VON SOLO en het hondje ORVAL

Sinds twee en half jaar hebben we een hondje. Hij heet Orval. Het is een uit de kluiten gewassen teckel. Het was een wens van mevrouw Solo, die ze al vijfentwintig jaar koesterde. Orval is een ongehoorzaam hondje en staat niet goed onder appèl. Als je hem roept, hoort hij je misschien wel, maar luistert niet. Hij heeft zo zijn eigen wil en volgt die, net als zijn neus. Verder is hij erg lief en schattig. Ook met onbekenden en kinderen is hij erg makkelijk. Hij is niet veeleisend en meestal wekt hij de indruk vrolijk dan wel tevreden te zijn. 

Vorig jaar rond deze tijd was mevrouw Solo ons hondje aan het uitlaten. Het was vroeg. Die ochtend had Orval een beetje de kolder in zijn koppie. Hij was lekker aan het ravotten met zijn hondenmaatjes, toen er een fietser voorbij kwam. Wat er in zijn kleine kersenpit gebeurde weten we nog steeds niet, maar hij nam de benen en rende blaffend achter de fietser aan. Mevrouw Solo probeerde hem nog te roepen, maar hij was de bocht al om richting de Straatweg. Mevrouw Solo probeerde als een haas achter Orval aan te rennen, maar de vier korte beentjes bleken een stuk kwieker dan de benen van mevrouw Solo. Orval stoof de Straatweg op, achter intussen elke willekeurige scooter en fietser aan, in het donker van het drukke ochtendspits verkeer. Mevrouw Solo stond doodsangsten uit. Ze zag het al gebeuren, dat haar geliefde viervoeter geschept zou worden door eenderwelk gemotoriseerd vervoer. Het gelukte Orval het Muizengaatje, zoals de tunnel naar het Oude Noorden heet, te bereiken en daar kon een, door mevrouw Solo’s hulpgeroep, gealarmeerde fietser hem staande te houden nadat hij tussendoor de auto’s ook nog eens de Straatweg was overgestoken. Mevrouw Solo nam Orval met tranen in de ogen in de armen en was de rest van de dag van slag. Orval mankeerde niets, maar mag sinds dien niet meer los lopen.

Vaak zit ik naar Orval te kijken. De natuur heeft er mee bijgedragen de schoonheid van de schepping zichtbaar te maken. Het is een mooi hondje. Ik zie hem dan liggen op zijn kleedje bij het raam. Als ik de schuifdeur open doe, sprint hij blaffend de tuin in, op zoek naar de kat, die er op dat moment helemaal niet is. Ook zie ik hem wel eens achter zijn staart aan rennen. Dat denk ik tenminste. Het kan ook gewoon iets zijn, dat ik niet zie. Als ik hem uitlaat, observeer ik vaak zijn gedrag. Hoe hij snuffelt, de patronen, die hij loopt, hoe hij reageert op andere honden. Hij heeft ook een heel mooi gebit. Een forse set tanden voor een betrekkelijk kleine hond. En hij laat zich graag aaien, terwijl hij dan zo nu en dan schalks en zacht in mijn hand bijt. 

Orval heeft zijn plaats in ons gezin. Maar toch zijn we geen echte roedel. Hij kan niet samen  jagen met ons. Niet proberen te paren, of vechten om voedsel. Hij is wel volwaardig lid van ons gezin, maar hij blijft een hondje in een mensenwereld. We hebben hem weggehaald bij zijn moeder en zijn broers en zusjes en hebben ons zelf als zijn familie gepresenteerd. We voeden hem en zorgen voor hem, zoals wij mensen denken dat dat goed is. En soms zie ik hem kijken en dan ineens wordt ik moedeloos. Dit is misschien niet ‘zoals het bedoeld is’. Maar dan zie ik naast me mijn zoon op zijn slimme apparaat kijken en dan kan ik meteen hetzelfde denken. In het werk zie ik hele cohorten mensen zichzelf serieus nemen terwijl ze in bullshit banen aanrommelen en wegkwijnen achter schermen of als ze er echt in geloven, beloond worden met Tesla’s en dergelijke. Media en politiek oefenen zich, in steeds verder gaande perverse banaliteiten, terwijl Jan met de pet in de kou zit. Hoe ver staan we af, van dat waar we ‘voor bedoeld zijn’ geweest? Een stomme vraag natuurlijk, waar geen zinnig antwoord op te geven is. Hooguit, zijn we een excuus voor wat de natuur met ons bedoeld had. Poppenkast is de norm voor beschaving geworden. Ik denk dat Orval het daar ook wel mee eens zal zijn. Daarin snappen we elkaar. Ieder zijn leiband.

VON SOLO
DICHTER, COLUMNIST,  PERFORMER EN CINEAST
Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl
Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl 

Share This:

Gepubliceerd door Pom Wolff

Hoi, welkom op mijn site pomgedichten. De site is in langzame opbouw net als de dichter. Ik ben geboren in Amsterdam, ik leef daar en wil daar ook wel doodgaan. Ik studeerde Nederlands aan de Universiteit van Amsterdam, Rechten aan de Vrije Universiteit en werk als juridisch adviseur in de hoofdstad. Jan Arends is mijn favoriete dichter dan Kopland dan Menno Wigman. Paul van Ostaijen mijn dandyman. In slammersland geniet ik van Roop, Karlijn Groet, Peter M van der Linden - ACG natuurlijk, Ditmar Bakker, Jürgen Smit en Daan Doesborgh. En wat moet ik zeggen nog van Robin Block ( “hee ouwe wolf”) de wildemannen, lucky fonz III - Sander Koolwijk of Tom Zinger: "er is hier zeker 80 centimeter plant waar jij geen weet van hebt...." - mijn windroosmaatjes. Mijn optredens bezorgden mij eretitels: landelijk slamfinalist 2003, 2004, 2005 en brons in Tivoli in 2006, 2007 en 2010, 2011, 2012 en ook weer in 2013. - Dichter van het jaar in Delft 2005, voorts slamjaarwinnaar 2005 van de poëzieslag in Festina Len-te te Amsterdam, winnaar van Slamersfoort 2006. Jaarfinale Zeist 2007 en de BRUNA poézieprijs 2007 in mijn zak. Ik ben de hoogste nieuwe binnenkomer op de jaar-lijkse top-200 lijst van bekendste dichters Rottend Staal – Epibreren 2005. In 2008 kreeg Pom Wolff De Gouden Slamburger uitgereikt vanuit de Universiteit Utrecht – afdeling letteren en won hij het 2e Drentse open dichtfestival. op 19 april 2009 verscheen de bundel 'die ziekte van guigelton' - winnaar jaarfinale slamersfoort 2009. in 2010 won hij de dicht-slam-rap van boxtel en de dobbelslam van entiteit blauw te utrecht. in 2012 de grote prijs van Grimbergen én DE REBELPRIJS voor de poëzie van de REBELLENKLUP. Tot zover enig geronk. In 2014 presenteerde uitgeverij Douane op 22/11 in Café Eijlders de pracht bundel: 'een vrouw schrijft een jongen'. Sven Ariaans schreef in zijn juryjrapport Festina Lente Amsterdam: “Het is iemand die je zenuwen blootlegt om vervolgens op vaderlijke toon te zeggen dat die pijn jouw pijn moet zijn en dat er geen zalf bestaat. Elke cognitieve dissonantie die je voor jezelf op prettig hypocriete wijze had opgeheven, wordt je ingewreven, of zoals medejurylid Simon Vinkenoog het kernachtig zei: "hij verschaft illusieloos inzicht in de werkelijkheid". Ik voel me in deze omschrijving wel thuis.) 'je bent erg mens' van pom wolff verscheen in de befaamde Windroosserie in september 2005 en was in een mum van tijd uitverkocht. Nieuw werk - 'toen je stilte stuurde' verscheen op 18 november 2006 wederom bij Uitgeverij Holland te Haarlem. ook deze bundel was meteen uitverkocht. erik jan Harmens interviewde pom wolff over deze bundel in de avonden van villa VPRO.

Laat een reactie achter