Robin Veen: ‘dichten lukt niet meer…’ – geen gedichten meer over de vergeefsheid van het bestaan en de zinloosheid der dingen

Robin Veen: ‘Na mijn tweede herseninfarct eind januari heb ik vier maanden revalidatie gehad. Dat heeft niet veel opgeleverd. Je weet pas wat je hersenen allemaal doen als ze het niet meer doen. Volgens de neuroloog heb ik een kwetsbaar brein waarvan ze geen vooruitgang verwachten en een achteruitgang niet uitsluiten. Dichten lukt helaas niet meer, maar daarom niet getreurd, schilderen kan ik nog wel…’

wij van de pom noemden hem weleens ROBIN FAME vanwege alle lof die deze dichter mocht ontvangen voor zijn gedichten. bovenstaand gezondheidsverslag – nouja gezondheid – belooft weinig goeds voor de dichtkunst. jammer – in 2015 schreef ik onderstaande recensie bij zijn debuut – wij van hier wensen hem – al is het tegen beter weten in – dat de gedichten weer in hem weer zullen keren.

ga hier aan land

ROBIN VEEN – GA HIER AAN LAND – debuutbundel met ‘verraderlijk transparante poëzie’

eigenlijk heb ik mijn leven lang al op deze bundel gewacht. ik ken Robin van de slamwedstrijden. het jurycommentaar is voorspelbaar: ‘geen slammer, hier is een dichter aan het woord’- zo gingen vele overwinningen aan zijn neus voorbij. dan lacht hij minzaam. een fragiele man Robin Veen. hij kijkt. naar zijn binnenwereld moet je expliciet vragen. anders verneem je niets. de woorden altijd afgepast zoals ook zijn gedichten. GA HIER AAN LAND heeft hij zelf samengesteld. zijn keuze uit zijn werken.

de bundel voelt als een kado van een dichter aan de lezer. dit heb ik voor jou uitgekozen. dit ben ik. met de bundel in de hand en de herinneringen aan zijn voordrachten wacht mij een mooie middag. met dat gevoel nam ik plaats op mijn recensiebankje, een potlood in de hand. welke plaats gaat deze bundel krijgen in mijn lezerservaring. meer is uiteindelijk het werk van een recensent niet. de verwachtingen zijn hoog gespannen. dat kan gevaarlijk zijn. de sensatie is dat je weet dat een deel van leven hier in je handen ligt en dat het voelt als gegeven. je mag een wereld betreden die tot nu toe gesloten was. hoeveel rijker voelt het als je de gedichten hebt gelezen. en welke wereld wordt betreden? waar gaan we aan land?

We gaan aan land waar mensen zijn. niet veel mensen. 18 gedichten gaan over hem – laten we hem vader noemen – 7 gedichten over haar, noemen we haar moeder en dan in het laatste gedeelte 27 gedichten over een zoon die uit een vader en een moeder voortkwam en ‘een aandeel’ heeft in de tijd. maar dat wordt meteen ontkend door de dichter: ‘niemand heeft een aandeel in de tijd’. en in de tussentijd is het kwestie van uit leven. niet uitbundig, meer observerend. hoe de een na de ander opgaat en uiteindelijk ook jij.
Stella Verhoef vat het prachtig samen in de flaptekst: “Het raakt aan hunkering, berusting, vergeefsheid: de kabbelende dood in het kielzog van elke reis.”

Bij elkaar niet vrolijk ook niet zwaar of aangezet, bijna realistisch. het leven als een reis en het afscheid als gegeven. Vader krijgt wel prachtige dichtregels mee: ‘met voeten van gebarsten klei is hij gebonden aan zijn jaren’ – ‘mooi van verdriet zeilden de meeuwen uit het zicht’ – ‘aan de vogels hoort hij het vallen van de avond’. “niets treuriger dan Vught bij nacht” een zoon bezoekt zijn vader in een zorgcentrum. iets later:


De kaak die niet meer sluiten wil
De ribben van een scheepswrak
(…)

Zo ziet afscheid er dus uit.

Op weg naar moeder. ook zij krijgt mooie woorden mee. En de dichter? de dichter ‘weet niets beters te doen dan gras te plukken en weer weg te gooien’. verraderlijk transparant schrijft Stella. maar je wil halverwege wel weten hoe het de zoon verder is vergaan in ZIJN leven. de laatste 27 gedichten gaan over hem.

een leven waarin geleefd wordt nog zonder een natuurlijk afscheid. licht beklemmend de wereld waarin we ons halverwege de bundel bevinden. is er hoop?, is er uitkomst? of is er maar één uitkomst mogelijk? het zal toch niet zo zijn dat we weer haarfijn met de neus op de feiten worden gedrukt, de tijd ontkend en ons aandeel in de tijd ontnomen.
en wat komen we over die van Veen eigenlijk te weten. iedereen piept er tussenuit in zijn bundel en meneer verlaat ongeschonden het strijdtoneel? wanneer gaat meneer zelf aan land? u begrijpt het al – GA HIER AAN LAND is een opdracht aan ons allemaal.
het is niet helemaal waar. de gedichten over de zoon geven ook een inkijkje in het leven van de dichter. het zat niet allemaal mee. ik vat het kort samen. we lezen:


‘Ik draai me om,
kruip dicht tegen je aan
en voel de kreten in je lijf.’

het is gevaarlijk om te concluderen maar als ik het goed lees slaat de dood ook toe waar het nog niet had gemogen:


‘geen blad beweegt en jij
wordt nooit meer ouder.’

Ga hier aan land en niets zal ooit nog veranderen. de laatste regel in de bundel. Robin Veen ziet onder ogen wat hij – u en ik ook – al een leven lang onder ogen heeft moeten zien. en toch is GA HIER AAN LAND een troostrijk werk. een ingehouden werk. over de vergeefsheid en de zinloosheid der dingen schrijft ROBIN VEEN krankzinnig goed. verraderlijk goed.

ga hier aan land

ROBIN VEEN
GA HIER AAN LAND
ISBN/EAN 978-90-821077-0-8
www.whistlingduck.eu
http://www.boekhandelperdu.nl/Ga-hier-aan-land

Share This:

DITMAR BAKKER vertaalt! 17 weken de reeks ‘Sonnets From An Ungrafted Tree’ van Millay – 4

’t hout was door de regen nat.

De reeks ‘Sonnets From An Ungrafted Tree’ werd, al experimenterend, door Millay gemaakt, en, tja, grossiert in prachtig leedwezen. Het heeft me vrij veel werk en tijd gekost om de ruwe omzettingen, die je website sierden, te schaven en politoeren naar contemporaine(r) werkjes, later dan 1975 wordt ’t niet denk ik—zelfs van een telefoon wordt in de reeks geen gewag gemaakt, wel van grutters die maar ‘bezorgers’ zijn geworden e.d.—maar ach, Millay stierf zelf al 25 jaar daarvoor, en deze reeks bleef onafgerond(?). Het líjkt echter grotendeels gaaf, en behelst het ziekbed-en-sterven van een man, bezien door de bril van zijn vervreemde wederhelft, die terugkeert naar hem als hij ziek is (ondanks het feit, dat zij niet van hem houdt, wat dat dan ook precies moge zijn—hier verwijs ik graag naar het andere werk van Millay) en hem verzorgt tot het eind. Ik stuur je de eerste negen, van de zeventien, oorspronkelijke sonnetten en hun schaduwrijke fluisterstem in het Nederlands toe. Geniet, of niet!

Liefs!
D.


IV.

Als een sardientje siste witte bast
op sintels, deed het walmen van de rook.
Ze knielde, blies: haar hoop ontvlamd alvast
op warmte… het deed as opwaaien ook,
maar laaien bleef het uit waar die weer landde,
geen vonkje; ’t hout was door de regen nat.
Dus, zodat niet alleen verlangen brandde
(hartstocht, dacht ze, die ze verkwanseld had
met vergelijkbaars, op een eender uur)
maar ook die dwarse kolen, ging ze blazen,
loeihard stiet zij haar adem uit, haast razend
uit haar lijf: daar ontstak een mager vuur!
…dat alsof opgejaagd direct verdween,
en achter ’t raam verrees de nacht, die blauw en duister scheen.


The white bark writhed and sputtered like a fish
Upon the coals, exuding odorous smoke.
She knelt and blew, in a surging desolate wish
For comfort; and the sleeping ashes woke
And scattered to the hearth, but no thin fire
Broke suddenly, the wood was wet with rain.
Then, softly stepping forth from her desire,
(Being mindful of like passion hurled in vain
Upon a similar task, in other days)
She thrust her breath against the stubborn coal,
Bringing to bear upon its hilt the whole
Of her still body … there sprang a little blaze …
A pack of hounds, the flame swept up the flue! —
And the blue night stood flattened against the window, staring through.

Ditmar Bakker vertaalt

Share This:

VON SOLO tussen de gekken: ‘Achter de voordeuren in dit land gaat een hel van normaliteit schuil, waar de reddingsboeien bestaan uit antidepressiva, pijnstillers, alcohol, voetbal, yoga, avonden Netflix bingen,…’

Mijn hele leven al ga ik gebukt onder het juk, de vreemde vogel te zijn. Bijna alles dat ik lijk te doen wijkt af. Het begint al met mijn lengte. Mijn lichaamslengte bedoel ik dan uiteraard. Die ligt onder het gemiddelde. Mijn bouw is van nature tenger. Als je kind bent resulteert dat erin, dat je toch al snel als kabouter wordt beschouwd. Als je dan ook nog eens van metal muziek houdt en een hekel aan mensen hebt, dan zijn de rapen gaar. Dan zit je daar met je metal shirt en je lange haar in een vwo-klas afwijkend te zijn. ‘Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg’. Dat zeggen je ouders dan, die zich er ook geen raad mee weten, omdat het een beetje raar is.
 
Je gaat in je zogenaamde reis naar de volwassenheid allerlei stadia door. Eerst word je opstandig. Dan weer probeer je geaccepteerd te worden. Je probeert ‘jezelf’ te vinden. Wordt weer rebels. Zoekt weer acceptatie. Alles gaat mis. En dan probeer je weer wat anders en dat gaat dan weer beter en zo gaat het maar door. Veranderen, hetzelfde blijven, alles duurt maar even. Na mijn veertigste neemt mijn leven de gelukkige wending, dat het mee steeds minder kan schelen, wat ‘de wereld’ nog van mij vindt. Te meer, omdat ik het gevoel heb, op orde met mezelf te zijn. Ik ‘hoef niet meer zo nodig’.

Vanochtend had ik het met mijn dochter over gewone mensen. Ik nam de tijd om eens wat vrienden langs te lopen in mijn hoofd. De conclusie was ontluisterend. Al mijn vrienden mankeren psychisch wel wat. Maar gezien ze daar hun directe omgeving niet fysiek mee in gevaar brengen, wordt dat nauwelijks opgemerkt. De één heeft nooit een normale vader gehad en neukt daarom alles wat los en vast zit en kan geen relatie houden, de ander blijft hopeloos hangen in een doodgebloede relatie. De derde wil niets meer met de maatschappij te maken hebben en leeft daar ook naar. Dan heb je nog de mannen, die uit wanhoop maar meegaan in de ellende van hun partner of in een doodlopende baan en hun leven daardoor tot stilstand brengen. Dan heb ik ook nog een paar vriendinnen, die ook hun losse steken hebben, maar die ontzie ik hier. Al mijn ‘normale’ vrienden zijn gewoon gek! En dan heb ik het nog niet eens over de dichters of kunstenaars.

 Het zou uiteraard zo kunnen zijn dat soort, soort zoekt. Maar dat kan ik zo ontkrachten. Het is misschien een leven lang afwijken, dat je ogen opent voor de vreemde hypocrisie van het ‘normaal zijn’. Achter de voordeuren in dit land gaat een hel van normaliteit schuil, waar de reddingsboeien bestaan uit antidepressiva, pijnstillers, alcohol, voetbal, yoga, avonden Netflix bingen, de ziekelijke neiging tot zelfontkenning via een dodelijk sportregime of gewoon een leegte van nullen en enen. Maar er is weinig erger, dan hordes mensen, die zich een leven lang voor de gek houden, door te denken dat alles maar normaal moet zijn. Van crisis naar crisis zwalken of het de normaalste zaak van de wereld is. Armoede, ongelijkheid en ellende nemen zoals het is en ‘er toch niets aan kunnen doen’, om vervolgens het vliegtuig naar Thailand of een all-in resort te nemen, omdat het kan. En zo elke dag weer doorgaan. Deze mensen zijn zo geestdodend saai, dat je ze wat aan zou willen doen.
 
Nee. Doe dan maar gewoon gek. Dan doe je genoeg.

VON SOLO
DICHTER, COLUMNIST,  PERFORMER EN CINEAST
Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl
Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl 

Share This:

de dichter BABAK op weg naar Istanboel – het zal wel van de liefde zijn

‘Ik ga zo naar Istanboel. Ik ben bijna zeker dat ik dit liedje ergens tegen zal komen. Anders doe ik een verzoek nummer in de eerste de beste café met livemuziek. En terwijl ik mijn raki drink, beleef en herleef ik het leven.’


istanboel is visje eten
 
het turkijegedicht is nog steeds een bonnetje
op de brug, amsterdamse straatweg 42a

Baarn, pomp 3, 33 liter ongelood
en eigenlijk op die manier dan dus
met dit te maken vruchtbaarheid
en dat dan dus natuurlijk

daar dus dan

ter wereld gekomen huist het hier
op dikke stoepen asfalt

vissen rokend in dieselgeuren
een vastberaden meisje
en nu dan dit eventjes vijf minuten verder dan


de eeuwen in laagjes
in die tijd de dingen die gedaan zijn
zijn nog steeds
aldus is mooi hoe de verbinding is
meisjes knopen bloesjes open
en zuigen mannen alsmaar mannen vast


pw

Share This:

Merik van der Torren nog steeds dol op zijn hondjes



Voor Betty

Hoi, daar ben je lieve schat,
met je warme lijfje,
en je zachte vacht
en je likjes op mijn hand

en de hele hondenwereld
om me heen

kom maar lekker brommen
bij mij.


Merik van der Torren

Share This:

Peter Posthumus terug van vakantie – zonder verder


Het hoogst mogelijk genot
die zuivere euforie
dat één en al aan glorie
dat dansen boven de toppen
het uiterste in al het zijn
dat inhaleren van wat leven is
het meest ekstatiese
het overstijgen van elk tekort


alles verbleekt, verlept
bij het roken van
die laatste cigaret

Peter Posthumus

Share This:

TON HUIZER: ‘Emancipa’

vader smelt niet meer
in de warmte van haar
schoot

Emancipa

Vader wil een tuintje
met een schuurtje
voor zijn bakfiets en
zijn strijkplank

poes spint niet meer
op schoot
hondjes doen is
achterbaks

en zoenen ongezond
voor het tandvlees in
haar mond

vader smelt niet meer
in de warmte van haar
schoot
hij is al jaren vloeibaar

volgens sommigen zelfs
morsdood

Ton Huizer

Share This:

Peter Berger: ‘Zwart als leisteen hangt het wolkendek berstensvol boven de daken. Een fris briesje prikt hardnekkig door de straten. Even nog dan gaat het los!…’


Zwart als leisteen hangt het wolkendek berstensvol boven de daken. Een fris briesje prikt hardnekkig door de straten. Even nog dan gaat het los! Ik bestel nog snel een cappuccino. Vijf minuten voordat het hier bomvol zit. Vijf maximaal. Het meisje neemt niet veel later plaats aan de overzijde van de leestafel. De allerlaatste stoel. Haar katoenen zomerjurk doorweekt als fuck. Het rode haar golft desondanks waterproof tot voorbij haar fragiele, sproeterige schouders. Straks wordt verse muntthee gebracht. Met acaciahoning. Ver weg ruikt het naar vochtige paardendekens. Jij? Toeval? Noodlot? Of gewoon zomaar. Daar zit ze dan opeens en ze zegt dat ze zich doodschaamt. Daar is verder niks van te merken dus ik neem nog maar een slok koffie. Haar blik heeft iets vrolijk stouts dat niet van alledag is. Onbetaalbaar, die hoopvolle blik.

Studerende buurmeisjes. Puntige schouders. Dito schouderbladen. Vorige week nog was het raak! Midden in de zomernacht. Of eigenlijk ergens ’s morgens vroeg. Tussen vier en vijf denk ik en ik was juist onderweg naar huis. Te voet zoals altijd. Op m´n gele gympen. Daar stond ze te giechelen. In diezelfde witte jurk. Een paar deuren verderop om de hoek. De sleutel krampachtig tussen duim en wijsvinger geklemd; het kleinood vruchteloos rondzwaaiend in het luchtledige. Van assistentie wilde ze niet weten, maar misschien kon ik toch even helpen die verdomde deur in bedwang houden. Want in een onwillige deur is het sleutelgat knap lastig te vinden. Zoiets zei ze.

Nadat ze houterig naar binnen was gestort, heb ik haar opgeraapt, moed ingesproken en voorzichtig de trap op geholpen. Ze verdween vervolgens, lichtvoetig huppelend, luidkeels lachend naar boven. Onnavolgbaar. Beter een goede buur dan een verre vriend. I can tell. Ik vraag of ze nog een glas muntthee wil, maar ze gaat voor prosecco. Met ijs. Ook dat nog.


Peter Berger

Share This:

pomgedichten feliciteert RIK VAN BOECKEL met zijn verjaardag: “Een en zeventig wat een tijd – langs het interview met Vaclav Havel /langs de Atlas en Diamono Senegal /de zingende palmen van Cuba…”

langs het interview met Vaclav Havel
langs de Atlas en Diamono Senegal
de zingende palmen van Cuba

Pom op mijn 71e verjaardag heb ik mijn leven poëtisch samengevat. Zie hieronder: je kent mij als dichter en muzikant maar ik ben ook afgestudeerd socioloog en (muziek)journalist maar kom uit een sportfamilie in Den Haag.

Met dichterlijke groet 
Rik



De tijd van een en zeventig

Een en zeventig wat een tijd
de nu en verleden werkelijkheid
de eerste laag in Den Haag
aan de lange Laan van Meerdervoort

de tweede in een en zeventig
aan de Leidse Hoge Rijndijk
en verder conga spelend
aan Laan de Goede Herder

het artistieke verhaal begon
aan het Leids Academisch Levendaal
met poëzie Graffiti en Grafuit
met percussie ritmisch en luid

met het Gruppo Trutto theater
tijdens de filosofie van sociologie
de eerste interviews van methodologie
de scriptie van onderwijssociologie

de jaren tachtig worden uniek
door popdichterstijd en journalistiek
de combinatie van poëzie en muziek
op Kubus Cassettes en voor publiek

deze hoofden praten nog steeds
van Parijs een zonderlinge reis
van Jamaica naar Mallorca en Ibiza
langs Witte Makedonika en poetry slam

bewegend als een ritmische strateeg
langs het interview met Vaclav Havel
langs de Atlas en Diamono Senegal
de zingende palmen van Cuba

hé hé wat moet dat in Portugal
de fado van Lisboa van Amália en Mariza
reispoëzie en muzikale reisverhalen
langs Portugal Kaapverdië en Finland

musicerend lerend en spelend
met Toeters en Bellen Mafketiers
Bel Cante Les Zazous Kamara
MB Ghetto Flow Negunya The Dub Ark

de dromende dansers in het groene licht
tijdens Ibiza Time en volle manen
langs Porto’s zingende bloemen
de straten met de mooie ramen

de tijd begon ooit met tennis sport
in de Bosjes van Pex bij een hockeyclub
en eindigt tijdelijk met de dub
zoals reggae soms wordt gehoord!

Rik van Boeckel
27 augustus 2023

https://youtu.be/z9SoTSSZrl4?si=kdSkQ7nzsvkdGd5v

Share This:

Frans Terken en Pom Wolff over en weer – week 9 – slot: ‘het zinderende van nieuwe dingen zien…’ 

de dichter Frans Terken neemt de uitdaging aan – de afgelopen weken schreven wij in het weekend op pomgedichten punt nl over en weer. ik schreef Frans dat wat mij betreft het een persoonlijk thema mag zijn. Frans en ik schreven een persoonlijke reeks – over verwachting – over geboren worden – en dan het leven in – en dat we het mogen meemaken weer opa te worden. Frans stemde in:  eind september wordt zijn oudste zoon Tjebbe vader. het wachten is nu op het meisje dat eind september de wereld mooier zal maken. op 5 augustus werd mijn kleindochter LIVA geboren – wij van de pom bedanken frans voor alle bijdragen en de slotbijdrage deze week in deze reeks over en weer – de zondagochtendwedstrijd ging even aan de kant. vanaf volgende week is ie weer terug.
Van twee en meer

Een zijn jullie twee – van jij in haar naar zij aan zij
stil je de honger aan de borst van je moeder
je mond die voeding vindt in een ademteug

lig je zo schoon in je vel gegoten – wij in aanbidding
geschaard om het bed zijn wij drie nee vier en meer 
het maakt ook ons éen zoals wij samen zijn

houden we daaraan een leven lang vast
van nog zoveel op deze wereld verkennen
het zinderende van nieuwe dingen zien 

en groeien door altijddurende liefde 
van de mensen die dag en nacht met je zijn
zo overweldigend dit bestaan tussen ons


© FT 23.08.2023

het is zoals de dichter schrijft
en schreef
zoals het altijd al geschreven is
 
waarover ook  de zanger zingt
dat vanzelfsprekende geluk
het liedje van de liefde
 
het is het kunnen kijken als niet eerder
zo wil ik jou van liefde schrijven
en hoe het leven samen valt


pom wolff

Share This: