
ok laat ik eens een ouderwets kruidig verslagje schrijven van de eijldersmiddag, vanmiddag. met een beetje human intrest zoals u het van mij mij gewend bent. vriend en ook vijand aanwezig – eerst maar eens hulde aan EIJLDERS Eijlders Dichters- de presentatie van de bundel ‘VERS op treden’ – 60 gedichten van eijlders dichters – hoogtepunt Joyce Hes maar in de bundel natuurlijk nog meer hoogtepunten – dank voor presentatie en de eijlders-25 jaar-podium bundeluitgave en hun liefde voor de poëzie aan Mieke van Beeren, Seraphina Hassels, Paul Lokkerbol en Martin Wijtgaard. dat het gezegd is en geschreven –
en nu de human intrest: heeft u weleens van 2 tot 6 uur in de middag naast iemand op een barkruk gezeten? – ik vanmiddag wel – nou ja af en toe verliet ik de kruk in de pauzes daarover straks meer – en dat dan iemand naast je vier uur lang zonder blikken of blozen je de rug toekeert – nou dan moet u eens om 2 uur Cafe Eijlders binnengaan – een barkruk kiezen naast Kat Kreeberg en om 6 uur eijlders verlaten. je ziet een rug – (als je van een rug corona kunt krijgen dan ‘legt’ geheel eijlders sinds gisteren aan de corona, maar dat terzijde) – je ziet wat haar, iets wat op een nek lijkt – ja kat is een meesteres in communicatie. ze verliet even haar kruk om haar gedicht te doen op de trappetjes van eijlders om mij vervolgens weer urenlang dezelfde rug toe te keren. voordeel is dat jezelf ook niet veel hoeft te zeggen. hahaha.
pijnlijk was de ontmoeting met Robin Veen – vroeger noemde ik hem robin fame – zie de foto’s hieronder – ik wist dat ie iets aan zijn hart had, maar ik liep achter – 2 herseninfarcten verder – loopt robin nog voort, moeizaam sprekend – 70 jaar – het leven is hem moeilijk.
serafientje hassels de hand gedrukt – ik heb je zolang niet gesproken zei ze – ik dacht waar heeft ze het over – gisteren nog toch? zei ik maar nee zij volhardde met ‘jaren geleden’ – en waarom zou ik haar ook tegenspreken – ik weet niet of ik het mag zeggen maar zonder bril is ze oneindig veel mooier dan met. in de eijlders bundels staan we naast elkaar afgedrukt op pagina 30 en 31- zonder meer de sterkste bladzijden uit deze bundel – ‘we kunnen naar buiten gaan we kunnen ook niet naar buiten gaan’ schrijf ik – zij: ‘het is te snel – doe het over..’ – als je bundel dichtslaat zijn we innig met elkaar verbonden – zo dicht waren we nog nooit op elkaar.
Joyce Hes de hand gegeven – prachtig gedicht in de bundel – over tijdbom aarde – ze gaat ook voor pomgedichten iets schrijven beloofde ze. Antony Oomen de hand gegeven. Frans Terken begroet, Joz Knoop begroet, Anneruth Wibaut begroet, Anne Nederkoorn begroet. en die Jolies Heij – Heij ook met haar onbegrijpelijke maar vol vuur voorgedragen gedichten. natuurlijk waren er ook nog een paar gekken die dachten dat als ze 10 minuten aan het woord zijn dat de mensheid in hun 10 minuten geïnteresseerd is. ik heb geen respect voor dergelijken. het zijn meestal slechte prozaïsten die denken dat ze hun proza de poëzie mogen aandoen. Ton Huizer en Max Lerou waren er helaas niet ik had graag de grandmarnier met ze gedronken. Mooie poëzie ook van José van Zutphen en vooral ook van Loes Raymakers. dat het hier genoemd is. eindig ik dit verslag met met een mooi compliment van Katelijne Brouwer – toen ze nog niet zo hoog in de poëzie was gestegen heb ik ooit eens een gedicht van haar warm welkom geheten in de wereld van de poëzie – stuur me dat gedicht nog eens Katelijne vroeg ik haar – kreeg het vanavond opgestuurd – dank aan eijlders voor de mooie middag – geniet KATELIJNE:
Rode november
Bij tramhalte Ruysdaelkade
kijk ik altijd omhoog
of er licht brandt in het huis
waar ik kind was.
Twee keer oversteken
en dan naar links
waar tegen de gevel de wingerd groeit
die rood kleurt in november.
Ik kijk.
Jij zwaait als ik naar ballet ga
of patat haal met kroketten
omdat je niet wil koken.
Als ik er niet meer ben,
wie kijkt er dan
en weet nog van snackbar
en dansende wingerd?
© Katelijne Brouwer uit ‘De maagden moeten bloeden’
2018 Uitgeverij De Harmonie