ik geloof dat ik wel al mag afronden – wij van de pom moeten vandaag nog door naar haarlem – ontvluchten vanmiddag maar even 020 – ajax, feijenoord, concertgebouw, al waar de feesten van de verbinding hoogtij zullen vieren, de feesten van angst en pijn als ik polleke mag citeren, hoe dan ook – dank aan alle inzenders – de jury is er uit hier. de poëzie en deze poëziesite zijn er voor de verjaagden uit de wanhoop – we blijven het herhalen – dank aan joke kaviaar voor de inspiratie – de nimmer aflatende activiste – op weg naar een betere wereld, een droomwereld wellicht, een tegenwereld. mooie gedichten mochten wij ontvangen, verbindende oproepen en vurige hartekreten oproepend tot verzet – allemaal ook samengebracht in het gedicht van CARTOUCHE – vandaag voor hem het goud – van harte. zilver voor de onontkoombare analyse van karlijn groet -en brons voor de helende smeekbede van anke labrie. ook van harte.
als we blijven denken als schapen de natuur te kunnen behouden door Abraham door Bram te offeren diens zonen te redden van god los de wereld te kunnen beheersen
vergeten we dat een enkel paar, een aantal wilde wolven een cascade van veranderingen teweeg kan brengen, een heel landschap herscheppen in een ecosysteem dat zichzelf in stand weet te houden zoals Yellowstone N.P. ons heeft geleerd
laten we dan de ‘homo homini lupus’ van Thomas nu achter ons laten opdat het klimaat ons opwarmt tot samenspraak met moeder Aarde en water weer schoon en vrijelijk kunnen ademen, het ijs kan breken
zonder dat rivieren en oceanen overstromen van vergeefs vergoten tranen in een verbond van welwillenden als poëten die we in wezen zijn rebelleren opstaan in woord en geschrift in een mars van vrede voor al wat leeft
13-12-2025 / Cartouche
nou Cartouche maakt het weer deftig hoor – de mens de mens een wolf welja – arme bram haha – hoe dan ook een warme oproep lezen we in de laatste twee strofen. ik vind het gedicht wel mooi maar het is me net te breed – te – ik weet niet. maar ja shaffy zong het al: ik houd van schamel én van duur – ik ben meer voor schamel cartouche voor duur – allemaal een kwestie van smaak – het is een pamflet. dat is dit. maar wel een heel sympathiek pamflet – vóór ‘een mars van vrede voor al wat leeft’ – ja mooi
waarvan akte
aan de basis was het goed er was een muur waarachter men een macht bedacht die de massa van haar kracht voorzag
dat het daarachter chaos was het boeide niet men wist van niks de illusie deed zijn werk zoals slechts een placebo werkt
niets heerste want alles had gelijk het was windstil we hadden precies genoeg om te bestaan en een grote zachtheid nam je mee als je moest gaan
maar dan de mens- het verveelde beest zocht een ziekte die zich niet genezen liet vond ruimte in de stilte voor de zelfbedachte storm
maakte zich een zelfbedacht lawaai en ontdekte: het hardst geluid in de natuur komt voort uit angst
de rest werd met de paplepel ingegoten getuige de gebolde toet na elke angstdroom kwam het zoet -waarvan akte-
Karlijn Groet
een gedicht met typische Karlijn Groet wendingen – de mens zocht.. maakte zich.. en ontdekte – de paplepel ook in taalere hersteld – in een zowel letterlijk als figuurlijk taalgebruik. ja zo lezen we Groet graag. en dan die mooie optimistische blik:
niets heerste want alles had gelijk het was windstil we hadden precies genoeg om te bestaan en een grote zachtheid nam je mee als je moest gaan
en voorts de onvermijdelijke teloorgang
de mens- het verveelde beest zocht een ziekte
hier wordt een monument opgericht en voorts zorgvuldig maar onontkoombaar wordt het weer gesloopt. ja zo gaat dat.
moeder aarde
wij, uw kinderen bedenk toch dat we nog maar kinderen zijn en in onze onnozelheid denken dat wij u kunnen redden
waarschijnlijk is het andersom mits u een goede moeder bent
wees niet zo streng voor ons straf ons niet te hard met aardschokken en overstromingen wij leren het hopelijk nog wel u te eerbiedigen heb nog wat geduld
anke labrie
min of meer een smeekbede gericht aan de moeder aller moeders – een poging om te verbinden – de mensheid met moeder aarde waaruit die mensheid is voortgekomen en weer in zal opgaan. ik heb het vermoeden dat moeder aarde zelf niet meer in staat is om te beschikken. ze heeft een monster gebaard – een monster met zogenaamd veel I-Q – met nog meer A-I en in de kern de bommen.
Cartouche – opstaan in woord en geschrift
Anke Labrie – heb nog wat geduld
Luk Paard – de wereld vol
Max Lerou – kijk het hoofdje is er al
Elbert Gonggrijp – Er zit weer dood in de lucht,..
Karlijn Groet – maar dan de mens
Freda – de aarde gaat dood, zeggen ze
Rik van Boeckel – pure waardevolle levendigheid
Rob Mientjes – dat we niet roepen maar schreeuwen
Frans Terken – de afbraak staat ons aan de lippen
gedicht uit de bundel – vele stemmen wild en stil – van joke kaviaar
niet alleen joke kaviaar wijst ons op de mooie aarde die wellicht in een andere wereld kan bestaan – wel tijd voor enig activisme ook op de pom hier – een fijn klimaat voor ons, voor onze kids, voor onze kleinkinderen – mag het allemaal een beetje fatsoenlijker in deze wereld? verzets en klimaatdichter joke kaviaar heeft uiteindelijk het gelijk van de wereld aan jokes kant – jokes stem soms wild soms stil – graag hier ook uw stem stil of wild – we lezen het zo graag – u kent de regels: gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.
laten we zeggen dat we niet konden vermoeden dat de wereld in brand zou vliegen ach laten we zeggen dat we weg keken
laten we zeggen dat jij op je hoge hakken toch al alles aan je voorbij liet gaan en alleen met jezelf bezig was
en laten we zeggen dat de poëzie altijd al een tempel voor asiel is geweest voor de verjaagden uit de wanhoop
tot ze hele bliksemse boel in de fik staken ach laten we tenslotte maar eerlijk zijn
pomwolff
(de rockdichter): de zondag ter poms site….u weet’et wel al….en ik schrijf zo….
“ uit’n droom “
terwijl’k in brandende ziele en alle grond doorwoeld van alle mense nergens
dood met gretig verlange vertrappelde tijd en ik alleen
tot opeens die hande dromenvol met mij en jij ons en zij
geheel in de traditie van (de veelal vrouwelijke socialistische) dichters rond 1900 waarin zij droomden van ene mooie nieuwe wereld – ‘ik wil nieuw zijn’ schreef herman gorter dat niet – hoe dan ook ik herinner me de gedichten van henriëtte roland holst die droomde ook heel wat af en zo ook de dichter Luk Paard – die kun je wel om een droom sturen – dan krijg je ook een droom – om van te dromen zijn poëzie.
vinex
je schudt de klei nog eenmaal lekker op en kijk het hoofdje is er al de oortjes komen zo
die naaien we er later nog wel aan samen met een kleurrijk bestaan afgezet tegen oerhollands loodgrijs
allengs krijgt het spek het wordt eerst aan de randen vet dan ranzig tot en met
ml
het (pvv)leven in een notendop, in de vinexolie gedompeld, in de lerou braadpan stevig aan de kook gebracht – en wat zien we daar nog – varkens kruipend in een modderpoel. die kunnen meteen ook de pan in. let u wel op de verzadigde vetten!
DILEMMA
We hebben er geen woorden voor – de tijd is weer eens stil gaan staan, het wordt nooit beter dan dit, het moet een morgen zijn, die eenmaal opgeklaard, geen enkele reden tot zorgen geeft. Er zit weer dood in de lucht, de winter doet ijskoud
van zich spreken – het teken dat het zo langzaam niet meer gaat – moeten wij dan het tegendeel bewijzen, een wereld tussen wanhoop en bij vlagen het witste licht? Ik verzeker het je, ik doe geen oog meer dicht,
er is geen mens, geen liefde, geen idee – ik huil bij de gedachte dat er een schepsel is die straks over eenieder beschikt, dogma’s voorkauwt, bij voorbaat de vrede reeds de oorlog heeft verklaard – de natuur onmogelijk –
Elbert Gonggrijp, zaterdag 13 december 2025
‘de vrede de oorlog verklaard’ – mooi gevonden – zo ongeveer is het wel – om geen oog bij dicht te doen. Elbert slaat de spijker op zijn kop. mooi.
six seeeven
ik heb mijn hoge hakken uitgeschopt brandhaarden geven tenslotte ook warmte al hangt het er vanaf wie ze aansteekt
de aarde gaat dood, zeggen ze ik peuter de etensresten uit de gootsteen maar was al verzadigd
grote groepen jonge mannen spelen kat en muis met de politie ik kijk ze na als ze voorbij rennen ze groeten terug
en de kinderen roepen six seeeven en lachen hard in België het kinder- en tienerwoord van het jaar
Freda
Freda schrijft altijd heel lief bij de ingezonden teksten – ik moet het allemaal nog leren hoor. nou meester wolluf – door niets en niemand gehinderd – geeft hier Freda een overweging mee – zou dit gedicht zonder de laatste strofe ernstig beschadigd zijn? of zou het gedicht zonder die vierde strofe juist consistenter, meer helder en completer zijn? (zonder dat loshangende vierde ding) – de eerste drie zijn echt genoeg – daar hoeft niets meer bij.
Goedemorgen Pom Hier mijn bijdrage aan het thema aarde na terugkeer uit Tanger, Marokko. Ook een soort samenvatting van mijn verblijf in Marokko. Met dichterlijke groet Rik Van Boeckel
Het ritme van de huidige aarde
Het ritme van de huidige aarde is van pure waardevolle levendigheid in de stad van Marokkaanse kunsten aan de zee glijdt de kust goed mee
de Balearia boten varen heen en weer over de Middellandse Zee via de Atlantische Oceaan tussen Tarifa en Tanger met dichters en toeristen met kunstenaars en zeelieden
poëtische reizen leiden naar Casablanca Tanger en Rabat met geluk en weemoed het klimaat verandert in elke stad aan de zee bij Cap Spartel in de Atlas Bergen en de Sahara
het Bassamat Festival vraagt om poëzie over de havens van Amsterdam en Tanger met de weelde van zinnen en woorden vol Franse, Arabische en Nederlandse betekenis en enerverende voordracht.
Rik van Boeckel 13 December 2025
Rik weer terug in de wereld van Joke Kaviaar – haha – we zagen de foto’s met prachtig weer, met blakende dichters – met ook de hier wel bekenden robin block en frau deckwitz – hoe dan ook – rik dicht als altijd alsof er geen vuiltje aan de lucht is – een mooi soort optimisme – de wereld is helaas een beetje op retour. er zijn net teveel vuiltjes aan de lucht. maar goed dat er poëziefestivals zijn – voor de verjaagden uit de wanhoop!
Hoi Pom, Hier een oproep aan verantwoordelijkheid van het schrijversgilde. Niks stil verzet, gillend de straat op. Waar zijn we gebleven? Van moed der wanhoop naar luidruchtig verzet. Zo zou het moeten zijn. Toch? Maar wie schrijft de eerste geuzenzin?
Stil verzet
Zwijgen in toonaarde er is al zoveel gezegd gesproken over spoken witte angst en zwarte bangheid waarin nog geloven als woorden ons niet bewegen het vreet naar binnen schuurt de ruggengraat pijnigt hersenen
tijd dat werelden kraken ongenoegen manifisteert het binnenste buitendrijft dat we niet roepen maar schreeuwen woorden ons betoveren noden tot strijd van braafheid bevrijden steekhoudend masseren met vlammend hart
Rob Mientjes
zo zien we het graag vandaag – geheel passend bij het thema. een route boekje voor dichters in verzet – ‘met vlammend hart!’ mooi gezegd.
Goedemorgen Pom, Ja, we moeten voortdurend aan de bak, voor een betere wereld, dus blijven we gaan. Toch een goed weekend gewenst! Frans
Wereldbrand
Of het water of vuur is de afbraak staat ons aan de lippen vernietigend zoals enkel brand of stortvloed tekeer kan gaan
hoe wij blussen en dijken opwerpen tegen alle klippen op maar ons verzet uit de hand geslagen door hogere machten
alsof wij onder de voet gelopen door vijandelijke despoten een leger van ontkenners en op geld beluste onverlaten
maken wij hen met de grond gelijk het enige vruchtbare wat ons rest
het mooie venijn in de staart van dit gedicht. even denk je dat de moedeloosheid heeft toegeslagen bij de dichter – maar dan veert hij overeind -verrijken wij de aarde met de resten van het tuig! zo moet dat!
pomgedichten eert de komende vrijdagen INA BOT – we laten haar ‘godvergeten talent’ nog even spreken – wij willen haar ‘godvergeten talent’ niet vergeten. lies sprak nog een keer over INA BOT. aan het tafeltje viel het stil – het schreeuwen voorbij: Ina heette ze. Ina Bot. We speelden samen poezieliedjes, met Lisan erbij gingen we alle poeziepodia af, op zoek naar nieuwe dichters, we maakten teksten door haar godvergeten talent. We lachten, huilden, een requim, nu Toen ze dood was, na drie pogingen: aspirines met chocoladepudding, uitgekotst in de vroege ochtend, met vuilniszakken de oven het gas naar haar toe laten stromen, gefabriceerde luchtslang met afplaktape, net op tijd gevonden, en toen, de in Frankrijk gewonnen pil die godzijdank het einde voor haar in zicht bracht Ze kon niet meer Ik zie nog de blik in haar ogen toen ze, na de eerste poging, wakker werd en lag in een steriel ziekenhuisbed, zo ontzettend gelaten… Toen ze weg was en verdwenen kwam er een vlinder in mijn huis. Ze dwarrelde om me heen en als ik huilde kwam ze naast me op de muur rustig zitten. Drie dagen lang bleef ze. Toen heb ik haar naar buiten gebracht.
Het licht hangt laag
het wil niet vlotten met de weemoed evenmin wordt mijn vaders overhemd wit
ook hierin berusten wij evenmin wint mijn moeder een prijs voor bloemschikken wij weten niet beter evenmin trekken wij naar vreemde oorden
wij hebben daar niets te zoeken evenmin praten wij wij zien daar het nut niet van in evenmin lopen wij te koop met onze ziel
wij hebben en zijn niets alleen weten wij dat het licht laag hangt
het is alsof ie nog steeds door mijn leven wandelt – merik van der torren. de enige echte amsterdamse dichter die amsterdam heeft gekend. hij was zo onvervalst amsterdams maar dan niet op zijn hazes, of jordanees uit het raam hangend schreeuwend, niet amsterdam west of oost van kleur, nee een vleugje de pijp en een vleugje amsterdam zuid. maar niet de beethovenstraat zeg maar – niet van het oude geld – niet van het jonge geld – merik stond boven het geld. bij leven en niet altijd bij welzijn – zeg maar bij leven en poëzie. toen ik begon te dichten was er internet. zo af en toe een optredentje her en der. en als het in amsterdam was dan was er altijd ook de dichter merik van der torren – met een paar teksten over straten, pleinen, merkwaardigheden, gemeentelijke diensten in amsterdam. niet functionerende gemeentelijke diensten natuurlijk – net als nu nog steeds.
op de een of andere manier mocht hij mij graag. ik kocht zijn in eigen beheer uitgebrachte bundels en was altijd erg onder de indruk van zijn manier van schrijven. eigenlijk ook van zijn slissende manier van optreden. kopland had dat ook – niet dat slissen – maar als kopland de mikro pakte viel de zaal stil – je moest wel luisteren. als merik de mikro pakte moest je ook luisteren. of je wilde of niet. er kwamen gedichten en altijd ook een lichte glimlach op de gezichten van de toehoorders. dat hij mij mocht maakte ik op uit de uitnodigingen die hij aan mij richtte om op te treden op manifestaties die hij organiseerde zo her en der in amsterdam – in de pijp, in de OBA, in het Parool theatertje, op het roelof hartplein met mirjam al samen. eigenlijk altijd samen met mirjam al. zijn grote poëzievriendin.
van mensen die mij lief zijn zeg ik altijd als ze dood zijn – van mij had je mogen blijven – ik ben een uur gaan zitten met een boekje in mijn hand, een pen om je te schrijven, het was een zinloos uur. …..
er zijn nog steeds zinnen genoeg – blijkbaar is merik nog niet dood in mij. hij wandelt nog steeds rond hier in 020. in mij.
Met de afstandsbediening in mijn hand schakel ik in. Op het scherm wordt ingecheckt. Met elkaar. Er wordt verkend. Er wordt onderzocht. Er is thee, yoga en er zijn net niet genoeg golven om fantastisch te surfen. Er zijn gluten-, lactose- en zonneallergieën. Er zijn dingen die stuk gaan of niet werken. Net zoals tussen de mensen, die ik op mijn scherm zie. Soms zijn het er twee. Ze raken elkaar niet genoeg aan. Of net iets te gretig. Ze vallen niet op uiterlijk, maar lopen er wel geil op. Soms zijn het er drie, of zelfs vier. In één kampeerwagen. Wel of niet in de tent slapen, wel of niet in de master bedkajuit van de camper. Zo tantra. Soms huilen als je iemand weggestuurd hebt. Alles voor de liefde. Nou ja, liefde. Laat de kansberekening er maar niet op los.
Maar ik wil dat niet. Daar ben ik voor behandeld. Ik wil een aftands wit viezemannen-busje. En dat er dan een lekker blond wijf aankomt, met grote tieten en opgespoten lippen. En nog één, met een grote kont. En dat ik dan een koud sixpack uit de ijsbox haal en de halve liters rond deel. We doen shotjes. Worden allemaal handtastelijk. Want we zijn lazarus aan het worden. We eten half rauwe kipkluifjes van een lauwe barbecue. We doen met z’n drieen een kussengevecht achterin de camper. Grote kont knalt met d’r kop tegen de pantry en ligt bewusteloos in de bestuurderstoel. Grote tieten kotst het chemisch toilet vol. De volgende ochtend loop ik bloot en dronken door mijn camper. Ik heb mijn keuze gemaakt. Ze blijven allebei en die derde, die komt mag ook blijven als ze lekker is. Alleen dan.
Alleen dan wordt ik wakker. Ik ben ik slaap gevallen bij al dat halfzachte ‘vanlife-dating’. Mevrouw Solo ligt ook te snurken op de bank. We werken niet offline en offgrid. We doen niet aan tantraseks en inchecken. En zijn moe aan het einde van de dag. We hebben elkaar wel leren kennen op een camping. Dat dan weer wel.
VON SOLO DICHTER, COLUMNIST, PERFORMER EN CINEAST Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl
pomgedichten.nl heeft het exclusieve recht gekregen om 65 teksten van Miriam Al tweewekelijks op de woensdag te publiceren – dat gaan we doen! de teksten zijn door haar helaas overleden vriend Merik van der Torren nog net voor zijn dood uitgetypt en van een nummer voorzien én in een blauw mapje gedaan. vandaag tekst nummer 51 – dank je wel Merik – dank je wel Mirjam Al.
Dit is winter, dat wordt weer wachten. de tuin is omgespit en ligt erbij in koude grauwe kluiten alles wacht verlangend op het voorjaar en de zomer die zeker komen zal dan veert wat leven kan weer uit de kluiten op dan schreeuwt het om schep en schoffel om zaden en om pootgoed
daar komt geen supermarkt geen fabriek meer aan te pas niets groeit hier nog op commerciële gronden maar steevast op uit zui’ vre aarde uit de geest onder het maaiveld en hoog daarboven uit de appels en de peren dwars door de open keukendeur naar binnen de groentes uit de tuin tot op de tafel
dan druipt het van de vitamines de mineralen en de energie dat is leven, dat is euforie.