JAKO FENNEK wint de enige echte virtuele – ja wat knaagt er eigenlijk in het vooronder – trofee op pomgedichten (vrij naar dylan/vd torren)

als een duveltje uit een doosje – zomaar uit het zwitserse vooronder verrast jako fennek ons met een opwekkend gedicht – waar de liefde een mens niet toe brengen kan – dat we het weer weten – tot op hoge leeftijd beschrijft jako fennek het opverend vermogen van de mens waarin de liefde huishoudt en heeft huisgehouden. als een wonder hoort hij haar lach – van harte jako fennek het goud deze week voor jou.

Dag Pom,
Na weken keihard knokken tegen Mr. Parkinson, vandaag de roep van Moeder Powezie toch maar weer gevolgd. Ze lokt als mijn eigen moeder met een bord warme havermout met suiker. Ja, pap kreeg je – in ieder geval ik – en dat was het. Nu trek je je neus op als er een granalencocktail op tafel wordt gezet. Moet ik er bij zeggen, dat die beesten soms al duizenden kilometer onderweg zijn. Vliegend natuurlijk, geen garnaal zwemt nog, dan ga je maar voor de haaien.
Goed, powezie, laten we het daar over hebben. Fijne dag, Pom, heb het goed.
Groet van Jako.
 
 
pilaren
 

hij heeft het land aan zee
aan voorpiek en vooronder
zijn kniën worden week
als hij de eerste golfslag voelt
 
aan hem is alleen de zekerheid besteed
rotsvast als die van bergen
maar wie dit alles overheerst is zij
met een lach die rustloos
aan zijn wezen knaagt
een liefde
die hem niet in koude kleren gaat
die zijn geest als zeilen bolt
 
nu staat hij op de piek, trotseert
het wiegen van de zee
zijn benen zeker als pilaren
in‘t vooronder hoort hij als een wonder
gierend als de wind haar lach
 
jako

nou parkinson leidt de dichter in ieder geval tot een hogere vorm van poëzie. dat mag gezegd: hoe de geliefde zijn geest als zeilen
  bolt. ja wie dit alles overheerst is zij — prachtig — of zij loes heet hier of dat de nimf is beschreven aan de rechteroever van de rijn bij de lorelei – we weten het niet – maar dat de weke knieën hem bij de gedachte aan die heerlijke liefde weer stevig overeind doen laten komen is een vertederend en tegelijk adembenemend beeld.
hoog bezoek vanmiddag in het vooronder bij de wolfjes – het is 37 graden achter in de tuin maar doe toch maar een dekentje – met een blik van nou effe niet storen leest de koningin van amsterdam west – gerdin linthorst –
de eerder in een zekere mate van onmin gevallen palmen (‘ja ze schrijft altijd boeken over dode mannen maar die boeken gaan toch vooral over limburgse connie zelf’) terug op de leestafel! en nu van deze grachtengordel-roos weer terug naar onze wedstrijd.
  • FRANS TERKEN we stellen ons zelf geen moeilijke vragen
  • PETRA MARIA na de hitte de lange zomer is alles voor ons
  • RIK VAN BOECKEL in het vooronder zingen stemmen
  • CARTOUCHE aan dek met de ontheemden
  • JAKO FENNEK zijn kniën worden week als hij de eerste golfslag voelt

wie wint de enige echte virtuele – ja wat knaagt er eigenlijk in het vooronder – trofee op pomgedichten? nu willen we het weten ook.

de vraag stellen is al poëzie het antwoord geven zal ook van de poëzie moeten zijn. nu alles afloopt – de broeihitte, de hittegolf, de tour de force van alloy, de tour de france in en met de eeuwige sneeuw versmolten, worden de dichters weer teruggeworpen op zichzelf en op het immer aanwezige vooronder. merik van der torren ging ons voor door het stellen van de vraag:

Voorspoed
 
We maken plannen voor de toekomst,
bouwen een huis op de Azoren,
surfen naar alle wereldzeeën.
 
We bevaren de voorspoed als
Vliegende Hollanders,
driekleur in top.
 
Er zijn geen Engelsen die ons bestoken,
bij ons geen scheurbuik, noch tbc.
 
Maar wat knaagt daar in het vooronder;
Er is iets aan de knikker,
en je weet niet wat het is of wel, Meneer Jansen ?
zong Loek ooit in zijn hertaling van Dylans
“Ballad of a thin man”,
 
dacht ik bij mezelf schuilend voor een stortbui,
domweg onder de Munttoren
 
.
 
Merik van der Torren

u kent de regels: de gedichten niet te lang svp – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.

ten overvloede
 
en dan heb je nog van die dichters die schrijven
wat me nu toch overkomen is – ik weet het niet
ik deed mijn ogen dicht en toen ik ze weer opende
zag ik dit
 
vervolgens sturen ze hun gedicht in
voor de zondagochtend wedstrijd
met weinig eb en heel veel vloed
er komt maar geen eind aan
 
deze zee is geen zee denk ik dan ten overvloede
blind typen een geschenk van god
het is maar goed
dat de jury voorzitter nergens een punt van maakt
 
 
pw
Hitteplan

Hoe we hittebestendig de uren doorkomen
doen alsof pensioen van alle dagen is
er is een fonds om het gelag te betalen

we laten de boel de hele boel
de zon de felle zon met schijn
van een luie uitstraling

stellen ons zelf geen moeilijke vragen
als hoeveel eb gaat er in een vloed
of wat er meer is dan zee

geen stap teveel zetten geen voet
tussen welke deur dan ook
we houden die voorlopig gesloten

een tropische douche is genoeg
om het hoofd te koelen
of plotse sneeuwval in een Alpendal

FT 27.07.2019

frans weet de actualiteit op ingenieuze wijze  te verwerken met de  actualiteit van het gegeven thema. wat huist er allemaal in het vooronder. voor mevrouw linthorst is het limburgse connie met der dooie mannen. voor frans staan pompensioen en alpensneeuw uit de tour opgenomen in frans’ hitteplan. en dat hij dan daarbij ook en passant nog een antwoord formuleert op de eb en vloed passage in het gedicht ten overvloede. knap dichterschap.
LANGZAAM

de grijze kat sluipt
tergend
langs het raam
de krant valt zwaar
op de mat

aan de overkant
schuift een hand
het gordijn

is dit het huis
de straat
is dit de weg
het hart dat bloedt
onderhuids
zeg maar niets

open wijd
ramen en deuren
sluizen
tranen
passie
laat het gaan

na de hitte
de lange zomer
is alles voor ons

Petra Maria


is dit het huis
de straat
is dit de weg
 
dit is in ieder geval de passage die het meest direct binnen komt. vragen waarin de onthutsing van de ik persoon tot uitdrukking worden gebracht. en ze kent het antwoord: ja dit is dat huis, die straat, die weg.
 
we weten als lezer  niets en eigenlijk hoeven we als lezer ook niets meer te weten. een heel gedicht is al snel te veel. ook hier. dit gedicht verdraagt heel weinig woorden – dit gedicht had in alle eenvoud zo moeten zijn een gedicht in 3×3 regels – het had de lezer het zwijgen opgelegd:
 
aan de overkant
schuift een hand
het gordijn

is dit het huis
de straat
is dit de weg


het hart dat bloedt
onderhuids
zeg maar niets

Pom, hier mijn bijdrage aan de enige virtuele. Vanuit het vooronder een eerbetoon aan Rutger.


Een verloren  icoon

Toen Floris de ridder was van de jeugd
leek het leven een droom
dood de gesel van het universum

vijftig maal zo geel kleurt
het land van naamgever Columbus
nu Rutger een verloren icoon is

de monoloog laat geen twijfel toe
vloed ebt weg in de hitte van jaren
golven schrijven stilte op

zijn het geheugen van de tijd
in het vooronder zingen stemmen
dat ‘t verleden een verlaten droom is.

Rik van Boeckel
27 juli 2019


mooi die stemmen in het vooronder – de vergankelijkheid en de tijd die ermee gemoeid is – altijd het thema in het werk van Rik van Boeckel. het verleden een verlaten droom. hoe rik het alles overstijgende weet te plaatsen in een paar eenvoudige strofen. mooi eerbetoon voor de filmheld bovendien.

Zicht
 
een schip dat de mist doorploegt
als een baardwalvis het water
geen zon, horizon of zenit
 
aan dek een groep ontheemden
en ik – onvast ter been – een deel
van hen die van zichzelf vervreemden
 
in het vooronder een gestadig knagen
waarmee de rede andermaal verlaten
om het onvertrouwde te laten varen
 
op de tast naar vergezichten ten einde
in het hart der dingen op te lichten
 de leegte zich uit te laten spreken
 
achter de baleinen van elk gordijn
huizen golven schone schijn
en elk een krijgt zijn deel
 
een eigen stem en plek
in de mist – de mest
 van zijn gedicht
 
 
27-07-2019
Cartouche


als een ware slauerhoff slingert cartouche zich door zee-en mensen – een gedicht met die prachtige tweede strofe – zo zullen de mensen dit gedicht later herinneren – ja zeker ZICHT van Cartouche- zullen de mensen zeggen – en dan hoor je in koor:
 
aan dek een groep ontheemden
en ik – onvast ter been – een deel
van hen die van zichzelf vervreemden
 
het is net als bij petra maria – wat de dichter precies bedoelt we zullen het nooit weten – wel dat ie stevig gedronken heeft natuurlijk – onvast ter been is – op weg  ‘naar vergezichten ten einde in het hart der dingen op te lichten…’ we weten als lezer niets maar we voelen wel heftig mee – de zeevarende romanticus slauerhoff in het schippersjasje van cartouche gehesen. waar die mest aan het einde van het gedicht  ineens vandaan gesleept is mag god weten.


 
 

Share This:

Gepubliceerd door Pom Wolff

Hoi, welkom op mijn site pomgedichten. De site is in langzame opbouw net als de dichter. Ik ben geboren in Amsterdam, ik leef daar en wil daar ook wel doodgaan. Ik studeerde Nederlands aan de Universiteit van Amsterdam, Rechten aan de Vrije Universiteit en werk als juridisch adviseur in de hoofdstad. Jan Arends is mijn favoriete dichter dan Kopland dan Menno Wigman. Paul van Ostaijen mijn dandyman. In slammersland geniet ik van Roop, Karlijn Groet, Peter M van der Linden - ACG natuurlijk, Ditmar Bakker, Jürgen Smit en Daan Doesborgh. En wat moet ik zeggen nog van Robin Block ( “hee ouwe wolf”) de wildemannen, lucky fonz III - Sander Koolwijk of Tom Zinger: "er is hier zeker 80 centimeter plant waar jij geen weet van hebt...." - mijn windroosmaatjes. Mijn optredens bezorgden mij eretitels: landelijk slamfinalist 2003, 2004, 2005 en brons in Tivoli in 2006, 2007 en 2010, 2011, 2012 en ook weer in 2013. - Dichter van het jaar in Delft 2005, voorts slamjaarwinnaar 2005 van de poëzieslag in Festina Len-te te Amsterdam, winnaar van Slamersfoort 2006. Jaarfinale Zeist 2007 en de BRUNA poézieprijs 2007 in mijn zak. Ik ben de hoogste nieuwe binnenkomer op de jaar-lijkse top-200 lijst van bekendste dichters Rottend Staal – Epibreren 2005. In 2008 kreeg Pom Wolff De Gouden Slamburger uitgereikt vanuit de Universiteit Utrecht – afdeling letteren en won hij het 2e Drentse open dichtfestival. op 19 april 2009 verscheen de bundel 'die ziekte van guigelton' - winnaar jaarfinale slamersfoort 2009. in 2010 won hij de dicht-slam-rap van boxtel en de dobbelslam van entiteit blauw te utrecht. in 2012 de grote prijs van Grimbergen én DE REBELPRIJS voor de poëzie van de REBELLENKLUP. Tot zover enig geronk. In 2014 presenteerde uitgeverij Douane op 22/11 in Café Eijlders de pracht bundel: 'een vrouw schrijft een jongen'. Sven Ariaans schreef in zijn juryjrapport Festina Lente Amsterdam: “Het is iemand die je zenuwen blootlegt om vervolgens op vaderlijke toon te zeggen dat die pijn jouw pijn moet zijn en dat er geen zalf bestaat. Elke cognitieve dissonantie die je voor jezelf op prettig hypocriete wijze had opgeheven, wordt je ingewreven, of zoals medejurylid Simon Vinkenoog het kernachtig zei: "hij verschaft illusieloos inzicht in de werkelijkheid". Ik voel me in deze omschrijving wel thuis.) 'je bent erg mens' van pom wolff verscheen in de befaamde Windroosserie in september 2005 en was in een mum van tijd uitverkocht. Nieuw werk - 'toen je stilte stuurde' verscheen op 18 november 2006 wederom bij Uitgeverij Holland te Haarlem. ook deze bundel was meteen uitverkocht. erik jan Harmens interviewde pom wolff over deze bundel in de avonden van villa VPRO.

Doe mee met de conversatie

2 reacties

  1. Hitteplan

    Hoe we hittebestendig de uren doorkomen
    doen alsof pensioen van alle dagen is
    er is een fonds om het gelag te betalen

    we laten de boel de hele boel
    de zon de felle zon met schijn
    van een luie uitstraling

    stellen ons zelf geen moeilijke vragen
    als hoeveel eb gaat er in een vloed
    of wat er meer is dan zee

    geen stap teveel zetten geen voet
    tussen welke deur dan ook
    we houden die voorlopig gesloten

    een tropische douche is genoeg
    om het hoofd te koelen
    of plotse sneeuwval in een Alpendal

    FT 27.07.2019

  2. LANGZAAM

    de grijze kat sluipt
    tergend
    langs het raam
    de krant valt zwaar
    op de mat

    aan de overkant
    schuift een hand
    het gordijn

    is dit het huis
    de straat
    is dit de weg
    het hart dat bloedt
    onderhuids

    zeg maar niets
    open wijd
    ramen en deuren
    sluizen
    tranen
    passie
    laat het gaan

    na de hitte
    de lange zomer
    is alles voor ons

    Petra Maria

Laat een reactie achter