ik schreef: ga er maar aan staan – deze opdracht – deze week – de verbeelding van een mens met gaatjes – aanleiding de ongeveer 65 jaar oude in het Amstelpark (de boekenpaal) gevonden bundel van PAUL SNOEK – ‘ik rook een vredespijp’ en daarin het gedicht ‘een skalp’ met de regels: ‘Ik ben gebleven gelijk de eerste zwerfsteen was, een mens vol gaatjes.’
en ik schreef: dichter max lerou weet hoe dat moet: poëzie laten gisten in een koe, nog specifieker in maag drie. hahaha. dat is weer eens een andere blik op de poëzie. poëzie ligt vanaf vandaag niet meer op straat maar staat in de wei. en dat er ook nog soep van getrokken kan worden. stralend geluk met altijd ook een aangebrand randje als je niet uitkijkt. gelukkig redt de lichtvoetigheid het gedicht, de biefstuk en de mens. JEZUS REDT! (niet meer) op zondag – biefstuk redt! de mens – en een koe de poëzie! met deze lichtvoetigheid kan ik de gewijde zondagochtend aan. een dichter weet hoe uit een koe ook nog poëzie te melken is. GOUD voor Max Lerou! van harte.
en ik schreef: petra’s gedicht regendag bestaat uit drie strofen – de derde is een prachtige – te mooi zelfs voor de inleidende twee. ik heb genoeg aan de derde:
morgen zal het nooit meer
zijn als wat ons
te vaak in de weg staat
zo te kijken naar een dag
als deze
prachtig! ja zo vallen in poëzie de gaten in een mens. de vergankelijkheid met poëzie gelardeerd. zo mogen er ook gaten in een mens vallen. de taal als wondermiddel – een wasmiddel dat de aanstaande donkere tijden in de bleek legt. Zilver dus voor Petra Maria! van harte! alle dichters mijn grote dank voor de inzendingen bij een zo een moeilijk te vatten thema als de mens is in al zijn gaten.

vrede is biefstuk eten met muziek uit het slachthuis
bij elk stralend geluk
doemt wel vaker een beeld
van bonte koeien in zwart wit
hoor ze loeien
wanneer in maag drie
het gisten van de poëzie
een hoogtepunt bereikt
en het was al niet veel soeps
die zomerdag nee
dan deze – een lichtvoetige
maxlerou
–>
dichter lerou weet hoe dat moet: poëzie laten gisten in een koe, nog specifieker in maag drie. hahaha. dat is weer eens een andere blik op de poëzie. poëzie ligt vanaf vandaag niet meer op straat maar staat in de wei. en dat er ook nog soep van getrokken kan worden. stralend geluk met een aangebrand randje als je niet uitkijkt. gelukkig redt de lichtvoetigheid het gedicht, de biefstuk en de mens. JEZUS REDT! (niet meer) op zondag – biefstuk redt! de mens – en een koe de poëzie! met deze lichtvoetigheid kan ik de gewijde zondagochtend aan. een dichter weet hoe uit een koe ook nog poëzie te melken is.

ongeraakte vingers spelen
met het steentje in je zak
het oog viel er op
tussen de andere gladde grijze
het regent heel draaglijk
zo met jou
alsof alles eindelijk
is ingekleurd
morgen zal het nooit meer
zijn als wat ons
te vaak in de weg staat
zo te kijken naar een dag
als deze
petra maria
–>
ook bij Petra Maria regent het – ‘Ik ben gebleven gelijk de eerste zwerfsteen was, een mens vol gaatjes.’ blijkbaar moet het weer erin – het gedicht in. hoe anders de gaatjes te verklaren. petra’s regendag bestaat uit drie strofen – de derde is een prachtige – te mooi zelfs voor de inleidende twee. ik heb genoeg aan de derde:
morgen zal het nooit meer
zijn als wat ons
te vaak in de weg staat
zo te kijken naar een dag
als deze
prachtig! ja zo vallen in poëzie de gaten in een mens. de vergankelijkheid met poëzie gelardeerd. zo mogen er ook gaten in een mens vallen. de taal als wondermiddel – een wasmiddel dat de aanstaande donkere tijden in de bleek legt.
- FRANS TERKEN – het blijft water naar de zee dragen
- PETRA MARIA – morgen zal het nooit meer zijn
- MAX LEROU – vrede is biefstuk eten met muziek uit het slachthuis
- CARTOUCHE – maak een vlek van leven
- ANKE LABRIE – met dank aan Leonard Cohen
- ERIKA DE STERCKE – een aktetas met wilde plannen


gaatjes
ergens tikt sneeuw tegen een raam
daar weer doden door de warmte
hier een dichter
ook getikt
veel
behoorlijk wat
eentje
en maar tikken
moet ik dit allemaal bijhouden
aan welk strand lig jij nu
en met wie
ooit liep je alleen
met de zon weet je nog
ze zeggen dat data wat zeggen
maar ik heb ze nog nooit gehoord
die data
waar ben je?
pom wolff

Hoe het lijf van ongeduld moe wordt
en zich in afwachten neervlijt
tot het er in streepjes bij ligt
barcode gedrukt door een zonnebank
weg van de druppels
die gaten maken in de tijd
en putten slaan in de opperhuid
het is gewassen worden met overdaad
vanbinnen laait de weemoed
naar een eerder in verre streken
het verleden van koperen ploert
waar je de tanden op stuk beet
hoe je hier met lege handen staat
tot de hoosbuien zijn overgetrokken
het blijft water naar de zee dragen
daarin dan toch de zon zien
spiegel die je doet golven
je springt een gat in de lucht
© FT 03.07.2021
–>
ga er maar aan staan – deze opdracht – deze week – de verbeelding van een mens met gaatjes – aanleiding de ongeveer 65 jaar oude in het Amstelpark (de boekenpaal) gevonden bundel van PAUL SNOEK – ‘ik rook een vredespijp’ en daarin het gedicht ‘een skalp’ met de regels: ‘Ik ben gebleven gelijk de eerste zwerfsteen was, een mens vol gaatjes.’ Frans Terken doet een verdienstelijke poging. een optimistische poging. de dichter blijft de zon zien – hoeveel water er ook naar beneden komt. met lichte weemoed geschreven lichte hang naar een verleden – met echte zon en zonder hulpmiddelen als een zonnebank. dat ook je huid niet ontkomt aan de tijd.

Abc+
Je zult vloeken
noch andermans goed
begeren, stelen zul je
niet, geen woord, geen zin
tittel of jota, slechts zwart
op wit wil ik jullie zien
gestempeld
als poëet, man en vrouw
en van alles daartussen
dienen wij geduldig
en gedurig alleen
gaten te dichten
in de tijd
op dat niet zomaar
iets verloren gaat:
maak een vlek
van leven
04-07-2021
Cartouche
< –>
‘Ik ben gebleven gelijk de eerste zwerfsteen was, een mens vol gaatjes.’ eens kijken wat onze Cartouche van de opdracht wist te maken. ik vind het maar knap – op je nuchtere maag zwerfkeien vinden, deze verwerken in een min of meer aanvaardbaar mens nog – waarin gaten dreigen te vallen. ook Cartouche komt bij de tijd uit, de vergankelijkheid en de poëzie. bij het leven. mooi gedaan deze week. helder ook de vlekken beschreven. de tien geboden in een nieuw jasje.

met dank aan Leonard Cohen
de openheid als kind
krijg je niet meer terug
al snel gewaarschuwd
o zo goed bedoeld
later begreep je pas
dat het gevaarlijk was
je kwetsbaar op te stellen
nu dek ik de gaten niet meer af
uiteindelijk lieten zij
naast de kwetsuren
zo veel meer liefde binnen
anke labrie
(03-07-2021)
–>
met de wijsheid der jaren zingt Anke met Leonard zijn gouden regels mee. hoeveel gaten er in een mens eerst moeten vallen om het leven in al zijn pracht te kunnen omarmen. als je geluk hebt een tijd samen met een geliefde. kwetsbaarheid als groot goed geschilderd.

wending
hoe een ziel volloopt met beelden uit
het verleden, ze kleven aan je vast
de handen laten begaan
is jouw stem moe in een kleine ruimte
zijn de voeten versleten, koelkast leeg
ik stel geen verdere vragen
en zie verschuivingen, een aktetas met
wilde plannen zit op een stoel verzwakt
bij een halfvol glas
rondgekeken, ik vind je niet meer
jouw ogen zwerven tussen woorden
raken de dag, een vluchtig contact
Erika De Stercke
–>
Ook Erika laat de tijd haar werk doen. er vallen gaten in hem – dat is wel duidelijk hier, hij met zijn aktetassie. langzaam maar zeker en zeer doeltreffend snijdt dichter hem hier in stukken – in elke strofe wordt het gat groter. hahaha. geef erika een thema als dit en er blijft weinig van ‘de man’ over.
haar poëzie niet bepaald een stopmiddel.
Verlangen naar een streepje zon
Hoe het lijf van ongeduld moe wordt
en zich in afwachten neervlijt
tot het er in streepjes bij ligt
barcode gedrukt door een zonnebank
weg van de druppels
die gaten maken in de tijd
en putten slaan in de opperhuid
het is gewassen worden met overdaad
vanbinnen laait de weemoed
naar een eerder in verre streken
het verleden van koperen ploert
waar je de tanden op stuk beet
hoe je hier met lege handen staat
tot de hoosbuien zijn overgetrokken
het blijft water naar de zee dragen
daarin dan toch de zon zien
spiegel die je doet golven
je springt een gat in de lucht
© FT 03.07.2021
regendag
ongeraakte vingers spelen
met het steentje in je zak
het oog viel er op
tussen de andere gladde grijze
het regent heel draaglijk
zo met jou
alsof alles eindelijk
is ingekleurd
morgen zal het nooit meer
zijn als wat ons
te vaak in de weg staat
zo te kijken naar een dag
als deze
petra maria