
Na de release van de cd De dromende dansers dit jaar volgt 29 september de publicatie van mijn reisboek Muzikale reizen van Portugal naar Finland door uitgeverij Boekscout. Het boek begint met mijn kennismaking met fado in 1980, gevolgd door interviews met Mariza, Carlos do Carmo, Celeste Rodrigues, Cuca Roseta, Ana Moura, Christina Branco en Sara Correia. Het boek heeft een sterk muziekjournalistiek karakter door die interviews maar ook door die met Cesária Évora, gekoppeld aan de muzikale reis naar Kaapverdië, met Mari Kalkun uit Estland en met Finse musici tijdens de reis door muzikaal Finland en de natuur van Lapland. De natuur van Santo Antão (Kaapverdië), van Denemarken, van de Baltische Staten Estland en Letland komt ook aan bod. En tevens het Deense poppenspel van Hans Christian Andersen en de poëzie en het toneelwerk van Federico García Lorca tijdens de beschrijving van de voorstelling van de GlobalLorca groep in Romainmôtier in Zwitserland (met Juan Tajes, Carlos Trafic, Grainne Delaney, Araceli Fernández González en Hannu Siiskonen). Bij elk reisverhaal staan gedichten zoals De fadozangeres, Denkend aan Carlos do Carmo, Zeven bomen in Fuente Vaqueros, Stapvoets in Rui Vaz, Ode aan Cesária, De verbeelding in Odense, Wandeling door Lahemaa en Alutaguse en Vier het rendier. Mijn eerste reisboeken Het loslaten van Atlas (2005) en De zingende palmen van Cuba (2007) worden vermeld net als de eerste poëzie publicaties Grafuit (1977) en De witte Makedonika (1999). En de cassettes Deze hoofden praten (1983) en Hé hé wat moet dat (1984). Maar ook de laatste: de poëziebundel met cd Beweeg als een strateeg (2018), de LP Deze hoofden praten (2021) en uiteraard de dubreggae cd De dromende dansers gemaakt met The Dub Ark, gereleased begin juni. Ik zeg altijd: met mijn poëzie op reggae muziek. Een belangrijk kenmerk van fado is dat de teksten geschreven worden door dichters. Maar zelf combineer ik mijn poëzie met diverse muziekstijlen; in de jaren tachtig werd ik popdichter genoemd vanwege de combinatie met popmuziek maar daarna ook met latin, hiphop, rock, jazz, West-Afrikaanse djembé en kora muziek en nu dus dubreggae. Als dichter en musicus reisde ik met de GlobalLorca groep naar Romainmôtier, als musicus naar Cuba, Senegal, Andalusië en Honduras waar ik de Punta muziek ontdekte. En als muziekjournalist naar Portugal en Finland, als journalist naar Tsjechoslowakije in de tijd rond de Fluwelen Revolutie. Muzikale reizen van Portugal naar Finland is een mix van muziekjournalistiek en reisjournalistiek want de reisverhalen over Denemarken, Estland en Letland hebben geen muzikaal karakter. Al heb ik aan dat laatste reisverhaal wel het interview met de Estse zangeres Mari Kalkun gekoppeld want zij zingt graag over de bossen en de natuur van Estland. En in het oosten van Estland kocht ik een cd van haar! Op de cd De dromende dansers wordt de reis naar en op Ibiza beschreven in het lied Ibiza Time. Op Ibiza schreef ik ook het lied De maanfluisteraar en tijdens de muziek journalistieke reis naar Porto De zingende bloemen omdat ik daar verbleef aan de Rua das Flores! Zo lopen met deze recente uitgaven muziek, journalistiek en poëtisch schrijven en reisverhalen wonderlijk door elkaar! Muziek en schrijven leiden met name enerzijds tot liederen en anderzijds tot muziekjournalistiek.
Aan elk reisverhaal is een gedicht toegevoegd zoals deze:
De fadozangeres
De fadozangeres loopt niet hard
ze balsemt haar voeten
in de stromen van de deinende Taag
zij zingt het wezen uit haar ziel
speelt met banden van haar stem
gelijk Ronaldo met de knie
fado is een zee waaruit ze weemoed plukt
haar tong de golf die dichters draagt
en als zij ja ja ja Pessoa zingt
dan is de held binnen haar stembereik
fado, o ironie, is het verdriet van de dans
zij wordt een corrido onder O Sol da Música
‘muito obrigada Caparica’
volg mij zing met mij als Amália.
Rik van Boeckel
Te bestellen via deze link:
https://www.boekscout.nl/shop2/boek/9789464896725?utm_content=search