hoe de heren meersman en von solo dachten in 2013 – een neo-dadaïstisch venster op de problematiek van alledag

hoe de heren meersman en von solo dachten in 2013 – een neo-dadaïstisch venster op de problematiek van alledag

POMgedichten presenteert de donderdag column:

VON SOLO, FEAR AND LOATHING IN POWEZIE LAND!!!
Openhartige openbaringen van de Jeff Koons van de vaderlandse powezie.



Een heerlijk gevoel. Vrijdagochtend rond tien uur de trein pakken op Rotterdam Centraal naar Brussel. Heerlijker nog als dat ding ook nog eens op tijd rijdt. En zo stond ik rond kwart voor twaalf op mijn bestemming. Na eerst de verkeerde uitgang gepakt te hebben was is na een korte omzwerving dan toch in de hal van Brussel Centraal beland. Aldaar stond mijn contact al te wachten. De befaamde organisator van onder andere Poetry Slam België en neo-dadaïst avant la lettre Philip Meersman. De vraag wat het plan was? Lunch uiteraard! Want daar zijn ze hier goed in. Philip stelde voor om te gaan lunchen bij La Fleur en Papier Doré, of voor de wat minder francophonen onder ons Het Goudblommeke in Papier. Een voormalig trefpunt voor artiesten en dadaïsten. Hier had Hugo Claus zijn huwelijk met actrice Elly Overzier nog gevierd in bijzijn van sterren als Louis Paul Boon en Simon Vinkenoog. We zouden dus ongetwijfeld in gezelschap zijn van een stel interessante geesten. Maar aleer daar te geraken moesten we nog een ritje met Philip’s Skoda Fabia met kinderzitjes door de bovenstad van Brussel maken. En zo kwam het dat ik in 10 minuten meer van Brussel gezien heb dan in alle voorgaande bezoeken daarvoor. En dat met tekst en toelichting. Mijn oren stonden al zowat te klapperen. Aangekomen in de nabijheid van het Goudblommeke parkeerden we de wagen. En na een korte wandeling kwamen we een etablissement binnen dat zich best als een sanctus santorum zou laten omschrijven. Met een menukaart. En zelfs de bediening sprak accentloos Vlaams. Na de menukaart kort ingezien te hebben bestelde Philip balletjes in tomatensaus en ik de kleine spaghetti. Wat we er bij wilden drinken? Zegt u het maar. Kriek Girardin dan, omdat het kan. De toon was gezet. Kortom, tijd voor het grote Philip Meersman interview op POMgedichten!

Dichter onder de oppervlakte, deel 4 : Philip Meersman

Von: Philip, eerst een praktisch vraagje, kun je mijn exemplaar van jouw bundel ‘Manifest voor de Poëzie’ nog signeren? Ik vind het een fijne bundel. Heb je er overigens bezwaar tegen dat ik de vrijheid neem bepaalde gedichten eruit ook op te nemen in mijn eigen voordrachten?
Philip: Nee, geen enkel bezwaar. Zelf neem ik ook vaak gedichten van anderen op in performances. Je kunt als dichter geen egotripper zijn. Het is heerlijk om ook te ervaren waar anderen mee bezig zijn.

Intussen signeert Philip, die naast zijn dichterschap tevens bezig is met zijn proefschift Kunstwetenschappen en Archeologie, de bundel met een keur aan schijnbaar onsamenhangende tekeningen en vormen. Hij doet dit echter met zo’n concentratie dat ik vermoed dat er een idee achter zit.

Von: Je staat bij mij bekend als een avant-gardistische dichter. Hoe zou je zelf je powezie omschrijven?
Philip: Het is niet alleen de traditionele powezie. Het zijn ook visuele en klankelementen. Bijna klankpartituren. Misschien een groot woord, maar ik ben toch van mening dat het een zeker iconisch karakter heeft. Een representatie van veel wat er achter zit. Een gedicht is een langspeelfilm
Het zijn geen kortfilms. Je moet onder de oppervlakte duiken. Als je een icoon ziet, dan zit daar een hele wereld achter. Wat dat betreft poog ik mij gerust Duchampionaans te noemen.
Von: Als in Marcel Duchamp?
Philip: Inderdaad. Je moet het zo zien. Wat daar ligt (Philip wijst naar zijn bundel) is niet meer van mij.
De lezer doet de interpretatie. Het is The Creative Act (http://eunchurn.com/mvio/Duchamp_Creative_Act.pdf). Een kunstwerk heeft een maker nodig en een publiek. Pas in de geest van het publiek ontstaat de kunst. Het is een partituur waar bij wijze van spreken twintig verschillende mensen twintig verschillende interpretaties aan gaan geven.

Von: In je bundel bespeur ik regelmatig een maatschappelijke betrokkenheid. Wat is daar de achtergrond van?
Philip: Het is een continue strijd voor geweldloosheid. In België liggen de verschrikkingen van de Groote Oorlog, of wat jullie de Eerste Wereldoorlog zouden noemen, sterk verankerd in de cultuur. Nog dagelijks worden blindgangers en botten opgeploegd in Flanders Fields. Ook heeft dat het landschap blijvend veranderd. Het was massaproductie ten top gedreven. Mensen massaal op de lopende band om kapot geschoten te worden.
Von: Hoe reflecteer je dat aan het nu?
Philip: Wat wil je dat ik daar op zeg? Kijk om je heen. Oost Kongo, de Centraal Afrikaanse Republiek, Somalië, Darfur, het Midden Oosten. Het houdt niet op. Het gaat om wat er niet in het nieuws komt. Hele volkeren worden afgeslacht. Ontwikkelingssamenwerking die eigenlijk geen samenwerking is, maar eigen bedrijven sturen voor winst. Chinezen zijn daar dan nog redelijk straight in. Die vliegen eigen mensen in en laten tenminste nog een infrastructuur achter als de zaken gedaan zijn. Wij verpakken dat hier als ontwikkelingshulp. Ik kan er niets aan veranderen, maar ik kan wel een stem zijn.

Philip: Ik durf zelfs nog verder gaan. Gedeeltelijk heb ik wel respect voor de internationale Syrische strijders. Je kan daar een parallel met Spaanse Burgeroorlog trekken. De geschiedenis maakt achteraf toch uit wie gelijk had. Het is het volgen van een ideaal. In uitzichtloze posities gaan mensen ook rare dingen doen. Als een zoon ten strijde trekt om daarmee te verzekeren dat zijn familie tien jaar verschoond zal zijn van de ergste armoede, dan lijkt dat eerder altruïsme dan politieke overtuiging.
In 2007 was ik in Israël op een Poëziefestival. De rit erheen duurde 4 uur. Deelnemer uit de Gazastrook deden over dezelfde rit 9 uur.
Von: Dus ga je nu ook strijden in Syrië?
Philip: Nee, het is niet dat ik wil gaan strijden in Syrië, maar het blijft controversieel allemaal. Het lijkt wel of de grootmachten er gewoon een testveld van maken. Wij hebben nieuwe raketten, jullie een nieuw raketschild. Let’s play. Eén Amerikaan staat gelijk aan twintig Afrikanen in menselijke waarde.
Ik breng dat in het gedicht ‘Stroming’ uit de bundel ook naar voren. Uw mond niet opendoen is ook schuld in mijn optiek.

Von: Maar wat is nou waar? Ik vertrouw de media niet.
Philip: Je moet meerdere media raadplegen om een idee te vormen. Stel jezelf de vraag of de waarneming die je doet de werkelijkheid is. Bekijk meerdere zenders eens over hetzelfde probleem. Raadpleeg CNN, raadpleeg Al Jazheera, neem een lokale zender. Pak ook France 24 erbij en je hebt een evenwichtiger beeld. Je bent je als burger verplicht te informeren in de liberaal verlichte maatschappij. Ik zie mezelf soms als op het bekende schilderij van Delacroix. Links van de dame met de ontblootte borst staat een linkse liberaal met hoge hoed en donderbus. Dat ben ik. Een soort anarchistische liberaal. Het gaat om de absoluutheid van de vrijheidsrechten van het individu. Elke macht corrumpeert. Bush Jr zou vervolgd moeten veroordeeld worden voor oorlogsmisdaden met zijn Weapons of Mass Distraction. The Roman Empire is back again. Of het nou Chinezen of Amerikanen of Russen zijn.

Von: En hoe ziet de wereld er dan over 20 jaar uit?
Philip: Realiteit of Utopia? Tsjah, hoop het beste, vrees het ergste.
Von: En wat zou je dan als ergste omschrijven?
Philip: Het ergste. Armageddon. Geen grondstoffen meer. Weer een wereldoorlog. Alsof die nog niet aan de gang is.
Von: Ik heb nog niet het gevoel dat er één aan de hand is.
Philip: Awel, ik denk dat we klaargestoomd worden om terug te vallen in een Neanderthalerstadium
Von: Komt alle scifi dan nu uit?
Philip: De aarde is op. We leven te geconcentreerd. Er zijn gebieden waar, excusé le mot, veel Lebensraum is, maar wacht maar tot Fukushima leegloopt, dan eten we allemaal vissen met twee koppen. Neem nou Paaseiland. Ooit stond daar de laatste boom. En als die gekapt zou worden zouden er nooit meer bomen teruggroeien. En toch heeft men die boom gekapt. Trek dan even de parallel met de voorgestelde winning van schaliegas en de exploratie en voorgenomen exploitatie van de poolgebieden. Bereidt u voor op een nieuwe ijstijd!
Von: Ik zit helemaal op je lijn. Ik ga me voorbereiden.

De serveuse haalt intussen de lege borden weg en vraagt of het heeft gesmaakt. Philip charmeert de serveuse door te zeggen dat het te gênant zou zijn het bord verder uit te likken. Even kijken we elkaar aan, en ik besluit mijn mond voor één keer te houden. We denken allebei hetzelfde. Tijd om voort te gaan.

Von: Maar we zijn inderdaad redelijk diep op de wereldproblematiek ingegaan. Wat was er ook weer nog meer in de wereld. Oh ja, powezie! Wat is in jouw optiek nou het wezenlijke verschil tussen de Nederlandse en de Belgische powezie?
Philip: Geschiedenis. De manier waarop taal wordt gebruik. Rooms Katholiek of Protestant gebruik. De donderpreek van de dominee tegen het centralistisch paapsisme van de priester. Of je gelooft in het feit dat verbetering mogelijk is, of alles al vaststaat. Maar de ontwikkelingen staan niet stil. Er is natuurlijk de meer academische klankpowezie versus de slamcultuur. Powezie die grammaticaal symbiologisch is. Taal die taal onderzoekt. In contrast met de sterke opkomst van de sociale, socialistische en urban powezie die veel meer uitgaat van maatschappelijke gegevens. Ook in (Noord) Frankrijk neemt deze cultuur een grote vlucht. Zelf zou ik me ertussenin plaatsen. Powezie gaat ook over communicatie of het gebrek aan communicatie of het niet willen of kunnen begrijpen.
Von: Maar is er echt wel zo’n groot verschil?
Philip: Ja. Het is een contextualisering die totaal anders is. Nederland is opgegroeid met programma’s als RUR. Daartegenover staat een soort wereldvreemdheid in Vlaanderen. Men heeft geen idee wat er in de wereld gebeurt. Het is nog nooit zo lokaal geweest. De grootste stap ooit voor mij persoonlijk was van Sint Niklaas naar Brussel verhuizen. Van Brussel naar de wereld was de stap maar klein.
En powezie is wat mensen samen brengt. Laatst trad ik op tijdens een internationaal neo-dadaïstisch spektakel in het Bismarck Centre in Parijs. Daar waren mensen en artiesten van over de hele wereld. En in een avond van krap drie en half uur trekt dan een wereld voorbij en zijn er geen grenzen meer.

Von: Hoe staat het eigenlijk met de avant-garde dichterij in Nederland?
Philip: Die is er. Denk daarbij aan dichters als ACG, Rozalie Hirs (http://www.rozalie.com), Jaap Blonk (http://www.jaapblonk.com) en Jan Bais (http://www.uitgeverijdebrouwerij.nl/mond-is-spruitje/).
Von: Die laatste drie zoeken we even op.
Philip: Maar het is ook lastig. Wat is avant-garde? Ik trek liefst de vergelijking met het experiment van Schroedingers kat. In het kort komt het er op neer dat je een kat in een kartonnen doos doet met een flesje gif. Als het flesje valt is de kat dood. Dat kun je echter pas vaststellen als je het deksel van de doos haalt. Daarmee wordt je als observator automatisch onderdeel van de test. Zo wordt avant-garde ook meestal avant la lettre bepaald. Avant-garde is een oud begrip waarvan je je mag afvragen of het sowieso nog houdbaar is. Jij schrijft nu nog een column, maar je kunt je afvragen of automatische column generators of drones niet gewoon de avant-garde van tegenwoordig zijn.
Het is net zo met dadaïsme. Er kan hoogstens sprake zijn van neo, want alle dadaïsten zijn al dood. Von: Ja, daarom kan ik ook nooit meer dan een Neo-Beatnik zijn.

Von: Zijn er dingen waar je je aan stoort in het huidige powezie klimaat?
Philip: Er is te veel publiekspowezie. Geschreven naar het publiek toe. Meer gebaseerd op consensus dan op uiting van kunst. Zo van tussen-het-rukken-door-pleeg-ik-wel-even-een-gedichtje.
Von: Haha, en dat vertel je de ongekroonde Koning van de Schlagerpowezie? Nou ja, we zitten hier niet voor mij vandaag.
Philip: Je kunt stellen dat er een duidelijke tweedeling is tussen schrijf- en voordrachtspoweten.
Ik zal geen namen noemen, maar sommigen zet je beter niet op een podium. Toch winnen die slams waar vakjurys bestaande uit schrijfpoweten de dienst uitmaken. Terwijl slam juist veel meer is.
De tekst moet iets zeggen, maar je doet vooral een totaal performance. De geschreven taal alleen is niet meer het belangrijkste. Kunst en powezie is zoveel meer. Poëzie is een pentagram waarbij inhoud onlosmakelijk verbonden is met de vier verschillende verschijningsvormen van poëzie, namelijk de geschreven, de gesproken, de gehoorde en de gelezen vorm van poëzie. Of zoals Roubaud in 2009 al zei: een gedicht vormt (a) quartet of forms and a score. Het iconiserende karakter van het gedicht ligt in het door de ontvanger gereconstrueerde icoon uit de partituur zelf en de daarachter liggende poëtische viereenheid.
Von: Zo, Ik heb nog een lange weg te gaan in powezieland. Wat zeg ik? Ik ben zo goed als net uit het ei gekropen!

Von: Heb je na alles wat al de revue gepasseerd is nog een pakkende uitsmijter voor de lezers van POMgedichten?
Philip: Ik durf wel te stellen dat alles dat nu gemaakt wordt kan teruggebracht worden op een werk van Duchamp. Wat daarin belangrijk is, is de spectator. Die maakt de kunst. Een collega student van me zei dat het dringend tijd wordt dat er een nieuwe Duchamp opstaat.
Von: Ga jij dat zijn?
Philip: Nee.

De lunchtijd is duidelijk voorbij. Het lokaal is bijna leeg. Intussen is de stereo aangezet en ‘Life in the fast lane’ van The Eagles staat over de speakers. We zijn ettelijke uren verder, en nog steeds brand het vuur van conversatie. Maar mijn hoofd zit zo vol dat we wel naar buiten moeten om al die gedachten wat ruimte te geven. We rekenen af en Philip rijdt me over de Hausmanniaanse Anspachlaan naar Brussel Noord. Ik had nog uren kunnen luisteren en was graag de discussie aangegaan over een keur aan onderwerpen, maar dat zal moeten wachten tot een andere tijd en plek in Powezieland. Ik heb vorige week op de Poetsclub in ieder geval nog een gedicht van Meersman uit Manifest voor de Poëzie ten beste gegeven. Zo breng je de wereld toch weer wat dichterbij.

Links:
-Philip Meersman
-Duchamp
-Delacroix
-Courbet

Het vervolg van dit neo-dadaïstische venster op de problematiek van alledag elke donderdag op POMgedichten in VON SOLO, FEAR AND LOATHING IN POWEZIE LAND!!!

VON SOLO vanavond geheel vernieuwd hier op de pom
Gepost door Pom Wolff op 2013/10/9 23:00:00 (1097 keer gelezen)


Share This:

Gepubliceerd door Pom Wolff

Hoi, welkom op mijn site pomgedichten. De site is in langzame opbouw net als de dichter. Ik ben geboren in Amsterdam, ik leef daar en wil daar ook wel doodgaan. Ik studeerde Nederlands aan de Universiteit van Amsterdam, Rechten aan de Vrije Universiteit en werk als juridisch adviseur in de hoofdstad. Jan Arends is mijn favoriete dichter dan Kopland dan Menno Wigman. Paul van Ostaijen mijn dandyman. In slammersland geniet ik van Roop, Karlijn Groet, Peter M van der Linden - ACG natuurlijk, Ditmar Bakker, Jürgen Smit en Daan Doesborgh. En wat moet ik zeggen nog van Robin Block ( “hee ouwe wolf”) de wildemannen, lucky fonz III - Sander Koolwijk of Tom Zinger: "er is hier zeker 80 centimeter plant waar jij geen weet van hebt...." - mijn windroosmaatjes. Mijn optredens bezorgden mij eretitels: landelijk slamfinalist 2003, 2004, 2005 en brons in Tivoli in 2006, 2007 en 2010, 2011, 2012 en ook weer in 2013. - Dichter van het jaar in Delft 2005, voorts slamjaarwinnaar 2005 van de poëzieslag in Festina Len-te te Amsterdam, winnaar van Slamersfoort 2006. Jaarfinale Zeist 2007 en de BRUNA poézieprijs 2007 in mijn zak. Ik ben de hoogste nieuwe binnenkomer op de jaar-lijkse top-200 lijst van bekendste dichters Rottend Staal – Epibreren 2005. In 2008 kreeg Pom Wolff De Gouden Slamburger uitgereikt vanuit de Universiteit Utrecht – afdeling letteren en won hij het 2e Drentse open dichtfestival. op 19 april 2009 verscheen de bundel 'die ziekte van guigelton' - winnaar jaarfinale slamersfoort 2009. in 2010 won hij de dicht-slam-rap van boxtel en de dobbelslam van entiteit blauw te utrecht. in 2012 de grote prijs van Grimbergen én DE REBELPRIJS voor de poëzie van de REBELLENKLUP. Tot zover enig geronk. In 2014 presenteerde uitgeverij Douane op 22/11 in Café Eijlders de pracht bundel: 'een vrouw schrijft een jongen'. Sven Ariaans schreef in zijn juryjrapport Festina Lente Amsterdam: “Het is iemand die je zenuwen blootlegt om vervolgens op vaderlijke toon te zeggen dat die pijn jouw pijn moet zijn en dat er geen zalf bestaat. Elke cognitieve dissonantie die je voor jezelf op prettig hypocriete wijze had opgeheven, wordt je ingewreven, of zoals medejurylid Simon Vinkenoog het kernachtig zei: "hij verschaft illusieloos inzicht in de werkelijkheid". Ik voel me in deze omschrijving wel thuis.) 'je bent erg mens' van pom wolff verscheen in de befaamde Windroosserie in september 2005 en was in een mum van tijd uitverkocht. Nieuw werk - 'toen je stilte stuurde' verscheen op 18 november 2006 wederom bij Uitgeverij Holland te Haarlem. ook deze bundel was meteen uitverkocht. erik jan Harmens interviewde pom wolff over deze bundel in de avonden van villa VPRO.

Laat een reactie achter