- Joke kaviaar – in dat pand aan de gracht
- Vera van der Horst -langs de oevers van ons weten
- Anke Labrie –
- Cartouche –
- Max Lerou in het haags historisch
- Frans Terken – op het spui
- Karlijn Groet – in amsterdam
- Rob Mientjes – voor al dat me lief is
- Rik van Boeckel – aan de rijsttafel
- Vera Jongejan – in het geboortedorp
- Elbert Gonggrijp – in de tuin

ach u weet vast nog wel van die ene onvergetelijke bijzondere plek waar alles anders was – wellicht de plek waar u met uw allereerste liefde de liefde genoot, wellicht de plaats waar u afscheid nam van het ouderlijk huis, of de plaats van uw geboorte, dan wel de plek waar u ter aarde stortte in volle euforie voor dit of dat, desnoods de plaats waar u uw kerstmaal gaat genieten. we lezen u zo graag en u kent de regels: gedichten niet te lang svp- tenzij noodzaak – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.

anders
ik herinner me
de kleur geel van de keuken
waar het licht anders viel
waar we altijd koffie dronken
de stilte een samenvatting was
het was het geel dat wachtte
de krant op de grond
je trui
de briefjes die je schreef
nu woon ik in een kamer
waar het licht valt
zoals het hoort te vallen
ik kan het niet verdragen
pom wolff

Er huisden muizen, ratten en de zwarte kat
En wij, die de holen van de stad opzochten
Fabiola, de elfenkoningin, had er haar grot
bekleed met haar gevleugelde wonderen
Zij zelf de dichtende eenhoorn der krakers
Fluorescerend, de vlinder van de stad
Hansie-boy, punk voor het leven, zoals het pand
Bespeelde er zijn bas, een staccato springen op
het ritme van goedkope drank en wie weet
ook het grote aanbod van coke en dope
IJsbloemen op de ramen, dekens bedekt
met knisperende kerstversiering, de lucht vol
witte wieven – schaars het water aan een enkele
kraan in de kelder, voor wie het waagde
We ruilden er gejatte vla voor een kom rijst
Dit was thuis, een matras op de vloer, een deur
als eettafel, kamperen in de kamer en de bouvier
die tussen ons in lag, in dat pand aan de gracht
Niets hebben heeft wel wat.
Joke Kaviaar, 20 december 2025
een waar tijdsbeeld geschetst door joke kaviaar, uit de tijd van hanneke groenteman, haar spraakmakende verslag voor de zender at5 bij het oranjehuwelijk van dat mens – de moeder van die zoon nu – die we nooit gekozen hebben – hoe lang gaat dat nog door – én de krakersrellen – wellicht is de uilenburcht in de tijd een beetje later – hoe dan ook – een prachtig gedicht van binnenuit maar met hart en ziel geschreven. een document bijna dat zo door het museum van en voor de sociale geschiedenis kan worden opgenomen.

Onderweg naar hier
Het is niet de weg die buigt
maar de tijd in ons
terwijl wij langs de oevers
van ons weten lopen en telkens
in een ander water kijken.
Het gras
draagt nog de deuk van wie wij waren
toch vreemd alsof jij naast mij
uit je eigen gisteren bent gestapt
Zo worden wij
in elk weerzien opnieuw geboren
vervreemd en toch vertrouwd
in dit decor waar niets beklijft
dan de verandering van ons gezicht
Vera van der Horst

daarbij past de eerste strofe van hieronder.
ach 1 november 1975.
paard van troje – 1975
ondergronds ontkiemt
de smaak van de winterrevolutie
gestampte pot voor schoft en schooier
boven de dampkring
vliegen nonnen mee
op de rug van pegasus
en op de dansvloer
kikkervisjes die trots
hun eerste beentjes tonen
ml
de plaats die anders was – dichter Lerou voor even in gedachten terug op de vrijplaatsen die het jaar 1975 kenmerkten. je was erbij en zo niet miste je de plaatsen die voor altijd in de geschiedenis geschreven zullen staan. er werd volop geleefd en een van de meest levenslustigen zien we hier voor de foto’s aan de muur afgebeeld. ( een halve eeuw later)

Nacht
Waarin licht oploste in een duistere blik
van voorbijgangers die vervaagden
tot dansende silhouetten
als nachtdieren uit hun holen gekropen
spiedden zij rond naar stiekem vertier
weefden een web van schaduwen
boven golvende grond
een spiegeling op vuile glinsterstenen
ongenode gasten in een disco
slinks in hun driftige bewegingen
hoe zij verzet uit hun voeten stampten
de wereld belaagd als een fragiele bol
en ik die diep in een slaapzak wegkroop
achter een houten schutting op het Spui
© FT 19.12.2025
een niet helemaal toegankelijk gedicht – de jaren van vroeger beschreven – bijzondere dingen in de nachtelijke nacht – het spui amsterdam – wellicht was de rookmagiër nog in de buurt – en de jonge dichter in een slaapzak op straat – en de mensen op de straten deden niet mee aan de echte beleving van de stad.
er is veel gebeurd aan de amstel – ‘ruzies zijn belet – vriendjes zijn gekust en fietsen gingen verloren’ – een adequate selectie om de geliefde stad te tekenen. knap gedaan. mooie regels ook – ‘hoe vaak ben ik in jou geboren’ – enkele gezongen regels worden wat minder verstaanbaar gebracht – door de hartstocht zullen we maar zeggen.

Am Filosofie
Filosofie ik heb je lief
mijn muze
mijn filo
maar bovenal sofie
daar ben ik dan
jij en mij
om in te wonen
te vluchten
voor al dat me lief is
bang om te houden van
ons huis
voortdurend verbouwd
en dan
die geheime kamers
in ons fundament
ach filo
fileer me niet
laat sofie rusten
diep, diep
in mijn schoot
Rob Mientjes
het woordspel en de vergelijkingen liefdevol volgehouden tot aan het eind van het gedicht.

De tijd in jaren voorbij
De tijd in Den Haag aan de rijsttafel
van mamma Sumatra is zo divers
vlakbij Loosduinen en de Noordzee
verhuizing naar de universiteit
van Leiden via de Hoge Rijndijk
naar de bomen aan de Oude Rijn
zo gaat de tijd in jaren voorbij
soms via Marokko en Portugal
tijdens festivals en vakanties
alles zo anders alleen tijdens nacht
en dageraad maar niet eenzaam
met veel boeken en muziek.
Rik van Boeckel
19 December 2025
dichter maakt een reis door de tijd. ook hier den haag weer prominent geétaleerd – mamma sumatra lijkt me eerlijk en heerlijk eten. dichter verzorgt een aangename reis voor de lezer.

Geboortedorp
hoe het overzichtelijk begon
geen auto reed nog
spel verbrekend door de straat
en de binnenplaats achter de poort
was voor oefenrondjes op de fiets
het schampen van de deuren
waarachter geheimen opgesloten lagen
en voor het slaan van ballen tegen muren.
Daar woonde ook die vreemde vrouw
-ze sprak Duits
en zat verborgen dood te gaan
achter een hooggegroeide heg
en altijd op zondagmiddag
ging een vreemdgeboren wezen
brullend aan een ouderlijke arm voorbij
(verstoorde vaders idee van vrede)
Vera Jongejan
hoe de lieflijkheden en de lieflijke kinderspelen in het dorp toch min of meer wreed werden verstoord – door de aanwezigheid van vreemde figuren – de een vreemd geboren – de ander een vreemde dood tegemoet gaand – haha – heerlijk gedicht – het leven laat zich alleen door dichters echt vangen.

OF HET IETS ZEGT
Ode aan Rutger Kopland
Misschien zal ik evenveel aan je denken als toen – in
deze tuin, in de avond, met dat oud geworden licht,
de tijd van leven en doodgaan – alles lijkt anders,
alles wil weer precies hetzelfde.
Het is vreemd om te zien hoe alles steeds
verandert, hoe de appels en de druiven,
hoe jij een uitzicht bent op beter, op
een hoopvol later.
Maar ik ben al alleen nog voor ik het ben – tegen
het vallen van de avond in een tuin als alle andere –
nu ik deze leegte moet beamen, zelfs als ik mijzelf
hier niet meer terug kan vinden –
Elbert Gonggrijp,
Egmond aan den Hoef,
vrijdag 19 december 2025
ik weet niet of kopland in deze tekst nog te herkennen is – het gedicht is afgemaakt met niet afgemaakte regels – om stilte te laten vallen – om de gemoedsgesteldheid van de ik persoon kracht bij te zetten. prima!
helemaal logisch zijn de beweringen niet. het begint al met het eerste woord – misschien – is het nou ja of nee?
alles lijkt anders? maar toch een regel verder wil alles weer hetzelfde – dan lijkt het niet anders toch? dan is het anders.
ja ik wil niet zeuren maar als de regels net teveel de bocht uit vliegen – hoe mooi ze ook zijn – dan vliegen ze aan mij voorbij.
