Frans Terken wint de enige echte virtuele – vrij naar tijdloze dichtregels van vera van der horst – waar staan we nu eigenlijk met elkaar (wat zijn we?/waar zijn we?) – trofee op pomgedichten – Cartouche zilver en Lisan Lauvenberg brons

  • WEDSTRIJD GESLOTEN – dank aan alle dichters voor de prachtwerken die werden ingestuurd – best wel moeilijk deze week een winnaar of winnares aan te wijzen. ik neig naar frans, naar cartouche, naar lisan ook wel – eigenlijk wilde ik vera in het zonnetje – nouja hoeft eigenlijk ook niet – ze is een zonnetje. doen we gewoon frans goud, cartouche zilver en lisan brons. voor wie het past en van toepassing is een fijne moederdag. dichters dank voor de bijdragen – Frans, Gérard en Lisan van harte gefeliciteerd.

Dichter bij ademnood

Wij in een luchtbel die hoog genoeg
stijgt om stilstaand in te dansen
armen en benen gaan traag op en neer
dragen afstand binnen onze ruimte

hoe dan je hijgen een tekort aan adem
lijkt alsof de longblaasjes uitgeput
of grof door een stoflaag bestoven
het is zoeken naar zuurstof

dat ik je mond-op-mond wil
beademen maar dat het niet mag
laten we de gestelde maatregelen
stiekem met voeten treden

stap ik door het hete vuur
dat ik in je ogen zal blazen


© FT 08.05.2020

–>
Waar we staan en waarvoor we staan – Frans Terken sluit aan bij de corona-realiteit. dichter bij de ademnood dan we mogelijk al dachten. en dat we dan maar ten behoeve van de menselijkheid en de mede menselijkheid burgerlijk ongehoorzaam moeten zijn. de maatregelen met voeten moeten treden – om de ouderen – om de liefde – om wie ons lief is – tegemoet te komen en te omarmen. zo lees ik deze vurige omarming in dichters woorden.
  • Frans Terken – dat ik je mond-op-mond wil
  • Petra Maria – onweerlegbaar in de liefde
  • Cartouche – het wondermedicijn dat liefde heet
  • Rik van Boeckel – dans met de lichtstrepen
  • Lisan Lauvenberg – Tot er troost zal zijn en liefde.
  • Elbert Gonggrijp – in een stedelijke woestenij
  • Erika De Stercke – bij een toevallig treffen kleuren jouw ogen
  • Ien Verrips – ‘tis jij of ik
  • Vera van der Horst – Er was een tijd, dat we niets zeiden,…
  • Anke Labrie – onvermurwbaar is hij

wie wint de enige echte virtuele – vrij naar tijdloze dichtregels van vera van der horst – waar staan we nu eigenlijk met elkaar (wat zijn we?/waar zijn we?) – trofee op pomgedichten?
 
Wat zijn we vraag ik
als we dansen zoals we jaren dansen
op muziek van onderwaterviolen
meer de ogen, dan de huid

Waar zijn we vraag je
nadat de tijd weer is gevlogen
ver gevlogen en dichtbij
op de onderstromen


Vera van der Horst

Vorige week nog een beetje boos onze Vera, deze week toch echt als een eerbetoon aan deze vrouw, dichter uit eindhoven. nemen we een paar tijdloze regels uit haar oeuvre, ten behoeve van het wekelijks thema op pomgedichten – waarin  de vragen worden gesteld die in elke relatie wel een keer gesteld moeten worden.

waar staan we nu eigenlijk met elkaar (wat zijn we?/waar zijn we?) – aan de dichters is het om de vragen te beantwoorden, of om die vragen heen te gaan, of om  andere vragen te stellen. twee mensen centraal in één gedicht – daar gaat het om deze week – tijdloos of niet tijdloos gedateerd of niet gedateerd. we lezen u dichters zo graag dan weten we hoe we leven moeten, hoe het leven te moeten leven. u kent de regels bij deze veravanderhorsttrofee:
de gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak  – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.
je ogen wortelen
bij tijd
als bomen
in mijn ziel

ik weet wel
wat ze vragen
en het antwoord
staat al sinds
de eerste dag

onweerlegbaar
in de liefde
beschreven

petra maria

–>
wortelen en ziel zijn net niet mijn favo woorden en net aan die twee woorden is het gedicht opgehangen.




Drempelvrees
 
Voorbij de drempel ligt een wereld
te verkennen, winnen en verliezen
maar binnen raak je nooit, je blijft
steken waar huid aan huid schuurt
buiten jezelf treden is er niet bij
 
een godsonmogelijkheid, zelfs
als je hem overschrijden overweegt
op zoek naar kleur, leef- en ademtocht
steeds nemen wij onszelf mee op weg
naar die andere, die nooit genomen is
 
daar staan we dan, gepokt en gemazeld
zoals ik mij ons dacht – tegen al bestand
hoe bedremmeld met open oog en mond
gekapt en geschoren- verbetener dan ooit
gaan we voor ontraadseling van het virus
 
het wondermedicijn dat liefde heet
in staat het bloed een boost te geven
 
niet langer alleen onszelf te zijn
 
090520 / Cartouche

–>
bijna een filosofische benadering van hetgeen achter de corona-drempel een schier onneembare vesting blijkt te zijn. daar staan we dan – roept de dichter uit. ‘binnen raak je nooit’ – eerlijk gezegd komt het gedicht ook bij mij niet helemaal binnen al fladderen mooie woorden voor me op de grond.  ik vermoed dat ik dit gedicht nog 10 keer herlezen moet. het wordt wel steeds een beetje mooier – bij herlezen – met name de laatste drie regels.
 


Mezzoforte

Teder voel ik huidhonger naar jou
bezorgd aanzoeken op afstand

zingend zie je mij staan
het nakend liefdeslied in mezzoforte

pianissimo roep je vertwijfeld
neem de tijd speel met ‘t hart

twinkel de glimlach in de ogen
dans met de lichtstrepen tussen ons in.


Rik van Boeckel
9 mei 2020

–>
een wensdroom in muziektermen beschreven. de opdracht dat de woorden  tussen twee mensen plaatsvinden zeker volbracht. speel met je hart hoeft zij hem niet te zeggen – dat hart is bij Rik vanzelfsprekend.
Wie we zijn als we  

Ik moet een stem zijn 
voor de verdrukten 
die misbruikt en aangeslagen
op een hoop zijn geveegd. 

In de niet gekozen stilte  
schreeuwt elke mishandeling.
Elk verlaten kind, verstoten 
niet gehoord, geef ik geluid. 

Zodat het trilt en hamert
en trommelvliezen scheurt
Tot het slaan ophoudt
Tot er troost zal zijn en liefde.

©Lisan Lauvenberg
9 mei 2020

–>
 
lisan zet haar eigen persoon in om het onrecht te lijf te gaan. ik moet een stem zijn – zo voelt dichteres deze week de verantwoordelijkheid op haar drukken en ze geeft er inderdaad een krachtige stem aan. voor de niet gehoorden geschreven. mooi.
Beste Pom,
soms vraag ik wel degelijk af waar we als mens zijnde naar op weg zijn. Vandaar dit voor mij prangende gedicht…
Een fijne zondag nog gewenst,
Elbert


Dodo

Van die generatie die dankzij de dagelijkse dingen
koos voor een rigoureus oponthoud – de wereld niet
anders te willen dan haar te ontdoen van haar uiterste
grillen – een platgeslagen gekortwiekte natuur.

Ontheemde ratten in een stedelijke woestenij – tot
paren geneigd – als kuddebeesten verveeld te zappen
naar het eigentijdse eigenbeeld – te hijgen tot aan
de eindstreep van het doldrieste functioneren –
 
Elbert Gonggrijp,
Egmond aan den Hoef,
zaterdag 9 mei 2020
–>
die tweede strofe zag ik even niet aankomen. elbert pakt het thema deze week wel heel erg grondig aan – ontheemde ratten in een stedelijke woestenij. egmond aan den hoef spreekt zich uit over amsterdam. de corona crisis brengt enige rust in al die doorgedraaidheid waarin de dichter zijn woorden deze week als mokerslagen laat klinken.

Begeerte 
 
een krant op tafel
titels dringen zich op 
ik duw ze opzij
de koffie wordt lauw 

het stof nies ik wakker
de deeltjes tuimelen naar
een niemandsland
in het uur van de wandeling 

hoog staat de zon  
boven de verwilderde tuin
ik hark gesprekken tot
nieuwsberichten

op de bank 
bij een toevallig treffen 
kleuren jouw ogen 
de struiken tot ruikers 


Erika De Stercke 

–>
gelukkig maar die laatste strofe. en ruik ze erika dat het je lief is. ik wilde al roepen niet niezen niet doen in tijden van corona. maar als zijn ogen struiken kleuren tot ruikers – ja ga dan maar door alles en iedereen heen en ruik ze!




de stoep is niet meer
breed genoeg
voor tegelijk
 
‘tis jij of ik
één van beiden
moet eraf

Ien Verrips

–>
waar staan we? was de vraag? Ien best wel een beetje baldadig in  deze  grappige ‘eenhapscracker’, deze bijdrage.
 
Toen het zover was, dat ik zei

Als je wilt dat ik mee naar boven ga,
laat me dan zitten tot ik zelf opsta,
want als je zegt: kom mee naar bed,
voel ik enkel nog verzet.

Er was een tijd, dat we niets zeiden,
we deden, zaten, lagen, vrijden.
Gevrijd, gevreeën, we, vreemd als dat
woord, hebben ons vermoord.
Ik ben vrij, ben jij tevreden,
dat ik nu zeg: we is weg.

Vera van der Horst

–>
 vera doet in haar eigen wedstrijd mee. misschien hier de laatste twee regels te uitleggerig – wellicht overbodig –  we hebben ons vermoord – was al best wel duidelijk hoor. beste veer dank je voor de twee bijdragen deze week.

Ha Pom,
Hierbij een kleine bijdrage, net geschreven (wilde toch meedoen) .
Beetje veel denken, voelen en missen de laatste tijd.
inderdaad: waar staan we.
Een goed weekend verder
 Hartelijke groet,


afstand
 

geen millimeter wordt haar toegestaan
bij de afstand die hij heeft bepaald
voor elk protest blijkt hij stokdoof
 
de dood als wrede handhaver
zelfs als het haar geliefde is
en ze al jaren slapen in hetzelfde bed
onvermurwbaar is hij bij haar tranen
 
anke labrie

–>
een rake vaststelling – het leven lijkt gegeven maar het kan ook zo maar worden afgenomen. zonder een millimeter aan ruimte voor medeleven of empathie.

Share This:

VON SOLO op TEMPTATION ISLAND



Gisteravond zat ik met mevrouw Solo ‘Temptation Island’ te kijken. Een televisieshow waarin gelukkige stelletjes hun relatie op de proef stellen ieder apart met respectievelijk een peloton vrouwelijke of mannelijke verleiders in een resort met veel alcohol te gaan zitten. Het is één van de weinige programma’s waar ik wel een uurtje voor wil gaan zitten. Om te zien hoe mannen verleid worden door ingehuurde jonge strakke dozen en hun vriendinnen daar dan om moeten huilen bij een kampvuur. Pure, eerlijke emo-televisie. Net echt. Mevrouw Solo was van mening dat ik het op zo’n eiland nog geen dag zou uithouden zonder ten prooi te vallen aan de verleidsters. Ik antwoordde uiteraard, dat dat niet het geval zou zijn.

Toen ik een jaar af vijftien was kuste ik mijn eerste meisje. Een lief meisje dat iets kleiner dan mij was. Met donker haar en lichtblauwe, verwachtingsvolle ogen. Erg lief, denk ik. Ze zat bij mij op school. Zij zat in een mavoklas en ik deed vwo. We kennis aan elkaar gekregen op dansles. En op een gegeven moment hadden we voor het eerst gezoend. Op een dag ben ik eens thee gaan drinken bij haar thuis. Ze woonde op een dorp een kleine tien kilometer van het onze vandaan. Toevallig ook het dorp waar mijn moeder geboren was. Het huis had wat gelige gordijnen. En een leren bankstel. Haar vader was een ruwe, norse man die zijn geld verdiende met stuken. Van haar moeder schrok ik. Ze zag eruit als een onderdanig, afgeleefd mens. Een verwaarloosde, afgetakelde versie van haar dochter. Pluizig haar en een beige huid met grijze wallen onder de ogen.
We hadden nog geen verkering. Dat wilde ze wel, maar ik zag het nut er niet van in. Zelf haar vriendinnetjes vroegen me met nadruk verkering met haar te nemen. Maar dat wilde ik niet. Dat was deels jeugdige onzekerheid, deel een rebelse houding. Maar belangrijker was, dat ik mijn vrijheid niet kwijt wilde. Toen kon ik nog nauwelijks een idee hebben gehad van wat vrijheid in zijn volle omvang in houdt, want, dat weet ik nu op mijn vijfenveertigste nog steeds niet. Hoe dan ook kwam de verkering er niet. Het kan geweest zijn dat ik op een schoolfeest zoende met een ander meisje dat zich aandiende. Een type ‘Christiane F.’ Ze smaakte niet naar snoep, zoals je dat kent uit je jeugd. Ze smaakte naar goedkope lippenstift van het Kruidvat en halfzware shag. Ze straalde iets meer ‘vrijheid’ uit.

Mijn vriendinnetje wilde me daarna uiteraard niet meer zien. Haar vriendinnen kwamen verhaal halen. Zo goed en zo kwaad als dat gaat probeerde ik uit te leggen dat er geen andere reden was voor mijn daden dan dat ik vrij wilde zijn. En dat ik niet snapte dat je geen twee vriendinnen tegelijk kon hebben. We hadden immers geen verkering. Dit kon op geen enkel begrip rekenen. Wat ik van mijn kant dan ook weer niet kon begrijpen.
Door de jaren heen heb ik in de liefde voortdurend keuzes moeten maken. Soms waren mijn keuzes beter dan op andere momenten. Elke keer de belofte makend aan mezelf en de ander dat ik het de volgende keer beter zou doen. Maar spijt heb ik nooit ergens van gehad.
Ik zou best naar Temptation Island durven.


VON SOLO
DICHTER, COLUMNIST,  PERFORMER EN CINEAST
Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl
Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl 

Share This:

bettie – over schooljuffer verbeet

Bettie heeft het hoogste woord:

meneer wolluf dat is niet zo netjes van u he’?  als de doktors dat lezen hier op 8 hoog in de VU dan sturen ze u meteen door naar die nog maar nauwelijks gevulde CARONA IC afdeling en duwen ze meteen een buis uw keel in. wat is er bettie? wat heb ik nou weer gedaan. nou u heeft mevrouw verbeet schooljuffer genoemd. en mevrouw verbeet is altijd rond 4 mei op haar hoogtepunt. en vrouwen op hun hoogtepunt noem je geen schooljuffer. ojee bettie krijgen ze echt allemaal op de IC zo een buis in hun keel? is dat omdat je dan niet meer de waarheid kunt zeggen of is het om je beter te maken maar op een manier dat je nooit meer de oude wordt en dat je in ieder geval de eerste maanden je mond niet meer zult opendoen? hoe zit dat op de VU? Bettie? en u heb ook aan de koning getornd meneer wolluf! daar houden de doktors ook niet van. als u niet uitkijkt dan duwen ze twee pijpen uw keel in. een voor de koning en twee voor mevrouw verbeet. Well, it’s one for the money, Two for the show,… bettie – elvis zong het al:

voor die schooljuf verbeet

het was
zo als het meisje zei
je haalt het slechtste in mij boven

ik glom
en straalde trots
zo opgeruimd zo blij

en zei
het is bevrijdingsdag
kind wij zijn hier vrij

te tornen
aan de koning
en aan zijn willemsorde

pom wolff

Share This:

Merik van der Torren en de geur van oude bomen – samen alleen in schrijfgroep de Klus


Hoi Pom,
 In deze crisis komt Schrijfgroep de Klus natuurlijk ook niet bij elkaar. Maar voorzitter Tito de Vries geeft telefonisch de thema’s door aan de hand waarvan de dichters van de Klus thuis kunnen schrijven. Zo kreeg ik gisteren het thema “Wind”, dat me inspireerde tot het tekstje in de bijlage, groet, Merik



Na sluitingstijd

Er waait een zuchtje door de bomen
door de bladeren van platanen
door de pluimen van het riet.
 
Er waait een briesje door mijn haren.
Ik hoop dat ik hier kan blijven,
met hondje Betty op schoot,
glas wijn in de hand,
met die bries in mijn haren
en de geur van oude bomen.

Merik van der Torren

Share This:

een onstuimige Peter Posthumus: “vergeet de hele rest – het sterven kan beginnen..”

Hoi Pom,
Hierbij mij Corona drinklied bedoeld voor een onstuimige quarantaine:



niets is geiler dan het goedgevulde glas
20 whisky’s in een bierpul
en verder geen gezeik, 
geen gelul

aan geld nu even geen gebrek
wie daarom zeurt
krijg de korone. krijg de tering
eerst de drank en dan de nering

geen geneuzel. geen gekruip
de roes dat is het leven 
het gaat om rigoreus gezuip

het allergrootst houvast
schuilt in drank en glas
zet dus je tanden in de fles
slurp de scherven mee naar binnen
vergeet de hele rest
het sterven kan beginnen

stof is wat we zijn
wat tijdelijk stuift
slaat neer, lost op
tot een kadaver
wat is er meer dan
de dans macabre

Peter Posthumus

Share This:

Anne was



jij gaat
dus ik was
ik hoop
tot gisteren

Anne van Walraven
Instagram: @annexwalraven



.
Een brief aan jou is een ode aan de liefde. Sterker nog, een ode aan liefdesverdriet. Iedereen kent het wel. Je bent verliefd. Je bent gekozen en dat voel je in elk deeltje van je lichaam. Maar wat nou als de liefde steeds een beetje uit je vingers lijkt te ontsnappen? Anne van Walraven probeert in woorden te grijpen hoe het voelt als de liefde en de lust plaatsmaken voor onzekerheid, verwarring en angst. In openhartige brieven schrijft zij over haar gedachtes en gevoelens die voor iedereen herkenbaar zullen zijn. In de romantische en melancholische gedichten zal je even kunnen verdwalen. Tastend in het donker, maar niet alleen, nooit alleen.

Genre: Gedichten
Omvang: A5
ISBN: 978-94-640-3033-4
Aantal pagina’s: 112
Prijs: € 17,99
incl. verwerk- en verzendkosten naar Nederland en België
https://www.boekscout.nl/shop2/boek.php?bid=10344&utm_source=Promotiemailing&utm_medium=email&utm_campaign=10344&utm_
content=Bestelknop

Share This:

dat ze een school sloopten voor hout vader…

Share This:

Karin Beumkes droom – ‘Hier beleef ik weer het wreed geheim het vissen villen met de blote handen…’

Alle corona’s Pom


Ritueel

In de stilte van de nettenschuur
blijft de geest van de visserman hangen
hier liggen de zilveren schubben nog steeds
je lieslaarzen, je gele oliejas,
je bundel met zeemansgezangen.

Hier beleef ik weer het wreed geheim
het vissen villen met de blote handen
rood en rauw worden mijn nagelranden

Jij stond er altijd bij te zingen
dit ritueel verandert niet
ik ben het meisje met de vlechten
jij bent de trotse Inuit.


Muziek: Grace Slick – Dreams https://youtu.be/bv98M7iZwAI


Als altijd al mijn liefs
Karin Beumkes

Share This:

Vera van der Horst witheet na bespreking van haar gedicht in de zondagochtendwedstrijd


Nijhoff zei al: Een gedicht bestaat niet alleen uit woorden, maar uit woorden en hun stilte.
En Wislawa Szimborska zei: Wanneer ik het woord stilte uitspreek, vernietig ik haar.



Moment

Als ik jou lees

sijpelt schoonheid in mijn brein
behoort mijn lijf niet meer aan mij
ben ik het ademen voorbij

de schrille stem van een kind
ijlt weg naar vanwaar het komt

bloesemblaadjes geplukt door de wind
hoor ik één voor één vallen op de grond.

Vera van der Horst
 
pom: ik kan het niet onderdrukken hier te schrijven – ochgossietoch – vera schrijft van een diep verstild voelen – de kindjes terug de baarmoeder in – dichteres zelf het ademen voorbij en het lichaam bevrijd en overgegeven – aan de liefde natuurlijk. hoort ze toch nog romantische blaadjes op de wind. ja heerlijk! als deze dichteres de liefde bedrijft leest de gelukkige partner het allemaal later heel mooi beschreven terug. EN HIJ STAAT! in veraas bundel.
 
en toch vind ik het gedichtje mooi en oprecht.
Of ik ben met het verkeerde been uit bed gestapt of Pom.
Ik lees altijd graag de poëzie en niet minder graag de commentaren, waar ik me meestal in kan vinden, maar vandaag niet.
Allereerst het commentaar op mijn gedichtje verbaasde me, dat Pom er een stuk erotiek in legde, die ik er niet bewust heb ingestopt en dat is overigens niet de eerste keer. Het beschrijft voor mij een gevoel van afsluiting wat soms ervaar als ik gedichten van bv Wislawa of een schrijver die me helemaal in zijn/ haar boek trekt.

Het kind is in letterlijke zin mijn buurmeisje, die erg kan schreeuwen, maar ik dan niet meer hoor, of het kind in mezelf, ik kan niet ontkennen dat wat pom leest ook mogelijk is, maar
vind het onterecht dat het alleen daarop beoordeeld wordt.
Overigens zal niemand in mijn bundel staan, want er komt nooit een bundel, omdat ik mijn werk daar niet eminent genoeg voor vind. Mijn gedicht hoeft geen medaille, maar verdient ook de woorden agossie en toch, in toch wel mooi niet. Of het is mooi of niet. Ik snap het woord toch hier niet bij.

Ten tweede:
Niets ten nadele over het werk van Rick en Petra in het algemeen, ik heb daar mooie dingen van gelezen
maar vandaag vond ik beiden wat minder.
Bij Petra verwijderde Pom zelf een strofe die ik ook wat onbegrijpelijk vind en bij Rik kwam het woord stilte zo vaak voor dat het leek of hij schreeuwde: en nu stil, of zoiets.
Als je bij andere inzendingen ook de helft schrap, hou je betere gedichten over dan deze 2.
Over Lerou en Gonggrijp hoor je me niet.
Och het is geheel niet mijn gewoonte direct en onmiddellijk in de pen te springen, maar ik had geen stilte in me vanochtend, zullen we maar zeggen.
Maar wel gefeliciteerd, alle winnaars!!
Het is en blijft toch een prettig en bij wijlen amusant zondagochtend item, dat ik niet graag zou missen.
Ik schrik van mn eigen spraakzaamheid en herrie, maar lees het niet meer over en zet mn wijsvinger toch op zenden.

– commentaar redactie: de kern van Vera’s verhaal lijkt mij de opmerking die ik uit Vera’s verhaal citeer: ‘ik kan niet ontkennen dat wat pom leest ook mogelijk is..’ dichters ben ik dankbaar voor het inzenden van een gedicht voor deze wedstrijd. Vera ook natuurlijk. ik ga er op de zondagochtend voor zitten – ik lees een gedicht, ik laat het gedicht tot mij doordringen, lees het gedicht nogmaals en schrijf over mijn leeservaring. tegen half 11 in de ochtend bepaal ik mijn voorkeur, die ik uitdruk in goud zilver en brons – allemaal virtueel. de dichter is natuurlijk niet van de gedachtenpolitie in de zin dat de dichter zou kunnen bepalen wat een lezer zal lezen, wil lezen of gewoonweg leest. ik las over een kindje terug naar de baarmoeder – zo gek is dat niet als Vera schrijft over een kindje weg ijlend naar waar het vandaan komt.
voorts lees ik in het gedicht de passage: “behoort mijn lijf niet meer aan mij
ben ik het ademen voorbij” – ook nu in de middag lees ik daar over een mogelijke erotische passage. iets van versmelten – het lichaam behoort de persoon niet meer toe – lees ik. Vera geeft een geheel andere verklaring het is haar goed recht als lezer van dit gedicht. over een loeihard schreeuwend buurmeisje dat vera toch niet hoort schreeuwen terwijl de hele buurt 112 belt. alles is mogelijk blijkbaar in haar gedicht.

Share This:

Max Lerou en Elbert Gonggrijp winnen de enige echte virtuele – in de stilte van de dag zijn de dingen zoveel mooier soms – de in stilte verzonken trofee op pomgedichten – brons voor Rik van Boeckel en Petra Maria

 
twee gedichten van de stilte – ik kan er niet omheen verdienen  meer dan goud – max lerou en elbert gonggrijp. (de verkorte versie). alle dichters dank je wel voor het insturen van de soms heel kwetsbare stiltemomentjes die in woorden hier aankwamen. delen Rik van Boeckel en Petra Maria (ook de verkorte versie) vandaag het brons. moet de conclusie zijn dat de amsterdamse joffer betsy repelius een waardig eerbetoon in poëzie is gegeven. dank jullie wel.

Pom lieve vriend, de straat kent een stilte zoals nooit.
de nacht doet er een schepje bovenop.
 

nachtzicht
 
ons huis kent rust
zoals rust wel wordt geëerd
sereen omhangen
 
de straat is solidair – gerucht noch wind
zelfs de bomen zijn wat saai vanavond
ze staan daar maar een beetje
 
als een man op leeftijd enigszins bedaard
aardig kaal en ook de huid is dun
je ziet de ringen eer hij is doorkliefd
 
ml

–>
een mooi stilleven – de huid dun inmiddels. je voelt dat elke woord meer er een teveel is. ook in de recensie.


 

RONDOM
 

Wij leven onze eigen plek, kijken naar wie wij
zijn om dat niet te gaan vergeten – ogen zonder
weet van het één of ander. Wij hadden alles
kunnen betekenen: deze stilte, dit landschap.

Deze bomen en het water. Wij bestaan elders,
in gedachten, zoals paarden. Wij blijken zo goed
als zij, bedenken hoe het is om een dier
te bedoelen, hier, in dit ogenblik.

Toen wij het niet wisten, toen het ons zocht,
toen het ons zag, riep, voelde. Laat het zingen
aan de wind, laat het deinen aan de golven,
zachtjes, om de stilte heen.

Laat de pen de hand proberen,
stilte om de dichter heen
– in stilte stilte dichten –
 
Elbert Gonggrijp,
Egmond aan den Hoef,
vrijdag 1 mei 2020

–>
het is al prachtig maar ik kan het toch niet laten – om het gedicht dat nooit meer zo en nooit meer zo goed geschreven kan worden uit de woorden te destilleren – elbert zet een verstild wereldwondertje neer in de nederlandse taal:
 
Wij hadden alles
kunnen betekenen: deze stilte, dit landschap.
Deze bomen en het water.

Toen wij het niet wisten, toen het ons zocht,
toen het ons zag, riep, voelde. Laat het zingen
aan de wind, laat het deinen aan de golven,
zachtjes, om de stilte heen.

Laat de pen de hand proberen,
stilte om de dichter heen
– in stilte stilte dichten –


van de stilte dichten is een kunst.
  • Petra Maria – niets zeggen haar ogen
  • Elbert Gonggrijp – toen het ons zocht, toen het ons zag
  • René Hillenaar – mijn stilte is ongehoord aanwezig
  • Frans Terken – laat je onhoorbaar zien
  • Rik van Boeckel – dichtbij de pijn stil van binnen
  • Jako Fennek – dit stilleven ontdaan van elk rumoer
  • Vera van der Horst – het ademen voorbij
  • Anke Labrie – het korenblonde zacht
  • Erika de Stercke – om de mijmeringen te verstillen
  • Max Lerou – de huid is dun je ziet de ringen
  • Cartouche – een hele wereld voor me


wie wint de enige echte virtuele – in de stilte van de dag zijn de dingen zoveel mooier soms- de in stilte verzonken trofee op pomgedichten?
 
we nemen een schilderij van betsy repelius van 100 jaar geleden als uitgangspunt – de verstilling die zij wist uit te drukken – de kunstenaar in zijn werk verzonken. dichters herkennen die stilte waarin en waaruit het gedicht kan ontstaan. graag lezen we van uw contemplatie – de regels als vanouds: de gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak  – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.

 
toen je stilte stuurde

niets
is me liever
dan eenvoudig mooi

het bloemblauw
vers gescand
natuurlijk in het licht

een meisje
drinkt in stilte woorden
denkt hem goddelijk lief

en ik
ik kan in stilte
niet meer denken
ik kan het denk ik niet


pom wolff

voor het raam
wuift de varen
een stille beweging

en als de klok niet
kon hij het geluid
verdragen

zo’n zeldzaam moment
als de lage zon voorbijkomt
schaars

niets zeggen
haar ogen
wees maar stil

we zijn het
gewoon
het is al samen

petra maria

–>
de dingen zoveel mooier soms als ze verstild verzonken zijn – we gaan dit weekend de stilte in, lieve lezer – de stilte om ons heen in woorden van de poëzie  – de gedachte alleen al is bevrijdend – het dagelijkse gekakel ver weg en achter ons – hier geen anderhalve meter, geen vliegtuigen meer, geen politiek, geen erwin wennemars, hier hebben de dichters de poëzie voor het zeggen. het is zondagochtend vroeg, we gaan de stilte in! Petra Maria laat de varen wuiven bij een lage zon. er wordt niets gezegd – een gedicht over samen zijn. subtiele beelden. twee laatste prachtige strofen – ik laat er één aan voorafgaan – de andere woorden hoeven niet.
 
 
 
voor het raam
wuift de varen
in de lage zon

 
niets zeggen
haar ogen
wees maar stil

we zijn het
gewoon
het is al samen



ZONDER GELUID

ik heb altijd wel wat
kruimels dood op zak
ze zwijgen als de pest
en branden als de hel

ik zou er eenden mee kunnen voeren
maar ach wat weten vogels nou
van virussen en bange mannen
ik poets mijn tanden en ben braaf

mijn stilte is ongehoord aanwezig
ik hou van iedere wolf op mijn pad
leven is maar schuin afgesneden
ik ben het brood dat mij eet

de tuinman vlucht voor het sterven
maar ach het leven in Ispahaan
glimlacht om alles en niets
zolang de zon op aarde schijt

© René Hillenaar 

–>
ik zeg net teveel nadruk rené, te nadrukkelijk de uitleg ook – het gedicht om die prachtige regel heen geschreven – ‘ik ben het brood dat mij eet’ – dit gedicht zou meer van dit soort mysterie moeten kennen – de stilte TE aanwezig – dat is het. dan valt de stilte weg. de ik persoon neemt haar plaats in – en het gedicht valt daarmee buiten het gevraagde thema.

Dichter bij de stilte

Hoe we met niets omkleed
samen de dagen voeden
we mijden elk geluid
dat ons van ons stuk kan brengen

ademloos luisteren we naar elkaar
een oogbeweging zegt genoeg
als jij een of twee keer knippert
trek ik een wenkbrauw op

laat je onhoorbaar zien
dat er van onrust nu geen sprake is
beter zwijgen we die gewoon dood
kijken in stilte toe en knikken

met een vinger op de lippen
bergen we in brokken weg
wat we dan zouden moeten zeggen
bewaren dat voor een andere tijd


© FT 02.05.2020

–>
het gedicht om die prachtige verstilde oogbeweging heen geschreven. een oogbeweging die genoeg zegt. de tweede strofe brengt de dichter, dichters verdere woorden in het nauw. de beweging zegt al genoeg en de dichter neemt toch verder het woord. ik als lezer blijf liever in dat eeuwig durende verstilde moment. daarover mag de dichter wat mij betreft eindeloos schrijven – dan weet de lezer van de eindeloosheid van die ene oogbeweging. ik stel een vergrootglas voor voor dat oog, voor dat ene ogenblik, voor die ene eindeloze blik in de eindeloosheid van de ingehouden adem.
Pom, in stilte dit gedicht geschreven voor de enige virtuele.
Groeten, Rik


Tijd om stil te zijn

Stilte van binnen
zonder woorden
tijd om stil te zijn
dichtbij de liefde
dichtbij de pijn

stil van binnen
als een dichter van rust
stil zonder zinnen
‘t hart gekust

gedachten geven
zich over aan een gedicht
oren slaan geluid op
trommels smeken om genade

tijd om in stilte
de tijd te verdragen.


Rik van Boeckel
2 mei 2020
–>
waar de stilte deze dichter brengt. mooie beelden mooie zinnen – dichtbij de liefde en dichtbij de pijn – de dichter van dienst aan het woord – de dichter van rust – mooi gevonden – het hart gekust – de tijd in stilte te verdragen –  een soort weldadige weemoed legt rik hier in  woorden van melancholie. dichtbij wat het leven hem gegeven heeft – ver van  wat de dichter normaal gesproken in zijn andere werken zo uitbundig bezingt. we lezen in wezen een omgekeerde rik van boeckel – die als de corona economie min of meer in contemplatie tot stilstand komt.




Ha pom, bij jullie ook zo koud? Moet iets van vervroegd ijsheiligen zijn, althans zo voel ik dat. Het thema ‘in stilte verzonken’ past erbij. Geniet van een fijn weekend, groet, jako.

geluidloos
 

mijn toevluchtsoord de diepte
waar onderaan de stenen treden
gehamsterd bier
toiletpapier en stilte
muur en vloer bekleden
 
te midden van dit stilleven
ontdaan van elk rumoer
bezoeken mij gedachten
als meeuwen vissersschepen
 
slaat de klok zijn laatste slag
zwaai ik jou bekoring toe
                              
jako fennek

–>
jako schetst een stilleven met elementen uit het leven. waarom het echt om gaat lijkt de dichter ons te willen meegeven in de laatste twee regels van het gedicht – als de tijd tot stilstand komt resteert nog iets van haar bekoorlijkheid – gedachten als meeuwen – hahaha daar hebben we weer iets terug van de oude jako. ik bedoel te zeggen met de tweede strofe had het gedicht mogen beginnen – en dan willen we nog veel meer van die gedachten lezen.  waarheen ze ook vliegen of uitvliegen.


Nijhoff zei al: Een gedicht bestaat niet alleen uit woorden, maar uit woorden en hun stilte.
En Wislawa Szimborska zei: Wanneer ik het woord stilte uitspreek, vernietig ik haar.



Moment

Als ik jou lees

sijpelt schoonheid in mijn brein
behoort mijn lijf niet meer aan mij
ben ik het ademen voorbij

de schrille stem van een kind
ijlt weg naar vanwaar het komt

bloesemblaadjes geplukt door de wind
hoor ik één voor één vallen op de grond.

Vera van der Horst

–>
ik kan het niet onderdrukken hier te schrijven – ochgossietoch – vera schrijft van een diep verstild voelen – de kindjes terug de baarmoeder in – dichteres zelf het ademen voorbij en het lichaam bevrijd en overgegeven – aan de liefde natuurlijk. hoort ze toch nog romantische blaadjes vallen op de wind. ja heerlijk! als deze dichteres de liefde bedrijft leest de gelukkige partner het allemaal later heel mooi beschreven terug. HIJ STAAT! in veraas bundel.
 
en toch vind ik het gedichtje mooi en oprecht.
 


liggend landschap

als ik me behoedzaam omdraai
zie ik het korenblonde
zacht bewegen naast me
gekoesterd door de eerste zon

hier blijf ik wonen voor altijd


anke labrie

–>
het zal geen toeval dat de beelden van de schilders hier min of meer overeenkomen. het beeld van petra maria ook hier bij anke in woorden gegeven. het zachte bewegen van iets heel natuurlijks – weliswaar hier meer onbestemd – in de ochtendzon. een stil gevoel dat de wens tot eeuwigheid in zich draagt.

Verstilling

 Hier aan mijn tafel 
waar de wereld in zwijgen stopt
kijk ik naar de muren 
woelige tijden zijn er op afgeketst

door het raam 
zie ik de nacht in verlichtingspalen 
de snelweg ver weg 

hoe avonturen 
achterwege blijven op lege schalen 
de barsten houden zich koest

een snee in de vinger
de meloen op het tapijt
ik laat hem liggen 

nip aan het glas wijn 
om de mijmeringen te verstillen


Erika De Stercke 

–>
hier wint proza het van de poëzie – de poëzie lezen we in de regels:


hoe avonturen 
achterwege blijven op lege schalen 
de barsten houden zich koest


die regels hoeven geen nadere verklaring meer. ik zou ook niet weten hoe het verder moet met het gedicht. over de barsten dan maar – dat in het craquelé van de tijd de stilte huist zoals de stilte inmiddels ook in haar is geslopen na die zo onstuimige liefde voor hem van weleer

Verstillen

 
Als ik mijn ogen sluit
alleen
zie ik een hele wereld
 
voor me
aan mij voorbijgaan
je sprekende ogen
 
uitgangspunt
en navel
ongehoord kloppen
 
streng
maar rechtmatig
in mijn bestaan
 
03-05-2020
Cartouche

–>
o – hahaha – zo beschrijft onze cartouche de belangrijkste zaken des levens – ogen en navel maar dan komt het – ook het uitgangspunt – hahaha – ik kan dit gedicht na dat woord niet meer serieus beschouwen – bulderend lig ik hier in mijn flatje in de jordaan drie hoog achter op de grond – buurvrouw beneden zal wel denken – meneer wolluf heeft weer eens teveel gedronken en vindt zijn bed niet makkelijk. meneer wolluf ziet hele werelden waar geen werelden zijn. meneer wolluf heeft weer eens een gedicht gelezen waar ie ondersteboven van is. waar het onderste boven is komen drijven.
hoe dan ook ZIJ heeft de dichter  bewogen – zij beweegt via Cartouche hier deze lezer ook.

Share This: