PETER BERGER voor even terug in KATWIJK (kattuk): “Daar aan de voet van de duinen bij het prikkeldraad ga ik straks even liggen. Op m´n rug. Want ik wil de wolken in het blauw voorbij zien waaien totdat m´n oogleden zwaar worden…”


Ik hou van Katwijk. Niet omdat Katwijk eigenlijk Kattuk heet maar omdat het pal aan de kust ligt: Kattuk Aan Zee. Strand. Zand. Zee. Soms zeehonden zelfs. Maar die zie je er eigenlijk maar zelden en dus ook vanochtend vroeg valt er op dat vlak weinig leven te bespeuren. Een spoor van door paardenhoeven omgeploegd zand verraadt echter wel die eenzame ruiter die hier bij eb in alle stilte voorbij is komen razen. Niemand heeft hem gehoord of gezien en het wassende water zal het bewijs van zijn wilde ochtendrit weldra volledig wissen. Zodat vandaag gewoon vandaag zal zijn. ´s Zomers, met beide poten stevig in het warme rulle zand, voel ik hier de aarde altijd zachtjes trillen wanneer Poseidon ergens ver weg aan de Bretonse kust z´n drietand tegen de rotsen rost. Kedang! Zelfs hier in Kattuk kun je dat dan voelen.

Maar daar is het nu te fris voor. Voor blote voeten. M´n schoenen zijn doorweekt en m´n enkels koud en stijf als hagel ijs. Toch ga ik het doen. Daar aan de voet van de duinen bij het prikkeldraad ga ik straks even liggen. Op m´n rug. Want ik wil de wolken in het blauw voorbij zien waaien totdat m´n oogleden zwaar worden. Blootsvoets ook, want ik moet het zand tussen de tenen kunnen voelen. Zodra alles overal danst en draait dartelt Pegasus, hoog in de lucht, woest briesend aan de wereld voorbij. Maar of ´ie ook echt boos is of gewoon verdrietig, dat wolkenbeest daarboven, dat weet niemand. Als ik die wolk zou zijn zou ik het wel weten en de verleiding niet kunnen weerstaan. Zwanger van verdriet zou ik die treurnis daar beneden van top tot teen onderzeiken. Het hele sneue zooitje. Met de ogen toe hoor ik Poseidon ondertussen luidruchtig rondbanjeren in de bruisende branding. Gierend van plezier port hij her en der z´n drietand in het drijfnatte zand. De vloedlijn klotst en schuurt terwijl de aarde onder mij hartstochtelijk begint te schuddebuiken. Het kietelt! En miezeren doet het inmiddels ook. Kortom, hoog tijd voor een vers gebakken visje. Ook al is het daar nog veel te vroeg voor.


Peter Berger

Share This:

CARTOUCHE schrijft deze week het gedicht van de week op pomgedichten punt nl – het thema – de aanwijzing luidt: schrijf een ode aan de door de dichter uitgekozen korrie-vee!


C.V.
 
Haperende thermostaat
roestig expansievat, flakkerende waakvlam
zo goed als ingeblikt, over de datum haast ik G
gdv*, die nog nooit uit volle borst een ode
totdat jouw stem, C, je hand, mijn lieve al
de kou uit ‘t lijf ,mijn bloed aan de praat
je ogen warmgroen als het malste gras
mijn grijs tot gloeien konden krijgen
 
je mij, zanger zonder naam
de geest wist te geven – tot schrijven
hoeveel wij samen in de melk hebben
brokkelen en te verhapstukken, jij, mijn a
b en c – Cariña, mijn omicron en omega
en ik, leeghoofd, hoe we de v van Viva
la vida zuchtend het gat dichten, vet
hoe jij heel mijn C.V weet te vullen
🔥‍❤‍
*GDV geïndividualiseerde distributievorm

11-12-2021 / GV


<!
het is dan toch nog net op de valreep gelukt Cartouche aan de praat te krijgen op pomgedichten punt nl – dit weekend en gelukkig maar – een liefdevolle uitbarsting van een ontploffende vulkaan mogen we meemaken – wie zou er niet smelten voor warm groene ogen in het malste gras – elke lezer luidt het antwoord. bijna had ik al ANKE LABRIES ODE  uitgeroepen tot het gedicht van de week – maar deze week na lezing van het CV van Vromen voor CARTOUCHES C. van harte! een prachtig gedicht – met dank aan de dichters voor insturen en toch ook een eervolle vermelding voor Anke Labrie.


