Het groeien van bomen heb ik altijd als vanzelfsprekend genomen. Ze zijn er al zo lang ik leef. Groot en klein. Je had ze in het park in de buurt. In de tuinen, voor en achter de huizen waar ik opgroeide. Je had ze ook op de dijken. Er was zelfs een klein bos in de buurt van het dorp. Toen ik jong was werd er ook een parkachtig bos achter het dorp aangelegd. Daar stonden enkel kleine bomen en struiken. Vorige zomer fietste ik daar na dertig jaar nog eens een keer langs. Het park had wasdom bereikt. Bomen waren groot en omzoomd met struiken. Bijna ondoordringbaar groen. De tijd leek me ingehaald te hebben.
De straat tegenover ons huis wordt gekenmerkt door populieren. Deze zijn in de vroege jaren dertig van de vorige eeuw geplant. Het zijn gigantische levende organismen die wel tot dertig meter hoog rijzen. Als het stormt, gaan ze vervaarlijk heen en weer. Maar nooit gaat er één om. Deze houten titanen geven de Statenlaan cachet. Soms in de zomer zoek ik naar de spechten, die je wel kunt horen, maar zelden kunt zien. Sommige mensen zijn bang, dat zo’n kolos ooit op hun huis zal vallen.
Populieren kunnen wel tot tweehonderd jaar oud worden. Deze bomen hebben mensen dus zien komen en gaan. Maar binnenkort gaan ze er zelf aan. Dat is voor de goedkoopste aannemer, die de Gemeente heeft kunnen vinden voor het vervangen van de riolering in de laan makkelijker. Anders zou het maar een dure grap worden. Dan liever die bomen dood. Ach, het is vast recht te praten.
Zelf heb ik een fijne tuin. Er staat achter in een esdoorn. Die is bijna honderd jaar oud. Gezien esdoorns wel vijfhonderd jaar oud kunnen worden, is deze boom dus op een vijfde van zijn of haar leven. Ik heb geen idee of bomen het idee van geslacht kennen. Laatst zag ik dat de esdoorn erin geslaagd was een zaadje te laten ontkiemen in de tuin van de buren, die huren. Mevrouw Solo maande me de buren te verwittigen dat er een boom in hun tuin zou gaan groeien, als ze hem niet snel zouden rooien. Ik knikte begrijpend, maar had niet de minste intentie, gehoor te geven aan dit verzoek. Ik fantaseerde, dat de loot, die inmiddels al drie meter de lucht in geschoten was, op een dag ook een boom van honderd jaar zou zijn. Dan zou ik er al lang niet meer zijn.
Het is niet als met een kind of een hond. Je hond overleef je wel met een beetje geluk. Van je kinderen neem je hopelijk afscheid als je ze niet langer meer tot last wil zijn. Sommige bomen zou ik zo graag zien opgroeien nu ik zelf ouder ben. Maar dat gaat niet. En dat zet je op je plek. Zij zwijgen verder, schijnbaar eindeloos met de seizoenen mee. Vanzelfsprekend.
VON SOLO DICHTER, COLUMNIST, PERFORMER EN CINEAST Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl
“Catch of Time” is een fototentoonstelling gemaakt door Lynne Greenaway. Met als onderwerp 19 prijswinnende Nederlandse dichters. Lynne nodigde de dichters uit om een gedicht te schrijven over wat er de afgelopen 10 jaar met hen is gebeurd, waarna ze op haar beurt een portret zou maken gebaseerd op de essentie van dat gedicht. Van deze dichters namen er 14 ook deel aan een soortgelijke portrettenserie die Lynne bijna 15 jaar geleden maakte. Alle projectinformatie is te vinden op: https://lynnegreenaway.com/catchoftime/
Onder de dichters die aan het project deelnemen bevinden zich Sasja Janssen (winnaar van de eerste Johan Polak Poëzieprijs 2024 en de Adriaan Roland Holst-Penning 2024), Erik Jan Harmens (schrijver van ‘Het grote autismeboek’) en Thomas Möhlmann (redacteur van poëzietijdschrift Awater) om er maar een paar te noemen. Foto expositie ‘”Catch of Time” – gemaakt door Lynne Greenaway Opening zaterdag 23 november 14.00 uur Geopend van 20 november t/m 5 december Openingstijden: woensdag, vrijdag en zaterdag van 12:00-16:00 uur Locatie: SchouwArt, Schouwburg Hengelo, Beursstraat 44, Hengelo.
De deelnemende dichters zijn: ACG Vianen, Alexis de Roode, Anne Broeksma, Daan Doesborgh, Daniel Dee, Dorien Dijkhuis, Erik Jan Harmens, Gijs ter Haar, Hanneke van Eijken, Johanna Geels, Lucas Hirsch, Mark Boog, Mia You, Piet Gerbrandy, Pim te Bokkel, Pom Wolff, Sasja Janssen, Thomas Möhlmann en Victor Schiferli.
www.pomgedichten.nl heeft het exclusieve recht gekregen om 65 teksten van Miriam Al tweewekelijks op de woensdag te publiceren – dat gaan we doen! de teksten zijn door haar helaas overleden vriend Merik van der Torren nog net voor zijn dood uitgetypt en van een nummer voorzien én in een blauw mapje gedaan. vandaag tekst nummer 24 – dank je wel Merik – dank je wel Mirjam Al.
Twee spillebenen op het strand. Is er iemand die kijkt? Alle ogen gericht op wat? Te verwaarlozen denkt de schrijver. Niets is minder waar. Wat hij draagt kan niemand raden. Mag ook niemand zien. Het is zo groot. Men zou er zowaar van in paniek kunnen raken. Bij de aanblik. Nog nooit vertoond, zo groot en lelijk. Opgeblazen in het hoofd van de drager.
De onhandigheid van het behelpen gaat van kwaad tot erger. Onderbroekenlol is het station al lang gepasseerd. En dan brandt die zon ook nog eens zo vleselijk. Hij hoort de stralen haast sissen op zijn huid. IJsjes smelten in de handen van de spotters. En dan glijdt de handdoek in het zand. Pieliewielie in zijn hand.
Preuts (2) … op de schaal van Richter
‘Preuts op de schaal van Richter’. Ik richt me op van de krant. Dit is interessant. Alsof preutsheid gradaties kent. Welke dan? En hoe ziet die schaal er eigenlijk uit? Ik lees verder en val van de ene verbazing in de andere. Toch geen fake nieuws?
Tegenwoordig weet je het niet meer. Moet je meerdere bronnen raadplegen. Links, rechts en ergens in het midden. Een beetje AI erbij en een beetje maggie et voilà, de waarheid bijna binnen bereik. De zoete saus van waarheid. Alsof die zo belangrijk is? Waarom niet genoegen nemen met fake, fantasie 2.0.
Ik ben niet preuts. En zeker niet op de schaal van Richter. Ik ben juist botergeil. Roombotergeil. Geen margarine voor mij. Echt niet.
Preuts (3) … is het nieuwe zijn
Preuts is het nieuwe zijn. Het bedekken van alles dat bloot is. We bouwen muren en kleding om ons heen. Zien wordt het zwijgen opgelegd. We horen te luisteren naar wegstopgedrag. Eigenlijk, diep beschouwd legt iedereen zichzelf een burka op. Mannen dansen in hun rokken en de vrouwen gaan naar de pijpen. De wereld in shock.
Nou ja … de wereld … er zijn wel meerdere werelden op aarde. Gelukkig maar. Zeker in het licht van balansdagen. Minder eten, meer seks, meer beweging, lief zijn tegen elkaar. Maar onder onze kleren dragen we wel een stevige bra en op het strand geen billen en borsten meer bloot. We zijn als de dood voor ons blote lijf. Zelfs onderbroekenlol is uit den boze.
Preuts (4) … van den beginne
Preuts van den beginne word ik geboren. Poedelnaakt. Mijn piemel en ballen zullen de rest van mijn leven nooit meer zo groot zijn in verhouding tot de rest van mijn lijf. Ik word onmiddellijk warm ingepakt door een lieve kraamhulp met blauwe ogen. En niet alleen vanwege mijn blootheid en geslachtsgrootte, maar ook vanwege de temperatuur.
De vraag is alleen, wie wie nu eigenlijk inpakt? Zij mij of ik haar? Zo schattig en mooi geschapen als ik ben, houd ik het op het laatste.
Hoe ik weet dat ze blauwe ogen heeft? Ben haar later nog eens tegen gekomen. En hoe? Weliswaar vijfentwintig jaar later, maar hee, op een oude fiets moet je het leren, nietwaar? Spiernaakt, iets minder preuts.
Preuts (5) … etymologisch uitgeput
Preuts etymologisch uitgeput vanaf 1100 tot op heden. In brede zin alfabetisch gerangschikt in honderdvierenzestig woorden. Nederlandstalige woorden, met losse kruisverbanden en schijnbare tegenstellingen. Oud taalgebruik met vaak de oorsprong in het Frans ende of Latijn.
Na grondig onderzoek naar de alomvattendheid van het woord preuts, kom ik tot nieuwe inzichten. Waaronder nieuw inzicht in politiek. Nooit gedacht, nooit vermoed, dat politiek preuts kan zijn. Zo ook in ons huidige politieke klimaat.
In eerste opzicht zal men niet tot dit inzicht komen. Maar wat loert er achter de gordijnen, wat zit te beven op het pluche? Angst, voorzichtigheid, vertaald in preutsheid en eindeloos geouwehoer, draaien rond de pot; het onmogelijke volbrengen, met een overtuiging die grenst aan narrengedrag.
Ik spreek hier van ijdelheid in meest hardnekkige vorm; preuts het (ver)ongelijk niet erkennen. Liever sterven dan toegeven. De voorzichtigheid is de dood voor het geloof in democratie en vooruitgang. Stop het navelstaren en po(pu)lariseren. Stop de preutsheid.
Yess daar was JOZ KNOOP afgelopen zondag in de OBA – in het olympisch kwartier – in het zo de vrede lievende amsterdam bij een optreden deed hij zijn jozzonetten zijnde zijn bloedeigen dichtvorm
een gedicht dat zich in zijn middelste regel spiegelt
zijnde zijn bloedeigen dichtvorm deed hij zijn jozzonetten bij een optreden in het zo de vrede lievende amsterdam afgelopen zondag in de OBA – in het olympisch kwartier – Yess daar was JOZ KNOOP
Joz vertelde me over de tweede druk van zijn gedichtenbundel DE DRIEHOEK IS ROND – waarom de driehoek rond is in de literaire wereld van Joz leest u in die prachtbundel – de laatste exemplaren zijn bij Joz zelf te bestellen – een derde druk komt er niet van omdat uitgeverij De Muze gestopt is na het overlijden van uitgeefster Marianne Oosterop. ik zal het mailadres van Joz hieronder vermelden voor contact over de bundel.
Is het wat meneer wollufsun die bundel van die knoops vraagt Bettie hier op drie hoog achter in de jordaan reikhalzend en is die meneer knoops ook nog wat? de naam van de dichter luidt JOZ KNOOP bettie en Joz Knoop is een belangrijke dichter in Nederland en omstreken – meneer Joz Knoop heeft een eigen dichtvorm uitgevonden – de jozzonet – en in die bundel tref je een aantal van die jozzonetten aan Bettie – heel mooi echt heel mooi. en de aller mooiste vind je middenin de bundel Bettie en die heet het HET PACT VAN STAAL – ik ga geen recensie schrijven Bettie omdat de mensen de gedichten en de jozzonetten zelf maar moeten gaan lezen en ervaren en genieten – en de mensen zullen ook genieten van de uitzonderlijk mooie tekeningen in de bundel van mevrouw Hilde Zuurd. en meneer KNOOP is OOK zeker wat Bettie – meneer KNOOP is een hele aardige meneer!
oja wat mooi meneer wollofsun die twee mensen die voor eeuwig samen zijn op de grens van water en lucht. ja mooi he Bettie! als je meneer Knoop wil Bettie of een van de laatste exemplaren van zijn prachtbundel dan moet je mailen: jozknoop@ en dan upcmail.nl
Meestal ben ik wel in voor een praatje. Maar vandaag even niet. Vooral omdat het nog vroeg is. Onderweg van Leiden naar Den Haag. Het wiebelende mansfiguur naast mij houdt godzijdank z’n waffel. Het meisje ertegenover zit ook in haar aanraakscherm gevangen. Gelukkig maar.
De duttende blondine ernaast draagt een glimmend groen cocktail jurkje. Ik denk een studente onderweg naar huis na een uit de klauwen gelopen feestje. Zoiets. Ze heeft een huid bleek als parelmoer. Haar pumps stinken naar dood bier en vertrapte bitterballen.
Eenmaal op CS aangekomen is ze zo diep in slaap gestort dat het me enige moeite kost haar weer bij de les te krijgen. ¨Wuh, zijn we er nu al?¨ wauwelt ze. Onbeholpen waggelt ze vervolgens het perron op. Houterig als een pasgeboren giraffe.
Shit! Ze neigt plots schoksgewijs voorover en even later ligt haar maaginhoud schuimend op de betonnen tegelvloer. Campari? Onmiskenbaar, een geur uit duizenden. Een toegesnelde beveiliger kijkt met afgrijzen naar de onwelriekende roze drek en vraagt horkerig of ze soms bij mij hoort. Hoe het met haar gesteld is schijnt hem niet te deren. Ik laat het, en vraag de jongedame of ze ok is.
¨Zo, dat zat me duidelijk dwars,¨ zegt ze even later monter. We zitten inmiddels in lijn twee. Bij halte Grote Markt staat ze op. ¨Fijne dag nog meneer, en sorry van daarnet.¨ Dan beent ze stijlvol als een heuse vamp de tram uit.
hoe vinden we de weg naar het absolute – naar het enige echte? dat is het thema deze week van de zondagochtendwedstrijd. het antwoord? makkelijk is anders.
gelet op het thema geen makkelijke opgave zowel voor de dichters als voor de juryvoorzitter. kees fens verdedigde zijn literatuurkritiek als volgt – ik lees een boek en ik waardeerhet binnen mijn leeservaring – meer kan ik niet. en zo is het – meer kan ik ook niet – getroffen deze week door de tederheid die frans terken in zijn gedicht legde – de weemoed en het onmogelijke verlangen dat anke labrie in haar gedicht legde en tenslotte het antwoord op de themavraag gevonden door Ien Verrips. zo ook door wieke wieke bezongen. drie winnaars 3x goud. van harte – dank aan alle dichters die inzonden.
de deur is dichtgeslagen maar niet op slot gedaan een bordje met haar naam alleen haar naam de letters net nog zichtbaar
zij woont hier al zo lang zo lang alleen maar weet dat hij ooit komt en dan voor altijd blijven zal het weten ver voorbij
anke labrie 16-11-2024
anke heeft het atelier opgeruimd waar ze zo lang toefde in amsterdam west en haar schilderijen overgedragen aan, gedoneerd aan de stichting Care4Brittlebones, om met de opbrengst onderzoek te doen naar mijn ziekte osteogenesis imperfecta. ‘Een mooie bestemming, lijkt me, dan is ‘de cirkel rond’ voor mij. De eerste stappen zijn gezet; waarschijnlijk komt er een benefietveiling en misschien een fonds met website.’schrijft ze –
ik stel me zo voor dat in het gedicht verslag is gedaan van een laatste bezoek aan Ankes atelier – waarin zij al die uren de mooie en de moeilijke heeft beleefd en kleur gegeven. de afgebeelde kunstwerken van Anke zouden brachten mij tot het volgende titelvoorstel bij heet ingezonden gedicht. ’tussen zon en maan’
Maanlandschap Anke Labrie
Laat me binnen
Jij besloot dat het nodig was klopte gewoon op de deur en sloeg mijn verbaasde hand voor de mond weg
hier sta ik zei je nog even buiten maar ik weet dat ik hier moet zijn
bij jou vind ik alles wat ik zoek hoe meer ik van je zie hoe dieper ik m’n leven leef
ja ik weet dat we moed moeten hebben durf en doorzettingsvermogen tegen de klippen op
maar ik ben er nu laat me binnen met alles wat ik bij me draag leg ik me in jouw handen
dichter terken laat tedere woorden toe in dit gedicht – een zachte lieve ontmoeting – en de geliefde is meer dan welkom om de zware tijden beschreven in de voorlaatste strofe – samen met de ik persoon te dragen.
niet zozeer de weg kwijt alswel waarheen ga ik eigenlijk waar vandaan en waar naartoe leek mij van essentieel belang tot ik jou zag door jou gezien onze passen voegden zich onze harten klopten tot een ritme van een samen dans en het was goed alles was toen goed
nov 2024 Ien Verrips
hoe alles goed kan komen en de waarste zin van goed. de weg naar het absolute – naar het enige echte gevonden door Ien en daarmee het thema recht gedaan. mooi kort gehouden ook – dat is belangrijk bij existentiële zaken.
Ien Verrips – en het was goed
Vera van der Horst – De tijd die tussen ons hangt laat zo nu en dan eens afgestoft de liefde zien
Cartouche – wensdroomt
Anke Labrie -weet dat hij ooit komt
Erika de Stercke – op een avond vol verbazing
Luk Paard – mezelf verlieze in’n waarachtige jij
Frans Terken – ik ben er nu laat me binnen
Rik van Boeckel over de toekomst
DE ZONDAGOCHTENDWEDSTRIJD OP DE POM: op FB te genieten onder de naam Wieke Wieke en wellicht ontvangen we voor de zondagochtendwedstrijd op de pom een te publiceren opname – maar als u daar de moeite neemt om te luisteren – zie hier uw inspiratie voor dit weekend: wie wint de enige echte virtuele – ‘al is de deur dicht (toch) kom je binnen’ trofee op pomgedichten.nl – vrij naar deze prachtregel van Wieke Wieke – prachtige zelf reflexie neergelegd in mooie woorden. hoe wist ik de weg te vinden naar jou terwijl ik zelf etc – zingt wieke – de ultieme en generale vraag die we allemaal wel een keer stellen of hebben gesteld – hoe vinden we de weg naar het absolute – naar het enige echte – laten we in deze zondagochtendwedstrijd het begin van een antwoord trachten in een gedicht – dank aan wieke wieke voor de inspiratie. u kent de regels: gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.
Foto: Lynne Greenaway
ik heb geen reden en er is geen grond
jij laat geen ruimte voor verleden
alleen al je bestaan te weten
is meer dan ooit in mij bestond
pom wolff
Tot het zachte as
Je bent zo opgehoopt in mij in al die jaren, ik raak je net als t vet, bij t ouder worden niet meer kwijt
je kunt niet meer naar binnen er is zelfs geen engte in me die ruimte biedt aan iemand wel alleen voor mij
De tijd die tussen ons hangt laat zo nu en dan eens afgestoft de liefde zien, die niets heeft ingeboet in de geleden tijd
Vera van der Horst Vera won vorige week deze zondagochtendwedstrijd die geen wedstrijd is – dat gaat deze week niet gebeuren – ze schrijft als bijsluiter: ‘Je zal wel niet van het opgehoopte vet houden, te plastisch voor je, ik hou er ook niet van, maar het staat er toch..’ klopt ja haha. wel een prachtig levensgedichtje hoor – doorleefd en zoals het is en voelt naar ik vermoed bij dames op een zekere leeftijd – wellicht vanaf de overgang – mannen denken daar fundamenteel anders over – die zien overal nog wel een gat in. maar dat terzijde – nouja dat wordt vaak van mannen gezegd – hoe dan ook vera durft het leven in de de open gapende mond te kijken – daarom is ze ook een geweldige dichter. dank voor de bijdrage.
dat er een afstand van verlangen tussen ons hangt alsof de weg met onkruid is overgroeit
vage antwoorden in verontschuldigingen verstoppen helpt niet, de ogen herkennen het afwijken
nu je hier bent zelfs zonder op te bellen, een toegift ook al ontbreekt een zekere soepelheid
ik blaas je warm zodat de spanning onze lichamen streelt op een avond vol verbazing
Erika De Stercke
België goed vertegenwoordigd deze week – welkom Erika en Luk. Erika met een verrassend gedicht – inderdaad een avond vol verbazing – na de eerste strofen – een soort binnen zonder te kloppen – zo klopte het aanvankelijk niet – ook niet de harten – maar dan toch de IK persoon gaat overstag – blaast alle koude de tent uit – de erotiek overwint alles. een hele avond in vier strofen. met alles erop en eraan.
WD40
Al was de deur op een haar na gesloten vastgevroren, de sleutel zoek toch wist je op de drempel nog binnen te dringen, met één blik recht in het stalen hart te kijken het roestige slot te ontdooien de schoot te laten ploppen
Ik kraakte, klapte dubbel je sloeg me steil achterover mij de adem benomen -en jij frisse veertiger, reikte me de hand ik kwam bij zinnen, nam de jouwe en mijn open ogen spraken: nu jij me binnenstebuiten hebt gekeerd blijf je voor altijd – mijn WD 40
WensDroom tot stand gekomen
16-10-2024 / Cartouche
Cartouche kan het dromen niet laten. aanvankelijk dacht ik dat ie zijn veertigste droom vierde hier op pomgedichten – wel een beetje veel eer dacht ik voor de geliefde – na een wensdroom of zeven mag toch wel iets duidelijk zijn – als we verder lezen blijkt de geliefde 40 en is dit gedicht het enige gedicht dat haar zal overkomen – het is graag of niet en ik vermoed dat het niet is. ok het was een one night stand en voor de rest is ze opgeslagen in dichters dromen. het ging er wel heftig aan toe. ja dat heb je met dichters. singer songwriters dromen meer weg in de woorden die ze zingen.
zo zaterdagnacht en rock’n roll….drank en muziek misschien wel’n dans en jij vooral jij die’k lief die jij die mij zo waarachtig…ja en dat’et tot de ochtend mag de zondagochtend zolang’et maar
“ JIJ “
je zou me langs alles van de bene hoog bloot langs de navel en borste tot aan je keel
zou’k je houde zo vast dat’k nooit meer heb gehoude en dan met die tedere vingers nog de weg naar bloedrood
zoas op’n roetjsbaan heen en weer de lange weg met op’et einde nog’n tong
zoveel houde dat’k nooit en nog zeg ik meer zelfs tot mezelf verlieze in’n waarachtige jij
het paard is op hol geslagen dat mag wel gesteld worden haha. in nederland heet een gedicht als dit al snel tegenwoordig grensoverschrijdend – maar in het belgië van Luk Paard en trouwens van alle gedichten van Luk Paard spat de emotie het vrije liefdesveld in – stromen stortvloeden van liefde door de straten totdat alles ‘bloedrood’ kleurt. zo gesteld maakt ook ongesteld niet meer uit.
De dichtstbijzijnde toekomst
De toekomst komt steeds weer al blijft het heden dichterbij
dat gaat zo een enkele keer maar geest en lichaam blijven vrij
open zo de wereld voor ons langzaam of snel verandert het soms.
Hallo Pom Deze weken is er in het Pianola Museum in Amsterdam een eerbetoon aan de Uruguayaanse tango zanger, dichter en acteur Juan Tajes die november 2023 overleed. Ik heb o.a. met hem in de GlobalLorca groep gespeeld met toneelwerk en poëzie van Federico García Lorca. Ik heb er ook eigen poëzie in combinatie met percussie aan bijgedragen zoals Yemayá, Zeven bomen in Fuente Vaqueros en Magische liefde . Volgende week vrijdag neem ik er deel aan. En ga deze gedichten ook voordragen mezelf begeleidend met percussie. Zeven bomen in Fuente Vaqueros staat in mijn reisboek Muzikale reizen van Portugal naar Finland bij het hoofdstuk GlobalLorca vanuit Buenos Aires, Spanje en Cuba naar Zwitserland.
Met dichterlijke groet Rik van Boeckel
ZEVEN BOMEN IN FUENTE VAQUEROS
Zeven bomen in Fuente Vaqueros vertellen een verhaal zeven bomen aan de Paseo de Prado leiden naar de straten met namen van dichters naar Poeta Antonio Machado naar Poeta Pablo Neruda naar Poeta Federico García Lorca numero cuatro
takken wijzen naar Federico’s wieg zijn geboortebed en dat van Francisco de sleutel in de deur ‘la llave esta en Cuba con los negros’, de klank van oude gitaren klinkt het leven is een droom en de theaterkar van La Barraca rijdt, rolt over oude Spaanse straten, zie Federico in zijn doorschijnend zwart kostuum, zie de zwarte hoed met sluier op zijn hoofd zie hoe hij de dood speelt als een levende
hier ben ik don Federico, heb je bij wijze van spreken een hand gegeven heb je zien dansen langs symbolen uit de Vega heb je schaduw gezien in Fuente Vaqueros heb de piano gehoord en de bloemen in de vaas begroet de tafel waaraan je at de stoel waarin je nu niet zit
kijk, daar loopt een heel oude man ik zie een kleine jongen huid van honing nu met rimpels van de tijd slank als Cubaans suikerriet haar van donkere aarde
de jongen danst op de bulería, de seguiriya een sevillana ze zwijgen nooit de castagnettes aan de vingers van de vrouwen ze ritmiseren passies angsten beelden en rijkdom, de tijd tussen toen en nu
zeven bomen in Fuente Vaqueros waren getuige reciteren gedichten als waren het takken elk blad een woord, levendige letters vastgeklonken aan bellen rond de kuiten van zingende zigeunerinnen
zeven bomen vertellen een verhaal hoe de oude man danste met één van hen, heeft Federico hen gezien later in de grotten van Sacromonte voorbij Granada’s Albaicin
zie ik die oude wel is het niet die jongen daar zittend in een hoek met zijn vergeelde schrift
zeven bomen in Fuente Vaqueros lezen de middag dat Federico en Francisco broederlijk over de Paseo wandelen lang voordat de geboortestraat voor altijd zijn naam droeg.