Paul Bezembinder wint de enige echte virtuele – geef mij een lege kamer – een lege kamer waarin ik wezenloos kan verblijven – trofee op pomgedichten – Cartouche zilver en Rik van Boeckel brons

De juryvoorzitster bericht:
Goud Paul Bezembinder
Zilver Cartouche
Brons  Rik van Boeckel
 
Ik zou de anderen  ook brons willen geven maar het moet geen gewoonte worden. Prijzen maakt ons dichters lui 😉
 
Bedankt iedereen en wie weet tot 14 september in Den Bosch  en anders de week erop hier, in pomland.
***

Zij heet Helena en zegt:
Welkom in ons midden.

In deze gangen klinkt nog zacht
het zorgzaam gaan van zusters.

Zij gaat mij voor in witte jas
en wijst een cel aan voor de nacht

waarin aan staal geketend
ik een paar uur rusten mag.


Paul Bezembinder



pom: de mooiste vrouw van griekenland in een nieuw jasje. they are coming to take me away haha – gekkenhuis. de dichter laat zich in al  zijn gekte met graagte leiden door helena – helena zien dan zijn geen pilletjes meer nodig. in huize helena vindt elke dichter rust hoe weinig comfortabel de omstandigheden ook moge zijn. ook  paul lijkt met weinig tevreden.
 
jeanine: –>
Paul Bezembinder
 
Wauw Paul! Kort en sterk. Ik begin bij ‘zij’ en adem bij ‘mag’ pas uit en ik leef nog. Ik word hier blij van. Dank!
  • Marc Tiefenthal – Wat zal komen, wat weer weggaat
  • Rik van Boeckel – in de kamer van ‘t weemoedig hart
  • Petra Maria – in deze lege kamer van het leven
  • Merik van der Torren – zullen we wolken bestijgen
  • Aratrios – briefje met de fles verdwenen foto’s nooit verzonden
  • Paul Bezembinder – Zij gaat mij voor in witte jas
  • Anke Labrie – het perspectief nog nauwelijks zichtbaar
  • Cartouche – haar flanken mijn kussen
  • Frans Terken – op een wankel moment
  • Jako Fennek – ik zal luisteren naar het roeren van je mond
u kent de regels: de gedichten niet te lang svp – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.

wie wint de enige echte virtuele  – geef mij een lege kamer – een lege kamer waarin ik wezenloos kan verblijven – trofee op pomgedichten?

Juryvoorzitster deze week  – de inmiddels in Brabant wereldberoemde Jeanine Hoedemakers – weer terug van vakantie en op haar post. het thema contemplatief – een kamer, een lege kamer – dichtersgedachten in die kamer – we lezen graag waarheen de dichter ons brengt – hoe donker zal het licht zijn en hoe licht het donker? hoe wezenloos ook  – we hopen het te mogen lezen.


om jou
 

geef mij een lege kamer
een lege kamer
waarin ik wezenloos kan verblijven
 
misschien is opgaan een beter woord
nee opgaan is geen beter woord
ik wil niet opgaan – ik wil blijven
 
om een engel te horen zingen
om jou – voor wat altijd al in alles lag

voor wat altijd in alles liggen zal
wil ik opgaan in mezelf om te blijven
 
 
pom wolff
 
 



Laat maar komen nu het gaat
 
Zo’n kwartet speelt kamermuziek.
Ik speel het klaar.
 
In mijn kamer geen muziek,
geen stemmen.
Geen poes om te strelen,
geen vogel om te kwelen.
 
In de keuken hooguit gepruttel.
Ik staar wezenloos uit het raam.
Wat zal komen, wat weer weggaat,
laat maar.
Kreeg ik maar iets te zien.
 



marc tiefenthal
dichter essayist / poète essayiste



pom: tiefenthal plaatst de elementen van alleen zijn in zekere zin achter elkaar hier in dit gedicht – de verzuchting in de slotregels – de pruttelende koffie in de keuken op de achtergrond – wat weer gaat zal eerst moeten komen. een onontkoombare vaststelling. soms is poëzie van een genadeloze en harde waarheid gemaakt.
 
 
jeanine:
marc tiefenthal
dichter essayist / poète essayiste
 
Laat maar, schrijft de dichter, alsof hij het wel gelooft, die stilte. Dat zich afvragen wat er zal komen en de wetenschap dat er steeds als er iets gaat ook iets komt, terwijl hij tegelijkertijd de verzuchting uit; kreeg ik maar iets te zien. Intrigerend neergezet, zo Tiefenthal dat nu eenmaal graag doet. Hij zwerft mét en een beetje tussen de woorden en de lezer vangt noodgedwongen het dolen aan.  Op zich is dolen een aangename bezigheid en je komt altijd wel ergens en zo niet, dan laat maar. Immers. Als het dan toch moet, hè.


Thuis uit de droom

Thuiskomen is als wakker worden
uit de droom die vakantie heet

daar staan stoelen getekend
in het raam van verwachting

een tafel leidt naar weerspiegeling
van verleden dat ooit heden was

de roadtrip nestelt zich vrijmoedig
in de kamer van ‘t weemoedig hart.

Rik van Boeckel
7 september 2019



pom: ja –  de contemplatie gevonden in de kamer van het weemoedig hart. prachtig gezegd. een droomvakantie voorbij en dan weer jezelf terugvinden. dat was zeker ook de opdracht deze week – rik heeft er poëzie van gemaakt. tijd, ruimte, heden, verleden en een romantisch hart én ritme: zie daar de ingrediënten van de romanticus, de romantische teksten van rik van boeckel.
 
 
jeanine:
Rik van Boeckel
7 september 2019
 
Wat soepel en poëtisch neergezet. Ik ben er stil van en voel dat er een deur open zwaait. Ik ga naar binnen en wacht stilletjes af.

ALS DE WIND

als de wind
gaat liggen
op haar zachte
wolken
en het zonlicht
wat rebels
door kieren sluipt

spreekt het dan
vanzelf
als zilver
op een blanke tafel
hier mijn hart
jou te vergeven

zou dan zelfs
het sterven
niet zo
eenzaam zijn
als waren wij
voor altijd
samen
in deze lege kamer
van het leven

Petra Maria
te Barberino



pom:  de lege kamer van het leven – het generale thema van petra maria – na het verlies, na de dood kan het alleen nog maar levendiger worden – vaak als verlangen neergeschreven soms als schrale constatering van uitstralende pijn – hier beschreven als de lege kamer van het leven. auw.
 
 
jeanine:
Petra Maria
te Barberino
 
Petra geeft zich over aan een dichterlijk zich afvragen. Oh wat zou ik je graag een antwoord geven, want je schrijft het als schrijf je een brief aan mij.  Ik ben de lezer en ik weet het niet, je overpeinzing zet zich in me voort. Dat is altijd al een knap resultaat. Helder en direct, geen poëtische manoeuvres om de lezer af te leiden.
 

Zullen we dromen ?
 
En het boek lezen hoe het allemaal begon,
en miljarden jaren geleden de sterren lichtten.
 
Liederen zingen over de rivier in de bergen,
hoe jij de kruik vulde,
voor de fabrieken kwamen
en de bordjes : “GEVAAR, NIET AANRAKEN !”.
 
Hoe jij je lange haren schudde,
ik wijn proefde van je lippen,
hoe het allemaal begon;
zullen we dat doen
 
zullen we wolken bestijgen
als hoge kastelen ?
Zullen we dromen ?

Merik van der Torren



pom: de vraag – het verlangen om te dromen – het antwoord moet nog worden gegeven – de vragensteller vooralsnog in spanning alleen. merik weet wel waarheen de liefde twee mensen kan brengen. voorbij de sterren, over rivieren in de bergen, terug naar dat enorme begin van elkaar proeven als een zachte zoete gewurzstraminer 2016. (o sorry webmaster laat zich even gaan). boven alle wolken uit en hoge kastelen – ja dat is merik. als hij gaat dromen is het einde zoek en de liefde daar.
 
 
jeanine:
Merik van der Torren
 
  Wat heerlijk. Je droom is beeldend en verleidelijk. Schitterend die zin in kapitalen, gevaar, niet aanraken!  Bezwerend haast daar je een wens, die zo vol ingehouden hang naar vervulling in zich draagt, inderdaad niet aan moet raken. Dat verstoort slechts en dat moet je bij een wens tot samen dromen niet hebben. Dat is wat ik denk en ik dank je Merik, gedichten die je brein naar je hart brengen zijn altijd zo plezierig.



claire 2017
 
 
nog steeds in kader jij aan mijn venster
na je bloemrijke voordracht rimbaud
ter afronding bezig je naw te noteren
 
maar de poëzie bracht jou niet
het was het eerste moment
 
de dekschuit mijn terras le bateau ivre
door de gracht naar een roes gewiegd
in het waterlicht had je je laten vangen
voor je naderde
van de medestudenten eindelijk los om
 
mijn nederige behuizing op te hemelen
en de zon die erlangs streek en ik meende
jou extra nascheen toen speels brutaal
jij de verbeelding op agfa kwam opeisen
mijn alledaagsheid wankelen deed
 
briefje met de fles verdwenen
foto’s nooit verzonden
 
 
Aratrios



pom:  hoe de ALLEDAAGSHEID van de dichter aan het wankelen wordt gebracht als zij voorbij komt en de liefde op het eerste gezicht nog voor de poëzie toeslaat. zeer herkenbaar deze emotie – die een leven lang meegaat – en ze heette claire blijkbaar in het geval van arie. claire of  het grote zo indringende en alles innemende licht van de liefde – voor even om daarna niet meer. maar existentieel genoeg om ook voor altijd te zijn.
 
 
  jeanine:
Aratrios
 
Ach, een gedicht waarin ineens het licht doorbreekt. Heel even, maar lang genoeg om de dichter in verwarring achter te laten en te doen inzien dat zijn leven wat gewoontjes werd. Zoiets.  Wat bleef, deining en nooit verzonden foto’s en een peinzende lezer, hier in Rosmalen.


oud schilderij

over het versleten linnen
lopen vervaagde lijnen

de verfhuid dun geworden
de kleuren ingeschoten
en het vernis gebarsten

het perspectief
nog nauwelijks zichtbaar
zoekt het verdwijnpunt


anke labrie



anke labrie
 
 
pom: anke giet de vergankelijkheid in termen van linnen, verf en vernis – om te eindigen in een onzichtbaar geworden verdwijnpunt. zonder perspectief valt er niet te leven verder. ook hier in dit gedicht die onontkoombare waarheid die samenvalt met de poëzie – en ook al ‘verkondigt  rené  brandhoff  dat “dat niemand op de waarheid zit te wachten.” – wij wel op poëzie. en zeker de waarheid van een dichter – zoals hier geschilderd.
 
 
jeanine:
anke labrie

De vergelijking van het ouder worden met een oud schilderij.
Heel goed getroffen vind ik. Ik word er een beetje stil van en mocht ik het verkeerd lezen dan nog is dit het wat ik proef.  Dat verdwijnpunt, beklemmend maar ook geruststellend want …
 


Laat

 
Laat de vrieskou van het vaderland
maar tieren tegen het vel van de huid
zich hechten aan de schelpen, het zand
 van stranden in mijn ooghoeken waaien
zich vastbijten in de lellen van het vlees
 
het deert noch vreest de beet van winter
waar het zich gedragen weet door sporen
– hamer en aambeeld – van een smidse, de
stijgbeugel van de merrie in zijn midden
 die hem aandrijft, buigt en strekt
 
het knisperen, flikkeren van vuur
door geen getij of tijd te temmen
te doven zolang zij hem het oor leent
naar zijn hand komt, maar tam is ze niet
ze verlangt zich te verliezen en ik evenzeer
 
uit te breken uit de leegte van een kamer
naar het plateau waar niets boven en niets onder
geen ruimte links en rechts alleen dag en nacht
waar licht en donker zich constant splitsen
 
haar flanken mijn kussen
 
07-09-2019 / Cartouche
https://www.youtube.com/watch?v=EIIzbMa-KlE
http://www.traditionalmusic.co.uk/cohen/ballad-of-the-absent-mare-crd-leonard-cohen.htm




pom: nou het is weer flink raak in huize vromen. er lijkt weer eens een dichter losgeslagen als – vergeef me de vergelijking – als luk paard. alle negentien regels in dienst van die prachtige en adembenemende  laatste: ‘haar flanken mijn kussen’. tussen de regels door in de laatste strofe lezen we dat dichter ook wel wil breken met die lege kamer die hem omringt. de dichter gegrepen door zijn eigen wervelende woorden. we leven met je mee cartouche.


jeanine:
07-09-2019 / Cartouche
 
Wat een vaart. Ik galoppeer door dit gedicht en ben een beetje teleurgesteld als ik die laatste regel lees. Ik zie zo links en rechts al mensen steigeren in woorden maar ik vind die regel net iets te veel. Ook al weet ik dat hij geheel legaal daar staat, een bestaansrecht wist te overmeesteren. Toch…..! Man, je kunt schrijven dat weten we al maar als een paard in galop gaat bestaat de kans dat het op hol slaat. Als het de stal ruikt bijv. Dank Cartouche
Op het blad

Vandaag is de kamer leeg
als het blad op de schrijftafel
nog geen pen te bekennen
om er woorden aan te geven

zoals ik de beker voor me
met de ogen wil vullen
het proeft als een karige slok
op een wankel moment

nog niet het deinen
dat aan dansen grenst
hoe het tussen rust en
onrust op en neer gaat

kamerbreed de golven
waar ik een vinger op wil leggen
dat ik tussen woorden drijf
de hand rust op het blad

FT 08.09.2019

pom: de dichter beschreven op een wankel moment in zijn bestaan. waarheen, wat dreigt, wat is niet meer te overzien, wat brengt de dag en wat niet meer, wat nooit meer. het is maar goed dat we het niet weten. dat we elke dag opstaan in onze eigen lege kamer die zich snel laat vullen met ons bestaan

Jeanine:
–>
FT 08.09.2019
 
kamerbreed de golven
waar ik een vinger op wil leggen
 
Ja hoor, daar doen we het voor. Tante zou nu beginnen over slecht gelegd zeil maar tante slaapt dus de kust is veilig. Knap in feite dat bij al dat deinen je hand op het blad kan rusten.  Fijn beschreven, een moment van voor het schrijven gaan, nog in de ban van iets wat er aan vooraf ging. Een inbetween moment.
Dag Pom, hoop dat het je goed gaat. Goeie deelname vandaag. Ik voeg er mijn stukje tekst aan toe, op de valreep natuurlijk. Wens jullie een fijne dag toe. Tot binnenkort. Jako

vage belofte
 
geef mij een vogelkooi als kamer
rondom getralied
met uitzicht op de vecht, een kooi
waarin ik wezenloos zal staren
naar het buigen van de roeiers
waar ik zal luisteren
naar het roeren van je mond
en het fluiten van de vogels
 
eenmaal de apathie ontvlucht
zal ik je een gedicht
over het lot van de muze schrijven  
tien vingers in de lucht
de leegte van het vel
de tralies van de kamer
zicht op de vecht
 
jako fennek

pom: doen we jako. ik wil jou wel eens in een kooitje zien – kijkend naar het schoon dat aan je voorbij gaat. dat wordt een onrustig kooitje dat weet ik zeker. mooie eerste strofe hier. kijken wat onze strenge voorzitster hoedemakers van de woorden vindt. of ze zelf in een bootje stapt en aan je voorbij vaart. een mooie dag daarboven in het zwitserse voor jou en de jouwen.

jeanine: –>
jako fennek
 
Jako schrijft zich een vogelkooi in. Zoekt de tralies op om van daaruit zicht te krijgen op het in en om hem heen.
de leegte van het vel
de tralies van de kamer
zicht op de vecht
 
met daaraan voorafgaand tien vingers in de lucht.  Beter een vogel in de hand, enz.  Zal het gedicht er komen?  Dat gedicht voor de ‘je’?
Beeldend en berustend maar ook een tikje moedeloos …. Dat laatste woord, ‘vecht’. Welhaast freudiaans.  De dichter vecht zich die kooi wel weer uit.


Share This:

Gepubliceerd door Pom Wolff

Hoi, welkom op mijn site pomgedichten. De site is in langzame opbouw net als de dichter. Ik ben geboren in Amsterdam, ik leef daar en wil daar ook wel doodgaan. Ik studeerde Nederlands aan de Universiteit van Amsterdam, Rechten aan de Vrije Universiteit en werk als juridisch adviseur in de hoofdstad. Jan Arends is mijn favoriete dichter dan Kopland dan Menno Wigman. Paul van Ostaijen mijn dandyman. In slammersland geniet ik van Roop, Karlijn Groet, Peter M van der Linden - ACG natuurlijk, Ditmar Bakker, Jürgen Smit en Daan Doesborgh. En wat moet ik zeggen nog van Robin Block ( “hee ouwe wolf”) de wildemannen, lucky fonz III - Sander Koolwijk of Tom Zinger: "er is hier zeker 80 centimeter plant waar jij geen weet van hebt...." - mijn windroosmaatjes. Mijn optredens bezorgden mij eretitels: landelijk slamfinalist 2003, 2004, 2005 en brons in Tivoli in 2006, 2007 en 2010, 2011, 2012 en ook weer in 2013. - Dichter van het jaar in Delft 2005, voorts slamjaarwinnaar 2005 van de poëzieslag in Festina Len-te te Amsterdam, winnaar van Slamersfoort 2006. Jaarfinale Zeist 2007 en de BRUNA poézieprijs 2007 in mijn zak. Ik ben de hoogste nieuwe binnenkomer op de jaar-lijkse top-200 lijst van bekendste dichters Rottend Staal – Epibreren 2005. In 2008 kreeg Pom Wolff De Gouden Slamburger uitgereikt vanuit de Universiteit Utrecht – afdeling letteren en won hij het 2e Drentse open dichtfestival. op 19 april 2009 verscheen de bundel 'die ziekte van guigelton' - winnaar jaarfinale slamersfoort 2009. in 2010 won hij de dicht-slam-rap van boxtel en de dobbelslam van entiteit blauw te utrecht. in 2012 de grote prijs van Grimbergen én DE REBELPRIJS voor de poëzie van de REBELLENKLUP. Tot zover enig geronk. In 2014 presenteerde uitgeverij Douane op 22/11 in Café Eijlders de pracht bundel: 'een vrouw schrijft een jongen'. Sven Ariaans schreef in zijn juryjrapport Festina Lente Amsterdam: “Het is iemand die je zenuwen blootlegt om vervolgens op vaderlijke toon te zeggen dat die pijn jouw pijn moet zijn en dat er geen zalf bestaat. Elke cognitieve dissonantie die je voor jezelf op prettig hypocriete wijze had opgeheven, wordt je ingewreven, of zoals medejurylid Simon Vinkenoog het kernachtig zei: "hij verschaft illusieloos inzicht in de werkelijkheid". Ik voel me in deze omschrijving wel thuis.) 'je bent erg mens' van pom wolff verscheen in de befaamde Windroosserie in september 2005 en was in een mum van tijd uitverkocht. Nieuw werk - 'toen je stilte stuurde' verscheen op 18 november 2006 wederom bij Uitgeverij Holland te Haarlem. ook deze bundel was meteen uitverkocht. erik jan Harmens interviewde pom wolff over deze bundel in de avonden van villa VPRO.

Doe mee met de conversatie

2 reacties

  1. ALS DE WIND

    als de wind
    gaat liggen
    op haar zachte
    wolken
    en het zonlicht
    wat rebels
    door kieren sluipt

    spreekt het dan
    vanzelf
    als zilver
    op een blanke tafel
    hier mijn hart
    jou te vergeven

    zou dan zelfs
    het sterven
    niet zo
    eenzaam zijn
    als waren wij
    voor altijd
    samen
    in deze lege kamer
    van het leven

    Petra Maria
    te Barberino

  2. Op het blad

    Vandaag is de kamer leeg
    als het blad op de schrijftafel
    nog geen pen te bekennen
    om er woorden aan te geven

    zoals ik de beker voor me
    met de ogen wil vullen
    het proeft als een karige slok
    op een wankel moment

    nog niet het deinen
    dat aan dansen grenst
    hoe het tussen rust en
    onrust op en neer gaat

    kamerbreed de golven
    waar ik een vinger op wil leggen
    dat ik tussen woorden drijf
    de hand rust op het blad

    FT 08.09.2019

Laat een reactie achter