Karlijn groet de vrijdag – ‘je vindt altijd…’


je vindt altijd

dat je het gewend bent
maakt het niet normaal 
wij zijn neutraal maar
reactief, gooi er 
een muntje in, zoiets

we snappen zelden 
iets van iets, maar dit 
is op één hart te tellen:
je was altijd eenlaagjesmens en 
vindt weer iets 
om ertussen te zetten

alles, alles 
-echt of toegeschreven-alles tussen ons 
om weer als 
vreemden te leven


KARLIJN GROET

Share This:

pom wolff – en toch een dag als alle andere was het niet…


zo’n dag
 
het was een dag als alle andere
er lagen dingen op de grond
het was warm de deuren open
je hoorde stemmen

een poes sloop door de tuin
op weg naar wat zich voor zou doen
donkere wolken in de verte
een hoge vrouwenstem

en gerinkel
je zou zeggen het hoort erbij
en toch een dag als alle andere
was het niet
je had een dichter met van die trillende lippen
na de laatste regel
 
pom wolff

Share This:

VON SOLO – vluchten kan niet meer…


Er was vroeger een liedje van Ramses Shaffy en Liesbeth Liszt, waarin gezongen werd, dat er geen mogelijkheid meer was om te vluchten. Je kon nog wel schuilen. Heel dicht bij elkaar. Dat liedje legden mijn ouders uit in de context van de Koude Oorlog. Dat de bom overal kon vallen en dat je dan enkel nog voor wat laatste momenten bij elkaar kon kruipen. Een beetje wat Claudia de Brij ook zong, over als de nazi’s komen en de treinen rijden, mag ik dan bij jou? Het zijn liedjes, die onmiskenbaar geloven in het noodlot. Vandaar dat ze bij een breed publiek geliefd zijn. Ze raken een bepaalde emotionele snaar, die veel mensen schijnbaar hebben. Gelukkig is het ook zo, dat je als zo’n liedje afgelopen is, je weer gewoon door kan met de dagelijkse rattenrace. 

Het grappige is echter wel, dat over de dingen, die zorgen dat je niet meer kan vluchten, eigenlijk heel weinige populaire liedjes zijn geschreven. Als je de antisemitische liedjes uit het Duitschland van de jaren dertig dan tenminste niet meetelt. Er zijn heel weinig liedjes die de oorlog in Gaza bijvoorbeeld verheerlijken. Dat geldt in het algemeen voor oorlogen lijkt het. Er zijn ook heel weinig liedjes die armoede voor het klootjesvolk als sociale oplossing propageren. Of popsongs die moslimterrorisme aanprijzen als een gewild consumptieartikel. Of geo-engineering als iets dat je zou moeten willen. 

Het lijkt erop, dat sympathie voor slachtoffers het goed doet in de muziek. Maar daar waar het gaat om oorzaken, zwijgt de trom. Het lijkt erop, dat de marketing en communicatie van ellende het erg goed doet, maar dat de oorzaak van ellende nauwelijks verkoopt. Of is het gewoon, dat de veroorzakers van ellende niet zo graag in de schijnwerpers staan in vergelijking met degenen, die eronder lijden. Zou het zo kunnen zijn, dat zij het zijn, die de schijnwerpers bewust op de getroffenen richten om zelf uit het licht te kunnen blijven. 

Dat de Duivel het liefst danst in het donker. Op Bruce Springsteen.

VON SOLO
DICHTER, COLUMNIST,  PERFORMER EN CINEAST
Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl
Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl

Share This:

pom wolff ergens zwevend tussen das sein en da sein

foto: Ben Kleyn

wat een toestand
 

zo op de vroege ochtend
bijna zwevend boven het bestaan
ergens tussen das sein en da sein
 
(in de loop van de dag
maar eens kijken of ik dat vertalen kan)
mijn god wat een toestand
 
al die woorden ook
die maar aan elkaar blijven hangen
tot ze verteren natuurlijk
 
het lijkt wel liefde
 
 
pom wolff

Share This:

MIRJAM AL – in gesprek met de heer

Deze afbeelding heeft een leeg alt-attribuut; de bestandsnaam is 448388882_10232777219283045_9172001817684139934_n.jpg
www.pomgedichten.nl heeft het exclusieve recht gekregen om 65 teksten van Miriam Al tweewekelijks op de woensdag te publiceren – dat gaan we doen! de teksten zijn door haar helaas overleden vriend Merik van der Torren nog net voor zijn dood uitgetypt en van een nummer voorzien én in een blauw mapje gedaan. vandaag tekst nummer 19 – dank je wel Merik – dank je wel Mirjam Al.

Share This:

pom wolff – maar zonder


de onneembare

ik kan nog toevlucht zoeken
bij de zanger
die het natuurlijk ook niet wist
 
die opkeek
tegen diezelfde onbedwingbare berg
en ook over niets anders meer schrijven kon
die me weer bij je brengt
 
zodat ik je bijna aan kan raken
nu je zo ver van me
en ik alleen – maar zonder
 

 
(en later toen er niet veel meer van haar over was
neuriede ze soms nog die regel
die hij voor haar geschreven had
over gratie, schoonheid en bewegen)
 
pom wolff
 
 

Share This:

Ien Verrips: ‘het is niet dat zo dat ik dit wil..” zei ze

deze foto is genomen op 18 augustus van dit jaar – Ien vertelde me toen van de terminale boodschap die haar zus van de dokter had gekregen. afgelopen zaterdag is haar zus overleden. wij van hier wensen Ien en de familie veel sterkte.
Ien schreef bij haar dinsdaggedicht voor deze site het volgende: ‘Bijgevoegd gedicht schreef ik toen ik hoorde dat mijn zus ziek is. 
Afgelopen zaterdag is ze overleden. Natuurlijk toch nog onverwacht want zo zitten wij mensen in elkaar.
Het tekent deze dagen.’


het is niet dat zo dat ik dit wil zeg je
jouw woorden klinken als verraad
je moet gaan zeg je het kan niet anders
mijn bloed verschaalt
mijn hartklop daalt
er is geen ontkomen aan
dat zeg je ook
maar dat je gaat vooral dat
dat je gaat


sept 2024 – Ien Verrips

Share This:

pom wolff – van nooit méér


hoe het ook te zien is
 
die zomeravond
weet je nog
die maar niet wilde ophouden
 
de nacht bracht helder engelen
de flessen wijn leeg
en een beetje van de eeuwigheid aan het licht
 
de ochtend doorgelopen ogen
op straat een fiets
de krantenbezorger het ochtendblad

en ook iets van de liefde
van nooit méér
en nooit meer zo
 
pom wolff
 

Share This:

PETER BERGER: Onderweg naar het strand. Mijn hand zwetend tussen haar vingers. Het zand was er rul en nog warm van zomer. …



¨Gelooft gij in God of in den duivel?¨ vroeg ze. Completely clueless was ik. Geen idee wat ik met haar woorden moest. Gezongen in perfect Vlaams vroeg ze het. Subiet na de prijsuitreiking. Haar stem ben ik nooit vergeten. De stem van. Ik had de tweede prijs gewonnen. En zij was numero uno. Danswedstrijd. Ergens op de boulevard in Oostende. Het moet begin jaren zeventig geweest zijn. Dat ik daarin verzeild raakte. In die wedstrijd. Ergens op een fokking braderie in België. Een onbezonnen jonge tiener. Warrig verdwaald in het leven.

What a game! Ik verdronk meteen in de eerste tonen. Stierf de marteldood totdat zij mij met haar ogen opving. Ik voelde haar melodie in mijn lijf te keer gaan. Haar ritme schuurde, jankte en jakkerde. Schokkerig als onweer vloog ik over de bühne. Ik stuiterde en beukte als een gekooide tijger. De wereld vergeten. Alleen muziek. En dat meisje. Alles nieuw. Alles top. Zij was top! Als een draak zo sterk, bloedmooi en rond als een meermin. Ik was veertien. Zij zestien? Achttien? Alles nat. Alles plakte. Alles naar de bliksem. Behalve zij en ik. De lach van Uzume danste op haar lippen.

Nadat een krakerige speaker de winnares had gefeliciteerd klonk er voorzichtig gejuich en gejubel. Een of andere bobo hing haar zelfs een plastic prul om de nek. Zo´n onbenullig ding dat kitscherig glimmend verleiding predikt. Ze dropte het kleinood zonder er verder nog woorden aan vuil te maken in de eerste de beste prullenbak. Onderweg naar het strand. Mijn hand zwetend tussen haar vingers. Het zand was er rul en nog warm van zomer. ¨Ik ben trouwens Eva,¨ lachte ze, en vervolgens zong ze het. Die ene zin. In perfect Vlaams. ¨Gelooft gij in God of in den duivel?¨ Nog steeds heb ik geen idee. Betekenis? Niets weet ik. En al helemaal niet als het over liefde gaat.


PETER BERGER

Share This:

Karlijn groet de vrijdag – met een monument van een gedicht: ‘we zijn hier met iedereen bijeen om…’


we zijn hier
 

we zijn hier met iedereen bijeen om van onze
vuist een hand en van onze kop een hoofd te
maken en wij stellen ons voor als het wondere
wezen zoals altijd door ons in onszelf vermoed
nemen elkaar bij die onschatbare schouders

slaan onze armen ineen tot een prachtig
collectief gebaar en omvatten de warmte
in al haar onafwendbare vrede, dit alles
doen wij tot aan willekeurig welk einde
doen wij tot aan elk willekeurig einde

omdat het allemaal aan tijd te danken was
we altijd te weinig te danken hebben gehad
en na het overwinnen van de doodsangst
en het omhelzen van de dooddrift
strelen we elkaars lichaam tot er geen

minder delen zijn en we krimpen uiteen
sommigen leggen met het grootste gemak
hun hart in elkaars hand, in de volledige
overtuiging van wat daarvoor nodig is
andere droegen hun hart al van buiten

daar, tussen de flarden van onze tongen
zullen we ons het eerste woord herinneren
we zullen het als laatste woord beminnen
en het geloven als een feit: we weten weer
dat we liefde zijn die zichzelf uit ons kleit

KARLIJN GROET

Share This: