VON SOLO in het donker

Deel 322. Donker

Het was halftwee in de nacht. Door het schemerduister wankelde ik van de slaapkamer naar de badkamer. Op mijn blote voeten op de koude tegels stond ik voor de wc. Water klaterde in de bak. Ik keek naar opzij naar buiten in de nacht. De gebouwtjes in de tuinen waren gedompeld in een onaards koud, blauw licht. Het was stil. In de belendende panden was geen enkel licht aan. Aan de wolkeloze hemel stond een gigantische maan. Dreigend. In stilte glipte ik terug in bed. En droomde. In de vroege ochtend werd ik met een stuiptrekking wakker. Voor de wekker. Het was nog steeds donker. Maar niet meer zoals een paar uur daarvoor.

Soms komt er iemand in je leven. Na de eerste woorden, de eerste blik, weet je dat deze persoon niet te vertrouwen is. Maar je wil dat dat anders is. Je vertelt deze persoon alles. Je stelt je open. Want je hoopt dat je gevoel niet klopt. Je hoopt dat alles nooit zo erg kan zijn, als je je voorstelt. En deze persoon zwijgt. Rustig voedend op je gedachten en gevoelens. In alle kalmte de offers verorberend als een wrede vergeten godheid. Pas met gespleten tong worden spaarzaam woorden gesproken. Altijd op momenten dat de tijd niets toelaat. Op valrepen en als de trein al wegrijdt. Maar jij hebt je geloften. Jij bent schatplichtig. Deze woekeraar doet niet aan advocaten. Maar jij wil enkel slapen.

Als de nacht bijna ten einde is, kleed je je aan. In zwart. Alles nauwsluitend. Het laat geen ruimte. Kent geen reflectie. Want je weet ondanks het ontbreken van de zon hoe laat het is. Je rent. Geen mens op straat. Geen leven en geen geluid. Tot de eerste tram langs rommelt en je de afslag neemt het bos in. Waar de vogels nog slapen en de geesten van vroeger stierven voor de belangen van de nieuwe mens. Het pad knarst onder je voeten en de koude wind striemt je gezicht. Niets of niemand kan wat doen aan de cycli van de maan. De maan is een koude dode steen. Maar als de duivel wakker is, wordt het kwaad slapen. Er zit dan niets anders op. Slijp je mes n steek het bij. Blijf wakker en wees bereid.

‘Bolje rat nego pakt, bolje grob nego rob’ (Servisch gezegde)

VON SOLO

DICHTER, COLUMNIST,  PERFORMER EN CINEAST

Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl

Share This:

Gepubliceerd door Pom Wolff

Hoi, welkom op mijn site pomgedichten. De site is in langzame opbouw net als de dichter. Ik ben geboren in Amsterdam, ik leef daar en wil daar ook wel doodgaan. Ik studeerde Nederlands aan de Universiteit van Amsterdam, Rechten aan de Vrije Universiteit en werk als juridisch adviseur in de hoofdstad. Jan Arends is mijn favoriete dichter dan Kopland dan Menno Wigman. Paul van Ostaijen mijn dandyman. In slammersland geniet ik van Roop, Karlijn Groet, Peter M van der Linden - ACG natuurlijk, Ditmar Bakker, Jürgen Smit en Daan Doesborgh. En wat moet ik zeggen nog van Robin Block ( “hee ouwe wolf”) de wildemannen, lucky fonz III - Sander Koolwijk of Tom Zinger: "er is hier zeker 80 centimeter plant waar jij geen weet van hebt...." - mijn windroosmaatjes. Mijn optredens bezorgden mij eretitels: landelijk slamfinalist 2003, 2004, 2005 en brons in Tivoli in 2006, 2007 en 2010, 2011, 2012 en ook weer in 2013. - Dichter van het jaar in Delft 2005, voorts slamjaarwinnaar 2005 van de poëzieslag in Festina Len-te te Amsterdam, winnaar van Slamersfoort 2006. Jaarfinale Zeist 2007 en de BRUNA poézieprijs 2007 in mijn zak. Ik ben de hoogste nieuwe binnenkomer op de jaar-lijkse top-200 lijst van bekendste dichters Rottend Staal – Epibreren 2005. In 2008 kreeg Pom Wolff De Gouden Slamburger uitgereikt vanuit de Universiteit Utrecht – afdeling letteren en won hij het 2e Drentse open dichtfestival. op 19 april 2009 verscheen de bundel 'die ziekte van guigelton' - winnaar jaarfinale slamersfoort 2009. in 2010 won hij de dicht-slam-rap van boxtel en de dobbelslam van entiteit blauw te utrecht. in 2012 de grote prijs van Grimbergen én DE REBELPRIJS voor de poëzie van de REBELLENKLUP. Tot zover enig geronk. In 2014 presenteerde uitgeverij Douane op 22/11 in Café Eijlders de pracht bundel: 'een vrouw schrijft een jongen'. Sven Ariaans schreef in zijn juryjrapport Festina Lente Amsterdam: “Het is iemand die je zenuwen blootlegt om vervolgens op vaderlijke toon te zeggen dat die pijn jouw pijn moet zijn en dat er geen zalf bestaat. Elke cognitieve dissonantie die je voor jezelf op prettig hypocriete wijze had opgeheven, wordt je ingewreven, of zoals medejurylid Simon Vinkenoog het kernachtig zei: "hij verschaft illusieloos inzicht in de werkelijkheid". Ik voel me in deze omschrijving wel thuis.) 'je bent erg mens' van pom wolff verscheen in de befaamde Windroosserie in september 2005 en was in een mum van tijd uitverkocht. Nieuw werk - 'toen je stilte stuurde' verscheen op 18 november 2006 wederom bij Uitgeverij Holland te Haarlem. ook deze bundel was meteen uitverkocht. erik jan Harmens interviewde pom wolff over deze bundel in de avonden van villa VPRO.

Laat een reactie achter