen” – dat was in 2014. de tweede keer  vorige week aan de Lange Voorhout, in de Pulchri Studio bij de  opening van de expositie van Ingeborg Müller: “Mediterrane herfst”. Op FB opent Wally elke ochtend met een – heb een mooie dag – ochtendwens aan haar vrienden. Wally is FB levenslust voor mij – de ochtendwens: “Mogge!”, in de zomer aan het strand de strandfoto’s (Zuiderstrand) en elke week wel één keer – zomer, winter, herfst, lente maakt niet uit,  een beeldverslag van een muziekmanifestatie ergens in den haag of omstreken.
zo word je dus leeftijdsloos oud begrijp ik nu ik haar weerzie. doen waar je zin in hebt, begeef je onder de mensen, geniet het leven elke dag – en wees trots op jezelf – zo trots dat je niet zal rusten voordat er 3000 van je eigen  selfies in een cultuurhuis worden opgehangen – getuigen van een leeftijdsloos enerverend en gelukkig bestaan.
Ik ben trots op hoe ik er uitzie. vertrouwde ze mij toe. haar dochter dichter bij de 60 dan bij de 50. soms heeft leef-tijd geen invloed op een leven. van mijzelf kan ik dat helaas niet zeggen – Wally is het levende bewijs van mijn stelling. “ik heb meer dan 3000 selfies en die moeten maar eens op de muren van Pulchri.” mij restte niet anders dan een bevestigend knikje.
 
pom wolff

Share This:

Seraphina Hassels: ‘je sprong en danste om mij heen zo vrolijk en blij als altijd…’



Jij was in mijn droom vannacht

je sprong en danste om mij heen
zo vrolijk en blij als altijd
ik tilde je op en begroef mijn gezicht
vlak achter je warme oor
in zachte donshaartjes in je nek
ik adem jouw geur
voel het gewicht van jouw lijfje


in mijn buik dansen duizend vlinders van geluk
ik kan je zien, zo echt, zo levend
tegelijk niet meer van deze aarde
jij kwam in mijn droom, om mij te troosten
mijn spirit dier
om zeggen dat liefde altijd blijft
en je eeuwig naast mij danst


Seraphina

Share This:

VON SOLO over de geur van het meisje van toen: ‘Het doet denken aan kauwgom, aan synthetische luxe, aan snoep nog vooral het meest. En aan iets dat doet denken aan een begin, een zonsopgang…’

Als je vanaf de Gordelweg de Bergweg oprijdt, buigt de weg ter hoogte van de Benthuizerstraat listig naar rechts. Feitelijk vormt het een soort vork. Rechtdoor de Benthuizerstraat in en naar rechts wijkend, vervolgt de Bergweg haar koers. Vroeger zat op die hoek de Correct. Nu wordt daar de zoveelste uitmelkkazerne gebouwd voor ‘huurders in het middensegment’. Het rechtdoor rijden met de fiets vanaf de Bergweg de Benthuizerstraat op vereist wat lef, handigheid, geluk en inzicht . Van twee kanten komen auto’s je tegemoet en ze komen ook nog van achter. Er liggen veel tramsporen ook. De enige keuze is na een tijdje nog of je rechtdoor gaat of met de weg mee. En het went, als je de kruising meermaals per week maakt. Je zinnen scherpen en stellen zich er op in. 

En gescherpte zinnen merken dingen op, die ze anders niet zouden opmerken. Zoals geuren. Er passeert een vrouw op een fiets. En ik ruik het. Alsof een klein kamertje in mijn geheugen open gaat en er een film begint te spelen. Eerst zoek ik nog naar de betekenis, of de herkenning. En dan ineens weet ik het. Het is de geur van mijn eerste vriendinnetje. Een geur, die ik me kan herinneren van drieëndertig jaar geleden. Het doet denken aan kauwgom, aan synthetische luxe, aan snoep nog vooral het meest. En aan iets dat doet denken aan een begin, een zonsopgang. Alles daar ineens, op de Benthuizerstraat. Terwijl de vrouw op de fiets, die de geur verspreidt, tien meter voor me fietst.

Onwillekeurig stem ik mijn tempo af op dat van de vrouw. Ik blijf in haar slipstream rijden en adem haar geur. Ik wil er blijven. Dat het niet weggaat en dat ik nog even in dat vroeger mag zwelgen als een archeoloog genietend van de ontdekking van een stuk geschiedenis, dat verloren gewaand was. De gedachte, dat zij het ook gewoon zou kunnen zijn, dringt zich op. Maar wat dan te doen? Naast haar gaan fietsen en vragen of zij het is. Ze moet wel denken dat ik gek ben. En wie ben ik dan? Hoe zou ik ruiken? En dan nog? Een gesprek aanknopen? Op basis van wat? Een geur?  

Uiteindelijk ben ik haar nog gevolgd tot de Jonker Fransstraat. Onze wegen lagen blijkbaar tot daar hetzelfde. Toen zij de hoek om ging, ben ik de Meent op gefietst. Ze was weer weg. De geur kan ik me nu niet meer herinneren, verder dan ik beschreven heb. Hij is weer uit mijn neus verdwenen. Het is verbazingwekkend, hoe zo’n sleutel werkt. Als ze verdwijnt is er niets meer, dan de droge beschreven, reukloze gedachte. En toch blijven er sporen liggen, ergens in de hersenen. Kwantum deeltjes van ons leven. Slapend en wakker tegelijk.
 
VON SOLO
DICHTER, COLUMNIST,  PERFORMER EN CINEAST
Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl
Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl 

Share This:

Merik van der Torren in DROMENLAND



Dromenland

Treed in een waaier van kleur,
van rozen, seringen en kamperfoelie,
noem de namen van de bloemen
met een waaier van geur,
munt, honing en lavendel.

Lees geen verheffende woorden
leef immers in een kleurige, geurige atmosfeer,
zwevend over wouden en woestijnen,

over spinnen, wolven, tijgers en soldaten.

De wekker gaat,
ik sta op.


Merik van der Torren

Share This:

IEN VERRIPS en de krantenangst

als jij nog slaapt
de wereld nog
onrust mij het bed uitjaagt
de wanen van de nacht
niet afgeschud nog niet
echoos van bizarre dromen
die mij vergezellen totdat
zij zijn vervangen door de
krantenangst van alledag
van iedere dag
iedere dag


mrt 2022
Ien Verrips
Het Parool 11 oktober 2022

Share This: