Beste Pom, Weinig woorden, maar niet minder toepasselijk. Be safe! Hartelijke groet, Anne
vandaag gaat heel traag voorzichtig kruipt de tijd alsof zij aan ouderdom lijdt
Anne van Walraven Instagram: @annexwalraven
Een brief aan jou is een ode aan de liefde. Sterker nog, een ode aan liefdesverdriet. Iedereen kent het wel. Je bent verliefd. Je bent gekozen en dat voel je in elk deeltje van je lichaam. Maar wat nou als de liefde steeds een beetje uit je vingers lijkt te ontsnappen? Anne van Walraven probeert in woorden te grijpen hoe het voelt als de liefde en de lust plaatsmaken voor onzekerheid, verwarring en angst. In openhartige brieven schrijft zij over haar gedachtes en gevoelens die voor iedereen herkenbaar zullen zijn. In de romantische en melancholische gedichten zal je even kunnen verdwalen. Tastend in het donker, maar niet alleen, nooit alleen.
–> uit de lofbetuigingen zal het duidelijk zijn geworden – de webmaster van pomgedichten punt nl is geraakt door de eenvoud en het vakwerk van Ton Huizer. in zijn gedicht komt alles bij elkaar, de herinnering, het kind, de foto, de wijze waarop, het papier: oud als het leven dat is afgebeeld en het leven dat uiteindelijk het leven zelf inhaalt en in de dood vertaalt. goud voor ALBUM van Ton Huizer. voorts tweemaal zilver voor de uitgelichte en himmelhochjauchzend geprezen strofen 2 en 3 van Cartouche en de wereldstrofe 2 van Elbert Gonggrijp – mijn god laat mij ook zo kunnen dichten. alle dichters een dankjewel – een welgemeende felicitatie voor de drie dichthelden van deze zondagochtend.
te midden van de persoonlijke en vaak kwetsbare herinneringen de vroege ochtend aanvaarden in een verstilde kamer in een verlaten stad in een opgehoest land – het kan slechter. dank aan de dichters voor de zachte en soms zo harde beschreven landing in een opgegraven verleden. het is een eer daarbij een paar woorden te mogen schrijven. in de – enige echte virtuele – wint iedereen omdat de onbaatzuchtigheid hier een hoog in het vaandel gehesen deugd is – week in week uit – pomgedichten heeft geen virus nodig om het mooiste uit de mens, uit de mensheid te halen. om het mooiste uit de taal te halen. dank u wel. onder de gedichten steeds de woorden op deze door U zo mooi gemaakte zondagochtend. om half 11 het goud, zilver en brons. Album
Ik woon nog in zwart-wit tussen kartelrandjes ik lach, dus het gaat goed
iedereen is er nog en ik weet alles al maar de hoekjes laten los
mijn bladzij is gescheurd straks ben ik oud papier is er niemand meer
die nog weet hoe ik heet en toch, ik lach ik lach nog steeds
het leven is soms wreed Ton Huizer –> een pareltje- in alle eenvoud gevonden in een fotoboek. de kartelrandjes niet te zien hier op de foto – maar inderdaad zo werden de foto’s afgedrukt – met die gekartelde randjes. en ik herinner me de doosjes met plakhoekjes om de hoeken van de foto’s in te schuiven en te plakken in een fotoboek. er moest nog gelikt. in dit gedicht komt alles bij elkaar, het kind, de foto, de wijze waarop, het papier, oud als het leven dat is afgebeeld en het leven dat uiteindelijk het leven zelf inhaalt en in de dood vertaalt.
Frans Terken – De jonge god gekomen op de zevende dag
Petra Maria – alles wat ik herinner met jou gedeeld
Rik van Boeckel – Zo zag ik jou een leven geleden
Ditmar Bakker – Zij stamde uit een dorpje nabij Goes/Laat ieder zich Fien herinneren
Ton Huizer – straks ben ik oud papier
Cartouche – hoe wonderlijk mooi dat was
Magda Haan – we schreven…
Anke Labrie – grote mensen wisten overal de weg
Conny Lahnstein – op die verboden plek waar ik me vergaapte aan een immens rode gloed
Elbert Gonggrijp – Sterven heeft geen toekomst meer, …
Ien Verrips – mijn ogen huilen spijkers
de wonderlijke man gezongen door herman van veen – 75 jaar – in die prachtige docu te zien –
Hij is een kind, een heel oud kind. Zo eentje zoals je ze alleen in oude versleten boeken vindt.
herinneringen, herinneringen wie heeft ze niet. met je vader of moeder naar een concert, een verjaardag, het strand of naar de efteling, met je geliefde naar herman van veen in carré. ach ja. de herinnering aan die ene prachtige danseres in het kwakgeel gekleed. of aan ‘de sporen van een fel verleden’ in hermans Liefde van Later bezongen – herinneringen gaan alle kanten op – aan wie? aan wat? en waar ook al weer? mogen we ze lezen van U? wie wint de enige echte virtuele – herinneringen zijn mooie dingen – trofee op pomgedichten? u kent de regels: de gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd. wat nog vreemd is het om te gaan naar een herinnering, die plek waar jij met mij bent geweest
hetzelfde huis, gesloopt wellicht al iets van een afgebroken zijn en dat het er niet meer toe doet wat nog
ik mij voor het eerst in woorden echt verplaatsen kan, de ware betekenis voel van jij bent er geweest
pom wolff
Dag Pom, een herinnering, in een beeld gevat, 39 jaar geleden; dat weer in een gedicht gevat, eveneens een tijd geleden. Goed en veilig weekend!
Jonge god
De jonge god gekomen op de zevende dag liggend op zijn rug in het kinderbed
ziet zijn omhoog gestoken hand met de vingers die het licht grijpen
de zon in zijn ogen brengen zijn dag is begonnen
onder een hemel van helden met een corona om het hoofd
–> de limburgse roots van de dichter op subtiele wijze in het gedicht gebracht – limburg het land van god in al zijn verschijningsvormen – hier wordt een zoon van god, zoon van de zon, een goddelijk geschenk beschreven. vanuit het kind, de kinderhand gevuld met licht. het leven kan een aanvang nemen, neemt een aanvang – de kinderlijke onschuld in het omhoog graaiende handje getekend.
Ha Pom, Mooi thema, daar ben ik wel van, herinneringen. Groetjes en je een fijn weekend wensend, Petra Maria xxx
als wij lange tijd
op de aardbol toeven en de nevel waait onze voetstappen langs niet ontdekte plekken
gedachten delen als wapperende rokken van een boterbloem in de zachte lentezon
de mondhoeken krullen zoals zusjes dat doen met wat voorbij komt en verbaast
dan is alles wat ik herinner met jou gedeeld
petra maria 20 maart 2020 (voor Nathalie)
–> voetstappen die waaien door de nevel is niet een echt makkelijk beeld voor de buitenstaander. maar daarna zijn de woorden glashelder. een invoelbaar soort eerbetoon aan een zusjessamenzijn – in hele kleine en subtiele momenten teruggehaald dat we van teder boterbloemzacht mogen spreken. Hier mijn vroegste herinnering aan Herman van Veen. Groeten, Rik
Ode aan de dichterclown
Zo zag ik jou een leven geleden met de trommel op de rug keek met moeder’s ogen in het theater achter de duinen
naar jouw tred door het gangpad met een puberaal en fris hart voelde onbewust de drang de inspiratie in de ziel te laden
meer wist ik niet in de jaren zestig poëzie was nog een mijl te ver ritme een slag die slechts mijn hart sloeg moeders droeg me schouwburg in en uit
achter de Haagse duinen verwees ik tijdens haar laatste reis naar het moment dat hij Suzanne in mijn oren fluisterde als maître tambour
de herinnering zoekt geen uitweg uit het labyrint van kwieke momenten zoekt haar nest in de geheugenboom zingt ‘t levenslied van de dichterclown.
Rik van Boeckel 20 maart 2020
–> mooi eerbetoon aan moeder – ‘achter de Haagse duinen verwees ik tijdens haar laatste reis’ – de wees aan het woord – hoe ook herman van veen en zijn liedjes een leven lang (‘een leven geleden’) meegaan – meegingen met rik – rik brachten tot de klankkunstenaar die hij geworden is. de herinnering als nestje in de levensboom ( de geheugenboom) een plaats gegeven. moeder, herman, clown en dichter achter de haagse duinen én de rik van toen in het nu.
(naar de topos van E. Coenen, die deze vast van Quevedo gejat heeft)
Laat ieder zich Fien herinneren IN MEMORIAM
“Fien” duidt de zerk. Dat was me een pieuze! Zij stamde uit een dorpje nabij Goes en was daar lesbisch. Het was niet háár keuze dat heel het lijf soms schreeuwde om flamoes,
“’t was Godes werk”; dus niet van dat potteuze, maar slechts een samenwonen met haar poes en dromen -haars ondanks- van amoureuze betrekkingen met Angélique of Loes.
Een leven zonder tasten in de blouse, een smachten naar bloemiste of coupeuse, een treurnis, ingegeven door taboes.
Ironisch, want zij kreeg van de serveuse pas ècht een foute mossel, en pardoes zweeg zij voortaan als elke Zeeuwse creuse.
[Ditmar B.]
–> Rijmwoordenboek PIEUZE: 149 rijmwoorden in het Van Dale Rijmwoordenboek. Rijmen op PIEUZE. Wat rijmt er op PIEUZE: Rijmscore ★★★★★
Stil de tijd* hoe het hangen blijft in het verband de gipskap van een neus, het bloed als prop gestold je de adem beneemt als een filter voor alle fluisterwoorden
hoe we keken en lachten naar de maan de straal van zon die niet ten onder wilde en hoe bezeten van een nog niet eerder ervaren virus, dat zo ongekend licht maakte in het hoofd dat het lijf niet achterblijven kon
we niet anders konden dan het bed houden al die tijd, in het bos, op sofa of visgraatgrond we hielden stand, stille afstand tot de wereld – hoe wonderlijk mooi dat was – creëerden een eigen waar we aan elkaars beademing lagen
tot een dag de klok.- half twee in de nacht – tijd in tweeën brak , kairos chronos*werd op rode tegels in spetters viel, ongenadig aan het licht kwam in een nieuw gezicht
20-03-2020 / Cartouche
(“Stil de tijd” 2010 Joke J. Hermsen en “Kairos” 2015 Joke J. Hermsen)
–> we lezen: Joke J. Hermsen (1961) is net verhuisd. ‘Het is vreemd om vijfentwintig jaar aan herinneringen in dozen te stoppen’, vertelt de schrijfster en filosofe. Een van de dingen die ze in een verhuisdoos stopte was een schriftje met aantekeningen. ‘De tijd’, stond er voorop, en een jaartal: 1999. Nu, tien jaar later, ligt het boek in de winkel dat in dat schrift zijn aanvang vond: Stil de tijd.
maar het is hier geen filosofie punt nl natuurlijk. dichters en filosofen raken elkaar wel ergens maar het zou een misverstand zijn om ze in elkaar op te laten gaan. we zetten daarom hier een dikke streep door strofe een en door strofe vier. en zie daar – daar verschijnt ineens de POËZIE in optima forma:
hoe we keken en lachten naar de maan de straal van zon die niet ten onder wilde en hoe bezeten van een nog niet eerder ervaren virus, dat zo ongekend licht maakte in het hoofd dat het lijf niet achterblijven kon
we niet anders konden dan het bed houden al die tijd, in het bos, op sofa of visgraatgrond we hielden stand, stille afstand tot de wereld – hoe wonderlijk mooi dat was – creëerden een eigen waar we aan elkaars beademing lagen
zo – en niks meer – (ook niks minder! ) mogen we ervaren hoe ‘wonderlijk mooi’ de poëzie kan zijn in een verleden tijd beschreven door Cartouche – ‘op stille afstand’ook tot de wereld van de filosofie! Dag Pom Mooi thema herinneringen
loslaten
wij schreven dezelfde datum dezelfde ogen dezelfde moeder gestrengeld het warme water tot je me losliet
–> ook hier in alle prachtige eenvoud de herinnering getekend – poëzie is inderdaad – twee baby’s een onbestaand vermogen toedichten: ‘we schreven dezelfde datum’ – mooi. Behoedzaamheid gewenst; dat vind ik ineens weer zo’n mooi woord. Een goed weekend verder, Met hartelijke groet, Anke
gekrompen landschap uit mijn kinderjaren vertekend beeld voor altijd opgeslagen
mijn blik was ruim de wereld wijd en grote mensen wisten overal de weg
–> hoe een herinnering in poëzie te vangen – anke weet dat als geen ander: van die grote mensen die overal de weg wisten. een waarneming/herinnering die eerst een leven mee moet gaan om haar te kunnen beschrijven. mooie tegenstelling ook in de strofen – van klein en gekrompen (de volwassen terugblik) naar ruim en wijd (het uitzicht van een kind).
Motief
Zoals ik daar stond op die verboden plek waar ik me vergaapte aan een immens rode gloed – terwijl het gevaar elk moment voorbij kon razen. Daar waar mijn
kinderlijk brein zich opende voor de eeuwigheid, voorbij geboorte en verwekking, voorbij de goddelijke vonk en mij deed beseffen dat niet het leven maar de angst ervoor
vleugels gaf. Dat zij de dood net voor was en mij wegtrok, terugbracht naar mijn speelplaats waar ik voortaan voor eigen bestwil werd gezekerd
en ik mijn fantasie de vrije loop gaf.
Conny Lahnstein 21 maart 2020 –> de tweede strofe is net even meer van het proza dan van de poëzie – een traumatische ervaring die in een kinderhoofdje een goede wending nam en een leven lang mee ging. de gedachte is prachtig. zo kan de mens heel veel aan – en kinderen zoveel meer nog. ik lees dit gedicht zonder de proza-uitleg in de tweede strofe – over een rode gloed, over een onbekend gevaar, het speelplaatsje en de weg vrij gemaakt – daar en toen – voor wat we fantasie noemen. ARCHIEF
Je bladert door je geheugen, gaat de trappen op en af. Wie was je gisteren tot op de dag van vandaag, wie wist het huis van voren af aan, herkende een geur, een luide lach? Wie had de tuin al eerder zo dikwijls aanschouwd? Een bekende, een vreemdeling misschien?
Ingelijst staat de tijd altijd stil, blijft zij altijd nu, wordt niemand oud. Sterven heeft geen toekomst meer, de jaren hebben afgedaan. Zo sta je dan oog in oog, kent een verhaal dat telkens anders klinkt naarmate je zelf grijzer wordt –
Elbert Gonggrijp, Egmond aan den Hoef, zaterdag 21 maart 2020
–> die tweede strofe is van wereldklasse. over de tijd die ingelijst stil staat – niemand die ouder wordt – dat het zo mag zijn – had mogen zijn in het leven – dat sterven zo gezien geen toekomst heeft, de jaren afgedaan hebben – ik maak er maar even proza van. maar dat het zó niet kan zijn: de dichter in de laatste twee drie regels geplaatst tegenover wat hij zelf net daarvoor in woorden heeft ingelijst – ouder en grijzer. mooi mooi mooi. het gedicht een vraag en antwoordspel – het antwoord nog even hoopvol verwoord in de laatste strofe tot dat ook het antwoord door de tijd wordt ingehaald – en uiteindelijk door de dood ingehaald – door de dood ingehaalde dichters blijven heel soms op hun troon – zeker als ze dichten zoals hier werd gedicht.
herinnering is zoet noch biedt het troost het is een grauw accent van wat voorbij ging, niet meer is
jouw naam te noemen is niet zoet maar komt als horzels uit mijn mond mijn ogen huilen spijkers ontnemen mij het zicht
het zet mijn leven stil kansloos sta ik op de rem
Ien Verrips
–> o o o het is geen feestje in huize verrips – als die ene allesoverheersende herinnering wordt opgehaald – alle wonden in een beweging weer open gereten – hard en meedogenloos de herinnering – zo dat de ogen spijkers regenen, het leven stilgezet – nee, dit is net te persoonlijk voor een kritiek. ik blijf hier vanaf. de poëzie wordt ook meteen in de eerste vier regels vermorzeld door de barheid van de herinnering. Ien kom op! we drinken een wijntje op het leven en op wat beter is te vergeten.
Goedemiddag Pom Vanuit Leiden mijn gedachten rond de Corona crisis. Wij dichters kunnen itt wat Jolies Heij beweert ook baat hebben bij deze crisis. Want door thuis te blijven en niet meer op pad te gaan om voordrachten te houden, kunnen we de alleenstilte benutten om te dichten en te schrijven. Ik hou ervan om voor te dragen, met percussie erbij. Dat weet je. Maar nu is het daar niet de tijd voor. Dus ‘Beweeg als een strateeg’ niet naar buiten maar naar binnen.
Groetjes en blijf gezond! Rik
Alleenstilte
Alleenstilte is een goed medicijn dat woorden laat rollen uit de diepte van zijn
dichters dicht in stilte breng uw zinnen op afstand van ‘t venijn
dichters zijn geen hamsters al moeten wij ons ontdoen van het onverteerbare goed
dichters in alleenstilte vinden wij de toon die besmetting ontsmet.
Gepost door Pom Wolff op 2014/10/23 7:30:00 (857 keer gelezen)
POMgedichten presenteert de donderdag column: VON SOLO, FEAR AND LOATHING IN POWEZIE LAND!!! Openhartige openbaringen van de Jeff Koons van de vaderlandse powezie.
Vorige
week was ik met mijn inmiddels nagenoeg onafscheidelijke fotograaf Theo
Huijgens in Gent. En wel in het kader van de voorronde van Poetry Slam
Belgium in de Hotsy Totsy. We waren er deze keer niet voor de
competitie, maar enkel voor de eer. Het was een bijzonder aangename
avond en een volle bak. Onder toeziend oog van Philip Meersman en David
Troch zagen we in Vlaanderen wereldberoemde namen als Bardthesque, Max
Greyson, Kevin Amse, Martijn Nelen, Tom Driesen, Amanda Malinka en nog
veel meer de revue passeren. Jelmer van Lenteren was er ook, als
toeschouwer. Maar die heeft het einde van de avond niet gehaald, zoals
wel vaker. Wat we ook de revue zagen passeren was een jong meisje dat in
de eerste ronde tijdens een gedicht over Ryan Air zichzelf met slagen
in het gezicht kastijdde. Ze haalde glorieus de tweede ronde. In de
tweede ronde verraste ze vriend en vijand met een gedicht waarin het
mantra ‘extra kaas’ uw trouwe dienaar en zijn kompaan volledig voor zich
won. De finale haalde ze op een haar na. En alhoewel niet iedereen er
de poëzie van kon inzien zagen wij dat wel. Reden te meer om een
geïmproviseerde sessie van ‘Dichter onder de oppervlakte’ op te zetten
met deze reizende ster van slammend Vlaanderen, Dominique. Die we onder
ons al tot ‘het kaasmeisje’ hadden gedoopt.
Dichter onder de oppervlakte, deel 9. : Dominique, ‘het kaasmeisje’
Het
is tijd om ijzer te smeden waar het heet is. Theo is er klaar voor met
zijn Nikon en ik heb in ijltempo tien vragen verzonnen. Enigszins
onwennig geeft de jonge Dominique zich over aan de interviewende vossen
van powezieland.
Von: ‘Het was me opgevallen dat je net als ik
een tortoise Wayfarer montuur van Ray Ban draagt. Is dat toeval, of is
dat het lot? Dominique: ‘Het model komt veel voor dus ik zou zeggen
toeval. Het is wel mooi dat die van u een zonnebril is en die van mij
een bril op sterkte. Bij nader inzien zou het toch wel lot kunnen zijn…’
Von: ‘Wat is uw ideale vrouw?’ Dominique: ‘Beyoncé. Ze heeft
het woord feminisme weer terug cool gemaakt. Ze is super mooi. De
perfecte vrouw en nog intelligent op de koop toe. Ne goe mens.’
Von: ‘In uw eerste gedicht noemde u Ryan Air. Wat heeft u met Ryan Air?’ Dominique:
‘Ik heb een hekel aan Ryan Air. Maar toch neem ik die graag te vaak.
Naast alle ongemakken is ook de esthetiek van Ryan Air vreselijk.’ Von: ‘Bent u echt blond?’ Dominique: ‘Nee.’
Von: ‘U had ons net helemaal met dat gedicht over kaas. Wat is uw fixatie met kaas?’ Dominique: ‘Naast het feit dat ik wel houd van kaas, staat het symbool voor consumptiemaatschappij. Die verafschuw ik.’
Von: ‘Als u vandaag president van Amerika zou zijn, wat zou u dan doen?’ Dominique: ‘Meer gelijkheid creëeren. Tussen alles. Tussen de seksen. Tussen zwart en blank. Ook voor holebi’s*’.
(*red. Vlaamse term voor homo’s, lesbo’s en biseksuelen.)
Von: ‘Wat is uw favoriete Hollander?’ Dominique: ‘Lastige vraag. Ik ken niet zo veel Hollanders. Ik zou dan toch denken Typhoon.’
Theo: ‘Heb je een vriend?’ Dominique: ‘Nee.’ Von: ‘Kappen Theo, en fotograferen met je donder!!!’
Von: ‘Is er nog iets dat u kwijt wil aan onze Nederlandse lezers?’ Dominique:
‘Ik zie het als mijn missie om de literatuur wakker te schudden. En dat
zonder het pretentieus op te pakken. De literatuur van nu is zich niet
bewust van wat er in de jeugd en de hele internetgeneratie speelt. De
snelheid waarmee alles gaat. Wat er leeft in de hoofden. Daar ga ik wat
aan doen.’ Von: ‘Super. Wij zijn er klaar voor!’
Theo knikt
instemmend en schiet nog snel wat laatste kiekjes en Do en ik schudden
handen. Misschien hebben we hier wel de winnaar van Poetry Slam Belgium
2015 aan de hand. Wie zal het zeggen. Waarschijnlijk zal Marcel Linssen,
die ouwe snoeperd, haar binnenkort charteren voor de Dichtslamrap in
Boxtel en dan is haar kostje gekookt. Maar dan hebben Servet en Haché
deze keer toch mooi de scoop gehad. Wij hopen in ieder geval dat
Dominique koers houdt en zetten onze tanden graag weer in een stuk
pizza, met extra kaas.
(los fragment uit een langere tekst) Begrijp dan tenminste dit: Calibri doet me kotsen, ik kan het letterlijk niet meer zien het maakt me misselijk tot op het bot. Je kan zeggen dit en dat, maar het is nog altijd een fokking stinkend sap. De pot op met ronde haakjes & smart quotation marks, als er iets de hittedood van het heelal zal overleven is het wel [mark my words ur words how they slither down (my thighs)] wat als factor onbekend tussen [ en ] wat eeuwig anoniem tussen ‘ en ‘
E-en dan dat vreselijke moment waarop ik besefte dat er maar zoveel is dat ik in dit leven kan bereiken door meta te zijn, dat het enige wat ik ooit geworden ben door meta te zijn een klein zwart slakje was dat kleefde op een glazen flesje cola. Kijk niet als je bang bent van spinnen. Dit slakje fuckt de lucht kapot. Dit slakje fuckt de lucht kapot. Dit slakje fuckt de lucht kapot.
de woensdag op pomgedichten punt nl is aan merik van der torren – merik gewapend met tuinschaar en hond op wacht – de dood in al zijn verschijningsvormen krijgt voorlopig geen kans in amsterdam zuid.
Hoi Pom, In deze bizarre tijden, dit oude beeld. Voor pomgedichten, hartelijke groet, Merik
In de kleine uurtjes
Midden in de nacht in het okeren licht van lantaarns waarde een kille bries om de hoek. Ik huiverde en zag een in zwart laken gehulde schim onder zijn cape een doodshoofd over zijn schouder een zeis.
Arjan Oudenaarde vraagt op FB – “kunnen jullie witte broeders op dit mens afsturen?” hij bedoelt JOLIES HEIJ.
Ditmar Bakker wijt de ronduit stuitende uitspraken van JOLIES HEIJ aan
overdadig drankgebruik: “Jolies Heij,
wat had ik nou gezegd over alcohol overdag. Dit komt er dus van.”
we citeren voor de volledigheid maar
even JOLIES HEIJ – jolies is – hoe zeg je het – van het padje af – van het heijpadje
af – zoveel is zeker:
“Columniste is
veroordeeld tot thuiszitten en thuis maak ik niks mee, dus dan doe ik ook geen
inspiratie op.
Dan rest mij nog
één vraag: waar o waar is nou die gevreesde coronapatiënt? Ik ken ze niet en
heb toch veel contacten in het hele land. Ken jij iemand die het heeft?
Is er dan
niemand die durft op te staan tegen corona?
Kom in
verzet! Schijt aan corona!”
het is van een stuitend egocentrisme de woorden van deze jolies heij. IK HEB NIKS EN IK MAG NIKS MEER – de zielepoot ach gossie toch wat heb ze het moeilijk – huilie huilie – en dan net even minder onschuldig – de wereld mag ontploffen van dichteresje – en al die rare mensen óók voor wie ze meestal ongevraagd en veelal ongelegen optrad. ja hoor dat is jolies heij – zo kennen we het meisje weer:
vaak ongenood maar altijd ongelegen
hoe ze allemaal uiteindelijk toch wanhopig hopen op iets van eeuwigheid om te ontstijgen aan die omhulde stank van een bedorven zijn en steeds maar weer moeten we wéér wat van ze aandoen, aantrekken je blijft bezig met die gasten wat heb ik toch een hekel aan dichters
in eenvoud de woorden op de dinsdag hier van anne van walraven op pomgedichten punt nl – hoe anders dan een jolies heij die ons vermoeide met een overdaad aan taal uit alle windstreken. ‘Laten we in deze weken maar even stilstaan bij het leven.’ – ja mee eens.
Anne van Walraven
Instagram: @annexwalraven
Een brief aan jou is een ode aan de liefde. Sterker nog, een ode aan liefdesverdriet. Iedereen kent het wel. Je bent verliefd. Je bent gekozen en dat voel je in elk deeltje van je lichaam. Maar wat nou als de liefde steeds een beetje uit je vingers lijkt te ontsnappen? Anne van Walraven probeert in woorden te grijpen hoe het voelt als de liefde en de lust plaatsmaken voor onzekerheid, verwarring en angst. In openhartige brieven schrijft zij over haar gedachtes en gevoelens die voor iedereen herkenbaar zullen zijn. In de romantische en melancholische gedichten zal je even kunnen verdwalen. Tastend in het donker, maar niet alleen, nooit alleen.