ode

en lyrisch lofdicht ligt me niet
geen helden meer en geen idolen
ik breng aan niemand meer een ode
behalve aan die ene jongen

alleen hij kan me laten zweven
hallucinerend zing ik dus zijn lof

hoe hij naar boven ijlt
gelijk een jonge god
vleugels aan zijn sandalen
een goed gevulde tovertas
met alle kleuren van de regenboog

hij laat me weer geloven
in wat een arts ooit zei
voordat hij me ter plekke platspoot
‘de middeleeuwen zijn voorbij’

de pijn vermindert al als ik hem zie
en wankelend aan zijn voeten kniel
dus deze ode én vijf euro zijn voor hem


anke labrie


<!- –>
nou voor vijf euro verandert dichter labrie de hel in een hemel. een hemels gedicht vol van hallucinaties. anke gaat het druk krijgen in deze barre donkere tijden daar in amsterdam zuid – allemaal voor de lock down naar booster-anke. ik zie rijen in de staat met verlichte geesten zwevend huiswaarts gaan! een waar feest van licht.
 
“Goed weekend verder, mooi wandelweer!” voegt dichter toe in een persoonlijke noot.
 
  • FRANS TERKEN: laat mij daarom geen namen noemen
  • ANKE LABRIE: alleen hij kan me laten zweven
  • RIK VAN BOECKEL: in het koude blauwe licht rent zij dromend
  • ERIKA DE STERCKE: o man van mijn dromen
  • CARTOUCHE: jij, mijn a b en c – Cariña, mijn omicron en omega

het voorkeursgedicht van de vorige week werd geschreven door de door een ieder bejubelde Andrea van Herk!



ode aan ghislaine

o ghislaine plag of plak
ik ben geen gek
geen maniak noch etterbak
ik zoek geen vrouw
maar hoor ik jou
jouw stem die naam


ghislaine

dan springen hier spontaan
de rozenknoppen open
you know die ronde
wat best wel raar is
omdat er nooit rozen
in mijn kamer staan of stonden

pom wolff

wie schrijft deze week het voorkeursgedicht van de week op pomgedichten punt nl – het thema – de aanwijzing luidt: schrijf een ode aan de door de dichter uitgekozen korrie-vee – u kent de voorkeur van uw webmaster inmiddels wel. u kent de regels: gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak  – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.

Ode

Dat je een ode schrijft
voor Ghislaine of Gerrie of een ander
waarvoor je bij het aanschijn van
in katzwijm op de knieën gaat

het blijft de afstand overbruggen
met roze woorden van adoratie
de liefde verklaard van jou aan haar
of hem – dat zal om het even wezen
in tijden van gender neutraliteit

laat mij daarom geen namen noemen
maar het in stilte aanbidden
tot tweede natuur maken

een kussen voor de gepijnigde knieschijf
met de foto van wie ik mateloos bemin

© FT 10.12.2021


<!–>
een beeldende neergang van de dichter terken – ja de houten kerkbankjes zijn ook niet alles hahaha – maar nee ‘de tweede natuur’ van frans zal niet het knielen op het uitgesleten rozerode matje zijn in heerlens laatste kerkgebouw.
een mooi geschreven reactie op het ghislaine gedicht van webmaster, in genderneutrale woorden opgezet geheel, de geheime liefde van elke dichter verwoord en gepersonificeerd – de knieschijven doen het nog maar ze piepen wel. een beminnelijke ode.
Over de lichtrivier

Over de lichtrivier danst zij
zoals ze schaatst met de moeder
van eeuwenoude koude tochten

ze werpt de herfstdromen weg
geeft ze geen naam meer
zingt een ode aan de toekomstige tijd

ze gooit een balletje naar de hond
hij springt met de stroom mee
glijdt langs de oevers van winterland

in het koude blauwe licht rent zij
dromend en dansend die tijd tegemoet
brengt hem aangelijnd terug naar zijn hok.


Rik van Boeckel
11 december 2021


<!– –>
Anke Labrie schreef het gedicht ‘Langs de oevers van de droom’ – Rik van Boeckel schildert  er een winterlandschap bij. de lichtrivier, de tijd tegemoet in een winters landschap. Rik van Boeckel weet elk gegeven te vertalen in de elementen die ze hoog achten op een vrije school. wat er vrij is aan een vrije school is mij volkomen duister – het sektarisme viert op die instituten meestal hoogtij –
wel weet ik dat dichter van Boeckel de elementen tijd, seizoenen, water en lucht en op zijn tijd een levendig hondje – in alle vrijheid los laat in zijn gedichten. 

dag Pom
groetjes uit een killig Gent


— 

ode aan de aanval
 


o man van mijn dromen
met jouw rondingen 
en haren in de oren 


je blijft mijn liefste
aan de tafel, in bed
tijdens de wandelingen 
met zachte tred


hoe onze schouders 
elkaar raken 
de handen op zoek
naar wat komt


mijn man van aanpak
zonder woorden  
strooi je strelingen 
van hoog naar laag


Erika De Stercke


<!- –>
 
ach  Erika toch  heb je een hondje aangeschaft in tijden van lock down? ik neem toch niet aan dat de woorden voor webmaster geschreven zijn? nee een dichter is hier niet beschreven: ‘een man zonder woorden’ – laten we op een geliefde houden. een aanpakker zoveel is zeker. zeg even dat ie scheerapparaat langs zijn oren haalt – dat staat wat netter. de handjes zijn wel goedverzorgd mogen we lezen – leuk gedicht ook.

Share This:

dichter Ingrid Noppen adviseert: gooi kleurrijke kerstballen door uw huiskamer en laat je kleinkind de hele bliksemse boel slopen!

Ingrid noppen:
Joh, gooi er kleurige ballen in en laat dat kind verdikkie lekker enthousiast slopen. En trouwens, maar 1x jong, hoor! Je bent wel een krent van een opa met je ene Nijntje zeg, kon je het missen? Arm kleinkind! En waar zijn de pakjes onder de boom verdikkie?


Pom Wolff aan mevrouw Noppen:
ik ben zo vrij uw advies ‘gooi er kleurige ballen in…’ niet over te nemen. in dit huis wordt niet met ballen gegooid en zeker niet met fragiele en uiterst breekbare kerstboomballen. hoe durft u mijn kleine Mio te laten kruipen door glasscherven. Neen Mio niet luisteren naar tante Noppen! zij smijt met ballen door de zo met zorg opgeruimde kamer! en dan nog iets over uw opmerking ‘je bent wel een krent etc..’ – mag ik u erop wijzen dat de boom nog een weekje buiten staat zoals – behalve voor blinden – waarneembaar is op de foto. ik weet niet hoe het bij U is maar hier in 020 leggen we geen kadootjes in de zeiknatte vrieskou voor de kinderen en zeker voor mijn Mio niet. verder maak ik u bekend met de prijs die de firma De Bijenkorf meende te moeten rekenen voor één kerstbalnijntje – de som van 16 euro 95 – noem dat maar krenterig. ik vermoed dat u geen ballen van 16,95 in uw huiskamertje heeft opgehangen. verder ben ik het wél me u eens – dat – zoals u treffend opmerkte – ‘een mens ‘maar 1x jong’ is. sprak u uit ervaring? een fijne kerst nog tussen al die scherven in uwes kamertje.


toestanden weer op pomgedichten punt en el vandaag – de anders zo bescheiden en de poëzie omarmende lieve Ingrid Noppen gaat helemaal los op pomgedichten vanochtend. goed dat we haar zachte poëzie nog hebben. voor mama:

Share This:

VON SOLO: ‘Waar ik me de eerste maanden van 2019 nog hevig verzette tegen het defaitisme, dat alles voor altijd anders zou worden, ‘de anderhalve-meter-maatschappij’ en ‘corona-is-hier-om-te-blijven’, moet ik nu toegeven, dat alles anders is geworden…’




<!
Op geen enkele manier heb ik geleden onder het juk van de heersende pandemie. Mijn werk en loon zijn nooit in het geding geweest. Vanaf week één was ik regelmatig op kantoor te vinden. Mijn favoriete koffietentje steunde ik met dubbele fooien in de afhaal. Iedereen is gezond gebleven, op degenen na, die aan kanker overleden zijn. Een kalander vol afspraken werd vervangen door spontane vrijdagmiddagborrels aan de overkant of bij ons in het atelier. Een jaartje of twee een vakantie naar Frankrijk overslaan, is ook overkomelijk. En langzaam aan, went alles wel. Optreden doe ik als ik kan. Net als twee weken geleden in Brussel nog. Mensen omhelzen, dringen en klappen aan de bar. Je vergissen in het biertje van je makker. Ach, wat maakt het. Niets te vrezen. En na twee jaar hetzelfde nieuws wordt je er sowieso doof voor.
 
Terwijl ik dit schrijf zit ik in mijn trainingspak met een dik hoofd achter mijn computer. De GGD gaf me gisteren uitsluitsel dat de test negatief was. Ik heb dus gewoon een ouderwets virusje opgepikt, dat me mottig en ziek maakt. Bijna niet te geloven, dat dat ook nog kan. Ik schaam me er bijna een beetje voor. Zo iets onbeduidends onder de leden te hebben, waarvan ik helemaal niet weet wat het is en waar ik me ook nog eens niet op kan laten testen om te bewijzen, dat ik het wel echt heb. Uit ellende en gewoonte nam ik vanochtend dan ook maar plaats achter mijn scherm en heb de meeste van mijn teams meetings brakkig afgewerkt. Vroeger had ik me ziek gemeld en was ik in bed gekropen. Maar dat lijkt iets uit een andere tijd.
 
En al schrijvend realiseer ik me, dat de tijd verandert. Stilletjes doet zij dat. Waar ik me de eerste maanden van 2019 nog hevig verzette tegen het defaitisme, dat alles voor altijd anders zou worden, ‘de anderhalve-meter-maatschappij’ en ‘corona-is-hier-om-te-blijven’, moet ik nu toegeven, dat alles anders is geworden. Dingen waar ik twee jaar geleden om gelachen had, zijn nu doorgedrongen tot de meest basale organisatiestructuren in onze samenleving en stevig verankerd aldaar. Alles draait nog maar om één ding. Dat ding, dat ik zo slordig als maar mogelijk is, al twee jaar uit mijn buurt weet te houden. Het is een vast onderdeel geworden van het dagelijks leven. Ingeburgerd zoals men dat zou noemen.
 
En dat is het moment, dat ik het gevoel heb, dat er een schaduw over me valt, alsof het elk moment kan gaan regenen en ik vergeten ben mijn regenkleding mee te nemen. Een dreiging. Er is de afgelopen twee jaar wel degelijk iets in mij veranderd. Ik weet nog hoe ik februari 2019 tegen een collega zei, dat ik een zorgeloos leven had. En ook al lijkt het of ik me nergens zorgen over hoef te maken, toch is dat gevoel weg. Waar vroeger de blik op oneindig stond, kan nu op elk moment een nieuwe beperking intrede doen. Niks is meer zeker.
 
Mijn wereld is een kleiner geworden. Mijn gaan en staan niet meer gratuit. Dat is sluipend gegaan. Mijn vrijheid, die ik in mijn hoofd, dacht te bezitten is niet meer wat het was. Ook daar beweeg ik me voorzichtig tussendoor gedachten en dromen, die ik niet meer te dicht bij wil laten komen. Omdat de kans, dat de vervulling er ooit in al zijn puurheid zal zijn, verdwenen is. Het blad van de toekomst is niet meer onbeschreven. De kanttekeningen, staan er voortaan vooraf al op.

 

VON SOLO
DICHTER, COLUMNIST,  PERFORMER EN CINEAST

Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl
 
Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl  

Share This:

pom wolff – we wisten


ik schrijf je op een bierviltje
dat als een volle maan voor me ligt
 
ik denk die volle maan
bij het schommelbankje
waarop we koffiedronken wisten
wat we niet zeiden belangrijker was
dan wat we wel
 
en wisten hoe half ook
de maan vol en wij niet minder
 
pom wolff
 

Share This:

Merik van der Torren nu al weer aan de zoetigheid!



De schoen van chocola

Ik kreeg van jou
een kleine fijne schoen
 
met gaatjes voor de veters,
een bruin leren van chocolade.
 
Hij pronkte met zijn zachte kleuren,
een teken van de liefde die je gaf.
 
Ik zette er mijn tanden in,
de zoete en bittere smaak
kleefde in mijn mond.
 
Het spijt me.


Merik van der Torren

Share This:

Peter Posthumus … dan zie ik haar weer zitten angstvallig in een koude wereld…



Omzichtig en met
aarzeling
open ik soms
een kleine houten doos


briefjes met een woord
om op te zoeken
stukjes tekst om te
onthouden
lijstjes met wat moest
en waar ze nooit
aan toe kwam


dan zie ik haar
weer zitten
angstvallig in een
koude wereld
bij de kachel
onder de klok
hoe tijd en wanhoop
hoe de pijn verstreek


Peter Posthumus

Share This:

Karin Beumkes in mens, poes en melodie op de maandag

Dear Pom

Deze week was niet gemakkelijk. Mijn 20-jarige poes moest ik in de armen van een engel geven, Vroeger dronk ik zoiets weg. Nu zit ik met een braaf colaatje op de bank. Vroeger was ik een van hun, tegenwoordig vind ik het lastig en vervelend om dronken mensen te zien. Ze zwalken maar wat. Ze zwalken me net iets te veel. Ik schreef dit gedicht, oordeel zelf.



Liefs Karin


Lor


Eén pilsje kan je nog hebben,
Twee ook nog wel.
Daarna begint je geroezemoes
hinderlijk te worden.
Na vier pilsjes wordt je regelrecht vals.


Jij zingt, maar ik voel me een spijker,
een kaarsrechte ijzeren spijker
die jouw dronken gedaante doorboort.


Na zeven pilsjes besta je enkel uit een woord
en ik ga verder
elders kijken.


Karin Beumkes




Muziek: Shane macGowan and the drunkest guy ever https://youtu.be/Qu3acy2MWQo

Share This:

de zondagmiddag overwegingen van PETER BERGER: ‘Ik geloof niet meer. Geloof ik. Waar is die dag dat god nog gewoon een DJ was?…’

Waar zijn ze? Die onbezonnen zondagen dat je na een after, ergens onbesuisd met je kop nog in de wolken, in een onbekend bed belandde om er diezelfde avond nog met een houten hoofd vol goede moed weer uit te kruipen?

Ongeremd op zoek naar nieuwe avonturen. Dat je de barman nog even op de valreep een laatste cognac laat inschenken om deze vervolgens ergens onderweg naar vergetelheid onaangeroerd te laten staan. Dat de chauffeur van je Uber naast je in slaap stort en jij onverhoeds naar het tollende stuurwiel moet grijpen om niet pardoes in de greppel te belanden.

Niets meer van dat alles lijkt er nog te zijn sinds we ons met z´n allen verkrampt door het leven sleuren; vermurwt op zoek naar een uitgang. Is alles straks slechts nog een kwestie van overleven in een hopeloze dystopie die zelfs door god himself vergeten is? Als in een globale psychose waarin de thought police haar inwoners de les leest en je dwingt blauw of rood te kiezen. Het galmt door m´n kop. Liberté? Egalité? Fraternité? Het zijn nog slechts drie losse woorden; loze frasen, als begrip beroofd van de samenhang die ze ooit betekenis gaf. Ik ben erin verdwaald. In het wit van de tricolore. In de baard van sinterklaas. De kerstman zo u wilt.

Ik geloof niet meer. Geloof ik. Waar is die dag dat god nog gewoon een DJ was?

Share This:

Yvonne Koenderman op de vrijdag – over familieleven, wappies, Heilige Boontjes en Joz Knoop: “Iedereen is welkom zolang hij leeft met verstand, maar vooral niet vergeet te leven.”

Kwart over 9 en er hangt een rust in huize Koenderman. Uit de boxen speelt smooth jazz,  manlief werkt rustig boven thuis, zoonlief leeft het studentenleven op zijn kamer en heeft beloofd vandaag de lege pakken drinken en pizzadozen weg te gooien en de bezem er flink doorheen te halen, maar slaapt nu nog uit, want zijn studiegenoten sprak hij nog om 4 uur vannacht. Als het om game design en development gaat heb je als ouders altijd het idee dat er tot diep in de nacht gegamed wordt terwijl het antwoord dan is nee hoor we werken hard aan een deadline. Aan het gelach te horen leveren die deadlines altijd veel plezier op.

De jongste dochter is vroeg uit de veren, speelt met de katten en maakt nog even de opmerking dat we een vriend vanmiddag komt en dat hij mee blijft eten. “Je weet dat hij niet gevaccineerd is mam, niet omdat hij niet wil, maar van de artsen niet mag, maar hij heeft wel een herstelbewijs”.  Het maakt me niet uit, iedereen is welkom zolang hij leeft met verstand, maar vooral niet vergeet te leven. De wereld lijkt naar met alle tweestrijd. Vrienden verdwijnen van het smoelenboek, omdat ze het corona gezeik en geruzie zat worden. Mensen waar je het nooit van verwacht had worden actieve wappies die de ene theorie na de andere rondstrooien en je waarschuwen voor het gevaar en de derde wereldoorlog die aan de gang is maar wat je niet ziet door je oogkleppen.

Ook die wappie blijft welkom zolang het onderwerp in huis niet over corona gaat. Poltiek in de breedste zin van het woord is wel bespreekbaar, maar vooral niet te lang, want dat is ook oeverloos gezemel waar we niet uitkomen. Twijfel…Joz Knoop had het er gisteren nog over in een gezellig telefoongesprek…het overheerst met een doel. Binnenkort gaan we dat samen nog eens bespreken op het politiebureau van Heilige Boontjes. Een ding daar twijfel ik niet aan…een heilig boontje ben ik dus niet. De grootste waarheid en misschien ook wel mijn grootste geluk. 

Yvonne Koenderman

Share This: