wie wint de enig echte virtuele – vrij naar MartinB – willen we niet allemaal weten met wie en/of waar het leven het waard is om te leven  –  de ultieme plek om te leven- trofee op pomgedichten.nl?

  • Rik van Boeckel – en het poëzie festival Bassamat
wie wint de enig echte virtuele – vrij naar MartinB – willen we niet allemaal weten met wie en/of waar het leven het waard is om te leven  –  de ultieme plek om te leven- trofee op pomgedichten.nl?


MartinB eindigde deze week zijn zo spraakmakende column met de woorden – zijn  woorden onze inspiratie deze week: ‘En als ik ooit weer wakker word in een cel, of in een berm, of in de ogen van iemand die me liefheeft, dan wil ik dat het iemand is die eindelijk trots kan zijn. Want dit is mijn bodem. Alles daaronder is geen plek om te leven.’


leven
 
laten we het
nog één keer uitpakken
en bewonderen
 
waar we zo goed in waren
een leven over deden
het verbergen
 
achter onze veilige schaduw
de held uit hangen
wat zo makkelijk is
 
dat je eraan voorbij gaat
het jachten en jagen
het hollen en vliegen
 
in hoeveel gedichten
stond het niet beschreven
in hoeveel ongelezen gedichten wél
 
dat je eerst bijna sterven moet
om het lief te zien
om het ademloos lief te hebben
 
 
pom wolff

Leven thuis en elders

Leven in poëzie en muziek
is vaak thuis met beelden van elders
zoals Senegal, Portugal, Cuba en Casablanca 
landen en steden met herinneringen 


thuis is leven een mentale gebeurtenis 
met liefde voor steden en bossen
reizen verspreidt de comfort zone
over een wereld van gevoelens 


beweeg nu als een strateeg 
naar Tanger de Noord Afrikaanse stad
met het poëzie festival Bassamat
om een rijke geschiedenis te beleven. 


Rik van Boeckel 
5 december 2025
Schiphol 

Share This:

INA BOT – vleugels zullen uit de hemel dalen – witter dan licht..

pomgedichten eert de komende vrijdagen INA BOT – we laten haar ‘godvergeten talent’ nog even spreken – wij willen haar ‘godvergeten talent’ niet vergeten.

lies sprak nog een keer over INA BOT. aan het tafeltje viel het stil – het schreeuwen voorbij:

Ina heette ze.
Ina Bot.
We speelden samen poezieliedjes, met Lisan erbij gingen we alle poeziepodia af, op zoek naar nieuwe dichters, we maakten teksten door haar godvergeten talent. We lachten, huilden, een requim, nu

Toen ze dood was, na drie pogingen:
aspirines met chocoladepudding, uitgekotst in de vroege ochtend,
met vuilniszakken de oven het gas naar haar toe laten stromen, gefabriceerde luchtslang met afplaktape, net op tijd gevonden,
en toen, de in Frankrijk gewonnen pil die godzijdank het einde voor haar in zicht bracht

Ze kon niet meer

Ik zie nog de blik in haar ogen toen ze, na de eerste poging, wakker werd en lag in een steriel ziekenhuisbed, zo ontzettend gelaten…
Toen ze weg was en verdwenen kwam er een vlinder in mijn huis. Ze dwarrelde om me heen en als ik huilde kwam ze naast me op de muur rustig zitten. Drie dagen lang bleef ze. Toen heb ik haar naar buiten gebracht.


Het gesloten huis
 

Je staat voor het huis
het huis zoals beschreven in de handleiding
je belt aan
je belt nog een keer aan
misschien is de bel stuk
je loopt om het huis
in de ramen zie je slechts jezelf
je klopt aan
je bonkt tot je knokkels bloeden

je zet het op een schreeuwen
is daar iemand, zeg lets…

je schrikt van je eigen stem
je hart blaast zich op
een rode plastic zak
waarvan de houdbaarheidsdatum
allang verlopen is

je weet dit duurt niet lang
je herinnert je

de dood aan het hart
is een prachtdood
vleugels zullen uit de hemel dalen
witter dan licht
zachter dan zwanendons

maar wat te doen
voor de vleugels landen

INA BOT 
Dit gedicht is geïnspireerd op het gedicht Vänern van Ad Poppelaars

Share This:

MartinB – ..het kind dat ik hoop ooit weer aan te kijken zonder dat mijn fouten eerst aanbellen en binnenkomen…


Zes uur van haar


Ik ben drie keer in de cel beland. De eerste keer dat ik in een berm lag, brachten ze me nog thuis. De tweede keer: niet zo lief. Die keer kregen ze me in de boeien. En daarna nog een keer of twee die allemaal hetzelfde geurden: beton, TL, spijt.

De eerste bermavond was bijna komisch. Ik lag met mijn fiets half in de slootkant, alsof ik een dronken flamingo was die net uit de opvang voor mislukte vogels was ontsnapt, veren in de war, benen scheef, kijkend of iemand hem zou komen ophalen.


Twee agenten (types die je eerder bij een frietkot tegenkomt) waren opvallend beleefd. Ze zetten me thuis af, bijna op de deurmat, alsof ik een verkeerd geprinte weekenddeal had gekocht in mijn eigen dorp.


De tweede berm was minder charmant. Boeien, omdat het anders blijkbaar te saai werd. Ik met mijn ontvlambare drankkop in discussie, alsof ik op dat moment morele autoriteit had. Een dronken man die in discussie gaat is als een hond die probeert te schaken: gênant voor iedereen die toekijkt.


De andere keren (café, bankje) waren remixen van hetzelfde nummer: mijn grote smoel, mijn kleine grenzen, mijn overtuiging dat ik nog “goed tegen drank kon”. Een mythe tussen Sinterklaas en de romantiek van de functionele alcoholist.


Maar de échte straf ligt niet in boeien, niet in het kale bed, niet in het dichtvallende slot dat een hoofdstuk afsluit. De straf zit in wat die vier muren met je doen. Een cel laat niet zien wie je denkt te zijn; hij toont wie je geworden bent.


Daar zat ik, op die koude vloer, de tijd villend met mijn nagels. En pas toen ik mezelf betrapte op boter-kaas-en-eieren spelen met de voegen tussen de tegels, wist ik hoe lang de trap was. Je tekent zo’n denkbeeldig kruisje en denkt: nog één stap omlaag en men kan me opvegen met een stoffer en blik. Een volwassen vent die kinderspel doet om niet te hoeven luisteren naar het geluid van zijn eigen schaamte.


In die betonnen doos zat geen dichter. Geen charmante reus. Daar zat gewoon een kloothommel die zijn vriendin weer teleurstelde. En een vader die niet in de buurt komt van wat zijn dochter verdient.


Tussen die vier muren waaide Ammie binnen in mijn hoofd. Haar lach, die ik te vaak alleen nog van foto’s ken. En ik vroeg me af wat zij later over haar vader zou horen: over zijn fouten, zijn bermen, zijn cellen. En of ze ooit zal geloven dat ik méér was dan dat.


En dan is er Deeltje. Deeltje die alles droeg wat ik liet vallen, die met één blik meer gaf dan ik ooit fatsoenlijk kon vasthouden. Ik scande andere vrouwen alsof ik iets miste, terwijl de jackpot gewoon naast me lag. 
Wat een klootzak kan een mens zijn als hij zichzelf verliest.


Drank maakt je blind. Niet zacht, niet romantisch, domweg bruutblind. Je ziet niks van wat telt en alles van wat je beter had laten liggen. Je voelt troebel, je denkt troebel, en je maakt keuzes die passen bij iemand die zichzelf allang verkeerd gebruikt.


De laatste keer zat ik zes uur.
Een agent kwam me halen en zei dat de combi onderweg was om me thuis te brengen. We rookten buiten een sigaret. Ze klaagden over werkdruk, ik zweeg. Iemand die net uit een cel komt, heeft weinig recht van spreken. Misschien zijn niet alle agenten bastards. Misschien was het rustig op de dienst. De waarheid rook naar beide.


Het zwaarste moment kwam thuis. Deeltje die niet schreeuwde, niets kapotsloeg, maar die die blik had. Dat stille verdriet dat je in je slaap achterna zit. En achter die blik: Ammie. De vraag of ik ooit nog vader kan zijn zonder dat de schaamte eerst mijn stem dichtsnoert.


Ik ben nooit bang geweest voor cellen. Ik ben bang voor de mensen die me nog altijd geloven. Voor de liefde die ik keer op keer verkeerd adresseer. Voor het kind dat ik hoop ooit weer aan te kijken zonder dat mijn fouten eerst aanbellen en binnenkomen.


Verandering begint niet in een cel. Een cel is hoogstens de echo van wat je al wist en weigerde te veranderen. Verandering begint als je merkt dat een kind niet wacht, dat een vrouw stil kan breken, en dat geluk (hoe groot ooit) een breekpunt heeft dat jij met je eigen handen hebt getest.


Ik stond daar, zes uur later, mijn jas die nog rook naar Jägermeister en schaamte, en het werd eindelijk pijnlijk helder: dit is niet “nog één kans meer”. Dit is de kans. Niet om te pleiten, niet om nog meer excuses te bouwen, maar om dingen op slot te doen die niet meer open horen te zijn. Mijn excuses, mijn vluchtwegen, mijn dronken versies, die moeten op slot. Ik moet op slot. Tegen mezelf. Omdat anders alles wat nog blijft, van me wegglijdt.


En als ik ooit weer wakker word in een cel, of in een berm, of in de ogen van iemand die me liefheeft, dan wil ik dat het iemand is die eindelijk trots kan zijn. Want dit is mijn bodem. Alles daaronder is geen plek om te leven.

MartinB

Share This:

Vera Jongejan – en de proppen van papier


Zwart wit zijn
de pianotoetsen die zelf
beginnen te spelen
lied van de laatste geliefde

het is dat ik proppen van papier maakte
en mateloos gooien bleef
binnen graasden schapenwolkjes
in alles nachtzwart
iemand bracht een paarse orchidee

Vera Jongejan

Share This:

een Mexicaans pak aangeschaft – een dichter mag ook wel eens wat – op naar de cursus!

de cursus

dit is een tweedaagse cursus
waar we het vandaag over gaan hebben
gaan we het over hebben

vooraf even het cursusgeld
heeft iedereen 1250 euro betaald
een koopje – gaan we het nog over hebben

de kleding – de kleding is vrij
aan uniformen doen we niet
en zeker niet aan zwarte pakken

bezweet
gaat wel te ver
gaan we het nog over hebben

seks – seks is ook vrij
liefst in de avonduren
gaan we het over hebben

drank – de drank is vrij
maar in de ochtend al kachel
is wel een dingetje

gaan we het over hebben
in de cursus
vandaag


Pom Wolff

Share This:

Ien Verrips – als ik oud ben omarm me


als ik dan echt oud ben
in de war en bang misschien
vergeten wie je bent
dat je bij me hoort

blijf bij me komen alsjeblieft
en hou me vast

als het verleden leegte is
de toekomst een zwart gat
kom bij me af en toe
en hou me vast
laat me voelen
dat ik niet alleen ben

ook als ik boos of koppig ben
verdrietig en lelijk praat
juist dan
kom dan en hou me vast
omarm me

als dat niet gaat 
omdat ik zo een vreemde ben voor jou
neem dan alleen mijn hand
aai die dan zachtjes

nov 2025 IEN VERRIPS

Share This:

tot zover sinterklaas – vroeger had je maartje nog…


tot zover sinterklaas
 
er zijn van die avonden dat
de computer 9 graden meldt en lichte regen
iemand op FB heeft een profielfoto gewijzigd
reden onbekend
cohen zingt in mijn kamer over
een famous blue raincoat
songs of love and hate
kan er ook nog wel bij
 
de vrouw met de nieuwe profielfoto
maakt zich druk over de wereld
die van amerongen nee van de algarve
heeft weer een stukkie geschreven over een misstand
top oss – almere tijdelijk gestaakt
vechten – ook dat nog
how can i tell you
hoe heet ie ook al weer
wel een mooi liedje
later in de heer gegaan toch
 
tot zover een kwartiertje 020
ik ga maar eens een gedicht schrijven
over die goeie ouwe sint:
 
van het dek geschoten
niet links niet rechts gewoon voorover
middenstandrechtelijk neergemaaid
er golft wat bloed
de schimmel staat er verloren bij
de kindjes huilen
zij zetten voortaan zwarte schoentjes

vroeger had je maartje nog die graag bij de feiten bleef
en over een mistig landschap sprak
passend bij de droeve dag
 
pom wolff

Share This:

Rob Mientjes -niemand die op je wacht…


The last Viking


Je zult de Sinterklaas zijn
en niemand die op je wacht
ergens in het hoge Noorden
een soort van laatste Viking


betrekkelijk het leven en de dood
waar wieg of stal heeft gestaan
waar ze al dan niet lampjes ophangen
aan gevels of in kerstbomen


ach … laten we maar naar de film gaan
die van ons eigen leven misschien
want de wereld wordt steeds kleiner
gaat voortdurend op herhaling


het is nog niet te laat
na het kadootjes kopen dan maar
gezellig met zijn twee
er komt sowieso niets op tv


je zult de laatste Sinterklaas zijn
met niemand die op je wacht
een zwarte roetpiet toebediend krijgen
als een soort van laatste Viking

Rob Mientjes

Share This:

Frans Terken wint de enige echte virtuele – ja ja als je haar maar goed zit – zondagochtendtrofee op pomgedichten.nl

dank aan alle inzenders – maar vandaag hebben wij van de pom weinig woorden nodig – in de eenvoud ligt het gouden eremetaal te glimmen – het goud vandaag voor FRANS TERKEN – in het commentaar leest u waarom. van harte Frans:


Geknipt voor mij

Met de dag het haar dunner
niet om alles beter te willen zien
of verder te kunnen kijken
maar de afdracht van jaren

hoe er haren voor het netvlies zweven
die scheurtjes ontstaan in de tijd maskeren
zoals zij die verknocht aan haar 
krultang de watergolven fixeert 
tegen tranen van verlies

dat het daar niet om draait
maar dat zij en ik er nog zijn
en het haar zo behaagt
naast me te gaan 
zo geknipt voor mij


© FT 29.11.2025

een lieflijk eerbetoon bij het verstrijken van de jaren. samengevat in een liefdevolle laatste strofe. eenvoud behoeft geen grote woorden.
 
  • Jorge Bolle – voor Frans
  • Rob Mientjes – over haar gesproken
  • Rik van Boeckel – kapsels zijn verdwenen in de tijd 
  • Frans Terken – dat ‘het haar zo behaagt’ naast hem te gaan
  • Cartouche –  zo draag ik haar
  • Ien Verrips – zo mooi was je
  • Vera van der Horst – zoekende
  • Anke Labrie – kapt

wie wint de enige echte virtuele – ja ja als je haar maar goed zit – zondagochtendtrofee op pomgedichten.nl? ach black saterday of black sunday wat maakt het uit – de buitenkant is soms toch ook belangrijk – het eerste gezicht, het eerste aanzicht – onderweg naar liefde zeg maar. hoe denken dichters eigenlijk over de buitenkant? – altijd maar dat innerlijk ook – u kent de regels: gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak  – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.




goed bij het hoofd
 


het hoofd het dacht:
van jou houd ik meer
dan ik kan leven
 

het hoofd het dacht:
ook aan haar
bewerkelijke onuitputtelijke lichaam


het hoofd het dacht:
alles rook goed
en alles naar haar

pom wolff

Klein eerbetoon

Frans Halsema zong
met zijn nooit te vergeten stem
een tijdloos lied over liefde,
voor haar

zijn leven werd kortgeknipt
in zijn laatjes
nog zoveel meer
melodie en woord
gulle lach
en muziek

hij verstond de kunst
van bij ons horen
maar zijn lichaam ging niet mee
deze woorden zijn niet voor haar
maar voor hem

Jorge Bolle

dank je wel voor de passende bijdrage Jorge – frans halsema uit het stof gehaald – nou ja zijn stem – mooi liedje. een eerbetoon.

Over haar gesproken

Over haar gesproken
dat zit lang niet altijd goed

over haar gesproken
soms te lang en soms te kort

over haar gesproken
soms uitgesproken soms kort door de bocht

over haar gesproken
soms vet onstuimig soms strak omhoog

over haar gesproken
in alle kleuren van de regenboog

over haar gesproken
soms dom blond dan weer pikzwart

over haar gesproken
met hoog knuffelgehalte en altijd lief

Rob Mientjes

een opsomming – mannelijke dichters zijn altijd goed in opsommingen – betoogde ooit een groningse of friese dichteres – zal het drente geweest zijn – maria van dalen met een of twee aas was haar naam dacht ik – vrouwen schrijven meer over gevoel. dat zei ze ook. vervolgens somde ze talloze gedichten van mannen op met opsommingen.

Het haar van de tijd 

Het haar van de tijd laat van alles zien 
lang kort of krullend langs oren en wangen 
blond bruin zwart of vanouds grijs 
niemand raakt van dat haar van de wijs
  
het hoofd daalt soms neer naar de baard
woorden over haren zijn de moeite waard 
wees dus dapper ga rustig naar de kapper 
de lange haren verwachten kort te worden 

vrouwen dragen weelderige kapsels 
mannen hebben moeite met het kalende hoofd
hun kapsels zijn verdwenen in de tijd 
mutsen of petten laten dat nauwelijks zien. 


Rik van Boeckel 
29 november 2025

rik vliegt het thema procesmatig aan. wensen wij hem tevens een prachtig optreden in het verre buitenland – dichter doet Marokko aan – een reisverslag met of zonder foto’s van dames met ‘weelderige kapsels’ – we zijn benieuwd. mannen hoeven daar geen hoofddoek om. maar ja – ‘hun kapsels zijn verdwenen in de tijd’- mooi gezegd.


Haar

nog zie ik haar – bloot
gegeven huid, warm de lucht
zich over zandig gras begeven

naar de bisonbaai
waar zij zich drenken kon
aan beeld van water, aarde

wapperende manen langs
een edel hoofd en wakker oog
dat onvervaard de einder peilt

tenen krommend tot 
een soepel afwikkelen
treden in tomeloze pas

schrapende benen
die wolken gaandeweg
tot vloedlijn schragen

zo draag ik haar
voorgoed binnenin mij mee


28-11-2025 / Cartouche

ergens vermoed ik dat Cartouche zijn ouwe trouwe hond beschrijft – het kunnen ook paarden zijn met al die wapperende manen. wellicht bedoelt de dichter alle vrouwen die voor hem op de loop zijn gegaan. het is me nog te vroeg in de ochtend voor dit soort snelheid. maar het is allemaal goed gekomen lezen we in de laatste strofe.

ik vatte vlam
toen ik je zag
zo mooi was je

ik wist niet wat ik zag (zo mooi)
maar zeker dat ik
daar wil zijn dichtbij
bij jou wil zijn

en dat terwijl
die anderen 
deden alsof ze niet zagen
hoe mooi je was
jou doodgewoon 
tegemoet traden
als één van ons
en jij deed mee

pas later hoorde ik
jouw antecedent van
verschroeide aarde

maar toen daar zag ik jou 
nakende schoonheid
ontbrandende hartstocht
verzengend vuur
wij

Ien Verrips

heel veel buitenkant ineens gepresenteerd hier op de pom en dat dan nog voor het ontbijt. moet kunnen. wel uitkijken hoor daar in het zaanse met al die brandbare licht ontvlambare houten huisjes. voor je het weet is het china in zaandam.

Als het haar maar goed zit

Vanochtend lag mijn hoofd
naast mijn gedachten
het ene wilde opstaan
het andere bleef liggen.

en zo zat ook mijn haar

mijn gezicht een landschap
waar je vaak geweest bent
waar je zoekt
naar wat vroeger anders was.

Vera van der Horst

het thema kort en bondig aangevlogen. zo zien we het graag bij mevrouw van der horst – nou nog even dat hoofd in de reparatie en alles zal regt kom. voorlopige stand van zaken – een verwilderd geheel – ik zou zeggen gewoon blijven liggen – kruip nog maar even lekker onder de warme dekens – dat haar komt wel goed ergens op de zondagochtend laat.








herfst
 
zodra de kruin weer zichtbaar is
wordt ze gekapt
 
hazelnoot
goudbruin
dieprood
 
zij ziet haar eigen herfst niet graag
 
pas als ze gelooft
dat zij minstens een eik is
viert ze elk jaargetij
 
anke labrie

een meer natuurlijke benadering van het thema door Anke Labrie. in herfstkleuren uitgevoerd. ik begrijp dat de ene boom de andere niet is. altijd uitkijken voor de processierups – roepen ze hier in het nachtcafé. mevrouw van der horst tracht haar gedachten in haar hoofd te houden. Mevrouw Verrips vat vlam. Meneer Cartouche verhaalt over wapperende manen. De heer Bolle zingt met Frans Halsema mee  en voor haar – In het nachtcafé valt het leven best wel mee. wellicht een goed advies – de natuur weer in de lente het café voor in de winter. en de herfst.

Share This:

INA BOT: ‘Zal ik vandaag een onbewoond eiland kopen of gewoon het licht aanknippen’

pomgedichten eert de komende vrijdagen INA BOT – we laten haar ‘godvergeten talent’ nog even spreken – wij willen haar ‘godvergeten talent’ niet vergeten.

lies sprak nog een keer over INA BOT. aan het tafeltje viel het stil – het schreeuwen voorbij:

Ina heette ze.
Ina Bot.
We speelden samen poezieliedjes, met Lisan erbij gingen we alle poeziepodia af, op zoek naar nieuwe dichters, we maakten teksten door haar godvergeten talent. We lachten, huilden, een requim, nu

Toen ze dood was, na drie pogingen:
aspirines met chocoladepudding, uitgekotst in de vroege ochtend,
met vuilniszakken de oven het gas naar haar toe laten stromen, gefabriceerde luchtslang met afplaktape, net op tijd gevonden,
en toen, de in Frankrijk gewonnen pil die godzijdank het einde voor haar in zicht bracht

Ze kon niet meer

Ik zie nog de blik in haar ogen toen ze, na de eerste poging, wakker werd en lag in een steriel ziekenhuisbed, zo ontzettend gelaten…
Toen ze weg was en verdwenen kwam er een vlinder in mijn huis. Ze dwarrelde om me heen en als ik huilde kwam ze naast me op de muur rustig zitten. Drie dagen lang bleef ze. Toen heb ik haar naar buiten gebracht.

Ze verdween in de zonsondergang

Onweer

Zal ik vandaag een onbewoond eiland kopen
of gewoon het licht aanknippen

of naar de kapper op de hoek
voor een potje zon in mijn haar

of naar de betere dierenwinkel
voor een dikke rode kater

of weer eens ouderwets dubben
over de oorsprong der dingen
van voor de zondvloed

opeens hoor ik mijn vader
‘grijze luchten moet je uitzitten’

INA BOT

Share This: