
Over voorrecht & biologische klok
Het gebeuren op het damesgala liet me de afgelopen week niet los, sterker nog, ik heb eens uitvoerig mijn gedachten laten cirkelen rond het thema racisme en uitsluiting. Vooral omdat ik het was die in een stereotiepe hoek werd gedrukt, waar ik helemaal niet wilde zijn en naar mijn idee ook helemaal niet thuishoor, namelijk die van witte racist. Maar ben ik daar wel zo zeker van? Discrimineren we niet allemaal onbewust? Probleem is dat de “bevoorrechte” groep zich meestal niet van dat voorrecht bewust is en het als vanzelfsprekend voor lief neemt tot men erop wordt gewezen door de onbevoorrechte minderheid die zich wil emanciperen tot diezelfde positie. Hoe hadden we anders het vrouwenkiesrecht verworven? De slavernij afgeschaft? Gelijkheid tussen de sexen bereikt?
Nog altijd wordt het als vanzelfsprekend beschouwd dat hij voltijds werkt en zij halftijds en genoegen moet nemen met minder loon. Zo is het althans in Nederland, want wij hebben niet meegevochten in de Eerste Wereldoorlog, in tegenstelling tot Duitsland en Frankrijk, waar de vrouwen de economie aan de gang moesten houden omdat de mannen aan het front vochten. Met andere woorden, de nederlandse vrouw werd niet noodgedwongen het huis uitgejaagd, ze “hoefde” domweg niet en tegenwoordig is dat al niet anders. En aangezien de man het als een vanzelfsprekend voorrecht beschouwt om op een rustig kantoor zijn ding te doen in plaats van tussen de blèrende kinderen te zitten – wat ook een fijn voorrecht is, dat geef ik grif toe – verandert er niets. Maar terug naar die uitsluiting. Ben ik niet zelf zo’n bevoorrechte witte autochtoon die onbewust veroordeelt en uitsluit? Ik heb er aardig wat moeite mee om me daarvan een voorstelling te maken, ik zie mezelf graag als tolerant en ruimdenkend, aangezien ik zelf een buitenbeentje ben. Als kind werd ik, zoals iedere rechtgeaarde asperger, veelvuldig gepest.
Mijn levensvervulling, het schrijverschap, werd door familie en maatschappij nooit voor vol aangezien, want maar een hobby en geen “echt beroep”. En als vrouw word je toch vreemd aangekeken als je je niet van je taak kwijt waarvoor je als vrouw op de wereld bent, namelijk kinderen krijgen, vooral als je er ook nog voor uitkomt ze niet te willen. In deze lhbt-postemancipatoire samenleving, waar zelfs homostellen gretig aan de kinderen gaan, is dat het grootste taboe. Maar je biologische klok dan? Nooit wat van gemerkt, moet ik die hebben dan? O, maar schrijven en kinderen opvoeden gaan zeker niet goed samen… Op dat punt geef ik de verbouwereerde vragensteller maar grif gelijk, maar wat ik werkelijk wil zeggen is: ik hou van mijn leventje met mijn vrijheden en zo min mogelijk handenbinding. Maar ja, dat staat zo egoïstisch.
Je moet toch minstens de indruk wekken dat het door een speling van het lot en buiten je wil om nooit van kinderen is gekomen. Tja, als ik een man was en onder het mom van kostwinning veertig uur per week op een rustig kantoor mijn ding kon doen en bij thuiskomst de kinders keurig in bed zou aantreffen, dan is het een ander verhaal. Hoewel ik die mannen evengoed zou aanraden om een partner zonder kinderwens te zoeken, da’s ook nog eens beter voor het milieu. Maar enfin, omdat ik dus weet wat het is om “anders” te zijn door er ongebruikelijke ideeën op na te houden, omdat ik in mijn jeugd gepest en buitengesloten ben, heb ik van mezelf het beeld gecreëerd tolerant te zijn naar alle nationaliteiten, geaardheden en gezindten toe. Maar misschien komt dit ook weer voort uit een bevoorrecht, wit superioriteitsdenken.
Ofschoon ik niets heb met Sinterklaas, het al dertig jaar niet meer vier en de slaven annex bediendes op schilderijen uit de Gouden Eeuw wel verdacht veel van Zwarte Piet weg vind hebben in hun apepakjes. Zuslief was onlangs met zwager en het zwarte neefje op wintersport in het oostenrijkse Gmunden. Ik ga daar niet meer heen, rilde ze bij thuiskomst, er werd zo vreemd naar het neefje gekeken! Dat hele Oostenrijk zit boordevol racisten! Welkom in de echte wereld. Racisme en uitsluiting bestaan nog steeds, wellicht ook in het witte hoofd van columniste.

homo aude ludere
je bent soms met een pantser aan, soms laat je een andere huid staan
je huilt met de wolven mee, doet een gorilla na
redt ooievaars uit het nest op de hoogspanning bij blijdorp
acteert een glimlach, legt een verzameling strooppotten aan
om de pissebedden om de mond te smeren, je kuif staat naar de wind
je jas waait in alle richtingen, het masker dat je draagt voelt echt
je bent de vanger in het maaiveld, de duiker in het koren
wat krom is sla je recht, je wilt naadloos passen
in de voren van het bevoorrechte, voor pech heb jij geen behuizing
katjes knijpen zichzelf in het donker, jij moet ronken
op het schoongeveegde podium, je naam in het zodiac gegrift
voor ieders ogen zet je een leven in scène
dat je hebt gejat van de eerste de beste verstekeling
als het maar goed klinkt en verrassend genoeg
op het platgetreden pad blijft, je beeldt je in dat je beklijft
maar het geheugen lijdt aan alzheimer, zoveel is al gezegd
laten we bij elkaar liggen, mens, elkaar uitkleden, het naakte
betreden, elkaar velen, spelen wie ben jij nou echt?
Jolies Heij