VON SOLO – oa over dat medische ambtenaren gaan bepalen wanneer we naar het sterfhuis moeten voor een zachte dood onder narcose.


Deel 375. Dijk
 
Het golven van het hoge groene gras. Het klotsen van het tij tegen de grote basaltblokken van de dijk op deltahoogte. Het ruisen van de Westerschelde. En dromen van hoe een vlinder met het klapperen van zijn vleugel dat allemaal kon bewerkstelligen en tegelijk hopen op originelere, eigen gedachten. Je ogen sluiten en gaan liggen in dat gras. Ze dan opendoen en de blauwe lucht zien. En verder niets. Dat er verder niet was of hoefde te zijn.
Vervolgens op je motor stappen en de wind voelen in je gezicht. De grens tussen land en water was een symbolische plek.
 
De afgelopen week herinnert me telkens aan mijn late jeugd in Zeeland. Daar was het ook altijd zo rustig op straat, wanneer het zomer was. De zon kleurde alles licht en liet de lucht zinderen. De meeste mensen waren op vakantie of weg. Op het dorp gebeurde niets. Net als nu. Bij ons op het dorp in Rotterdam. Ik vond het altijd vreselijk en verlangde naar avontuur. Naar ver weg te gaan en dingen mee te maken. Mensen te ontmoeten. Het echte leven. Dat verlangen is door de jaren heen ruimschoots vervuld geraakt. Tot vorige maand was ik een zorgeloos mens.
 
Vanmiddag stapte ik na de zoveelste teleconferentie op de fiets. Mentaal uitgeput en afgedraaid. Zo snel als ik nog kon, nam ik de minst aantrekkelijke fietsroute de stad uit. Dit om recreanten te mijden. Mijn omzwerving bracht me per toeval naar een dijkje tussen bedrijvenpark Noord-West en Overschie. Met mijn fiets in de hand liep ik langs oever van de Schie. Ik zette mijn fiets neer en vlijde me naar in het gras. Dit gevoel was zesentwintig jaar geleden. Ik sloot mijn ogen.
 
Nu droomde ik dat alle borrels voortaan digitaal achter een scherm zouden zijn. Dat even later voor ons bepaald zou gaan worden wanneer en wat we in supermarkten nog mochten aanschaffen. Dat algoritmen zouden gaan bepalen of en wanneer en voor wat we nog naar buiten mochten, of niet. Dat we in de tussentijd konden kiezen voor een droom in virtuele realiteit. Dat medische ambtenaren zouden bepalen wanneer we naar het sterfhuis moesten voor een zachte dood onder narcose. En toen schrok ik wakker met een droog gevoel in mijn mond alsof er juist een plastic buis uit mijn keel getrokken was.
 
Nu al schrijvend, realiseer ik wat me deze weken ontnomen is geweest. De door de jaren heen gewonnen vrijheid. De vraag die rest, is hoeveel keuzes er nu nog overblijven. En of er ooit nog een hernieuwd emergo komen zal.
 
VON SOLO
DICHTER, PERFORMER, COLUMNIST EN CINEAST
www.vonsolo.nl

Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl 
En volg VON SOLO ook op Facebook, Twitter en LinkedIn!!!
 
 
 

Share This:

Gepubliceerd door Pom Wolff

Hoi, welkom op mijn site pomgedichten. De site is in langzame opbouw net als de dichter. Ik ben geboren in Amsterdam, ik leef daar en wil daar ook wel doodgaan. Ik studeerde Nederlands aan de Universiteit van Amsterdam, Rechten aan de Vrije Universiteit en werk als juridisch adviseur in de hoofdstad. Jan Arends is mijn favoriete dichter dan Kopland dan Menno Wigman. Paul van Ostaijen mijn dandyman. In slammersland geniet ik van Roop, Karlijn Groet, Peter M van der Linden - ACG natuurlijk, Ditmar Bakker, Jürgen Smit en Daan Doesborgh. En wat moet ik zeggen nog van Robin Block ( “hee ouwe wolf”) de wildemannen, lucky fonz III - Sander Koolwijk of Tom Zinger: "er is hier zeker 80 centimeter plant waar jij geen weet van hebt...." - mijn windroosmaatjes. Mijn optredens bezorgden mij eretitels: landelijk slamfinalist 2003, 2004, 2005 en brons in Tivoli in 2006, 2007 en 2010, 2011, 2012 en ook weer in 2013. - Dichter van het jaar in Delft 2005, voorts slamjaarwinnaar 2005 van de poëzieslag in Festina Len-te te Amsterdam, winnaar van Slamersfoort 2006. Jaarfinale Zeist 2007 en de BRUNA poézieprijs 2007 in mijn zak. Ik ben de hoogste nieuwe binnenkomer op de jaar-lijkse top-200 lijst van bekendste dichters Rottend Staal – Epibreren 2005. In 2008 kreeg Pom Wolff De Gouden Slamburger uitgereikt vanuit de Universiteit Utrecht – afdeling letteren en won hij het 2e Drentse open dichtfestival. op 19 april 2009 verscheen de bundel 'die ziekte van guigelton' - winnaar jaarfinale slamersfoort 2009. in 2010 won hij de dicht-slam-rap van boxtel en de dobbelslam van entiteit blauw te utrecht. in 2012 de grote prijs van Grimbergen én DE REBELPRIJS voor de poëzie van de REBELLENKLUP. Tot zover enig geronk. In 2014 presenteerde uitgeverij Douane op 22/11 in Café Eijlders de pracht bundel: 'een vrouw schrijft een jongen'. Sven Ariaans schreef in zijn juryjrapport Festina Lente Amsterdam: “Het is iemand die je zenuwen blootlegt om vervolgens op vaderlijke toon te zeggen dat die pijn jouw pijn moet zijn en dat er geen zalf bestaat. Elke cognitieve dissonantie die je voor jezelf op prettig hypocriete wijze had opgeheven, wordt je ingewreven, of zoals medejurylid Simon Vinkenoog het kernachtig zei: "hij verschaft illusieloos inzicht in de werkelijkheid". Ik voel me in deze omschrijving wel thuis.) 'je bent erg mens' van pom wolff verscheen in de befaamde Windroosserie in september 2005 en was in een mum van tijd uitverkocht. Nieuw werk - 'toen je stilte stuurde' verscheen op 18 november 2006 wederom bij Uitgeverij Holland te Haarlem. ook deze bundel was meteen uitverkocht. erik jan Harmens interviewde pom wolff over deze bundel in de avonden van villa VPRO.

Laat een reactie achter