u zult wel denken – wat een geboefte die wolluf – vraagt ie naar een persoonlijke ervaring, een persoonlijk moment uit een persoonlijk verleden – vervolgens vertrouw je een persoonlijke moment toe aan het papier of aan het scherm en dan neemt meneer je kwalijk dat je gedicht te persoonlijk is geworden.
maar zo is het niet. persoonlijke of niet persoonlijke inhoud dienen in de poëzie te voldoen aan gelijke criteria om de lezer te kunnen innemen, overtuigen, op zijn minst om begrepen te worden. (meestal zeg ik erbij omdat in poëzie nu een maal ook alles mag: een keer oote boote boe mag ook natuurlijk en kan als poëzie benoemd worden).
ik zie een gedicht uiteindelijk toch als een vorm van communicatie tussen zender en ontvanger – weliswaar poëtische communicatie (het gedicht – de boodschap – de taal en de woorden – ik noem ze voor het gemak maar even de tekens) – maar toch communicatie tussen dichter en lezer of tussen dichter en toehoorder. we maken ook bijvoorbeeld niet voor niets een onderscheid tussen gedichten die je beter kunt lezen en gedichten die meer geschikt zijn voor een directe performance dichter van rederijker tot slammer of spoken word artiest stopt andere tekens in zijn tekst dan de dichter die zich beperkt tot een bundel.
terug naar het persoonlijke aspect. de persoonlijke ‘tekens’ die de dichter in zijn gedicht stopt moeten wel begrepen kunnen worden door de ontvanger’ de lezer hier. als u in een gedicht de higgsdeeltjes gaat uitleggen omdat u persoonlijk zo gegrepen bent door die natuurkundige uitvinding dan zullen heel wat lezers afhaken. als u de hele of halve klassieke oudheid opneemt in uw lange gedicht om uw eloquentie te tonen dan zullen ook heel wat lezers afhaken. of als u een hele honden kennel uw gedicht inhaalt dan zullen de kattenliefhebbers zeker afhaken en die blafbeesten dood wensen. (overal kom je die krengen tegen en nu ook nog op zondagmorgen in een gedicht!)
maar schrijft u bijvoorbeeld over uw geliefde – op een manier dat de lezers ook verliefd worden op uw geliefde dan bent u een groot dichter- de persoonlijke tekens gegeven aan uw gedicht zullen door vele lezers worden herkend en erkend. u heeft als dichter alshetware van het persoonlijke het algemeen geldende weten te maken. grote dichters kunnen dat – vraag mij niet hoe – vraag het maar aan FRANS TERKEN hier – die wint deze week het goud – hem is dat deze week gelukt. van harte Frans!

Krassen in de bast van de boom
is als zagen aan de wortels
wat je ooit wilde kerven is na jaren
als vergane sappen op- en uitgedroogd
dat het snijden was
om vast te houden wat niet vergeten mocht
hakken als het mes niet scherp genoeg
om het duidelijk te maken
om er naam aan te geven
dat het niet in de lucht bleef hangen
maar als aangetekend neergezet
en met een pijl verankerd
tot de boom geveld en
als brandhout in blokken verkocht
FT 02.07.2022
dichter Terken stopt precies genoeg info in de woorden van zijn gedicht (tekens) zodat de lezer daar zijn eigen wereld bij kan denken. met prachtige regels bovendien:
dat het snijden was
om vast te houden wat niet vergeten mocht
zou ik poëzieles geven op school ik zou dit gedicht als voorbeeld van poëzie bespreken. ik zou opmerken dat de zender (dichter) van teksttekens aan de ontvanger (lezer) een prachtige poëtische boodschap – in mooie versregels – heeft afgegeven:
dat hoe er ook wordt vastgehouden aan wat niet vergeten mag worden de boodschap uiteindelijk toch door de tijd wordt ingehaald
- Jeroen Den Harder: Als ik me afvraag wat zou jij doen…
- Jorge Bolle: …gelaten alsof dit seizoen dat jaar niet bestond.
- Merik van der Torren: en ik heb iets groens
- Rik van Boeckel: de boom van ‘t geheugen
- Frans Terken: dat het snijden was om vast te houden
- Anna Eikelboom Post: zoveel schoonheid
- Ton Huizer: liefde wordt met scherp geschreven
- Anke Labrie: de boom staat er nog steeds
- Vera van der Horst: het stoepje waarop we oeverloos zaten

zoals bekend bezoekt u op pomgedichten een min of meer soms ietwat zwarte soms een wat lichtere romantische site – maar wel voor poëzie. die boom van toen – die staat voor uw herinnering – staat deze week centraal in de zondagochtendwedstrijd. en ach romantici houden zich helemaal niet aan thema’s – dichters trouwens ook niet haha. op zich zijn we op zoek naar die momenten die toen voorbij gingen – mogelijk achteloos voorbij gingen – en die toch blijvend zijn gebleken – blijvend blijven – waaraan terug gedacht kan worden en die een gedicht verdienen. en dat gedicht lezen we nou hier graag van u. het kan van vroeger zijn – van ooit of van gisteren wellicht – dat ze tegenover je zat bijvoorbeeld. u kent de regels: gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.
soms is een gedicht een aantekening
die nog wel gemaakt moet
vergeten te krassen in die boom van toen
kom nog een keer bij me zitten in het gras
wat niet meer zal en niet meer was
blijft in zich zelf van het zelfde mooi
je donkere ogen
met het donkere groen
de lange weg van de moeite moe
pom wolff

Als ik naar je foto kijk
Als ik een mooi nummer hoor op de radio
Als ik een herinnering krijg
Als ik me afvraag wat zou jij doen
Nog zoveel te delen
Net als toen
Maar dat mag er niet meer zijn
Het is hier verleden tijd
Konden we nog maar even delen
Konden we nog maar even samen zijn
Konden we nog maar even…….
Die goede oude tijd
Jeroen Den Harder
de opdracht: momenten die toen voorbij gingen – mogelijk achteloos voorbij gingen – en die toch blijvend zijn gebleken – Jeroen haalt een aantal zaken terug uit een gedeeld mooi verleden. soms wordt poëzie krachtiger als je regels weglaat:
Als ik naar je foto kijk
Als ik een mooi nummer hoor op de radio
Als ik me afvraag wat zou jij doen
Het is hier verleden tijd
in deze vier regels staat alles – maar mooier – wat ook in de eerste acht regels staat. een prachtige poëtische conclusie: ‘Het is hier verleden tijd.’
we krijgen met de IK te doen – zoveel verloren en zoveel verleden tijd – hoe nu verder vraagt de lezer zich af.
en dat zou ik graag op poëtische wijze verwoord willen zien in de volgende regels. in het gedicht van Jeroen – wat mij betreft deze twee slotregels. niet alles hoeft gemeld. laat de lezer ook wat Jeroen.
Konden we nog maar even samen zijn
Konden we nog maar even…….

Hij heeft de boom gedragen naar de wortels van zijn tijd. Niets gesnoeid, niet geknipt, gelaten alsof dit seizoen dat jaar niet bestond.
En zo is de boom niet geveld, als een lichting zonder licht. Maar omgevallen en weggesleept door handen zonder eelt.
Een boom gedragen door de wortels zonder tijd.
Jorge Bolle
in zekere zin een mysterieuze tekst. een derde persoon is met een boom in de weer. de tijd doet het werk zoveel is zeker. de derde persoon laat de natuur het werk doen – maar dat dan toch weer niet helemaal zo – gelet op de eerste regel. de omgevallen boom word door de derde persoon verplaatst. is dat het wat de dichter kwijt wil? een gedicht zonder wortels is mijn conclusie.

Ik heb iets groens,
iets houterigs over me
en groei het dak dicht.
In bedompte schaduw
groeien mossen,
kweek ik geestverruimende zwammen
In mijn vermolmde oksel
schuilt de wijsgeer
en eekhoorns verstoppen
in mijn bast schatten
van onzegbare waarde,
en ik heb iets groens,
iets houterigs over me,
ik schrijf een rapport
Merik van der Torren
ha weer een boom! een gedicht met regels die herhaald worden. waarom weet ik niet. ook hier wordt de lezer toch een beetje de duisternis van het door de dichter gecreëerde woud ingeduwd. het is toch een persoonlijke beschrijving, een beleving wellicht die de dichter aan de woorden meegeeft.
de tekens die worden meegegeven aan het gedicht door de zender/dichter moeten wel open gelegd kunnen worden door de ontvanger/lezer. dat ontbreekt hier een beetje. die tekens zijn te persoonlijk van gevoel – door paddowerking wellicht.

Goedemorgen Pom
Hier een poëtische terugblik op een traumatische gebeurtenis in 1963 in Den Haag waar ik toen woonde.
Haagse bomen van Pex
De hond kwispelt bij de boom
tilt zijn poot op tegen de tijd van toen
nu ontworteld vervaagt herinnering
aan Kniertjes laatste tocht
naar Haagse bosjes van Pex
bomen zingen het lied van verdriet
takken weerstaan geen jaren zestig
reizen nemen landen door
van Laan van Meerdervoort
naar Lago Maggiore en Dordogne
oude bladeren gevallen
in zicht van denderende aarde
laten de boom van ‘t geheugen groeien
boven de kwispelende staart
stervend onder vier wielen.
Rik van Boeckel
2 juli 2022
een droeve gebeurtenis in poëtisch vacuüm geseald – ben niet goed in Engels of je sealen zo schrijft weet ik niet.
een dood hondje waar hebben we het over? zegt deze lezer. de dichter spreekt over een traumatische gebeurtenis.
hebben we het toch echt over persoonlijk leed – niet voor de lezer – voor deze lezer al helemaal niet – ik houd niet van honden – ik heb liever een dood hondje dan een levend mij ongevraagd likkend en aanblaffend hondje.
als ik u zomaar op straat bespring vind u dat dan ook gewoon? zeg ik vaak tegen hondenliefhebbers die hun onopgevoed beest niet in bedwang kunnen houden – dan kijken ze net zo stom uit hun ogen als dat beest van ze.

Nog groen achter de oren, olieverf op doek, 50 x 50
Hi Pom,
In de boom gegrift dit miniatuur met knipoog naar Clouseau.
Late liefde
Het linkerbeen wat stram
op de trapper, het andere zwaait
onvast door de lucht. Het wat
scheve lijf geeft
een slinger aan het stuur.
Met trage zwier
fiets je de straat uit, zoveel
schoonheid heb ik nooit verdiend.
Anna Eikelboom Post
ik houd van miniaturen. maar in poëzie loert dan wel het gevaar dat elke woord maar dan ook elk woord telt. en ja dat is hier het geval. elke woord telt mee – er kan er geen een weg. misschien hoeft ‘nooit’ niet en kan het gewoon niet zijn. verder geen kritiek. dichter houdt zich niet echt aan de opdracht – alles in de tegenwoordige tijd levert meer een actueel gevoel op dan een herinnering. dat dan weer wel.

Dag Pom,
Allereerst hartelijke felicitaties voor buurtgenoot Solo. Altijd goed voor een strijdbare
en originele bijdrage op de Pom.
Geen overbodig geromantiseer, de bijl aan de wortel. Miller in de boekenkast, Zappa
op de draaitafel. Zo lezen en horen wij het nog steeds graag in ons Rotterdamse
Kleiwegkwartier. Waar ik ooit vis kocht in wat nu de huiskamer van von Solo is.
We missen nog steeds een behoorlijke viswinkel in de wijk, maar kregen er gelukkig
wat ongezouten meningen voor terug.
Hopelijk kun je wat met mijn bijdrage. Ik heb inmiddels wel begrepen dat het in
Amsterdam meer over glijden dan over knarsen gaat.
Komt wel goed. De tijd…
Tot de volgende
Ton
Rode beuk bij het oude toegangshek
van begraafplaats Crooswijk te
Rotterdam –
Poortwachter
Je ving de wind van honderd herfsten
spande je kroon boven een
eenvoudig bankje
een collegebankje
voor mensen die mooi oud willen
worden
er is in gekerfd
net als in je huid
liefde wordt met scherp geschreven
door jonge handen die nog niets
van taal en tijd begrijpen
nog niet weten hoe zwaar de dagen
soms in de scharnieren draaien
als staal op staal
door merg en been
Ton Huizer
een fijne beschrijving over hoe jong gelukkig nog niet van oud weet. alles wordt wel precies gezegd en uitgelegd hier. een fijn kort verhaal – met merg en been en staal op staal als poëtische toegevoegde elementen aan een soort – hoe heet ie – a.l. snijdersproza.

ik durf haar best een zoen te geven
en ik heb het net gedaan
onder de boom daar bij de sloot
een kamer vol verjaarsvisite
wat kunnen grote mensen lachen
door de grond wilde ik zakken
de boom staat er nog steeds
ooit nog door die oom
in de oorlog omgekomen
als onbedoeld gedenkteken geplant
die boom heeft alles overleefd
barstensvol herinneringen
maar er is nooit iets ingekerfd
anke labrie
02-07-2022
het zal aan mij liggen maar die kamer ineens met verjaarsvisite – die kan ik niet plaatsen. ik vermoed een herinnering en dat de aanwezigen de zaak (het verhaal van het meisje) belachelijk hebben gemaakt. moeilijk voor een kind. en dat de tijd alles overwint de beschreven boom als getuige. ik kan niet zoveel met dit gedicht. het is meer een ja-ok-en-wat-nu gedicht.

Dit is een ongeschreven brief
naar een adres dat ik niet weet
aan een persoon waaraan ik denk
die ik heel even heb gekend
Ik schrijf:
je zal nog wel dezelfde ogen hebben
heel nieuwsgierig en als absint zo groen
daaronder een mond die alsmaar vroeg
naar wat ik toen niet wist
Vaak loop ik nog langs het stoepje
waarop we oeverloos zaten en dat
daarna nooit meer hetzelfde was
maar als je dit leest, weet dan
jij man, ik een heel leven nodig had
om te antwoorden op al je vragen
Vera van der Horst
toch maar even melden – deze dichter is het gewoon om meerdere versies in te sturen – en bijna altijd is de eerste versie in mijn ogen de beste – nu ook weer – maar om oorlog met eindhoven te voorkomen plaatsen we maar met alle tegenzin de door de dichter gewenste versie. het is al beter dan vroeger – dichter pleurde vier vijf versies van een gedicht over het hek en schreef erbij – zoek maar uit wat je het beste vindt. als ik dat dan vervolgens deed kreeg ik een enorm commentaar dat ik weer eens niet de goede versie had geplaatst. zie daar de vrouw in de dichter. hoe dan ook nu dit gedicht en deze versie: hoe leuk ik dat stoepje ook vind en die oeverloosheid ook – het is me net TE poëtisch gezocht deze vondst. die hele derde en vierde strofe heb ik niet nodig om de eerste twee prachtig te vinden – EN rond! EN af!
Dit is een ongeschreven brief
naar een adres dat ik niet weet
aan een persoon waaraan ik denk
die ik heel even heb gekend
Ik schrijf:
je zal nog wel dezelfde ogen hebben
heel nieuwsgierig en als absint zo groen
daaronder een mond die alsmaar vroeg
naar wat ik toen niet wist
Aangetekend
Krassen in de bast van de boom
is als zagen aan de wortels
wat je ooit wilde kerven is na jaren
als vergane sappen op- en uitgedroogd
dat het snijden was
om vast te houden wat niet vergeten mocht
hakken als het mes niet scherp genoeg
om het duidelijk te maken
om er naam aan te geven
dat het niet in de lucht bleef hangen
maar als aangetekend neergezet
en met een pijl verankerd
tot de boom geveld en
als brandhout in blokken verkocht
FT 02.07.2022
Ha Pom, laatste 2 regels van mijn inzending zijn kennelijk niet goed gekopieerd, bij deze het gedicht nog eens, compleet nu:
Aangetekend
Krassen in de bast van de boom
is als zagen aan de wortels
wat je ooit wilde kerven is na jaren
als vergane sappen op- en uitgedroogd
dat het snijden was
om vast te houden wat niet vergeten mocht
hakken als het mes niet scherp genoeg
om het duidelijk te maken
om er naam aan te geven
dat het niet in de lucht bleef hangen
maar als aangetekend neergezet
en met een pijl verankerd
tot de boom geveld en
als brandhout in blokken verkocht
FT 02.07.2022