KARIN BEUMKES: ik zie een luchtig slagroommeisje a capella schaatsen dit is de eerste maan…
ik zie een luchtig slagroommeisje a capella schaatsen dit is de eerste maan
Peter Berger: ‘Heidi is ook zo´n oerwoord. Maar dan anders. Klinkt als Deutsche gründlichkeit. Je ziet haar meteen ook voor je: Heidi. Iedereen heeft haar op het netvlies. Maar mijn Heidi heeft geen vlechten. En ze draagt ook geen witte bloes met zo´n kleurig gesmokte voorgevel. Mijn Heidi is Française …’
en wat wensen dichters in 2022? graag uw bijdrage dit weekend op pomgedichten punt nl – Anke Labrie: ‘lieve Fabrice rust zacht’
ANKE LABRIE bij het overlijden van FABRICE
- Ien Verrips hoopt dat lot haar gunstig gestemd is
- Marcel Linssen: ‘Lukt dat dan zijn die twee schamele jaren zo vergeten….’
- Pom Wolff: zoals alles een kan zijn…
- Jorge Bolle: de bomen staan nog steeds stil..
- Frans Terken: dat het niet teveel op dit jaar lijkt
- Nafiss Nia met een lepeltje liefde
- Rik van Boeckel: hopen we dat het tij de tijd zal keren
- Magda Haan: vanavond is er nog een fles Merlot
- Cartouche: dat stiekem binnen trekkende helse
Jorge Bolle: de bomen staan nog steeds stil..
in herinnering: LISAN LAUVENBERG over leegte: ..voelen wat je mist en door het verdriet heen, de wolken willen raken…
von solo vandaag aan de poëzie: ‘je ademt mij niet meer – je rookt te graag…’
Je ademt mij niet meer
Je rookt te graag
Merik van der Torren – oud en nieuw en weet u nog wat ik op de elfde van de elfde schreef over ALJA SPAAN
o ja weet u nog wat ik op de elfde van de elfde schreef? oa deze regels over ALJA SPAAN! dat we de poëzie niet vergeten in 2022 – dat wens ik U!
Alja weet de zinloosheid van het bestaan in prachtige zinnen neer te leggen. Dat is ongeveer de kern – vermoed ik – van het niet door mij ont-dekte verhaal.
Maar één zekerheid in het bestaan is door de dichter gegeven: “..alles wat niet vliegt stort neer.” lezen we in het aangrijpende gedicht waarin de vrouw van zeshoog wordt begraven – en ook haar dochtertje ‘dat nog ergens onder een kleedje geschoven lag.’
En in het laatste gedicht van de eerste afdeling ‘dichtbij’ komen we dan toch eindelijk als lezer heel dichtbij Alja – alsof de dichter de lezer wil toelaten om zelf niet neer te storten:
‘..verzin een reden voor
het bestaan, tevredenheid. Neem naast me plaats en zie hoe de
regels ontstaan. Voel aan mijn enkels hoe
koud ze op de grond staan omdat de wind steeds harder blaast
en sluit de deur. Draag me tot ik vlieg.”
We zullen deze dichter dragen tot ze vliegt. Het is dat ik niet gelovig ben anders zou ik door de knieën gaan voor de goddelijke poëzie van Alja Spaan – die Alja ondanks de zinloosheid van ons bestaan met ons lezers deelt in prachtige zinnen – in haar nieuwe bundel LOSSE HONDEN. En weet van de honden: ook zij bestaan en dolen zonder doel.
https://www.bruna.nl/boeken/losse-honden-9789464248920
https://www.ako.nl/losse-honden-9789464248920.html
Pom Wolff – 11/11/2021
IEN VERRIPS lekker aan het druilen
bij de BEUMKES gaat alles weer zijn oude gangetje – over eilandkinderen én ‘dat taal universeel is – taal is het het woord van fluitschepen in de snavel van de wind…’
dat taal universeel is taal is het woord van fluitschepen in de snavel van de wind.