Erika de Stercke wint de enige echte virtuele – vandaag in de prachtige vertolking van de volkszanger Eddy Walsh – ‘en misschien ben ik geworden wat jij helemaal niet wou’- trofee op pomgedichten punt nl – Jako Fennek zilver!

dank aan alle dichters voor het insturen – bij de mooie vertolking van vader /papa door de volkszanger eddy walsh. een waardig vader eerbetoon is neergelegd in de woorden van de dichters. het goud zat in de staart. erika de stercke en jako fennek stuurden universeel geldende woorden in – aan ons lezers. in die volgorde goud en zilver. van harte!

wintertijd

dat je maanden meemaakte 
waar de koude als ijspegels 
aan bomen hing

en op huizen sterren tekende 
alsof de zon in haar schaduw
voorgoed was verdwenen 

een tandeloze glimlach kijkt 
hoe de winter in het lichaam
zit en in rimpels open bloeit

jouw tijd rijdt zonder reden  
een eervolle wedstrijd 
papa, zolang het kan, blijf   


Erika De Stercke 

soms zou je wensen dat kinderen maar liever niet over hun geliefde ouders schrijven – hier is het tegenovergestelde te lezen – een werkelijk prachtig poëtisch eerbetoon aan vader uitmondend in die zo directe wens aan het einde van het gedicht – de wens die alle poëzie in zich opzuigt. een monument van een gedicht.

vader

je zwijgen en je cigaren verbraken
nooit de stilte
je sprak waar woorden nodig waren

tot na je ongeluk
de stilte onverzoenbaar stand hield
en niets meer te verbreken viel

je verbogen bril, je ingedeukte
cigarenkoker leven verder in een laadje
je boeken in mijn hoofd


jako fennek drie mooie strofen om de oude gemankeerde man te beschrijven – met zijn Cigaren – ik zou sigaren schrijven – ik zou ook laatje schrijven mar laadje kan mogelijk ook – de poëzie zit in die onverzoenbare stilte, de ingedeukte koker en zijn boeken in het hoofd van Jako. hier 9 regels om een gevoel te cre-eren dat universele gelding heeft. mooi.
  • RIK VAN BOECKEL: papapapa waar ben je
  • FRANS TERKEN: Alsof vader niet anders gewild heeft
  • IEN VERRIPS: samen op het dak van ons huis
  • ANKE LABRIE: mijn vader was nooit bang
  • CARTOUCHE: het was een brommer de Berini waarop hij over het grindpad kwam
  • ERIKA DE STERCKE: papa, zolang het kan, blijf   
  • JAKO FENNEK: je verbogen bril, je ingedeukte cigarenkoker

voor moeder schreven we eerder – nou maar eens voor vader – of over de sneeuw dat mag ook – waarin de volkszanger zijn liedje zingt: wie wint de enige echte virtuele – vandaag in de prachtige vertolking van de volkszanger Eddy Walsh – ‘en misschien ben ik geworden wat jij helemaal niet wou’- trofee op pomgedichten punt nl – u kent de regels van de zondagochtendwedstrijd: gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak  – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.

foto: theo huijgens

herinnering
 
ik weet je tuin nog
met een heg tegen de buren
het plastic tafeltje
voor als het weer op frankrijk lijkt
 
weet van de dagen
die achteloos voorbij gingen
oplosten in diezelfde achteloosheid
waarin ook wij bestonden
 
in de mooiste woorden
die te vinden zijn
hij had ze graag gelezen
hij wist dat ik ze schrijven zou


pom wolff
 
Goedemorgen Pom
Hier mijn bijdrage aan de enige virtuele.
Mijn vader zou 21 maart 103 zijn geworden! Dit is mijn ode aan hem.
Vanmiddag om 16.00 treed ik trouwens op met The Blank Ark in de Pletterij in Haarlem. Lange Herenvest 112.
Mijn muzikale poëzie op reggae muziek zoals In het groene licht.
Met dichterlijke groet,
Rik



Honderd en drie

Nu ik je nooit meer zie
word je honderd en drie
zing zing in herinnering
lang was jouw leven
levendig tot negen en zeventig

jij mijn lang geleden levensader
weet goed wat je niet beviel
de levenslijn sloop verder in jaren
het levenslied zingt in snaren
papapapa waar ben je
papapapa je bent hier

samen zagen we Johans lob
in tijden van verlaten dromen
op een fiets met houten banden
reed je in oorlogstijd naar de bevrijding
zeven jaar later zag ik het levenslicht
kijkend in de spiegel zie ik jouw gezicht.



Rik van Boeckel
2 april 2022
Eerste versie
Begraafplaats Duinhof. Lisse
21 maart 2022


de glorieuze winnaar van de vorige week – muziek en poetry – gisteren nog in Haarlem te genieten en op deze zondagochtend weer paraat op de site der sites met zijn direct poëzie:
 
Nu ik je nooit meer zie
word je honderd en drie

 
rik spot met alle poëzieregels – zo moet een singersongwriter ook door het leven – de teksten zo brengen dat ze direct het hart ingaan van de toehoorder. en ja dan is papa inderdaad aanwezig:
 
papapapa waar ben je
papapapa je bent hier


nemen we de minder poëtische woorden – levensader – levenslied – levenslicht en levenslijn voor lief.

Goedemorgen nog Pom, 

Mooi thema, mooi gezongen ook in deze versie.
Ja, niet geworden wat een vader wou, hier een poging; dat het ondersneeuwt.
Groet, goed weekend!
Frans



Witwassen


Alsof vader niet anders gewild heeft
dat jij in betere kringen verkeert
waarin je je omhoog hebt gewerkt

een laagje sneeuw prikkelt
de natte neus voor verandering
om van de koude grond niet te spreken

zoals je met gemak gladde wegen
bewandelt als het om witwassen gaat
stap voor stap op een glijdende schaal 

je roeit en roert je slagen in de rondte
staat vierkant achter omtrekkende beweging
van wat het geweten vergeten wil

om zand in de ogen te strooien
van de goedbedoelende vader
gaat een zoon geen koehandel te ver


© FT 02.04.2022


een bijzondere zoon dat mag gezegd – vader had het anders gewild – zoon slaat zijn eigen weg door het leven – de dichter beschrijft een hellend vlak – ellie lust zou spreken over schuin oversteken. de zoon steeds schuiner op de door de dichter beschreven gladde weg.


ik droom mijn vader
op het dak
van ons huis
 
ik droom me naast hem
op het dak van ons huis
dat brandt
 
ha pap
ik sta in vuur en vlam
dat ik mijn dode vader droom
samen op het dak van ons huis dat brandt
 
hé pap
of hij me duwen wil
de vuurzee in
ik droom  me wakker
met een gil
 

januari 2019
Ien Verrips


een toch wel angstige droom op een wat kille zondagochtend in april. dichter bereikt mij niet – ik ben ook geen dromen uitlegger. die vader en waarom al dat vuur – warom nou net deze droom. nee dit verhaal stijgt boven de poëzie uit en drijft in onheilspellende wolken weg van deze lezer.
 
Ha Pom,
De vader centraal, blijft min of meer een held voor mij. Verrassend trouwens  om deze tekst nu eens door een voor mij onbekende zanger te horen zingen.

Mooi weekend,
 Met hartelijke groet,

Anke


 
barstjes
 
gewend aan de mattenklopper
door mijn oma gehanteerd
en met zeven grote broers
kon hij wel tegen een stootje
 
in het schuurtje bij ons thuis
hingen vroeger in een hoekje
de versleten bokshandschoenen
met wel duizend kleine barstjes
 
mijn vader was nooit bang
of ik heb het niet gemerkt
 
van hem mocht ik wel vechten
alleen als het rechtvaardig was 
van mijn moeder niet
‘vijf jaar was genoeg geweest’
 
hij probeerde mij te leren
om ook niet bang te zijn
maar mijn heldenmoed 
vertoont al heel wat barstjes
 
anke labrie
(02-04-2022)


hoe heel persoonlijke notities toch voor meer kunnen staan. deze oma was ook mijn oma. oma limburg hanteerde ook de mattenklopper maar dan richting mij. als ik met mijn neef weer eens als kind iets niet goed had gedaan in haar ogen. maar ze was te langzaam als ze met de mattenklopper op ons joeg waren wij sneller – als ze de strijd had opgegeven – hielden we weer zielsveel van haar en zij van ons. en we wisten wat we niet meer moesten doen. zo werd er blijkbaar vroeger opgevoed. mooi eerbetoon voor vader en dan ook nog die ene indringende regel van moeder: ‘vijf jaar was genoeg geweest’. mooi!

Hij
 
In de avond ging ik naar de Grote Gats om te zien
hoe hij erbij lag, de marmerzwarte glans, twee kanten
die als samen in een dwarsverband, een paar minuten
dat ik er stond een sigaret gerookt, het hoofd omhoog
mij daar een beeld voor ogen brachten, het was een
brommer de Berini waarop hij over het grindpad kwam
alleen, één hand aan het stuur en voet op het pedaal
 
de regenjas die flapperde en wat uit zijn uitlaat walmde
zag ik dat wolken waren, ballonnen in een stripverhaal
o mijn god dacht ik, dat vader hier komt aangereden
de man van tweetakt, van kort gebed en kruisteken
voor het eten, de vaste hand die het vlees sneed
voor jou, zo las ik, heb ik slechts een steen
gelegd op aarde, mijn jongen lief
om op te stappen, weet je niet?
 
02-04-’22 / Cartouche


De straat Grote Gats ligt in de plaats Schinveld, de gemeente Beekdaelen en de provincie Limburg. De Grote Gats omvat één postcode: 6451CN. Er staan 17 adressen geregistreerd in de straat, evenals een zelfde aantal huizen. Het gemiddelde bouwjaar van de huizen in de straat Grote Gats is 1973. Het jongste huis in de straat is gebouwd in 1989. In de straat Grote Gats komt de oudste woning uit het jaar 1959. Met een gemiddelde oppervlakte van 168 vierkante meter zijn de woningen er groot. De grootste woning in de straat is 251 vierkante meter.
dat we het weten! een waardig eerbetoon voor: de beriniman van tweetakt, van kort gebed en kruisteken voor het eten,
weten we waar Cartouche vandaan komt. mijn opa limburg had een kreidler. maar ja dat was dan ook nieuwenhagen – in Schinveld was het leven anders.

Share This:

YVONNE KOENDERMAN – het is vrijdag… vrijen maar: ‘De zachte kringetjes van je tong of toch iets anders?…’



Terwijl binnen de geur van versgebakken brood zich door het huis verspreid, loop ik even het rondje met het hondje. Oude sok die er met zijn onderbeet uit ziet als een woeste Willem, dat in zijn koppie ook nog is, maar soms wel 5 of zes pogingen nodig heeft om op de bank te springen. Het gezang van een merel in de hulstboom en de sneeuw lijken hem jong te maken en eerlijk gezegd werkt dat met zijn bazinnetje hetzelfde, waarschijnlijk alleen maar omdat er een mooi knarsend laagje over het gras en de struiken ligt, maar de stoep en wegen verder schoon zijn. of er is goed gestrooid gisteren en vannacht, of het plaveisel is toch te warm om het witte spul vast te houden.

Hoe dan ook, deze momenteel in haar hoofd jonge blom voelt zich er goed bij, want wandelen was eerder deze week geen optie, zelfs niet met stokken. De dag begint dus mooi, het weekend komt er aan en het is zowaar vrijdag een dag met een naam die naast de mythologische door een ieder zijn eigen invulling mag krijgen. Ik zou zeggen maak er een echte vrij(e) dag van en geniet. Er is nog steeds zoveel moois ook al lijkt het te verzanden in de dagelijkse ellende.

Yvonne Koenderman






Vrijdag


Zachte streling tovert
buiten  gewaagde stralen over een ijskoud bed.
Kippenvel wat laat groeien en hunker momenten die doen verlangen naar smeltende vlokken
op de huid, vol van liefde en hete stormen vol ruw genot.
Pure geilheid die naaktheid op scherp
laat staan in al zijn schoonheid.
Het verschil tussen neuken of de liefde bedrijven,
of de liefde bedrijven om intens te kunnen neuken.
De zachte kringetjes van je tong of toch iets anders?


Kopje koffie op de bank misschien, gevolgd door….
Ja wat? Zeg het maar, het is vrijdag.
De invulling is aan jou…


Yvonne Koenderman

Share This:

lentegeluiden op de pom – JORGE BOLLE: ‘soms vind ik nog een madeliefje,…’ – ANTONY OOMEN: ‘Men flikflooit en flirt, tortelt en sjanst / Bleven wij maar eeuwig jong…’

Jorge Bolle:

Het groentje dat ik blijf in zo veel aardse zaken, vragen die me breken, vragen die je maken. Zonder bloemen staan de meeste stelen ook maar wat te staan en kijkt niemand naar ze om of staan zich te vervelen. Al geeft de kleur in operatiekamers de meeste rust, groen is de kleur van nog nooit gekust of geel en groen van uitgeblust. Al begin ik al te piepen en te kraken, iedere zaterdag probeer ik de bal nog te raken, dan vreet ik het gras op met mijn maten, soms vind ik nog een madeliefje, maar dat heeft niemand in de gaten.
 
Onderwijl de lente
 
De lente voltrekt zich in het park
In de stam van bomen en het landschap 
De hoofden van mens en dier
Ze worden ongedurig jachtig
In het voorjaar moet men paren
 
Men flikflooit en flirt, tortelt en sjanst
Bleven wij maar eeuwig jong
Peinzen de zeven grijsaards
Terwijl zij het dansen gadeslaan
Mochten wij nog maar…
 
Ongeschonden uit de winter komen
Heel van lijf en leden en gemoed
Maar lang geleden al voltrokken seizoenen
Zich zonder hen, terwijl zij van deelnemer 
Outsider werden, toeschouwer
 
Hij kent de wereld liefst uit boeken
Van dromerige parkparcoursen
Vogelvluchtige reflectie
Hersenspinsels, winterweifel
Onderwijl vindt buiten lente plaats
 
© Antony Oomen
30.III/2022
Amsterdam

Share This:

de grote leermeester VON SOLO spreekt: ‘Het gaat over gokken. Gokken is geld inzetten in een spel, waar je van tevoren van weet, dat de kansen tegen je zijn. Je brengt onder de streep enkel geld weg…’



‘Waag gerust een gokje, maar zet jezelf niet op het spel.’ Een mooie slogan van de branchevereniging voor kansspelbedrijven. Zij uiten deze slogan op hun site Speelbewust.nl. Als je daar gaat kijken wandel je een vrolijk, schoon domein binnen, waar alles perfect geregeld is. Van juridische aspecten tot hulpverlening. Het contactformulier brengt je ook direct in digitaal contact met een hulpverlener. Fantastisch toch. Maar waar gaat dit nou eigenlijk over? Het gaat over gokken. Gokken is geld inzetten in een spel, waar je van tevoren van weet, dat de kansen tegen je zijn. Je brengt onder de streep enkel geld weg. Voor niets. In de ijdele hoop, dat men het goed met je voorheeft en je ervoor zal compenseren.
 
Deze week fietste ik door de stad en keek ik op een reclamebord aan tegen de kop van voormalig koning Toto. Hij stelde me grijzend voor op ‘Betcity’ een transfer te doen. Waarschijnlijk van mijn geld, naar zijn rekening. Het valt me op, dat er sinds de pandemie een overdaad aan reclame voor online gokken voorbijkomt. En dat stoort me. In mijn jeugd had ik een vriend die gokverslaafd was. Die jatte alles bij elkaar en dat belandde linea recta in de Random Runner gokkast. Hij heeft er niets aan overgehouden behalve een strafblad en schulden aan het einde van de rit. En natuurlijk was de hulpverlening toen nog niet zo goed geregeld. Maar men zou toch beter moeten weten. Er zijn geloofsovertuigingen waar gokken niet toegestaan is. Dat heeft een reden. Iets met moreel verderf.
 
Mijn vader echter, heeft ooit in een gewaagde bui zijn spaargeld weggezet bij Dexia. Aandelenlease. Dat leek een perfecte kans. Tot ineens al het geld verdampt was en er een restschuld overbleef bij de deelnemers. Eigenlijk had hij gewoon een zak geld leeg gekiept in een fruitautomaat in driedelig maatpak en werd daarna aan de uitgang nog geconfronteerd met een potige portier die zijn hand ophield. Zo werkt dat spel met aandelenconstructies. Sindsdien wordt er braaf vermeld, dat sommige ‘financiële producten’ risico’s met zich mee brengen en u uw inzet kunt kwijtspelen. Financiële producten zijn gewoon ordinaire gokpelletjes. Net als de hele aandelen- en kapitaalmarkten.
 
Ik snap dat mensen soms op zoek zijn naar een spanning en vermaak. Of dat ze op zoek zijn naar een buitenkans. Maar onder de streep geldt, dat als je je uitlevert aan eender welk gokbedrijf, je als kleine mens altijd de melkkoe bent.
 
Dat kleine oranje visje, dat ben je altijd zelf. De grote vis wint altijd.

VON SOLO

DICHTER, COLUMNIST,  PERFORMER EN CINEAST

Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl

Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl 

Share This:

pom wolff: lieve vrienden – toespraak

lieve vrienden

we moeten minder
we moeten liever
met wat minder vlees

liever wat minder meer
lieve vrienden
liever zo

liever ook alleen
lieve vrienden de lieve vrienden
bij de voornamen

liever vladimir maar dan liever
liever roderik dan roop
en sywert toch maar liever niet

pom wolff









Share This:

Merik van der Torren in de nacht

Nacht

Die donkere met fonkelende ogen,
die van de reeksen oude gedachten,
vlekkerige filmfragmenten,
verhalend van oorlog, vlucht en valse namen
op de hamerslagen van het bloed,
 
die van de niet te temmen impulsen
die een ogenblik bonzen
in het lief van de koude grond
trekt weg uit de slapende stad.
 
Lantaarns doven, zijn zwarte sleep
kruipt onder de kademuur
het water in en de riolen
waar hij de ratten toedekt


Merik van der Torren
https://www.salto.nl/programma/briljantjes
 
 
 

Share This:

een regel uit het werk van pom door Luciënne aangestipt: ‘opsommingen verdunnen het leed’


lieve lucienne kohler met twee puntjes op de o – citeerde een regel uit een serie gedichten die ik voordroeg in Bar Baut – een door merik van der torren en mirjam al opgericht podium voor muziek en poëzie – in het deftige amsterdam zuid. ik dacht waarom noemt ze nou net deze ene regel uit al die regels die ik voordroeg. blijkbaar is dat de regel die aankomt. een regel die zowel waar is als poëzie is, voor mij geldt en voor iedereen geldt. is dit dan de regel die ze later op mij leggen – nou ja dat vroeg ik mij af. die regel was deze regel – maken we meteen maar ook de titel van het gedicht van:


‘opsommingen verdunnen het leed’

het moet wel ergens over gaan
als je schrijft
het is waarom ik
tegen opsommingen ben
opsommingen verdunnen
het leed

het is ook waarom
verjaagden uit de wanhoop
opsommingen laten
voor wat ze zijn

een land moeten verlaten
en een nooit meer weerom
het verhaal van je ouders
is meer dan genoeg


pom wolff





Share This:

Peter Posthumus: ‘niets is geringer  weinig zo omvattend als in de keel gesmoorde adem…’


de woorden

niets is geringer 
weinig zo omvattend
als in de keel gesmoorde adem
die haperend wat verder trilt
intieme energie
die onmiddellijk verdwijnt
tenzij een oor
met de magie
van begrijpen en begrip

meteen ook weer vergeten
of voor het leven ingeprent
onuitgesproken
in de diepste stilte
bij liefde en bij dood
onontkoombaar bij de bezwering
van angst,  illusies en euforie

maar vooral 
bij laten en bij doen
als reden, als arbitrair houvast
als plicht, als last


Peter Posthumus

Share This:

Gerardo Insua Teijeiro: ‘Ze trekt de lasso nog wat strakker aan, met haar vrouwenhart vol   houden van -…’

Gerardo Insua Teijeiro zondagmiddag gezien en gehoord op het Shaffy Poëzie Podium aan de Piet Heinkade 231 in Amsterdam van José Aerts. enorme passie bewonderenswaardig gelegd in de opvolging van de woorden die zonder omwegen leiden tot de aanbeden geliefde – tot zwijgens aan toe: mooi – welkom op deze site.

LASSO


Ze zwijgt –
     smijt
een lasso omheen mijn woordenschat,
     en vangt
woorden die vooralsnog verborgen zijn.
Woorden waar geen welbespraakte
zich tot op heden aan heeft gewaagd –
letterloos,
     lettergreeploos,
ik staar ze minzaam aan, maar
     ze zwijgen.
Hoogmoedig
     eigen ik mij
          deze taal toe,
zonder voorbereid te zijn
op de zondvloed
aan accent aigu’s in roedel –
aan de bombardementen
     aan trema’s en circonflexen.
Ze trekt
de lasso nog wat strakker aan,
     met haar
vrouwenhart vol
     houden van –
intens verlekkerd absorbeer ik haastig
de lokroep van gloednieuwe klanken,
opnieuw gebiedend, in een taal
     die niet te bevatten valt.
Wellicht
     schikt
          het in gedicht –
ik draai mijn balpen open,
     en stoot
de punt vernuftig op het wit,
ik sleep en beweeg en creëer
     een ‘o’ –
of iets dat in die richting zit.
Ik zwier, ik wieg, ik schiet omhoog,
     ik poog
apart elke klank te villen.
Maar ook de inkt blijft innig droog,
en pompt het kladblok in stilte.
En als ik dan – ten einde raad
verslagen in haar kijkers kijk,
haalt zij nogmaals de lasso aan –
     waarna
          ik zwijg…


Gerardo Insua Teijeiro

Share This:

Peter Berger in Mexico 3 – reisverslag en sfeerbeelden: ‘Alles lacht onder het pagekapsel bovenop dat bijna kogelronde engelengezichtje. Het lijkt wel of ze zweeft. Op rubber wieltjes rolt. Maya meisje. Drie turven hoog. De dertig nog net niet voorbij en werkelijk gracieus…’


Alles lacht onder het pagekapsel bovenop dat bijna kogelronde engelengezichtje. Het lijkt wel of ze zweeft. Op rubber wieltjes rolt. Maya meisje. Drie turven hoog. De dertig nog net niet voorbij en werkelijk gracieus. Dat is zeldzaam hier. Dan verdwijnt ze achter een paar geparkeerde auto´s en kuier ik tussen de zoevende glazen schuifpui de hypersuper binnen. True beauty exists. Ook in Mexico. En eerlijk is eerlijk. De meeste locals zijn gewoon hartstikke lief. Maar lijken en kijken lamgeslagen. Misschien ligt het aan mij. Misschien is het Covid. Fok! Ik heb geen mondkap. Een geüniformeerde gezette bewaakster haast zich in mijn richting om me een exemplaar aan te reiken dat krap 10x10cm meet met elastiekjes nietig als naaigaren. Haar ogen lachen. Het ding is zo flinterdun en miezerig dat het op zeker niks uithaalt. Maar in winkels is het nu eenmaal verplicht. Net zoals bij toeristische bezienswaardigheden. Daar alleen bij de ingang. Verder boeit het niet. Voor de bühne is het.

Twee meter verder kan ´ie weer af en dat doet iedereen. Maar in de super blijft ´ie aan. Kwestie van respect. Ik ben hier te gast. Mondkap op dus; van het huis deze keer. Een gegeven paard moet je niet in de bek kijken. Even waan ik mij France. Maar het voelt toch anders hier. Flink kleiner en airco fris. Ik heb iets met supermarkten. Ik ruik nog zo de eenden, ganzen en andere gevleugelde vrienden die er in China, donkerrood of zwart gelakt, glimmend van het vet in grote getale aan het plafond hangen. Soms lijkbleke gestoomde zwanen zelfs, intens geurend naast vissig riekend seafood en gemalen gedroogde kruiden die daar iedere ochtend als kleurige kegelvormige bergjes worden uitgestald. Een heuse geursymphonie gegarandeerd. Ook in grotere Mexican supers echter ruik je gewoonlijk niks want bijna alles zit in plastic of is ouderwets ingeblikt; zelfs de Aldi is er een lustoord bij. Okee, ik overdrijf. Ondanks het gebrek aan geur heeft deze hyper een flinke versmarkt. Geurloos zweet druipt inmiddels in stralen van m´n lijf. Hierbinnen verdampt het niet dankzij de airconditioning. Lekker! Red Bull ook. Meestal niet verkrijgbaar. Maar hier wel. Siberisch koud uit de koeling. Ik neem er twee. Om het af te leren.

