Vera van der Horst witheet na bespreking van haar gedicht in de zondagochtendwedstrijd


Nijhoff zei al: Een gedicht bestaat niet alleen uit woorden, maar uit woorden en hun stilte.
En Wislawa Szimborska zei: Wanneer ik het woord stilte uitspreek, vernietig ik haar.



Moment

Als ik jou lees

sijpelt schoonheid in mijn brein
behoort mijn lijf niet meer aan mij
ben ik het ademen voorbij

de schrille stem van een kind
ijlt weg naar vanwaar het komt

bloesemblaadjes geplukt door de wind
hoor ik één voor één vallen op de grond.

Vera van der Horst
 
pom: ik kan het niet onderdrukken hier te schrijven – ochgossietoch – vera schrijft van een diep verstild voelen – de kindjes terug de baarmoeder in – dichteres zelf het ademen voorbij en het lichaam bevrijd en overgegeven – aan de liefde natuurlijk. hoort ze toch nog romantische blaadjes op de wind. ja heerlijk! als deze dichteres de liefde bedrijft leest de gelukkige partner het allemaal later heel mooi beschreven terug. EN HIJ STAAT! in veraas bundel.
 
en toch vind ik het gedichtje mooi en oprecht.
Of ik ben met het verkeerde been uit bed gestapt of Pom.
Ik lees altijd graag de poëzie en niet minder graag de commentaren, waar ik me meestal in kan vinden, maar vandaag niet.
Allereerst het commentaar op mijn gedichtje verbaasde me, dat Pom er een stuk erotiek in legde, die ik er niet bewust heb ingestopt en dat is overigens niet de eerste keer. Het beschrijft voor mij een gevoel van afsluiting wat soms ervaar als ik gedichten van bv Wislawa of een schrijver die me helemaal in zijn/ haar boek trekt.

Het kind is in letterlijke zin mijn buurmeisje, die erg kan schreeuwen, maar ik dan niet meer hoor, of het kind in mezelf, ik kan niet ontkennen dat wat pom leest ook mogelijk is, maar
vind het onterecht dat het alleen daarop beoordeeld wordt.
Overigens zal niemand in mijn bundel staan, want er komt nooit een bundel, omdat ik mijn werk daar niet eminent genoeg voor vind. Mijn gedicht hoeft geen medaille, maar verdient ook de woorden agossie en toch, in toch wel mooi niet. Of het is mooi of niet. Ik snap het woord toch hier niet bij.

Ten tweede:
Niets ten nadele over het werk van Rick en Petra in het algemeen, ik heb daar mooie dingen van gelezen
maar vandaag vond ik beiden wat minder.
Bij Petra verwijderde Pom zelf een strofe die ik ook wat onbegrijpelijk vind en bij Rik kwam het woord stilte zo vaak voor dat het leek of hij schreeuwde: en nu stil, of zoiets.
Als je bij andere inzendingen ook de helft schrap, hou je betere gedichten over dan deze 2.
Over Lerou en Gonggrijp hoor je me niet.
Och het is geheel niet mijn gewoonte direct en onmiddellijk in de pen te springen, maar ik had geen stilte in me vanochtend, zullen we maar zeggen.
Maar wel gefeliciteerd, alle winnaars!!
Het is en blijft toch een prettig en bij wijlen amusant zondagochtend item, dat ik niet graag zou missen.
Ik schrik van mn eigen spraakzaamheid en herrie, maar lees het niet meer over en zet mn wijsvinger toch op zenden.

– commentaar redactie: de kern van Vera’s verhaal lijkt mij de opmerking die ik uit Vera’s verhaal citeer: ‘ik kan niet ontkennen dat wat pom leest ook mogelijk is..’ dichters ben ik dankbaar voor het inzenden van een gedicht voor deze wedstrijd. Vera ook natuurlijk. ik ga er op de zondagochtend voor zitten – ik lees een gedicht, ik laat het gedicht tot mij doordringen, lees het gedicht nogmaals en schrijf over mijn leeservaring. tegen half 11 in de ochtend bepaal ik mijn voorkeur, die ik uitdruk in goud zilver en brons – allemaal virtueel. de dichter is natuurlijk niet van de gedachtenpolitie in de zin dat de dichter zou kunnen bepalen wat een lezer zal lezen, wil lezen of gewoonweg leest. ik las over een kindje terug naar de baarmoeder – zo gek is dat niet als Vera schrijft over een kindje weg ijlend naar waar het vandaan komt.
voorts lees ik in het gedicht de passage: “behoort mijn lijf niet meer aan mij
ben ik het ademen voorbij” – ook nu in de middag lees ik daar over een mogelijke erotische passage. iets van versmelten – het lichaam behoort de persoon niet meer toe – lees ik. Vera geeft een geheel andere verklaring het is haar goed recht als lezer van dit gedicht. over een loeihard schreeuwend buurmeisje dat vera toch niet hoort schreeuwen terwijl de hele buurt 112 belt. alles is mogelijk blijkbaar in haar gedicht.

Share This:

Max Lerou en Elbert Gonggrijp winnen de enige echte virtuele – in de stilte van de dag zijn de dingen zoveel mooier soms – de in stilte verzonken trofee op pomgedichten – brons voor Rik van Boeckel en Petra Maria

 
twee gedichten van de stilte – ik kan er niet omheen verdienen  meer dan goud – max lerou en elbert gonggrijp. (de verkorte versie). alle dichters dank je wel voor het insturen van de soms heel kwetsbare stiltemomentjes die in woorden hier aankwamen. delen Rik van Boeckel en Petra Maria (ook de verkorte versie) vandaag het brons. moet de conclusie zijn dat de amsterdamse joffer betsy repelius een waardig eerbetoon in poëzie is gegeven. dank jullie wel.

Pom lieve vriend, de straat kent een stilte zoals nooit.
de nacht doet er een schepje bovenop.
 

nachtzicht
 
ons huis kent rust
zoals rust wel wordt geëerd
sereen omhangen
 
de straat is solidair – gerucht noch wind
zelfs de bomen zijn wat saai vanavond
ze staan daar maar een beetje
 
als een man op leeftijd enigszins bedaard
aardig kaal en ook de huid is dun
je ziet de ringen eer hij is doorkliefd
 
ml

–>
een mooi stilleven – de huid dun inmiddels. je voelt dat elke woord meer er een teveel is. ook in de recensie.


 

RONDOM
 

Wij leven onze eigen plek, kijken naar wie wij
zijn om dat niet te gaan vergeten – ogen zonder
weet van het één of ander. Wij hadden alles
kunnen betekenen: deze stilte, dit landschap.

Deze bomen en het water. Wij bestaan elders,
in gedachten, zoals paarden. Wij blijken zo goed
als zij, bedenken hoe het is om een dier
te bedoelen, hier, in dit ogenblik.

Toen wij het niet wisten, toen het ons zocht,
toen het ons zag, riep, voelde. Laat het zingen
aan de wind, laat het deinen aan de golven,
zachtjes, om de stilte heen.

Laat de pen de hand proberen,
stilte om de dichter heen
– in stilte stilte dichten –
 
Elbert Gonggrijp,
Egmond aan den Hoef,
vrijdag 1 mei 2020

–>
het is al prachtig maar ik kan het toch niet laten – om het gedicht dat nooit meer zo en nooit meer zo goed geschreven kan worden uit de woorden te destilleren – elbert zet een verstild wereldwondertje neer in de nederlandse taal:
 
Wij hadden alles
kunnen betekenen: deze stilte, dit landschap.
Deze bomen en het water.

Toen wij het niet wisten, toen het ons zocht,
toen het ons zag, riep, voelde. Laat het zingen
aan de wind, laat het deinen aan de golven,
zachtjes, om de stilte heen.

Laat de pen de hand proberen,
stilte om de dichter heen
– in stilte stilte dichten –


van de stilte dichten is een kunst.
  • Petra Maria – niets zeggen haar ogen
  • Elbert Gonggrijp – toen het ons zocht, toen het ons zag
  • René Hillenaar – mijn stilte is ongehoord aanwezig
  • Frans Terken – laat je onhoorbaar zien
  • Rik van Boeckel – dichtbij de pijn stil van binnen
  • Jako Fennek – dit stilleven ontdaan van elk rumoer
  • Vera van der Horst – het ademen voorbij
  • Anke Labrie – het korenblonde zacht
  • Erika de Stercke – om de mijmeringen te verstillen
  • Max Lerou – de huid is dun je ziet de ringen
  • Cartouche – een hele wereld voor me


wie wint de enige echte virtuele – in de stilte van de dag zijn de dingen zoveel mooier soms- de in stilte verzonken trofee op pomgedichten?
 
we nemen een schilderij van betsy repelius van 100 jaar geleden als uitgangspunt – de verstilling die zij wist uit te drukken – de kunstenaar in zijn werk verzonken. dichters herkennen die stilte waarin en waaruit het gedicht kan ontstaan. graag lezen we van uw contemplatie – de regels als vanouds: de gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak  – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.

 
toen je stilte stuurde

niets
is me liever
dan eenvoudig mooi

het bloemblauw
vers gescand
natuurlijk in het licht

een meisje
drinkt in stilte woorden
denkt hem goddelijk lief

en ik
ik kan in stilte
niet meer denken
ik kan het denk ik niet


pom wolff

voor het raam
wuift de varen
een stille beweging

en als de klok niet
kon hij het geluid
verdragen

zo’n zeldzaam moment
als de lage zon voorbijkomt
schaars

niets zeggen
haar ogen
wees maar stil

we zijn het
gewoon
het is al samen

petra maria

–>
de dingen zoveel mooier soms als ze verstild verzonken zijn – we gaan dit weekend de stilte in, lieve lezer – de stilte om ons heen in woorden van de poëzie  – de gedachte alleen al is bevrijdend – het dagelijkse gekakel ver weg en achter ons – hier geen anderhalve meter, geen vliegtuigen meer, geen politiek, geen erwin wennemars, hier hebben de dichters de poëzie voor het zeggen. het is zondagochtend vroeg, we gaan de stilte in! Petra Maria laat de varen wuiven bij een lage zon. er wordt niets gezegd – een gedicht over samen zijn. subtiele beelden. twee laatste prachtige strofen – ik laat er één aan voorafgaan – de andere woorden hoeven niet.
 
 
 
voor het raam
wuift de varen
in de lage zon

 
niets zeggen
haar ogen
wees maar stil

we zijn het
gewoon
het is al samen



ZONDER GELUID

ik heb altijd wel wat
kruimels dood op zak
ze zwijgen als de pest
en branden als de hel

ik zou er eenden mee kunnen voeren
maar ach wat weten vogels nou
van virussen en bange mannen
ik poets mijn tanden en ben braaf

mijn stilte is ongehoord aanwezig
ik hou van iedere wolf op mijn pad
leven is maar schuin afgesneden
ik ben het brood dat mij eet

de tuinman vlucht voor het sterven
maar ach het leven in Ispahaan
glimlacht om alles en niets
zolang de zon op aarde schijt

© René Hillenaar 

–>
ik zeg net teveel nadruk rené, te nadrukkelijk de uitleg ook – het gedicht om die prachtige regel heen geschreven – ‘ik ben het brood dat mij eet’ – dit gedicht zou meer van dit soort mysterie moeten kennen – de stilte TE aanwezig – dat is het. dan valt de stilte weg. de ik persoon neemt haar plaats in – en het gedicht valt daarmee buiten het gevraagde thema.

Dichter bij de stilte

Hoe we met niets omkleed
samen de dagen voeden
we mijden elk geluid
dat ons van ons stuk kan brengen

ademloos luisteren we naar elkaar
een oogbeweging zegt genoeg
als jij een of twee keer knippert
trek ik een wenkbrauw op

laat je onhoorbaar zien
dat er van onrust nu geen sprake is
beter zwijgen we die gewoon dood
kijken in stilte toe en knikken

met een vinger op de lippen
bergen we in brokken weg
wat we dan zouden moeten zeggen
bewaren dat voor een andere tijd


© FT 02.05.2020

–>
het gedicht om die prachtige verstilde oogbeweging heen geschreven. een oogbeweging die genoeg zegt. de tweede strofe brengt de dichter, dichters verdere woorden in het nauw. de beweging zegt al genoeg en de dichter neemt toch verder het woord. ik als lezer blijf liever in dat eeuwig durende verstilde moment. daarover mag de dichter wat mij betreft eindeloos schrijven – dan weet de lezer van de eindeloosheid van die ene oogbeweging. ik stel een vergrootglas voor voor dat oog, voor dat ene ogenblik, voor die ene eindeloze blik in de eindeloosheid van de ingehouden adem.
Pom, in stilte dit gedicht geschreven voor de enige virtuele.
Groeten, Rik


Tijd om stil te zijn

Stilte van binnen
zonder woorden
tijd om stil te zijn
dichtbij de liefde
dichtbij de pijn

stil van binnen
als een dichter van rust
stil zonder zinnen
‘t hart gekust

gedachten geven
zich over aan een gedicht
oren slaan geluid op
trommels smeken om genade

tijd om in stilte
de tijd te verdragen.


Rik van Boeckel
2 mei 2020
–>
waar de stilte deze dichter brengt. mooie beelden mooie zinnen – dichtbij de liefde en dichtbij de pijn – de dichter van dienst aan het woord – de dichter van rust – mooi gevonden – het hart gekust – de tijd in stilte te verdragen –  een soort weldadige weemoed legt rik hier in  woorden van melancholie. dichtbij wat het leven hem gegeven heeft – ver van  wat de dichter normaal gesproken in zijn andere werken zo uitbundig bezingt. we lezen in wezen een omgekeerde rik van boeckel – die als de corona economie min of meer in contemplatie tot stilstand komt.




Ha pom, bij jullie ook zo koud? Moet iets van vervroegd ijsheiligen zijn, althans zo voel ik dat. Het thema ‘in stilte verzonken’ past erbij. Geniet van een fijn weekend, groet, jako.

geluidloos
 

mijn toevluchtsoord de diepte
waar onderaan de stenen treden
gehamsterd bier
toiletpapier en stilte
muur en vloer bekleden
 
te midden van dit stilleven
ontdaan van elk rumoer
bezoeken mij gedachten
als meeuwen vissersschepen
 
slaat de klok zijn laatste slag
zwaai ik jou bekoring toe
                              
jako fennek

–>
jako schetst een stilleven met elementen uit het leven. waarom het echt om gaat lijkt de dichter ons te willen meegeven in de laatste twee regels van het gedicht – als de tijd tot stilstand komt resteert nog iets van haar bekoorlijkheid – gedachten als meeuwen – hahaha daar hebben we weer iets terug van de oude jako. ik bedoel te zeggen met de tweede strofe had het gedicht mogen beginnen – en dan willen we nog veel meer van die gedachten lezen.  waarheen ze ook vliegen of uitvliegen.


Nijhoff zei al: Een gedicht bestaat niet alleen uit woorden, maar uit woorden en hun stilte.
En Wislawa Szimborska zei: Wanneer ik het woord stilte uitspreek, vernietig ik haar.



Moment

Als ik jou lees

sijpelt schoonheid in mijn brein
behoort mijn lijf niet meer aan mij
ben ik het ademen voorbij

de schrille stem van een kind
ijlt weg naar vanwaar het komt

bloesemblaadjes geplukt door de wind
hoor ik één voor één vallen op de grond.

Vera van der Horst

–>
ik kan het niet onderdrukken hier te schrijven – ochgossietoch – vera schrijft van een diep verstild voelen – de kindjes terug de baarmoeder in – dichteres zelf het ademen voorbij en het lichaam bevrijd en overgegeven – aan de liefde natuurlijk. hoort ze toch nog romantische blaadjes vallen op de wind. ja heerlijk! als deze dichteres de liefde bedrijft leest de gelukkige partner het allemaal later heel mooi beschreven terug. HIJ STAAT! in veraas bundel.
 
en toch vind ik het gedichtje mooi en oprecht.
 


liggend landschap

als ik me behoedzaam omdraai
zie ik het korenblonde
zacht bewegen naast me
gekoesterd door de eerste zon

hier blijf ik wonen voor altijd


anke labrie

–>
het zal geen toeval dat de beelden van de schilders hier min of meer overeenkomen. het beeld van petra maria ook hier bij anke in woorden gegeven. het zachte bewegen van iets heel natuurlijks – weliswaar hier meer onbestemd – in de ochtendzon. een stil gevoel dat de wens tot eeuwigheid in zich draagt.

Verstilling

 Hier aan mijn tafel 
waar de wereld in zwijgen stopt
kijk ik naar de muren 
woelige tijden zijn er op afgeketst

door het raam 
zie ik de nacht in verlichtingspalen 
de snelweg ver weg 

hoe avonturen 
achterwege blijven op lege schalen 
de barsten houden zich koest

een snee in de vinger
de meloen op het tapijt
ik laat hem liggen 

nip aan het glas wijn 
om de mijmeringen te verstillen


Erika De Stercke 

–>
hier wint proza het van de poëzie – de poëzie lezen we in de regels:


hoe avonturen 
achterwege blijven op lege schalen 
de barsten houden zich koest


die regels hoeven geen nadere verklaring meer. ik zou ook niet weten hoe het verder moet met het gedicht. over de barsten dan maar – dat in het craquelé van de tijd de stilte huist zoals de stilte inmiddels ook in haar is geslopen na die zo onstuimige liefde voor hem van weleer

Verstillen

 
Als ik mijn ogen sluit
alleen
zie ik een hele wereld
 
voor me
aan mij voorbijgaan
je sprekende ogen
 
uitgangspunt
en navel
ongehoord kloppen
 
streng
maar rechtmatig
in mijn bestaan
 
03-05-2020
Cartouche

–>
o – hahaha – zo beschrijft onze cartouche de belangrijkste zaken des levens – ogen en navel maar dan komt het – ook het uitgangspunt – hahaha – ik kan dit gedicht na dat woord niet meer serieus beschouwen – bulderend lig ik hier in mijn flatje in de jordaan drie hoog achter op de grond – buurvrouw beneden zal wel denken – meneer wolluf heeft weer eens teveel gedronken en vindt zijn bed niet makkelijk. meneer wolluf ziet hele werelden waar geen werelden zijn. meneer wolluf heeft weer eens een gedicht gelezen waar ie ondersteboven van is. waar het onderste boven is komen drijven.
hoe dan ook ZIJ heeft de dichter  bewogen – zij beweegt via Cartouche hier deze lezer ook.

Share This:

ook GRONINGEN neemt afstand van broddelprocedure stadsdichterschap DORDRECHT: “flutversje” en “jatwerk” – in DORDRECHT ontsteltenis over voorgenomen benoeming stadsdichter/ex-kapper – zelfs EINDHOVEN in rep en roer – Stadsdichterschap DORDRECHT inmiddels landelijke kwestie

ook GRONINGEN neemt afstand van broddelprocedure stadsdichterschap DORDRECHT: “flutversje” en “jatwerk” – in DORDRECHT ontsteltenis over voorgenomen benoeming stadsdichter/ex-kapper – zelfs EINDHOVEN in rep en roer – Stadsdichterschap DORDRECHT inmiddels landelijke kwestie

gisteren hebben we in een tweetal artikelen verslag moeten doen hier op pomgedichten punt nl van de schandalige procedure stadsdichterbenoeming in DORDRECHT. we hebben de wethouder cultuur van DORDRECHT Piet Sleeking vragen gesteld. en pomgedichten hoopt vandaag nog antwoorden te kunnen ontvangen. zo niet dan gaan we inspreken en volgende week de gemeenteraadsleden benaderen.

dichter Peter M. van der linden heeft ook op deze site in een uitvoerige reactie kritiek geuit op de oneerlijk verlopen procedure en op de ‘vriendjespolitiek’ zoals deze heeft plaatsgevonden. een van de drie juryleden staat in een directe relatie tot de verkozene.

Inmiddels staat heel internet op zijn kop – over de wanprocedure in DORDRECHT en de beschreven malversaties.

De Dordrechtse dichter en eminence grise Wim Jilleba – 89 jaar!!! – verwoordt zijn afschuw op de volgende wijze: ‘Ik heb niets tegen de twee andere candidaten, maar dat die jury niet Peter koos is een geweldige blunder. Hij heeft zoveel literaire bijeenkomsten georganiseerd in Dordt en zo vaak laten horen en zien dat hij de aangewezen stadsdichter is. Al een paar jaar fuctioneerde hij als de officieuze stadsdichter en iedereen vond dat prima. Door het hele land en ook daarbuiten won hij prijzen. Hij is een landelijk bekende dichter aan wie onrecht is gedaan!’

Ook in GRONINGEN – in de groningse poëziescene is men onthutst over de gevolgde procedure en de zo omstreden voorgenomen benoeming van de kapper juno rissema tot stadsdichter – we citeren René Brandhoff:

“Ongetwijfeld kan de voorgebakken stadsdinges wel dichten maar dat blijkt niet uit het geproduceerde flutversje dat de jury tot “het beste” verklaarde. Dan heb je voor -10 punten poëzieverstand. Jammer dat de schrijver zelf dat niet door had.

En inderdaad: jatwerk van Buddingh:

Dordt – wat zal ik ervan zeggen: ik ben er geboren
en woon er nu, op een paar onderbrekingen na,
al zo’n zesenvijftig jaar.”

Journalist Wim van Pelt voegt nog  het volgende toe: ‘Ja, zo zit dat. Ik vind het ook een gedrocht. En dan iemand die niet weet hoe je ’thuiskomen’ schrijft. Dat maakt het gedicht wel weer hilarisch.

Vera van der Horst de altijd nog zo bruisende dichteres en poëzie grootheid  te EINDHOVEN bevestigt: ‘…wat een schandalige toestanden daar in Dordrecht – zo ga je niet met de poëzie om…. afspraken schenden … de wethouder zal zich in de gemeenteraad moeten verantwoorden …. terugdraaien die boel  – Die barbier kan ook de eer aan zich zelf houden en het stadsdichterschap – niet – aanvaarden. zijn beroerde stadsgedicht is een smet op de stad Dordrecht.’

Gisteren las u hier over DE TOESTANDEN in

Share This:

Peter M. van der Linden maakt gehakt van broddelwerk zogenaamde stadsdichter Dordrecht – pomgedichten vraagt wethouder Sleeking van Dordrecht om verklaring vriendjespolitiek en procedure blunders


over vriendjespolitiek en onzuivere procedures schreven wij vanmiddag al hier op de site pomgedichten punt nl. wij van pomgedichten schreven de wethouder van cultuur vanmiddag aan en vroegen om een verklaring – morgen hopen we hier te berichten over het antwoord.

Geachte Jury,

Ik voel mij genoodzaakt om te reageren op de verkiezing van het stadsdichtersschap. met feiten los van fabels, allereerst wil ik het winnende gedicht van Juno als jurylid beoordelen, ik heb tenslotte ook zelf in jury’s van poetryslams en schrijfwedstrijden gezeten.

De tempel der beschaving.

Dordrecht
wat zal ik er over zeggen
De stad, het eiland
of plek op de kaart
De Noord, Merwede
of de Maas
Het begin, de eerste
of geboorteplaats
Een brug over
de kerk zien
en de Wijnstraat horen
Dordrecht
is al achthonderd jaar lang
het gevoel van thuis komen

De titel is niet bijster origineel en met vrij grote zekerheid afkomstig van F.C Dordrecht.
Dan beginnen wij bij de eerste regel; Dordrecht wat zal ik er over zeggen.
Een regel die regelrecht overgenomen is uit de Ode aan Dordrecht van C. Budding’.

Vervolgens volgt een opsomming van gebaande paden eindigend op Een brug over de kerk zien en de Wijnstraat horen. Ik zie echt nergens in Dordrecht een brug over de kerk, ja soms een regenboog. De Wijnstraat horen ? Is die specifiek te horen dan ? Luistert ! Daar klinkt de Wijnstraat ! Neh.
Het gedicht eindigt met: Dordrecht is al achthonderd jaar lang het gevoel van thuis komen.
Dordrecht bestaat ten eerste al veel langer dan 800 jaar, slechts de rechten worden momenteel gevierd en ten tweede eindigt het gedicht met een giga-cliché en de enorme taalfout, thuis komen.

Tot zover de kritiek op het gedicht zelf, ik ga er vanuit en/of hoop dat de dichter beter kan.

Of de inzending van Kees Klok of mijn inzending beter is laat ik graag in het midden.

Een ander punt is dat het gedicht niet live is voorgedragen maar van tevoren ingesproken werd, wat dus geen performance is maar een videoclip, terwijl de andere twee kandidaten gewoon live voor de camera hebben moeten voordragen. In het juryrapport werd met name de performance van nog geen minuut geprezen als het nieuwe mirakel waardoor Juno het verschil zou hebben gemaakt. Dit is dus niet zuiver verlopen. Als ik ook de ruimte zou hebben gehad om mijn gedicht in te spreken dan was dat een stuk makkelijker gegaan. Een nieuw episch vers voordragen van vier minuten op een winderig Groothoofd met wapperend papier is een andere tak van kunst, kan ik melden.

En dan nog dit, de partijdigheid was niet goed gewaarborgd door deelname van Sjoerd van Lee aan de jury. Sjoerd is een nabije vriend van Juno Rissema, hij had zich terug moeten trekken uit de jury of zich moeten onthouden van stemming. Dit is nooit meer fris te praten.

Tot zover mijn bevindingen en bezwaren.

Ik wens Juno veel plezier met het stadsdichterschap, we zijn buiten deze kwestie ook nog gewoon binnenstadsvrienden en Juno is een inspiratie geweest voor een aantal van mijn gedichten. Voor mij is het de laatste keer dat ik mij heb laten verleiden tot het meedoen aan een literaire poppenkast, eerlijk gezegd was ik al lichtelijk bevreesd voor deze enorme aanfluiting. Het dichterschap is een vak wat ver verheven is boven politiek en verkiezingen en ik prijs mijzelf als dichter daarin een vrij en gelukkig mens. Groet,

Peter van der linden

over vriendjespolitiek en onzuivere procedures schreven wij vanmiddag al hier op de site pomgedichten punt nl. wij van pomgedichten schreven de wethouder van cultuur vanmiddag aan en vroegen om een verklaring – morgen hopen we hier te berichten over het antwoord.


Beste Wethouder – geachte mevrouw Huismans, voor ik mij richt tot de leden van de gemeenteraad  –  verzoek ik u te reageren op bijgevoegd artikeltje op de site pomgedichten –

De beoogde stadsdichter heeft zich niet aan de regels en afspraken gehouden –  de poëziewereld volgt deze misstap met argusogen omdat Dordrecht twee kanjers van dichters kent – de heren Kees Klok en Peter M. van der linden – de laatste nationaal en internationaal bekend.
 
Graag verneem ik uw commentaar, met groet pom wolff

Share This:

Toestanden in Dordrecht – schending afspraken procedure stadsdichterschap – WETHOUDER DORDRECHT PIET SLEEKING maakt zich voor het leven belachelijk. belediging dichters Peter M. van der linden en Kees Klok.

https://www.rijnmond.nl/nieuws/194903/Nachtburgemeester-van-Dordrecht-wordt-nu-ook-stadsdichter-Echt-bizar?fbclid=IwAR0qIGV3EUALRqMVF2tRB1rnO8fnTqWokkO96zJFkEc2D31ST3Kzy07lvus

Toestanden in Dordrecht – schending afspraken procedure stadsdichterschap – WETHOUDER DORDRECHT PIET SLEEKING maakt zich voor het leven belachelijk. belediging dichters Peter M. van der linden en Kees Klok.

het hele internet staat inmiddels op zijn kop. de wethouder ‘van heel veel’ maar blijkbaar van een heel klein beetje cultuur heeft het in zijn goed geknipte hoofd gehaald om het stadsdichterschap toe te schuiven aan de een of andere kapper die in de wereld van de poëzie totaal onbekend is en met een gedrocht van gedicht de komende twee jaar zich stadsdichter van Dordrecht mag noemen. Geen Josse kok, geen Kees Klok, geen Peter M. van der Linden – voormalig slamkampioen van Belgie, finalist in de poëzie finale van het nederlands slamkampioenschap NK slam, uitgegeven door een gerespecteerde uitgeverij – nee hoor allemaal niet en nada en niks – de wethouder Piet Sleeking van Ruimtelijke Ordening, Water, Vergunningverlening en Handhaving, Levendige Binnenstad, Cultuur en Toerisme, Monumentenzorg en Archeologie, Mediabeleid en Communicatie, Personeel en Organisatie inclusief Projectmanagement, Stadswerven, Gezondheidspark, Herontwikkeling Spuiboulevard/Maasterras

de wethouder van de levendige binnenstad Dordrecht dus – de heer Piet Sleeking – overal een mening over maar van poëzie nul komma nul  verstand heeft gemeend in een totaal verknipte bui om de gewezen kapper Juno Rissema met volgende gedrocht te eren met de titel die natuurlijk gewoon Peter m. van der Linden of Kees Klok toekomt:

moet u eens kijken wat een ellende – ‘dichter’- kapper  Rissema weet ook niet wat hij erover zal zeggen:

De tempel der beschaving

Dordrecht
wat zal ik er over zeggen
De stad, het eiland
of plek op de kaart
De Noord, Merwede
of de Maas
Het begin, de eerste
of geboorteplaats
Een brug over
de kerk zien
en de Wijnstraat horen
Dordrecht
is al achthonderd jaar lang
het gevoel van thuis komen

Juno Rissema 2020

nog erger is dat de procedureregels geschonden zijn – wij komen op dit ernstige falen en verwijt richting wethouder hier op de site terug – dit ruikt naar onethisch handelen, vriendjespolitiek en integriteitsschending. de wethouder kan zijn besluit nog terugdraaien, kapper Rissema kan ook zijn voorgestelde benoeming niet aanvaarden en het stadsdichterschap aan echte dichters overlaten – wij van pomgedichten roepen alle dichters op om vragen te stellen aan de wethouder – wij zullen dat zeker ook zelf niet nalaten. en wij zijn voornemens om de gemeenteraad en de gemeenteraadsleden van Dordrecht  te benaderen over deze onfrisse zaak. op de site van de gemeente lezen we:

Wethouder Piet Sleeking

Ruimtelijke Ordening, Binnenstad, Cultuur en Toerisme, Personeel en Organisatie

P. (Piet) Sleeking (Beter voor Dordt)

Moet u eens kijken hoe Peter M. van der Linden zijn bloedeigen Dordrecht beschrijft – en vergelijk dat met het broddelgedoe hierboven:


  de verjaardag

er was eens.. het totale niets
en toen.. de big bang
en toen was er even het beetje niks
na adam en eva en obelix

en toen ietsje later
op een fantastische vrijdag
ontsproot dordrecht uit het veen

kalm aan steen voor steen
over de dubbel langs de thure
werd de eerste stad verder nedergezet
door sjacheraars en pioniers

de stad kreeg vorm en ontving in 1220
een stukje perkament van willem en maria
met dertien plichten en rechten

het kreeg rond 1300 stapelrecht en
permanent macht over handel en rivieren
er ontstonden sagen en mysteries
over reuzin hanneken en sint sura

een gouden periode en juist toen
de stad in de bloei kwam
legde de waterwolf van elisabeth
in 1421 de handel en voorspoed en lam
de grote stadsbrand van 1457
kostte zeshonderd gebouwen

dordrecht werd een te omzeilen eiland
met een grote kerk havens molens
pakhuizen en markten voor vis
aardappelen wijn en honger

dordrecht werd een stad van twaalf poorten
addergebroed belastingontduikers zakkendragers
radbrakers dolhuisgespuis bottenkrakers

dordrecht dat belegeringen twisten
geuzen en een beeldenstorm weerstond
dat de statenvergadering de synode
en snode notabelen ontving

dat de gebroeders de witt in 1672 verloor
lafhartig vermoord en verminkt
hun bronzen beeltenis nog fier op stand

dordrecht was de schilderachtige wieg
van het geniale trio bol cuyp en scheffer

dordrecht dat bijna naar de kolere ging
naar de pest de tering de havens stonken
tot aan de galgenplaat tot aan de riolering

dordrecht werd een stad vol beweging en gepuf
van stoom gekraak van molens de paardentram
het groothoofd de maas de noord de merwede
de biesbosch van de vergulde os en oud krispijn
de kaalslag de plek waar pollerrammers zijn

dordrecht is de frikandel en paardenworst
waar de gen-x legging de klederdracht is waar
kunstmin plus bibelot keer xuan de loempiaman
waar budding’ ooit over zei ach wat zal ik er over zeggen

dordrecht stad van wantijpop- en bad
van de krakkemikkige krommedijk
waar het van tribunes schalt
dordtenare dordtenare heej heeej

dordrecht waar het hazelnootgebak schuimt
waar de kroeg de vrijheid te vaak leeg
waar de kauwgommuur het culturele goed
waar de blin-de-lie-den-gast-huis-steeg

waar je scheefleef en mekkert memmekaar
in een legpuzzel van duizend monumenten
waar schapenkoppen sloffen in schilderslicht
waar het leven altijd weer op de pootjes terecht
hier op ons submagisch eiland van dordrecht.
 
Peter M. van der Linden

Share This:

VON SOLO belt aan…. deze week bij schrijver-dichter Marco Martens



Vorige week fietste ik door Rotterdam. Het was warm en uitgestorven. De tijd vlak na het avondeten Iedereen zit het nieuws te kijken. Of wat daarvoor doorgaat. Ik fietste maar wat zonder richting. Schiekade, Coolsingel, Erasmusbrug, Maashaven OZ, Putsebocht, Oranjeboomstraat. Mijn hoofd liep langzaam leeg. In een opwelling bedacht ik aan te bellen bij schrijver-dichter Marco Martens. Zijn huis lag op de route en ik was benieuwd hoe het met hem en zijn gezin zou zijn.
De straat van Martens was leeg. Naar zijn voordeur loopt een trapje, dat perfect is om conform de RIVM-richtlijnen afstand te houden. Stiekem hoopte ik, dat hij me dan een koud biertje zou aanbieden en dat ik staande op de stoep en hij in zijn portiek dan samen zouden bijpraten onder het genot van een koude rakker. Schuchter sloop ik naar zijn voordeur en drukte door de stof van mijn trainingsjack op de bel. En hoorde niets. Wachtte even en stapte weer op mijn fiets. Het is natuurlijk in deze tijden ook een ongepast idee, zomaar ergens onverwachts voor de deur staan om te vragen hoe het is.
Thuisgekomen stuurde ik een berichtje met de vraag hoe het was en of de bel stuk was. De bel bleek losgekoppeld vanwege de herrie. Verder was alles naar omstandigheden goed. Hij vroeg waarom ik juist naar die bel vroeg. Ik legde uit dat ik aan de deur gestaan had. Martens zei dat, als ik hem gewoon een berichtje gestuurd had, hij wel opengedaan had. Wat we aan woorden wisselden over de app, verschilde waarschijnlijk niet veel van wat we anders besproken hadden. Niets bijzonders.
En toch. Liever had ik een stem gehoord. Precies dezelfde woorden. Voor een computer is dat uiteraard hetzelfde. Een woord is een woord en heeft slechts de betekenis, die ervan vastgelegd is in het systeem. Communiceren via een app is veel efficiënter dan op de dool ergens bij toeval belanden en aanbellen. De inhoud is niet afhankelijk van het medium zou je zeggen. Maar wat maakt inhoud nou anders, los van de drager? We hebben de imitatie van het leven geschapen naar ons evenbeeld. En om dat model overzichtelijk te houden moest het wel begrijpelijk blijven voor iedereen. Alles aan het model moest zin hebben. Geen plek voor onbegrijpelijke dingen.
Wat doet een hond aan zingeving? Wat is de ambitie van een kat? Waarom doen koeien en varkens niet aan yoga? Simpel, omdat het allemaal niet nodig is. Iemand die enkel gelooft in technologie en voorbestemming zou zeggen dat we stiekem qua intelligentie ingehaald zijn. Wat zou een computer bijvoorbeeld vinden van de zingeving die we als mens bedrijven? Dat al die slimme apparaatjes samen allang hebben bedacht dat wij als soort weinig bijdragen. Onze woorden enkel wat letters in volgorde zijn met een praktische betekenis.
Of hebben we zelf gewoon de makkelijke weg gekozen. Door alles weg te strepen dat we niet snapten of konden begrijpen en dat af te doen als zinloos en niet efficiënt en zo enkel nog streven naar een digitale kopie van het de ellende die we zelf konden verzinnen bij gebrek aan beter? En ons daar mee tevreden te stellen. Terwijl de tastbare wereld om ons heen langzaam vervaagt in enen en nullen.
 

VON SOLO
DICHTER, COLUMNIST,  PERFORMER EN CINEAST
Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl
 Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl 

Share This:

Merik van der Torren toch weer aan het bier – over toestanden in het Sarphatiepark rond de eeuwwisseling


Hoi Pom,
 Ergens rond de eeuwwisseling werd ik in het Sarphatipark, waar ik in het zonnetje een biertje dronk, aangehouden door een agent. Hij sommeerde mij het blikje bier op de grond leeg te gieten. Zo kon ik een boete ontlopen. Sindsdien heb ik nooit meer in het openbaar gedronken. Tot vandaag, zie bijlage, groet, Merik.


Biertje….?

Ik ga proberen bier te drinken,
op het plantsoen, bij het plein,
zonder er weer in te stinken
en bier en geld kwijt te zijn.
 
Op het plantsoen bij het plein,
geniet ik van de roes en de zon.
Hondje Betty, los van de lijn,
draait een drolletje in het gazon.
 
In Openbare Dronkenschap
ga ik proberen bier te drinken,
zing een liedje voor de grap,
groet de vogels en de dingen.


Merik van der Torren

Share This:

[Arie Arriveert, konings/wonings/balkonings-dag 27.04.2020] over Jan Slagter, de aandachtsgeile levensworm en over die andere wolk snot van Max, die eh… Sybrand Niessen





[Arie Arriveert, konings/wonings/balkonings-dag 27.04.2020]
 
 
Een luisterend oor
 
Konings. Wonings. De woordspelingen liggen op heden op (de almaar minder verlaten) straat. Hoe zou Seth Gaaikema in deze gekke tijd hebben thuis-gehouden? Gruwelijk. Je wilt je er geen voorstelling van maken. We doen er nu allemaal aan mee. Hij zou ons hebben willen overtreffen.
Onze vorst heeft juist gesproken (‘op Alexanderhalve meter’). Het feest moet vooral een binnengebeuren worden. Daar heeft deze hier even geen zin in. Te mooi weer. En nee, ook niet op het balkon het Wilhelmus gezongen. Heel BoLo hield zich trouwens stil. Maar het volkslied kreeg wel een prachtige uitvoering van het muzikaal intelligent gedownlockte ‘Coroninklijk’ Concertgebouworkest, op één tv-scherm bijeen geplakt uit de vele huiskamers en tuinen. Daar niet van.
Ach, op zeker moment maken niet alleen de opbeurende woorden (harten, riemen), applausjes, maar ook al die muziekjes uit wirwarren van mobiele videoschermpjes je murw. ‘Don’t stand so close to me’, ‘You can’t always get what you want’… Met dat opgewarmde lijk van een Keith Richards die niet lijkt te weten waar hij is, in ieder geval geen gitaar speelt. ‘You’ll never walk alone’… Juist wél toch? Ben ik nou zo gek of… En die fonetisch gedreven parodieën op bekende hits… (‘The liar tweets tonight… Vote him away, vote him away’. Ook de Trumpgrappen worden te veel. POTUS is zelf al, dagelijks, meer dan genoeg lachen en huilen tegelijk.) Dan komt er niks meer binnen. Zelfs het digitale Concertgebouw niet. Dan wil er van alles juist uit.   
 
Dus weg van hier. Verder weg dan op een te fietsen afstand is niet mogelijk met vrijwel alle vliegtuigen aan de grond (maatregelen ter financiële ondersteuning van de KLM aan de grond ‘hangen in de lucht’ hoorde ik laatst iemand – iemand anders dan komeet Baksteen – onbedoeld grappig zeggen). Gewoon anoniem ergens in een parkje of zo gaan zitten. Gelegenheid zat nu, dunkt me. Ik stap op mijn Gazellige, hoogbejaarde, staalvrij roestige ex-waddeneilandros en pedaal de ietwat slappe ketting op goed geluk zuidwaarts rond. Opvallend veel roodwitblauw aan de huizen. Een verbinder hoor, Alex. Vind ergens aan de rand van de stad, waar het bijna gaat polderen, zowaar een verlaten ogend doch goed onderhouden stuk groen. Prima plek om los van alle digitale coronareuring zonnig uit te waaien.
 
Lang duurt de rust niet. Krijg onverwacht gezelschap van een roedel wolven. Komen die helemaal van de Veluwe?? De dieren nemen wereldwijd de macht over, zeggen ze. Er zijn indrukwekkende filmbeelden van de faunaterreinwinst.
Alle gekheid op een vlaggenstok. Was door de Wolffjes in hun tuin uitgenodigd. Fijn bijbabbelen. Alles passeert. Het onderwijs in coronatijd, oude ervaringen. Vreemde leerlingen en leerkrachten. Generaties. Diverse soorten autisme. De dagelijkse coronacijfers. (De besmettingen. De IC-bezetting. De doden. Dat de groei gelukkig daalt. Dat er zelfs krimp… Dat er straks zeg maar ‘onder de x-as’ misschien zelfs een doodgewaande herrijst en naar het ouderlijk huis terugkeert. ‘Videobericht voor de heer Van Nazareth!’) Het cancelen van evenementen. Dat zoiets eigenlijk wel rustgevend is. Dat we niet gedacht hadden sommige dingen niet eens te missen, integendeel. De horeca op slot. Hoe zwaar sommige zelfbenoemde artiesten het zonder publiek zullen hebben, nog los van gederfde inkomsten. Er vallen (café)namen. Er wordt in de tuin ‘mees gemuild’ (die vogels hoor je nu ook veel helderder hè).
 
En via die doorgaans foute namen kom ik vanzelf op de naam Jan Slagter. Ook zo’n aandachtsgeile levensvorm. God ja, die is heel eng, moet mevrouw Wolff toegeven. Dat spotje, zeg ik, over dat luisterende oor. Je wordt ermee doodgegooid. “We zitten op dit moment in een crisis en ik kan me goed voorstellen…” Vooral dat bijna dwingende ‘ik kan me goed voorstellen’. Ik zie hem als een Jehova’s getuige naderen en een voet planten tussen vragen die ik niet heb. Nou komt het. Jan, vertel! “…en ik kan me goed voorstellen dat u behoefte heeft aan een luisterend oor, omdat u bezorgd ben, angst heeft of omdat u zich alleen voelt”. Nou goed, die mensen zijn er. Akkoord. Die doen een moord voor zo’n oor. Maar dat hoofd van die Slagter erbij. Daar zit ‘t ‘m in. (Heb ik tegenwoordig zelfs met Herman van der Zandt, ooit zo’n bescheiden jongen.) Dat hautaine. Die Smeetskop. Die standaard op drie dagen groei getrimde grijze grijnskut. Ik zeg dat die man me mateloos irriteert. Vooral door de toevoeging: “U kunt tegen lokaal tarief 24 uur per dag bellen.” Het idee dat je – om voordeel uit je belkosten te halen – de volle 24 uur achter elkaar lokaal tegen dat luisterende oor… O gruwel. Een samenwerkingsverband tussen omroep Max en de Luisterlijn, zegt hij, oké. Maar Slagter intussen alom aanwezig.
Dat was het? wil Pom weten. Nee! Niet alleen wil ik Slagter kortwieken – een Van Goghje op genoemd oor uitvoeren vind ik al afdoende – ook die andere wolk snot van Max, die eh… Sybrand Niessen. Ken je die uitdrukking? Omleggen! De naam al, Niessen, is coronatechnisch reden genoeg om 1,5 meter afstand te houden. De snijbrander op die Sijbrand, graag. Ach, maak er 1,5 km van. Want alleen schreeuwend presenteert hij zijn sneue, overbodige programma’s vol items en gasten die al in andere programma’s, waaronder het journaal, tig keer respectievelijk zijn uitgekauwd en doorgezaagd. Dat gemaakt enthousiaste gebulder. Alsof hij bang is niet gehoord te worden. En hetzelfde rondmondige baardgrijs, hè. Wat is dat toch?!
 
Mevrouw Wolff schenkt nog eens bij, komt met saucijzenbrodige snacks. (Zou ZIJ z’n broodje eten?) Wil je er een column aan wijden? vraagt Pom. Je bent er zo vol van. Ik voel een zekere woede die om kanalisering vraagt.
Hij lijkt mijn gedachten te hebben gelezen. Ja!
Daar valt over te praten. Hij raadt me wel aan vaker naar de radio te luisteren. Radio 1. ‘s Ochtends. Doordeweeks.
 
Door het strak blauwe zwerk vliegt zowaar een vliegtuig van bescheiden omvang over. Anouk, weet mevrouw Wolff.
 
          

Share This:

Anne van Walraven stelt bij het verleden een vraag

heeft mijn verleden
je al vals herkent
of ben je nog
wie je bent


Anne van Walraven
Instagram: @annexwalraven
Een brief aan jou is een ode aan de liefde. Sterker nog, een ode aan liefdesverdriet. Iedereen kent het wel. Je bent verliefd. Je bent gekozen en dat voel je in elk deeltje van je lichaam. Maar wat nou als de liefde steeds een beetje uit je vingers lijkt te ontsnappen? Anne van Walraven probeert in woorden te grijpen hoe het voelt als de liefde en de lust plaatsmaken voor onzekerheid, verwarring en angst. In openhartige brieven schrijft zij over haar gedachtes en gevoelens die voor iedereen herkenbaar zullen zijn. In de romantische en melancholische gedichten zal je even kunnen verdwalen. Tastend in het donker, maar niet alleen, nooit alleen.

Genre: Gedichten
Omvang: A5
ISBN: 978-94-640-3033-4
Aantal pagina’s: 112
Prijs: € 17,99
incl. verwerk- en verzendkosten naar Nederland en België
https://www.boekscout.nl/shop2/boek.php?bid=10344&utm_source=Promotiemailing&utm_medium=email&utm_campaign=10344&utm_content=Bestelknop

Share This:

Karin Beumkes op Alex Andersdag: ‘je liep het liefste in de mist, daar was het stil en licht en goed…’

Bonjour Pom
The Netherlands doeze pwa,



Opdracht


Je was niet braaf,
dat was je niet
je was het kind dat uit de ramen sprong
dat een pop neerlegde in het bed
perfect als alibi om in de nachten te verpozen.

Je had een ziel en grijze ogen
en je liep het liefste in de mist,
daar was het stil en licht en goed
daar vlogen roedels ganzen naar regenbogen.

Je was niet gek
dat was je niet,
je had een wens om elf te worden
die met twee puntoortjes van alles hoorde,
en vliegen redde uit een spinnenweb.

Nu sta je op de grond van eb
en haalt wat water uit de zee
gewoon omdat je iets te voelen hebt
en je hartje, ach, dat voelt wel mee.


Muziek: Liesbeth List – Heb het leven lief https://youtu.be/YMUc8WrxPss


Als altijd mijn liefs
Karin Beumkes

Share This: