Hierbij een tekstje dat ik schreef voor Anne, die ruim een jaar trouw boodschappen voor me doet, maar gaat emigreren naar Boston, de Verenigde Staten, groet, Merik
Voor Anne
Alsof je een nieuwe jas koopt en aantrekt en de wereld mee in loopt,
jij in Amerika,
wie weet wie je gaat ontmoeten,
als er kaarslicht schijnt, welk liedje je zingt
en het is alweer zomertijd, vogels vliegen straks uit
naar de horizon, een ander huis zoeken,
zoals jij in Amerika.
Ik geef je de groeten mee naar het nieuwe land en de beste wensen, vrede en voorspoed.
Merik van der Torren,
Over een kleine twee weken, maandag 28 maart 2022 vanaf 15.00 uur vindt “Poëzie en Muziek aan tafel “ plaats in Bar Baut, Stadionweg 320., met het volgende programma :
Frans Bakker en Merik van der Torren Frans Bakker Karel Wasch Frank Paavo ( met saxofoonmuziek )
Rel inmiddels IN DER MINNE geschikt – Menno Smit doet Von Solo een aanbod: “VON DRANKJE DOEN?”
nou dat is een goeie Menno – alles een misverstand – ok – pomgedichten toch nog ergens goed voor – verhoogd drankgebruik in 010 – item klaar – goed opgelost!
Menno Smit: Wellicht goed om voortaan eerst de feiten der feiten te checken heer wolff? Hoor zonder wederhoor maakt u zelf een poetin der literaire wereld.
Beantwoorden 52 min
Pom Wolff – ik heb slechts geciteerd – uw tekst en soloos tekst weergegeven – dat zijn toch feiten. maar ja dan meteen ontvrienden en zo – meteen iemand uitschakelen – dat is toch echt poe poe tin heer smit – u kunt het nog herstellen.
Beantwoorden 47 min
Menno Smit – Pom Wolff ik heb de volgende reactie naar von solo gestuurd: Beetje laag bij de grond om mij te beschuldigen van blokkeren en er een rel van te maken. Ik heb jou niet geblokkeerd volgens mij dus… Als het al gebeurd is dan is het zonder mijn medeweten om. Wij hebben in het verleden al vaker meningsverschillen gehad en ik ben je altijd blijven respecteren. Jammer en triest dit!
Beantwoorden 43 min
Harmen VerbruggeDie dichterswereld toch!
Beantwoorden 15 min
Gert VanlerbergheMaar allez, moet dat nu zo uitgesmeerd worden? Deëscalatie nu!
Beantwoorden 22 min
Menno Smit _ He von wanneer gaan we drankje doen? Oh dat kan hij niet lezen natuurlijk.
REL inmiddels IN DER MINNE geschikt met aanbod van MENNO SMIT: “VON DRANKJE DOEN?”
nou dat is een goeie Menno – alles een misverstand – ok – pomgedichten toch nog ergens goed voor – verhoogd drankgebruik in 010 – item klaar – goed opgelost!
een harte(n)kreet van onze beste brave VON SOLO – onze donderdagcolumnist op de pom bekend om zijn nuances waar het het wereldleed aangaat – vandaag op FB heeft geleid tot een enorme rel – de column viel nogal verkeerd bij onze ‘vrijgezel’ MENNO SMIT – een bekend personage uit de 010- literaire wereld. *** dan maar meteen ‘ausradieren’? moet deze MENNO gedacht hebben – wel schelden – wel vloeken – uitsluiten en wegwezen – de nieuwe poe poe tin van de lage landen in de weer? wij van hier zijn voor de vrijheid – voor de meningen en ook die – van onze eigen VON SOLO. hij leve hoog! lees hieronder de opstelling van MENNO SMIT na de FB tekst van VON. VOOR U!
***
Dramadocent bij Podiumbeesten Overschie Creatief invaldocent bij Talentiko Silent kids koning bij De Silent Disco Club Directeur/mede-eigenaar bij Taaltheaterspel Heeft gewerkt als Customer Relations bij IKEA Heeft gewerkt bij IFFR Heeft gewerkt bij Oerol Heeft gewerkt als Kinderwerker bij sws welzijn Woont in Rotterdam Komt uit Rotterdam Vrijgezel Www.taaltheaterspel.nl
De democratie gaat failliet. Het heeft geen zin meer om te gaan stemmen. Het is tijd om te stoppen met wat we gewend zijn en onze zogenaamde plichten naast ons neer te leggen. Ik ga niet stemmen. Door te stemmen maak ik mezelf verantwoordelijk voor de dictatuur van de meerderheid. Als 51% van de mensen vind, dat iets de juiste weg is, dan moet ik volgen en word tegelijk ook nog eens mede verantwoordelijk gemaakt. Dat accepteer ik niet langer. Ik weiger me nog voor het karretje te laten spannen van dit corrupte systeem. Ik weiger nog langer als potentiële slaaf te participeren in de idiocratische participatiemaatschappij. En ik weet dat er mensen zijn, die het hier niet mee eens zijn. Zij zullen alle mogelijke argumenten aanhalen, waarom het onverantwoordelijk is, niet te stemmen. Maar ik vraag mij af of zij zich er bewust van zijn, dat stemmen in veel gevallen niet meer is dan je concrete verantwoordelijkheid richting de wereld afkopen, door je te laten vertegenwoordigen door een politicus. Ik zeg: ‘niet kiezen, maar zelf doen’. Daarbij is de democratie verworden tot een hol proces. Op lokaal niveau lijken er soms concrete aanknopingspunten te zijn, dat er positieve dingen gebeuren en naar de mensen geluisterd wordt. Maar als je kijkt wie de dienst uitmaakt, dan blijkt dat ineens ‘Europa’ te zijn. Een kunstmatige Moloch, die alle regels die je lokaal maakt op elk willekeurig moment ongeldig kan maken. En je hebt er geen enkele invloed op. Het is een schijnvertoning, waar we ons door hoop laten leiden. We hopen, dat onze stem iets uitmaakt. Maar dat doet het niet, als de almacht elk moment kan ingrijpen om zaken om te draaien. De democratie wordt gerund, door generaties slimme, elitaire machthebbers die nu meer dan ooit de verantwoordelijkheid voor alles terugleggen, bij degenen, die de dupe worden van hun hebzucht. Alles wijst er op, dat we onder vlaggen van koopkracht en groei afstevenen op een onverbiddelijke, technocratische bureaucratie waar mensen (en dieren) niet meer zijn, dan een nummer. Een ‘asset’, een ‘resource’ enkel en alleen ten behoeve van winst en macht. Een wegwerpproducten ten prooi aan de willekeur van ‘de markt’. Het neoliberale kapitalisme regeert in alle achterkamers en in alle media. Het is bij ons allen in huis. En wij worden middels onze stem vriendelijk gevraagd te participeren in een systeem, dat dit monster al lang niet meer kan tegenhouden en ons mede verantwoordelijk maakt voor de daden ervan. Weiger de grote man zijn oorlog te vechten. Weiger te slaven voor een uitbuiter. Weiger huur of hypotheek te betalen. Weiger rente te betalen. Weiger een pas te laten zien. Weiger alles op te geven voor geld. Weiger te participeren in een systeem, dat de wereld kapot maakt. Weiger te stemmen vandaag. Je moet ergens beginnen. De democratie gaat failliet. Door te stemmen, maak je het niet meer beter. Door massaal te laten zien dat het vertrouwen dood is, geef je wel een signaal af.
37 opmerkingen
Menno Smit: Hoe kun je in deze tijd deze onzinnige dingen schrijven? Jij mag jouw mening hebben uiteraard maar kijk om je heen, zie wat er gebeurt en zorg dat je wakker blijft. Stem desnoods blanco maar laat je stem horen.
Beantwoorden 10 u
Abraham Von Solo: Het zou een mooi signaal zijn als iedereen massaal niet zou gaan stemmen. Dan zou ik de reactie van de machthebbers wel eens willen zien. Ik ben het vertrouwen in de vertegenwoordigers van ‘het systeem’ in Den Haag en Brussel volledig kwijt.
Beantwoorden 10 u Bewerkt
Menno Smit –Abraham Von Solo ach jochie toch. Massaal niet stemmen waar je wel het recht hebt terwijl er miljoenen vluchtelingen zijn door landen waar je niet mag stemmen. Je bent echt dom he!
Abraham Von Solo—Menno, je argumentatie is heel voorspelbaar. Daarenbij staat de toon me niet aan en denk ik dat je er naast zit als je me dom noemt. In Afrika en Rusland mogen ze ook stemmen. Maar dat betekent daar ook niets. Die uitholling vindt hier ten bate van het… Meer weergeven
Beantwoorden 10 u
Menno Smit –Abraham Von Solo wat een triest figuur levende in een andere dimensie ben je toch. Gegroet!
Beantwoorden 10 u
Olivier Scheffer…Menno Smit gaat het een beetje! Niet stemmen is wel degelijk een signaal. Ik ben ook teleurgesteld in een politiek stelsel dat geen rem op het neoliberalisme heeft kunnen bedenken, daardoor is mijn vertrouwen ook heel laag. Ik ben er ook helemaal klaar… Meer weergeven
Beantwoorden 9 u
Jeroen Sloof –Menno Smit hé Menno kap even met die toon man. Want waar Abraham volgens de democratie het recht heeft dit te zeggen… wellicht de plicht zelfs… en jij uiteraard ook, maar neem dan ala Abraham op z’n minst de moeite iets fansoenlijks te schrijven. J… Meer weergeven
Beantwoorden 5 u
Abraham Von Solo – Niet meer nodig Jeroen. Menno heeft me geblokkeerd. En daar moet ik vrede mee hebben. Het is wat het is. Hetgeen niet wegneemt, dat ik achter mijn standpunt sta en open voor discussie. Eersten op de bal, niet op de man.
Beantwoorden 5 u Bewerkt
Jeroen SloofAbraham Von Solo blokkeren past mooi in de cancel cultuur. Beetje jammer als mensen van het vrije woord daar aan mee gaan doen.
Beantwoorden 5 u
Abraham Von Solo – Menno is wie hij is. Ik ken hem al wat langer. Kwaadaardig is hij geloof ik niet, maar wel boos soms.
Op het balkon een potloodstreep: je zag ’t belang ervan door schaduw van de zon bij ’t middaguur,
XV.
Op het balkon een potloodstreep: je zag ’t belang ervan door schaduw van de zon bij ’t middaguur, maar donker was de dag, dus was ’t een potloodstreep op het balkon. Stil stond de klok: een roze herderin, dezelfde tijd hield die voor altijd aan, leeg van zichzelf, een huls sinds het begin dat zij als souvenir ter plank zou staan. Toen kwam het bij haar op dat hij misschien, want van zijn geest gesprongen ook de veer, gelijk was, zo men wou: klok evenzeer, die ook stilstond om twintig over tien – De reden hiervoor was, zo het wel scheen: Gestorven waren dingen klok noch mens, maar dood alleen.
Doodsbang was zij dat hij ’s nachts sterven zou. En soms–dan duurde schemer niet meer lang– moest iets in haar wel zien hoe wit en koud de berken oogden…
XIV.
Doodsbang was zij dat hij ’s nachts sterven zou. En soms–dan duurde schemer niet meer lang– moest iets in haar wel zien hoe wit en koud de berken oogden…en dan werd ze bang, zelfs met een lamp, te lopen door het huis om alles op de knip te doen; weldra werd nacht wel dag, maar ’n hond die blaft, een muis die piept… ’t geluid al weg, trok het daarna rillingen over haar lijf. Overdag kon ze ’t bijna vergeten, en het scheen stompzinnig haast om voor die angst alleen iemand te vragen die ’t ’s nachts overzag. Ze zette thee op, toen haar binnenviel: ze liet de ketel pruttelen ’s nachts, wat haar gezelschap hield.
Vandaag is wandeldag. Hoe verder landinwaarts hoe armer de mensen. Men probeert er wat van te maken met de middelen die men heeft. Ik kom langs schorrige eettentjes onder plastic zeil, timmerfabriekjes waar alles nog handmatig gaat en een fabriekje met twee heuse machines die grote klompen maisdeeg uitspugen. Een gringo ziet men hier blijkbaar zelden laat staan een boomlange. Maar mijn lach doet meestal hun zorgelijke frons verdwijnen. Ik passeer een stoffig voetbalveld en een heuse atletiekbaan met rood gravel. Beiden rond deze tijd uiteraard compleet verlaten. Geen ziel is er te bekennen. Nog verder van zee wordt de schamele bebouwing steeds schaarser.
Meisjes in schooluniform verraden dat het lunchtijd is. Op straat langs een drukke weg verkoopt men tropisch fruit en kokosnoten. Een mager oud mannetje rijdt op iets wat op een bakfiets lijkt tegen de verkeersstroom in. Voorop prijkt een forse bloempot met daarin een grote rode bloem die voor een uit de kluiten gewassen geranium door zou kunnen gaan. Als ik hem een vriendelijke blik toewerp stopt ´ie abrupt en opent een kleine kartonnen doos vol kunstig houtsnijwerk en gebaart trots dat hij het zelf gesneden heeft. Zodra hij de afbeelding van Bob Marley op het boek dat ik bij me draag ontwaart gunt hij me een brede tandeloze lach. Ik geef ´em vijftig pesos en hij neemt vrolijk afscheid met een high five.
De bebouwing wisselt inmiddels af met braakliggende stukken jungle waar prachtige bomen worden overrompeld door wurglianen met prachtige grote bloemen. Vogels zingen niet maar fluiten zoals dat hoort in het oerwoud. Plots bevind ik me in een luxe villawijk. Rijk. Rijker. Rijkst. De grommende honden hier blaffen valser dan in de achterafstraatjes. Op een bouwterrein, verscholen in het groen, zit een mannetje of vijftien stilletjes te schaften. Een paar tussen miezerige betonpalen schamel opgetrokken muurtjes vormen de basis voor de volgende luxe jungle villa.
Meer richting kust loop ik een maxi super binnen om even van de koelte te genieten. Je kan er alles kopen. Van vers gebakken vooral zoete lekkernijen tot motorfietsen aan toe. Een miezerig kereltje pakt leeg voor zich uit starend naar maisbrood geurende taco´s in die in hoog tempo van een lopende band rollen. Tien stuks per zakje. Grote deegklompen voeden de volautomatische machine. Ik koop een flesje aqua purificada en een zachte bleek ogende koek die, weer eenmaal buiten, ver weg naar kokosnoot en citroensap blijkt te smaken. Zelfs de duiven zijn sloom. Traag sjokkend pikken ze de koekkruimels van het asfalt rond mijn voeten. Onwards I go. Op de marinebasis naast de terminal waar monsterlijk grote cruiseschepen aanmeren wordt een twintigtal jongens en meisjes luidruchtig gedrild zoals je dat altijd in Amerikaanse oorlogsfilms ziet. Kortlijvig en gedrongen als ze zijn mogen de rekruten wel een paar kilootjes kwijt. Meer dan dat zelfs want zwaarlijvigheid lijkt hier de standaard. Het dagelijkse dieet van maismeel met vet en zout of suiker eist zichtbaar z´n tol.
Rond de cruise terminal heerst de gebruikelijke sfeer van toeristenkermis waarin mijn rol niet meer is dan die van wandelende portemonnee. Er wordt gesmeekt en gesjoemeld maar ook hier doet een lach vaak wonderen en laat men me meestal met rust. Ik maak me snel uit de voeten. Een straat of tien verderop bestel ik een verkoelende cerveza op een dakterras dat alleen via een paar nauwe donkere trappetjes te bereiken is. De blik op de oceaan met laaghangende oranje zon is werkelijk betoverend.
vanmiddag een deel van het Peters reisverslag Mexico
Isla de la Pasión. Krokodillen zitten er niet. Nu. Hier aan het strand. Want broedseizoen. In de mangrove verderop rolt dan met regelmaat een niet te versmaden snack uit het nest. Plons. Vers uit het ei. Hap. Slik. Weg. Bye bye baby pelican. Kwestie van geduld. Liever lui dan moe zijn ze. Die reptielen. En monsterlijk mooi.
Barracuda´s. Haaien. Dieper in zee. Zwemmen kan. Vanochtend was hier niemand. Behalve dat stel onvermoeibare kitesurfers dan, elkaar nog immer vermakend met hun wonderlijke capriolen. Soms wel vijf meter hoog zwevend waar af en toe ook een forse fel gekleurde vlinder vliegt.
Inmiddels vieren een paar lokale Mexicaanse families feest. Voor even ontsnapt aan de dagelijkse sleur. Een visser met zwart gladgestreken haar heeft ze, zwaar zwetend hun loodzware koelboxen door het koraalzand zeulend, een paar uur geleden voor een paar grijpstuivers afgezet. Zijn diepgebruinde rimpelhuid leek droog uitgeslagen als door zweet versleten leer. De boombox trilt. Getatoeëerde billen drillen. Er wordt gedanst in te krappe zomerjurken. Gelachen. Zand gehapt. Luid joelende kinderen spelen vrolijk spetterend dolfijntje. Drie fel keffende schoothondjes stuiven zigzag door het zand.
De zon brandt iets minder nu. De zuiperij is over. Het bier is op. De fles tequila finito. Twee misschien. Morgen weer de harde realiteit. Oekraïne is ver weg. Men heeft andere zorgen hier.
dank aan alle dichters voor het insturen van de vaak hele persoonlijke gedichten – bij dit thema past geen wedstrijd – we hebben ook geen wedstrijd – we hebben en mooie zondagochtend en twee gedichten kwamen bij mij ontzettend – mij ontzettend – binnen. die twee gedichten laten we van deze wedstrijd zijn – van de liefde zijn – prachtig Ellis van Atten, prachtig Frans Terken – van harte:
Op de knieën
Na een voettocht van dagen en nachten op ruwe paden kniel je neer en strijkt over de grond
kijkt er met een lege blik naar alsof daar de herinnering rust aan wie van je wegliep en zonder omzien jou achterliet om blijvend te verdwijnen
pelgrimstocht naar een eerder waar je de wonden van verdrong hoe ze onder je huid kropen woekerden tot littekens
dat er geen redden aan was getekende handen die een gat graven om nog iets van een aandenken te vinden
hoe het je door de vingers glijdt je raapt niets dan stof
een indrukwekkend gedicht. frans terken drukt in dramatische zinnen de hopeloosheid uit die een mens overvalt bij een verlies. en hoe er ook gegraven wordt – de oeroude bijbeltekst geldt nog steeds en krijgt hier een modern jasje: Bijbelcitaat: Statenvertaling (1637), Genesis 3:19. Want ghy zijt stof, ende ghy sult tot stof wederkeeren. als er ooit noodzaak bij het schrijven van een gedicht was dan was het bij dit gedicht toen het geschreven werd en aan de woorden die radio activiteit werd meegegeven – dat ze ervan blijven stralen.
Ha Pom Leven met gemis, it sucks. En het lukt. Dat ook. Hoe het is, weet je niet van te voren. Het overvalt me. Het verrast me. Dat soms ook. Een poging in woorden, waar ik ook nog niet klaar mee ben. Of wil zijn.
weg ben je
ik lig naast je. de kiezels van het pad drukken gaten in mijn rug. jij ligt in het zand diep verborgen
we staren naar de blauwe hemel. naar de boom. aan de takken enkele bladeren één zucht en weg zijn ze
je ligt naast me en ver onder me en ik kan je niet vragen of je comfortabel ligt en ik kan je hier niet omarmen
vanuit ons bed staar ik naar de sterren. ze tekenen je gezicht in mijn nachten en je mond. ik wil je kussen maar val in een matras vol kuilen één zucht en weg ben je
een heel persoonlijk gedicht geschreven na een nog vers verlies van een geliefde – ik aarzel dan ook om dit gedicht in de zogeheten zondagochtendwedstrijd met de altijd wat vrolijk huppelende commentaren te bespreken. ik zeg buiten mededinging vandaag ellis. deze twee strofen hieronder vind ik werkelijk prachtig en vol van liefde – daarin geen afstand en het samen optrekken én het samen zijn – nog. en dan toch de poëtische afstand van het niet meer kunnen. mooi. zoveel liefde nog.
we staren naar de blauwe hemel. naar de boom. aan de takken enkele bladeren één zucht en weg zijn ze
je ligt naast me en ver onder me en ik kan je niet vragen of je comfortabel ligt en ik kan je hier niet omarmen
Ellis van Atten – we staren naar de blauwe hemel.
Peter Posthumus – hoe het ging en nooit meer zal
Frans Terken – dat er geen redden aan was
Anna Eikelboom Post – het is stil beneden
Karin Beumkes – Zijn het de verse wormen in je longen.
Cartouche – nu ik je nooit meer zie kom ik je overal tegen
Erika De Stercke – de afstand spreekt
Rik van Boeckel – het zielig nooit zingt zacht en stil
Jako Fennek – jekippenvel bij ons strelen
Anke Labrie – soms kan verlies te groot zijn
wie wint de enige echte virtuele – naar de stroopwafels (40 jaar geleden!!!) – NU IK JE NOOIT MEER ZIE – trofee op pomgedichten punt nl? van de zachte melancholie tot aan het hele harde er is geen weg meer terug gegeven – lezen we graag op de pom in de zondagochtendwedstrijd. dat we weten te waarderen als het er nog wel is. het kan allemaal zomaar weg zijn. u kent de regels: gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.
foto: Ben Kleyn
het zou een heel gedicht geworden zijn noodzaak zou je vroeger zeggen urgentie nu! een leuze bijna alsof je een nieuwe partij begint
maar je hebt het nieuwe jaar niet gehaald en het is al weken weer dat ik met een bloemetje jij maakt niet altijd je regels af zie ik je nog glimlachend zeggen
nee ik maak niet altijd mijn regels af jij je leven niet – mag ik dat nog en hoe mooi je was – dat ook zeggen
pom wolff
De holle klank van iedere voetstap terug gezet in de herinnering
andere gezichten dezelfde mensen die verdwenen uit de ruimte, het leven de tijd
hoe het ging en nooit meer zal de tred langs vensters met gesloten luiken waarvan er af en toe één open gaat
Peter Posthumus
de regel waaromheen het gedicht gedrapeerd lijkt: ‘hoe het ging en nooit meer zal..’ vat het thema genadeloos samen. eigenlijk is deze regel te mooi, te veelzeggend, te krachtig en vallen de andere regels in het niet. dat maakt dat het evenwicht in dit gedicht ontbreekt. bij de regel ‘hoe het ging en nooit meer zal..’ horen meer regels met dezelfde kracht. zeggingskracht.
Beneden is het stil
het is stil beneden daarmee is alles wel gezegd de klok tiktikt met zinloze precisie
jij was mijn ruggengraat jouw lijf jouw mooie lijf met de jaren steeds meer met mij verweven
nu ruw losgescheurd de wijzer tiktikt de rafels aan met onverbiddelijke precisie
Hartelijke groet, Anna Eikelboom Post
wie er achter Anna schuilt is nog steeds een raadsel. het is een beetje ‘een niet slecht gedicht’. alles draait om de tweede strofe – maar als de eerste en de derde helemaal zouden wegdraaien mist het gedicht niet echt iets. die tweede middelste strofe verdient een betere omgeving aan strofen. met al die ‘precisie’ in de 1e en de de 3e strofe schieten we niks op zoveel is zeker. geladen termen als ‘precisie’ horen meer in proza thuis dan in de poëzie – in de poëzie wordt minder benoemd – meer van onwerkelijkheden uitgegaan die werkelijker blijken dan de fenomenen in een benoemde werkelijkheid.
Madame
Klein zwart katje, je bent oud en dood. De verleiding om je te zoeken is er nog steeds. Ik graaf een gestorven lijkje niet meer op. Speenkruid slingert zich moeiteloos om je graf.
Waar bots je tegenaan zo diep onder de grond Zijn het de kevers die in je oogkas woekeren. Zijn het de verse wormen in je longen.
Of is de dood een bizar wonder. Misschien moet ik me wel schamen.
Ik geef je kusjes en rozen, ik doe mijn best om je nog niet helemaal kwijt te raken.
Jij wollige woelbeer nu tot rotting gemaand Je blijft altijd dame.
Karin Beumkes
tsja tsja tsja – maar eens een variant op de cha cha cha van de vreugdedanspasjes die meestal van toepassing zijn bij ontvangst en het lezen van karins gedichten. die ‘verse wormen’ zijn natuurlijk een prachtige vondst. daar blijven we van af. maar in de eerste en de laatste strofe is er veel te veel TE direkte tekst en te weinig of minder poëtisch te genieten. katje lijkje graf – neen! en die rotting kan ook wel weg – daar gaan ze in het crematorium over niet in de dichtkunst: krijgen we toch natuurlijk nog genoeg geweldigs, houden we genoeg moois over:
Waar bots je tegenaan zo diep onder de grond Zijn het de kevers die in je oogkas woekeren. Zijn het de verse wormen in je longen. Speenkruid slingert zich moeiteloos om je graf.
Misschien moet ik me wel schamen. Ik geef je kusjes en rozen, ik doe mijn best om je nog niet helemaal kwijt te raken.
In mijn hoofd
Lopend door uitgestorven kinderkop-straten valt mijn oog op een etalage, waar ik de boa zie en de ceintuur die je droeg en de zomeravond ontgespte je silhouet en contouren ten voeten uit, huid waar mijn hand over strijkt, borst, been, heup en ogen uitdagend onbewogen naar voren
ik kan er niet tegen, mijn blik trekt naar de overkant, een schim een voorbijganger die zich naar huis spoedt een doekje om haar haar tegen opspattend water in het strijklicht van een hobbelende eend een oud rode deux chevaux
levend in mijn hoofd – hoe nat uit de douche jij op me, tot mij toetrad een spiegelbeeld weet van geen liegen, alleen nu ik je nooit meer zie kom ik je overal tegen lift ik als vanzelf stiekem met je mee
13-03-2022 / Cartouche
koos postema bij het kappersprogramma sprak met Eus over zijn geliefde overleden vrouw die hij soms nog opmerkt, ziet zelfs, waarneemt alsof ze nog bij de levenden is. zo een moment beschrijft Cartouche ook – in op zich een prachtig gedicht – het kan het mag het is verantwoord het is in orde – maar toch ook cartouche mag wat mij betreft met ietsje minder – voor meer zeggingskracht
Lopend door uitgestorven kinderkop-straten valt mijn oog op een etalage, waar ik de boa zie en de ceintuur die je droeg en de zomeravond ontgespte je silhouet en contouren ten voeten uit, een schim een voorbijganger die zich naar huis spoedt een doekje om haar haar tegen opspattend water levend in mijn hoofd – alleen nu ik je nooit meer zie kom ik je overal tegen
13-03-2022 / Cartouche
het was toch ook Reve – niet de minste die ons voorhield:
Naarmate ik ouder word, wordt, wat ik schrijf, hoewel fraaier verwoord, steeds enkelvoudiger van inhoud: liefde (of geen liefde), en ouder worden, en dan de Dood.
Dichter: Gerard Reve
weg
de afstand spreekt een andere taal nu je niet meer in de buurt woont
we waren zo verstrengeld als straten die nooit vreemdgaan
een storm moet vernielen om te kunnen geloven hoe krachtig hij is
op nieuwe pleinen liggen kansen te snakken naar enige intimiteit
Erika De Stercke die straten vind ietsje te nadrukkelijk gezocht – de storm daarentegen vind ik mooi gevonden. die strofe redt het gedicht daarmee ook. het verhaal wordt in die strofe in poëzie omgezet. nu ik toch aan schrappen ben geslagen zie hierboven ook – ik doe het met deze prachtige strofe alleen deze zondag – de rest mag weg – de strofen 1 en 2 zijn me te particulier – en de beeldspraak is me een beetje teveel gezocht – ‘kansen die liggen te snakken’ nou nee – ‘een afstand die spreekt’ in de eerste strofe klinkt trouwens ook niet overtuigend: stormen die iets moeten vernielen ja zo moet dat!
een storm moet vernielen om te kunnen geloven hoe krachtig hij is
Pom, midden in de nacht wakker geworden schrijf ik dit gedicht als een ode aan de dode maten. Nu ik ze nooit meer zie!
De laatste keer We spraken elkaar op het Leids terras dat onze weg naar nu en vroeger was
de laatste keer groette ik jou wandelend was ik maar bij jou gaan mijmeren
onvermoed jouw onverwacht afscheid het komt zo snel de dag van de eindtel
het reizend zonlicht neemt jou mee de stijgende ster in de universele zee
daarvoor was je levend gevend wezen de zin van de tijd laat ons na en achter
het zielig nooit zingt zacht en stil een ode aan de dode maten.
Rik van Boeckel 13 maart 2022
de laatste drie strofen zijn mij te ruigoords rik. de vrienden van ruigoord gaan nooit dood – hoe lelijk ze er ook bij liggen – ze verlaten altijd het aardse goed om naar verder – het hogere beloofde land te zweven. hans plomp heeft daar ook een handje van in zijn afscheidsredes. maar zelf blijft ie toch nog heel graag nog even met zijn mooie haren wapperend in de wind der levenden. neemt niet weg dat in die laatste drie strofen wel een wereldregel ligt verscholen – prachtig:
het zielig nooit zingt zacht en stil
jako fennek gelukkig weer in het land der levenden en hoe – meteen ook een raak gedicht – lente in zwitserland en jako bovenjan!
Mogge Pom, In het Zwitserse prachtig weer. Ook hier de tulpen al ver heen. Het zal een prachtige dag worden. Die wens ik jou ook! Jako
weerzien
dat ik naar je zoeken zal staat vast
je geur
je kippenvel bij ons strelen
de verbazing, dan weer twijfel
in je ogen
dolen zal ik
rusteloos
in de groeven van mijn hand
willen weten of er in de levenslijn
nog ontmoeting schuilt
jako fennek
de eerste strofe is uit het hart geschreven en dat voel je door de witregels heen – bij de tweede is de dichter aan het woord (groeven/levenslijn/schuilen) daar wint de ietwat gemaakte poëzie het van het hart. geef mij maar het hart. strofe een is trouwens op zich genoeg.
weerzien dat ik naar je zoeken zal staat vast je geur je kippenvel bij ons strelen de verbazing, dan weer twijfel in je ogen
nu ik je niet meer zie maar veel erger nog nooit meer zal zien wat ik nog steeds niet echt besef kan ik er de laatste tijd bijna naar verlangen dat ik je nooit had leren kennen
soms kan verlies te groot zijn of een mens te klein als de waarheid weer een keer zelfs na zoveel jaren wreed naar binnen dringt en mooie herinneringen falen
anke labrie
ergens in de verwerking tracht de rede een reden te vinden om het smartelijk verlies kleiner te maken – een vergeefse poging in het mensenhoofd – elke intellectuele benadering faalt en valt in het niet bij de pijn die door alles heen af en toe aan de oppervlakte reikt en de oppervlakte opvreet. verlies is wreed.
Het stond al twee jaar gepland. Tafelen met mensen die je niet kent, behalve de gastheer. Het concept was ook niet nieuw, ik heb meerdere keren getafeld en wat eerst La table des bon vivants was evolueerde dus naar de afhaal chinees. Het waren stuk voor stuk bijzondere avonden waar mooie vriendschappen uit gegroeid zijn. Gisteren was anders, absoluut niet slecht maar eerder confronterend om te zien. De gastheer altijd goed op zijn praatstoel met zijn eeuwig uitstralende jeugd leek zichzelf wat kwijt te zijn, besefte zichzelf dat de mensen waar hij vroeger mee stapte richting de rollator leeftijd gingen, ziek werden zoals hijzelf met de dood die om de hoek loerde. Hij wilde het nog niet weten, maar voelde zich duidelijk oud en straalde dat ook uit. Misschien nog meer omdat zijn jongere neef aan tafel zat, begin 30 en een kopie van wat hijzelf ooit was qua uitstraling en babbel, het gesprek overnemend zoals hij dat zelf vroeger zo makkelijk deed. Toch waren de gesprekken weer mooi. Ondernemend Rotterdam van trance feesten tot het aantrekkelijk maken van de West Kruiskade en de app voor de oudere toerist uit eigen land die op de fiets met de anwb gids op de telefoon de stad komt bekijken. Het viel me op dat het beeld van de “oudere” mens, waar ik ook onder begin te vallen vaak nog steeds oproept dat de oudere generatie dezelfde is als toen ik jong was. In verzorgingshuizen bestaan de muziek middagen nog steeds uit Johnny Jordaan, tante Leen, vader Abraham en noem ze maar op, terwijl de mensen die het nodig gaan hebben deze muziek wel hoorden, maar opgroeiden met de Beatles, Rolling Stones,Pink Floyd en vele anderen. Het waren mooie gesprekken, vooral over leven en de dood, maar ook over wensen en geluk. De chinees smaakte en de wijn vloeide goed en wiebelt op deze vrijdagmorgen nog wat na in de benen. Ik ga even lekker een nuchter wandelingetje met de hond maken. fijn weekend allemaal.