de commentaren stonden toch een beetje in het teken van het algemeen zo vaak geldende in de poëzie: met minder meer. maar dan moet dat mindere ook wel de kracht hebben van heel veel meer. de 11 woorden van dichter grootscholten dreunen na. dreunen door. het zijn stuk voor stuk mokerslagen passend bij het genadeloze thema van vandaag.
hier lezen we arends, schierbeek en grootscholten in één adem – ademloos. goud. ademloos goud voor Etwin.
Etwin Grootscholten: moet
Frans terken: er hangt slechts wit in de lucht
Rik van Boeckel: seizoenen van stilte
Cartouche: dat ogenblik dat ik mysterie zag
Geraldine Bank: Ik zocht je in de zomer
Anke Labrie: Zorgvlied heeft geen straatnaambordjes
Met Joop Scholten schreef ik van 2008 tot 2018 een dichtwisseling (zoals eerder gezegd kom ik daar nog op terug). Bron van deze dichtwisseling was de verwantschap die ik voelde met Joop, bij onze ontmoeting t.g.v. de Haarlemse Dichtlijn in 2008.
Niet dat deze reeks een soort Dode Dichters Almanak wordt, echter in het kader van Duo Dichters wil ik een zekere verwantschap met Lisan Lauvenberg niet ongenoemd laten. Lisan ontmoette ik voor het eerst bij de Poëzieslag in Festina Lente, een Limburgs meisje in Amsterdam, zoals ze zichzelf aan mij voorstelde.
Ze nodigde me uit bij Helmers, waar zij een podium organiseerde, Lisan was ‘de Koningin van Helmers’.
Er ontstond een dichterlijke vriendschap, onze gezamenlijke Limburgse achtergrond, de heuvels, de mijnstreek, carnaval, onderwerpen die ons stof tot spreken gaven als ook inspiratie.
Zo spraken we over haar gedicht ‘Vader’, haar vader begraven op het kerkhof in Simpelveld; het gedicht is opgenomen in haar bundel ‘Gezellig mens & woeste dijen’,verschenen in de reeks Dichter bij Eijlders, in 2002; ook later droeg zij in Eijlders af en toe hieruit voor; nog in januari 2019 las Lisan in Eijlders haar gedicht ‘Het koor van de Mijnwerkers vaders’, ik las enkele ‘Mijn’gedichten; we spraken ook toen over onderstaand gedicht en het gedicht dat ik kort na onze kennismaking voor haar schreef, ‘Retour Simpelveld’.
Er zou genoeg werk zijn om ook met Lisan een kleine Duo-dichters bundel te vullen, dat is er helaas niet van gekomen. Wel houden we (de herinnering aan) Lisan levend, ook met poëzie, zeker ook haar poëzie.
wat een rijkdom toch weer vandaag zondag op de site aan prachtgedichten – navolgbare en onnavolgbare – van marten janse tot en met geraldine bank en alle andere dichters dankjewel voor insturen – dat we mochten genieten – we genoten. het virtuele goud en zilver moet nog uitgereikt – een werkelijk wonderschoon gedicht mochten we ontvangen van GERALDINE BANK – de waardering is onder het gedicht uitgesproken. zo een gedicht schrijf je maar een keer in je leven: GOUD.
nu Ton huizer een keer niet de leukste van de site wilde zijn met een serieus en op een door hem gewaardeerd filosoof geïnspireerd gedicht – moet het zilver voor de broodnodige lach toch echt naar de – hopen wij ook – bijna van de teringcorona herstelde dichter rené brandhoff – goud en zilver hieronder te genieten van harte voor de winnaars dank aan alle dichters. lees hieronder de poëzie als verkoelend sproeiwater over ons heen gesprenkeld in de oplichtende gouden en zilveren glans van rené en geraldine:
MARTEN JANSE: zegt dankjewel
FRANS TERKEN – de boer met zijn trekker hij maakt het hoe langer hoe gekker
CARTOUCHE weet niet hoe
RIK VAN BOECKEL – geland
RENÉ BRANDHOFF – over al die mafkezen
TON HUIZER – we kwamen samen bij de namen
VERA VAN DER HORST – Ik weet niets meer te zeggen
GERALDINE BANK -En altijd denk ik bij dit gedicht was ik maar meegegaan
JAKO FENNEK – het is een jongen
ANKE LABRIE – over een prachtig berglandschap met een diepblauw meer ervoor –
Nog niet hier genoemd is het dichtersduo Kila&Babsie. Kila van der Starre en Babette Zijlstra vonden elkaar in 2005 als dichters tijdens een poëzieproject, traden daarna samen op, op meerdere podia, stonden in 2010 in de halve finale van het Nederlands Kampioenschap Poetry Slam. Zij maken ‘stereopoëzie’ waarbij hun woorden en zinnen elkaar overlappen, in hun voordracht spreken ze dan ook door elkaar heen, in één gedicht. Van Kila&Babsie verscheen in 2009 de bundel (met cd) Stereo. In2018 verscheen het werkboek ‘woorden temmen’, over poëzie ontdekken en zelf gedichten schrijven. Kila is tevens oprichter van de website ‘Straatpoëzie.nl’.
Van Ria Westerhuis en Delia Bremer verscheen in 2009 de bundel ‘Minnezinne’ , Drentstalige erotische gedichten, “vol verlangen en wel degelijk hitsig, maar niet zozeer pornografisch; tegelijkertijd worden wel man en paard genoemd” vermeldt de website van Ria. 10 jaar na Minnezinne verscheen ‘Minnezinne in moerstaal’, met bijdragen in streektaal van dichters uit alle hoeken van het land.
Ria en Delia traden en treden vaak samen op, eveneens een dichtersduo van naam dus.
(fragment uit:)
Riessenland
ieje, wild as een biest bespröngen mien verlangens mit al oen waopens oen tonge die overal was bereurde mien toppen en dalen stouwde mij op tot grote heugtes tot ’t kloppen van oen hartslag in mien warme schoot
Ook hier geldt dat één regel soms al genoeg om daar niet alleen aan te blijven hangen, ook om er in een reactie een eigen invulling aan te geven; in dit geval n.a.v. een voordracht van Ria en Delia, met beiden mocht ik meermaals het podium delen.
Bij een optreden van de dames in Eijlders (mei 2014) schreef ik:
Café Cohabitat – of: Uit het vuistje
– voor Delia Ben Ria W (in volgorde van opkomst) –