
Over Subtekst, of: Wat Leerde de Franse Les op de Middelbare School Nou Echt?
HOOFDSTUK 1
Introductie
Je suis Monsieur Tazoulin. Je suis le père de la famille.
Ik ben meneer Tazoulin. Ik ben de vader. Ik ben erg mannelijk.
Je suis Jean-Paul. Je suis le fils de la famille.
Ik ben Jean-Paul. Ik ben ook een man, dus kom ik vóór mijn zus.
Je suis Marie. Je suis la soeur de Jean-Paul.
Ik ben de zus van Jean-Paul: Marie. Mijn opvoeding dient mijn latere huwelijk.
Je suis Madame Tazoulin. Je suis la mère de Jean-Paul.
Ik ben de echtgenote. Ik heb geen voornaam. Ik ben teleurgesteld dat ik een dochter heb en niet twee zoons.
HOOFDSTUK 2
Waar Woon Jij?
M. Tazoulin: Nous habitons à la capitale.
Zoals alle Fransen wonen wij in Parijs.
Mme. Tazoulin: Je l’aime Paris! La ville d’amour!
Waar het hart van middelbare leeftijd van vol is, loopt de in een iets te jeugdige tint gestifte mond overduidelijk van over.
Marie: Le ville de la culture et les chefs de cuisine!
Mam, doet pappa je pijn? Glimlach maar als het antwoord ‘ja’ is.
Jean-Paul: Je l’aime le Tour Eiffel! C’est magnifique!
Waarom is de Eiffeltoren uit letterlijk elk raam zichtbaar?
HOOFDSTUK 3
Naar de Supermarkt
M. Tazoulin: Je vais faire des courses maintenant.
Ik alleen doe de boodschappen. Blijf hier in de kleine auto met de raampjes omhoog.
Marie: J’espère qu’il achète des chocolates.
Hij is weg. We kunnen vluchten.
Mme. Tazoulin: Je voudrais des fleurs pour le jardin.
Dan vindt hij ons, Marie. Dat doet hij altijd.
Jean-Paul: J’espère qu’il machète un nouveau ballon de football!
Er zitten godverdomme alleen maar wijn en stokbrood in die tas. Ik heb honger!
HOOFDSTUK 4
Een Avondje Uit
M. Tazoulin: Ce restaurant, c’est tres couteux!
Geld uitgeven vind ik niet prettig. Is het nog steeds legaal om je te slaan?
Mme. Tazoulin: Oui, c’est tres couteux!
Ik ben het zo volledig met je eens, dat ik het niet eens anders hoef te verwoorden. Ook vraag ik me af hoe een orgasme voelt.
Jean-Paul: Marie, voulez-vous du brioche et fromage?
Mam en pap zijn stom. Wil je blowen in de badkamer?
Marie: Mais oui!
Fuck, JA!
HOOFDSTUK 5
Wat Doen We Morgen?
M. Tazoulin: Je pense faire laver ma voiture demain.
Mogen ga ik de auto wassen, maar blijkbaar heb ik daar drie werkwoorden voor nodig.
Jean-Paul: Je vais aux grands magasins avec mon ami François.
Frank en ik gaan namaakvuittons verkopen achter de supermarkt zodat we drugs kunnen kopen. Als we stoned genoeg zijn, houden we elkaar vast en huilen, wat ongetwijfeld leidt tot ongemakkelijk en levensveranderend seksueel experimenteren.
Marie: Je prépare une tarte des pommes.
Mamma, ik ben zwanger. Heb ik nou eindelijk je aandacht?! Mamma?
Mme. Tazoulin: Je vais au cinéma.
Moet ik je brengen, Jean-Paul?