Er is zelfs een heuse afhaalbalie voor Chinese fastfood. Bescheiden, maar toch. En het ruikt er! Ik kan het niet weerstaan en geniet slurpend met volle teugen van een oversized portie lo mein noodles al pollo general. Voor de prijs van nog geen Big Mac. En dat is hier al flink aan de prijs. Een taco met geroosterd speenvarken koop je voor dertien pesos. Minder dan zestig cent. Inclusief drie verschillende sauzen afzonderlijk in schaaltjes geserveerd. En daarvoor mag je ook nog gaan zitten. Talloos zijn ze. Taqueria´s aan de straat. Ik ben moe. Morgen zweten op het strand.
Een uurtje boven Cancun ligt Isla Blanca. Een lang smal schiereiland met een woest kolkende zee aan de westzijde en een idyllische lagune in het oosten. Er is niemand op het oceaanstrand behalve een kleurig getatoeëerde Turkse schone met wie ik al een poosje de schaduw onder een eenzame palm deel. Ze komt hier nooit meer terug zegt ze; na acht maanden vergeefse hoop de macho cultuur meer dan beu. ¨Het is erger dan waar dan ook. Ik kan het weten als Turkse. Macho mannen willen gewoonlijk of je lijf of je geld. Maar hier zijn ze iedere vorm van respect voorbij. Eerst neuken om je daarna te bestelen. Come on!¨ Morgen vliegt ze naar Istanboel. Ze vraagt of zwemmen hier veilig is en ontdoet zich zonder het antwoord af te wachten van haar roze gehaakte topje. Plons.

De zee is warm en de golven beuken hard genoeg om haar tengere lijf zonder moeite omver te kegelen. Er is een stevige onderstroom bovendien. Boem daar gaat ze. Ik voel me een tientonner zo lomp maar hou me daardoor, zij het niet zonder inspanning, wel staande. ¨You´re a rock in the surf,¨ zegt ze proestend als ik haar overeind help. Het waait beaufort zeven schat ik. De kleurcode die daarbij hoort weet ik niet. Nieuwerwetse nonsens! Voor saus. Windkracht zeven dus en dat is voldoende om de kitesurfers in de lagune met hun kleurrijke kites af en toe hoog boven de begroeiing te kunnen zien zweven. Een metertje of zeven. Minstens.
Een kilometertje of wat verder noord verdwijnt de onverharde weg in een nagenoeg onbegaanbaar rul verwaaid zandspoor.

No problemo. Ik ben te voet. De auto heb ik bij de kitespot achtergelaten. De mangrove is inmiddels ondoordringbaar. Vogels en vogeltjes op korte en lange stelten struinen er naar fastfood. Bij honderd stop ik. Met tellen. Palmbomen. Een heel bos. Het strand hier is bezaaid met duizend kokosnoten, plastic flessen en een shitload aan andere aangespoelde troep. Een diesel vat zelfs. Verdrietig is het. Maar het is er zo tranquilo. Wow! Ik kan er verdwijnen in het tijdloze niets. De wereld ellende voorbij. Eenmaal terug op het asfalt van Cancun meteen zwaailicht en sirene. Twee motoragenten uit een foute actiefilm stoppen de auto. Ja hoor. Daar gaan we weer. Tien kilometer te hard? Bullshit! Pure intimidatie. Bla bla. Mee naar het bureau! Vierduizend pesos boete. Geen pardon. Of ik gedronken heb? Ja, Red Bull. Ze lachen voorzichtig. Hebben dorst. Aha! Water om de kelen te smeren? Daar draait het om. Paar honderd peso´s. Hun dagloon. So sad. Na een box nota bene druipen ze af. Hoezo buenos días? Sneue macho´s zijn het. Met hun fake Ray Bans. Het is om te huilen maar desondanks heb ik met ze te doen. Zou niet met ze willen ruilen. Ik neem een besluit: Basta! Adiós Mexico. Morgen. Bestemming Belize.

Share This: