
Deze column is speciaal voor de mensen die op hun ‘smart device’ zitten achter het stuur, tegen het verkeer in rijden op hij opgevoerde ‘fat bike’, oversteken zonder te kijken, de leuning niet vasthouden op de trap, met hun handen in hun zakken over straat lopen en hun ogen in hun zak.
Op het journaal worden vaak vreselijke beelden vertoond. Wat ze zo vreselijk maakt, is dat ze suggestief zijn. Ze spelen op een bepaald gevoel, zonder de banale beelden te gebruiken. Je zou denken, dat het beeld van het aangespoelde jongetje vreselijk is. En dat is het ook. Maar lang niet zo gruwelijk als het echte lijden, de ellende en het onrecht. Op het journaal wordt ook heel veel niet vertoond. Dat maakt, dat het nieuws iets is, waar je je van af kan keren. Je kan ervoor kiezen het als deel van je wereld te aanvaarden, of dat niet te doen. Zo kun je veilig in een gedachtewereld blijven bivakkeren, waar alle ellende of welk risico dan ook niet tot het jouwe behoort. Het is ook zo, dat je mensen niet ongevraagd mag confronteren met confronterende beelden. Dat is wel eens anders geweest.
Ergens eind jaren tachtig van de twintigste eeuw, liepen we wat ongemakkelijk de videotheek binnen. Na wat tussen de rekken heen en weer gestruind te hebben, liepen we naar de balie. Daar stond een rockwijf met roodgeverfd haar en slecht gezette tatoeages te roken. Verlegen vroegen we haar of ze ook de film ‘Faces of Death’ had staan. En jawel, dat had ze. Er werd niet gevraagd of we achttien waren. Na een avondje gruwelen met bier en joints brachten we de film weer terug. Het rockwijf vroeg hoe hij was. We stamelden, dat hij wel ‘cool’ was. Sommige stukken waren duidelijk nep, maar we hadden desondanks voor het eerst echte mensen zien sterven op video. Dat hoorde erbij. De dood had een gezicht gekregen.
Zo nu en dan verongelukte er in Zeeland wel eens iemand, die je kende. Polderweggetjes blijven verraderlijk, laat in de nacht, onder invloed van alcohol. Hoewel je je daar misschien niet al te veel van aantrok, was je je er wel van bewust. Je wist dat, als je iets stoms deed, je dat je kop kon kosten. De vuurwerkcampagnes waren er ook niet minder om. Gemutileerde bommenmakers werden door SIRE via één van de twee beschikbare tv-kanalen de woonkamer in gestraald. Je maakte dan wel bommen, maar was je, als je de lont aanstak er ook van bewust, dat jij de volgende in het spotje kon zijn. Op de HTS heb ik tijdens de eerste les werkplaats nog wel eens een medeleerling flauw zien vallen, toen we met zijn allen dia’s moesten kijken van ongevallen met draaibanken en freesmachines. Als je dat gezien had, wist je meteen waarom er veiligheidsvoorschriften zijn. De foto’s van de gescalpeerde man, die dood tussen een as gedraaid was, kan ik me nu nog voor de geest halen.
Aan de ene kant ben ik blij dat een ‘risico’ in ons mooie Europa vooral een economisch en juridisch begrip is geworden. Het aanvaarden hoe gevaarlijk sommige dingen zijn, of hoe hard het leven is, is tot een virtuele keuze geworden. Ik denk dat daar het echte gevaar zit. Want hoe je je ook denkt aan de werkelijkheid te onttrekken. Causaliteit discrimineert niet.
VON SOLO
DICHTER, COLUMNIST, PERFORMER EN CINEAST
Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl
Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl