
Mijn verdere jeugd heeft het niet bedorven. Ik leefde in een vrij land en stommiteiten werden niet op camera vastgelegd en oplossingen dienden zich lokaal aan. Landen als Chili en het de Sovjet-Unie, daar moest je niet zijn. Daar verdwenen mensen in kelders of werden uit vliegtuigen gegooid. China was toen nog helemaal geen land van belang, dus bestond in onze beleving ook niet. Het was een zorgeloze tijd, waar de wereld er nog op wachtte om ontdekt te worden en regels er nog waren om omzeild te worden. Toen ook de muur nog viel, was de dreiging van de koude oorlog voorbij en konden we onszelf in slaap soezen in een oneindig tijdperk van hedonisme.
Die schijn had het tenminste. Want op een gegeven moment vlogen er een paar vliegtuigen een gebouw in. Ik weet nog wat een vriend van me zei over de telefoon: ‘Moeder aller aanslagen, hier wordt geschiedenis gemaakt’. En toen kwam de machine op gang. Microchips werden sneller en (Chinese) sensoren goedkoper. Overal was er internet. Alles globaliseerde En alles mocht afgeluisterd worden, want terrorisme. Het heeft Theo van Gogh niet kunnen redden. Alhoewel hij in de tegenwoordige tijd ongetwijfeld toch gecanceld zou zijn geweest. Intussen genoten we van onze zelfjes op onze steeds nieuwere, onmisbare toverspiegeltjes. Terwijl we dronken, dansten en de wereld over vlogen om ‘alles’ te doen, spinde de controlespin verder haar web. Er was geen hoorbaar of effectief protest. Alles voor het grotere goed. Alles beter, dan dat daarvoor.
Twee jaar geleden brak er een virus los, dat de wereld tot bijna vandaag in haar greep gehouden heeft. Ons antwoord daarop vonden we in technologie en de markt. De overheid diende te zorgen voor het digitale administratiesysteem en de kapitalisten voor de farmacie. Een vruchtbare samenwerking die de wereld er weer bovenop heeft geholpen. We staan weer op de skipistes, liggen op de stranden van Ibiza en vliegen weer naar Thailand. Daarvoor hebben we enkel een digitale toestemming van het systeem nodig, gebaseerd op voor de gezondheid intussen overbodige farmaceutica. Onder het mom van ‘vooruitgang’ worden stiekem alle achteruitgangen geblokkeerd. Een systeem zonder noodstop. Een wereld zonder nooduitgang. Maar dat nemen we voor lief. Alles voor een betere wereld. Alles beter dan daarvoor.
En ik hoor al mensen denken: ‘Je weet niet hoe goed je het hebt en je moet niet zeuren.’ Waarmee ze bedoelen dat je je smoel moet houden, anders zetten ze je buiten het systeem.
Maar ik denk, dat deze mensen óf het gevoel hebben, dat het hun tijd wel zal duren, of een eindeloos vertrouwen hebben in ‘de vooruitgang’. Onze waakzaamheid is verworden tot gezapigheid. En onze gezapigheid tot het grote gelijk van de deugdzaamheid. Ongetwijfeld deugen de meeste mensen. Maar op de 8 miljard die er rondlopen, deugen er dus statistisch een heleboel niet. Als je de focus altijd op de vijand buiten je grenzen richt, dan kan het zijn, dat je je niet realiseert, dat de andere vijand al binnen is en zaagt aan je stoelpoten. In mijn geval zal het mijn tijd niet duren. En die van mijn kinderen al helemaal niet.
Ik weet nog goed hoe het voelde toen. In dromen, dat gevoel, nergens meer heen te kunnen. Het besluipt me. Dat er een moment komt, dat iets anders onverbiddelijk beschikt over mijn hele wezen.
Vluchten kan niet meer. Vechten kan nog wel.
https://youtu.be/sE2yz-L64ag
VON SOLO
DICHTER, COLUMNIST, PERFORMER EN CINEAST
Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl
Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl