Dank aan alle inzenders deze week – ‘Je bent mijn liefste woord. Je spreekt jezelf en maakt me mens, maakt me licht en zwaar en vederlicht: een mens en alle mensen.’ – Camperts woorden als inspiratie deze week. Max Lerou voegt er nog een grote bij. Heerlijke recalcitrantie – is dat een woord? – wint. de eremetalen naar Martin Berghoef GOUD! met heerlijke zelfspot zijn gedicht. van harte – de commentaren leest u onder de gedichten – Hannie Rouweler zilver – zij maakt van JA voorlopig maar even NEE- en brons is voor Vera vd Horst – niets is gaande schrijft zij, niets is aangeraakt. zo is dat, zo mot dat als de wereld om je hen in brand staat. Van Harte ook dames.
lievelingsbot
ik lag tussen lege blikken en een broek vol brandgaten
te denken dat jij het misschien nog waard was
je kwam niet met nieuwe vloei niet met troost maar met de geur van je afwezigheid
je bent dat bot dat ik al tien keer heb uitgekotst en toch steeds weer in m’n bek steek omdat ik niks beters ken
je bent niet mooi niet lief niet vergevend
maar je kent m’n rotkop en spuugt me niet uit
dat is liefde denk ik
Martin Berghoef – ja zo is ‘een jij’ ook te bezien. zonder opsmuk, rechtvaardig haha, een jij beschreven zoals ze weinig worden beschreven in romantische verhaaltjes. een mooie typische berghoef – om af te leren teveel van de liefde te gaan houden. en dat alles beschreven in dichterlijke termen van de liefde.en dat het maar niet tot botbreuken mag leiden.
Jij bent mijn liefste woord: NEE
Ik zeg het nog maar eens weer nee en nogmaals nee en als een meisje of dichter dat bedoelt dan is het zo!
Ik zeg dus nee tegen alles wat jij bedoelt en zegt en ook tegen de onzalige wankele plannen die je hebt.
Het is nee en het blijft nee.
Voor nu, morgen, overmorgen.
Hannie Rouweler (Leusden)
haha duidelijke taal uit Leusden – leuk dat Hannie mee doet met de wedstrijd – recalcitrant daar blijkbaar de trend. we kunnen zo de slam in – JA! – NEE! en als een meisje nee zegt bedoelt ze ook nee, en als dat meisje ook nog dichter is dan is het twee keer nee! ook al is twee keer links rechts. laat ik het zo zeggen als Hannie het uit maakt dan is het goed uit. leuk gedicht.
Goedenmorgen, was wel even lekker dat weer, nu ik nog, haha. Liefs Vtje x
Het regent nog steeds
Regen van het miezerige soort, daarvoor was ik á la minuut doorweekt, maar ik ben doorgelopen tot het bijna over was er is niets gaande
Jij liet het regenen, zoals je: ook de zon liet schijnen, die me verbrandde de wind met mn haar liet spelen en alle nachten volle maan er is niets aangeraakt
Vera van der Horst
ja hoor deze mag er zijn – een donkere situatie schets en dan staat toch ineens alles in vuur en vlam. en hoe graag de lezer ook mee wil doen – de dichter staat het niet toe in de slotregels van de strofen.
Max Lerou – tijd voor diepgang
Martin Berghoef – in termen van de liefde
Hannie Rouweler – Nee
Cartouche – Jij
Anke Labrie – een man van woorden
Vera van der Horst – zoals je
Frans Terken – elke dag jij
Rik van Boeckel – voor het liefste woord
Luk Paard – jou noem’k lentedroom
Rob Mientjes – om samen te verdwijnen
wie wint de enige echte virtuele – vandaag naar Camperts regel -‘Je bent mijn liefste woord.’- zondagochtendtrofee op pomgedichten.nl? in dit soort tijden moeten we de inspiratie maar halen bij de grote dichters – of drinkers of uit u zelf – de regels van Campert als inspiratie op de pom deze week: ‘Je bent mijn liefste woord. Je spreekt jezelf en maakt me mens, maakt me licht en zwaar en vederlicht: een mens en alle mensen.’ u kent de regels: gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.
JA
had ik dit land verlaten als ik van haar bestaan geweten had het gaat per uur nu harder jij wat is dat toch
ik zoek een mens van mens gemaakt die mij de bodem uit de hel laat schreeuwen en die dan nog ja dan nog naast me ligt
en als mond van tederhout zou ik wijken voor je woorden zou ik ? misschien is ja het mooiste woord
pom wolff
op de valreep, nu ja valreep we zijn nog een uur voor de deadline, dalen we af met die andere meester
afdaling met gerrit
eenmaal in de kist is er nog genoeg tijd voor diepgang sprak hij zo mag ik graag zeggen waar het op staat
pikkie noga en groenzoeter de voosbinkies van nette meijer verdelen de zachte als piemelbrie over een besmetbak
ik sla liever harde woorden op het aambeeld van miesponem en oetekwa de moker voor pannelap en zomerplaag
ml
ha die max – dank voor de bijdrage op de valreep aan de pom. de groten zorgen altijd voor diepgang – zoals het leven zich ontvouwt zo zullen de dichters schrijven en leven.
Jij
zoals je daar zat aan de tafel, geen gezicht het hoofd in de schaduw de pen in je rechterhand gebogen boven een blank vel
de frons op je voorhoofd een vinger op de lippen zoekende naar dat ene onbestorvene
recht voor mij in een flits de hemel- zon die over je aangezicht en mij -niet meer mezelf vuur en vlam streek
zinnebeeld van een woord dat mij voor ogen ons de mond blijft branden een mens een moord-
vrouw als jij
05-04-2025 / Cartouche
heel apart gedicht – met kleine leesvertragingen is de dichter uiteindelijk aangekomen waar en bij wie hij wilde zijn. bij haar. – ‘een mens een moord’.. dat lees je niet vaak – en die ‘hemel’ – ‘zon’ schijnt ook niet ieders kamer in. de dubbelheid van ‘geen gezicht’ is een prachtige vondst. hier hebben we weer een van Cartouche’ magische ongrijpbare gedichten. en gelukkig gewoon in de mail opgestuurd zodat al het wit goed staat afgedrukt tussen deze enerverende strofen.
thuis
een man van woorden ben je nooit geweest je ogen spraken meer dan je ooit zeggen kon
je armen om me heen bouwden een huis een stevig veilig huis ook zonder woorden
uiteindelijk noemden we het thuis het allermooiste woord
anke labrie 05-04-2025
campert benoemt het als het mooiste woord – anke draait het gegeven om. Camperts JIJ – maakt me mens, maakt me licht en zwaar… – die hij behoeft niet veel woorden om voor altijd die JIJ te zijn. er hoeven geen woorden bij zeg maar.
Goedemorgen Pom, Dank om weer een stil te staan bij de woorden van Campert, dat maakt de dag meteen mooi. Weekendgroet, zonnige dagen nog! Frans
Elke dag jij
Dat het elke dag jij is om het met een woord te zeggen meer heb ik niet nodig
hoe jij me heel maakt als er iets stuk valt ben jij de lijm zoals je ongebroken naast me staat
in alle donker licht jij louterend op geen hand voor ogen of je grijpt me vast en laat niet los
levendig als lente ben jij bloesem bloeiend in de bomen zon voor de mensen om je heen
kortom een eerbetoon aan de rots in de branding naast de dichter, naast de ik in het gedicht – hoe heel te worden? de keuze voor zo iemand om je heen. mooie lieve woorden. een dankjewel.
Het woord van waarheid en geluk
De liefdevolle tijd van het woord laat gedachten langzaam los zowel in de stad als in het bos
de poëzie der stilte weerspiegelt zich van binnen naar buiten via het geluid van woorden is ritmisch onder de muziek geplaatst met stemmen van deze hoofden praten
woorden zijn akkoorden van overtuiging sluipen naar binnen in zinnen over de waardevolle tijd van vrede de reden voor antiracistische vrijheid
overdag wordt de stilte doorbroken door de hartstocht voor het liefste woord van waarheid en geluk.
Rik van Boeckel 5 april 2025
een analyse van hoe de woorden gaan en zich verhouden tot de tijd, de vrede, de waarheid en het geluk verwacht je niet op de zondagochtend. bij de dichter van Boeckel weet je het maar nooit waar de woorden heen gaan – in op gaan – het eindresultaat mag er zijn en is hoop vol. een gedicht voor de vrede.
zo…zondag en dus de wedstrijd ter pom wolff die geen wedstrijd is en toch’n zondag blijft…ik schrijf as in’n lentedroom…dat dit’n woord is om van te houde
“ lentedroom”
hoe huid zich door zon en lentegeure asof’r zovele vlinders zachtdartel en ik aan je kriebelbuik met tedere vingers
bloesem en bestuive ‘n alles bloeie laat in zachte klanke gedrage we ligge ergens op’n zucht
we blaze vlinders en kusse de dag onder ons door late onze drome wolke jou noem’k lentedroom
nodig LUK PAARD maar uit voor de lentekriebelsweek op de scholen – en de lente kan beginnen – alle dromen wolken – haha – wat een heerlijke onstuimigheid – en ga maar liggen op een zucht – een prachtig beeld – bij deze dichter lig je met comfort – een heerlijk lentegedicht – zo hoort de lente te beginnen.
Goedenavond Pom Vanuit de tuin het liefste woord gefloten. Vurrukkeluk zogezegd.
Liefste woordenwissel
Blinkend in de zon op de hoogste tak borst vooruit zoek ik contact
bomen verder goede verstaander fluit me terug vanwege liefste woord
we zijn er nog niet uit de jouwe of de mijne hoe hoog hoe laag het hoogste woord
snavel dicht zon onder over naar het liefste woord vurrukkeluk stuk staarten echt omhoog
ik doe jouw boom jij de mijne om samen te verdwijnen in ons liefste woord
Rob Mientjes
ik zeg het bij de mientjes in de tuin in brabant is het één vogelparadijs – de dichter in de tuin – de vogels om hem heen – ik zeg doe er een wit wijntje bij en noemen we vrij naar de mensen van PROMENADE brabant het nieuwe zuid frankrijk. ik geef toe ‘noord frankrijk is het nieuwe zuid frankrijk’ is leuker. maar toch.
Hartelijk dank voor je beoordeling Pom. Zit inmiddels blozend van trots aan de koffie hier. Een fijn begin van de zondag voor deze bejaarde dichter. Mooie site waarop altijd wat dichterlijks en/of liederlijks te beleven valt. Lees ook de epistels van Von Solo (woont twee straten verder) met veel plezier. Mis onze Gerdin Linthorst wel, en zeer taalvaardige en bovenal aardige dame. Kun je haar niet verleiden zo af en toe weer wat neer te toetsen voor ons aller welbevinden? Hartelijke groeten, Ton
nu met een reactie van gerdin: ‘Voor Ton doe ik alles!!! – Liefs van uw DinLin’
Openhartige openbaringen van de Jeff Koons van de vaderlandse powezie.
Afgelopen weekend zag ik in de stad een poster hangen. Vier woorden vielen me op: Rotterdam, Shell, waterstof, Berlijn. Er liep een rilling over mijn rug. De liefde voor mijn thuishaven is geen onderwerp van dispuut. Ook al is het soms haat-liefde. En ik weet dat Rotterdam zich probeert te profileren als hippe stad. Maar het in één adem noemen van deze twee steden voor marketing doeleinden legt wel heel duidelijk een zere zenuw bloot.
Deel 301. Rotterdam-Berlijn
Onlangs had ik het geluk een weekje in Berlijn te mogen vertoeven met mijn gezin. In Friedrichshain wel te verstaan. Oud Oost-Berlijn. Een ‘buurt in opkomst’. Voelde helemaal als thuis. Al na een dag was me echter duidelijk dat Berlijn een biotoop is, dat zich niet laat meten op polderschaal. ‘Hip’ kreeg ineens weer een andere lading dan de tegenwoordig geïnstitutionaliseerde hipheid van de Nederlandse ‘grote steden’. De yoga meiden en de barber boys. De hele meute blanke middenklasse bakfietsgezinnen, die allemaal niets willen missen. Voorspelbare veilige wegwerp hipte. Het moet ook weer niet te hip worden. De hipheid moet wel een beetje uniform blijven, anders snappen we het niet meer. En wat we hier in Nederland niet snappen, dat marginaliseren we, of maken we kapot met een clusterbombardement aan bureaucratische regeltjes.
Maar waarom is Rotterdam dan niet het Berlijn van Nederland? Heel simpel. Rotterdam is niet te vergelijken met Berlijn. Laat ik hiertoe een aantal mythes ontkrachten.
Rotterdam heeft erg geleden onder de oorlog en Berlijn ook. Dat klopt. Maar de schaal waarop is niet vergelijkbaar. Bij het bombardement vielen achthonderd doden. Bij de slag om Berlijn honderdduizend slachtoffers. Ook de vernieling staat niet in vergelijkbare verhoudingen.
Rotterdam is multicultureel en Berlijn is ook kosmopolitisch. De cijfers vertellen ons dat in Rotterdam vierenveertig procent van de bevolking wortels heeft buiten Europa. In Berlijn is dat achttien procent. Berlijn is dus in dat opzicht een ‘blanke stad’. De culturele dynamiek zou dus bij ons veel groter moeten zijn. Maar daar is weinig van te merken.
Het belangrijkste echter, is dat Rotterdam zich tracht te verkopen. Heel erg hard. Het meet zich dus alles aan, dat de marktwaarde verhoogt. Shell-waterstof-Rotterdam-Berlijn. Maar daaruit kan ik enkel concluderen dat Rotterdam het niet heeft en Berlijn het niet nodig heeft. Ze zouden ons vierkant uitlachen. Jazeker, dat zouden ze doen. Niet iedereen natuurlijk, maar zeker een aantal. Er zouden er zelfs de straat op gaan en stenen beginnen gooien. En dan zouden er ook nog een aantal de straat op gaan om met knuppels de stenengooiers te lijf te gaan. Want zo doen ze dat in Berlijn. Kampfzeit!
In het overwegend blanke en zeer grote Berlijn is het spectrum van subculturen veel groter. En ook radicaler. En dat is waar het verschil zit. In Rotterdam moet alles voldoen aan het Stalinistisch stilisme van het kannibalistisch kliekje dat de culturele diversiteit bepaalt. En er moet een heldere prijsvorming zijn. Anders snappen de boekhouders het niet meer. En graag licht verteerbaar en controleerbaar. Anders raken de hipsters in paniek. En je pop-up shopje in het uniform gerenoveerde pand van de almachtige woningbouwvereniging heeft ook bestaansrecht zolang de gesubsidieerde huurkorting geldt. Als het grote geld, lees de bakfietsblanken met torenhoge hypotheken, de wijk in komt, mag je oprotten, dan heeft de hipte zijn marketing doel gediend. Maar weet, dat vooral alles zonder monetaire waarde weergaloos is.
Ik kan me nog goed de Love Parade van 1997 in Berlijn herinneren. Rauw, met afwijkende wagens, rare vogels en demonstraties. En de Dance Parade het jaar daarop in Rotterdam. Een evenement, tot in de puntjes geregeld. Levi’s en t-shirts. Clean en ingekaderd. En dat is het verschil. Berlijn is een demonstratie van wat een stad als organisme vermag. Wat er van Rotterdam over is, is een georganiseerd commercieel evenement. En zo werkt het met alle hippe evenementen in Rotterdam. Alles moet zo breed mogelijk uitgemeten. Ontdekken is er niet bij, want in de voorverkoop moet de opbrengst dekkend zijn, anders begint men er niet meer aan. Ten slotte nog een laatste bevinding om het af te maken. Afgelopen week was ik weer bij één van mijn favoriete hipster koffie tentjes, Man met Bril. Goeie koffie. Industrieel uiterlijk. Jong, quasi slonzig personeel. Alleen dan dat bordje: ‘PIN only’. So not-Berlijn.
Nee, het is niet Rotterdam-Berlijn. Het is Berlijn. Met heel erg in de verte een echo uit een heel andere put. In kleine letters. Onlangs heb ik ook een aantal dagen doorgebracht in Düsseldorf. Dat is veel meer te vergelijken met Rotterdam. Even groot. Ook twee bruggen over een rivier, een soort Euromast en op de koop toe elk jaar een kerstmarkt. Maar zo’n vergelijking verkoopt natuurlijk niet.
feeërieke danseres die als het lente is slank en dubbelbloemig roze trillend in de wind mooi is voor de show
alleen geen vogel zet zich daarin neer geen hommel snoept ervan
nu denk ik zal ik haar dit voorjaar komen troosten mijn armen om haar heen slaan in mijn kast hangt nog een oude kimono met een borduursel van lichtgele draken.
Het was een broze hulpkreet. Paniek. Help. Twee keer. Help! Onverstaanbaar bijna. Maar zonder twijfel paniek. Breekbaar en indringend kwam het keihard binnen. Richtingloos. Nog geen minuut geleden. Thuisbrengen kon ik het niet.
Pas nadat de streekbus voorbij geraasd was, zag ik haar. Aan de overkant van de Breestraat het afschot van de stoep trotserend in zo´n rolstoel die in ieder verzorgingshuis voorbij de schuifdeur staat. Daar zat ze, grauw en grijs als de kabeljauw uitgestald op de markt om de hoek. Eenzaam worstelend voor een grote glimmende etalageruit. Beide handen met de knokkels bleek rond de grijze banden van het onding geklemd. De trottoirband steeds naderbij. ¨Help me!¨ Blinde paniek spatte uit haar benepen blik. ¨Alsjeblieft!¨
Terwijl ik de losgeschoten veiligheidsremmen terug in de juiste stand aan het manoeuvreren was, vertelde ze dat ze in haar rolstoel woont. Met haar wijsvinger priemend in het niets. ¨Ze hebben mij er laten vallen.¨ Daar. ¨Ik kan niet meer lopen.¨ Daar. ¨Mag er nooit meer uit¨ Daar. ¨Maar mijn dochters laten mij gelukkig om beurten uit en vandaag is het die dag.¨ Haar grip verstijfde. Nog voel ik haar handen rond m´n polsen kloppen. ¨Dankjewel.¨ Tranen dreven op haar gezwollen ogen. Ik vroeg haar om haar naam. Ze dacht even na en haalde beide schouders op. ¨Daar,¨ zei ze. Dat is wat ze zei.
¨Zal ik je zeggen wie jij bent?” Na met een knipoog een vette glimlach te hebben bevrijd stromen duizend woorden over bewegingsloze lippen. Ik voel haar sidderen. Ze ruikt naar hageldauw op lentegras. Eva resoneert in mijn ganse lijf totdat de vrouw mijn beide polsen loslaat en kwijlend met haar kin op de borst in een staat van apathie belandt.
Juist op dat moment zwaait de winkeldeur open en begroet haar dochter haar met de woorden. ¨Zo moedertje, dan kunnen we nu weer lekker verder samen op stap,¨ en wenst mij vervolgens een prettige dag.
dank aan alle dichters die instuurden deze week – we kwamen in alle uithoeken van het land – waar de wiegjes stonden – de eerste jaren van het leven werden beleefd met alle elementen van vroeger – mooi toch zo de zondagochtend met poëzie – over heo het vroeger was – ik kies qua eremetaal voor de eenvoud en dan kom ik tot twee keer goud – een keer goud voor IEN VERRIPS – met haar in alle eenvoud belichte trapje – die en passant Ellis van Atten in het zonnetje zette en een keer goud voor MARTIN BERGHOEF – hier in de de jordaan op drie hoog achter ook wel bergboefje genoemd – jong en van de eenvoud schoon zijn wiegeliedje. van harte gefeliciteerd!
Hoi Pom,
Ik zag de eerste regel van je zondagwedstrijd over die wieg enzo en verder kwam ik niet. Mijn gedachten gingen uit naar het allereerste gedichtje dat ik schreef op de eerste cursusdag van woordkunstenaar Ellis van Atten. Dat was in januari 2018. Misschien voldoet het niet aan de opdracht maar het is toch een soort wieggedicht. Dus daar komt’ie.
verlangend naar de lente naar de koeien in de wei de herinnering aan vroeger de klok, het houten trapje, de boerderij
Ien Verrips
ja hoor in alle eenvoud verlichte waters bij de boerderij deze woorden – lucebert zou er trots op zijn. en ellis was het ook al natuurlijk – laat ik zeggen in zeggingskracht kan cartouche – hieronder – er een puntje aan zuigen. poëzie is soms een houten trapje. en dat zal alles zijn – schreef jan arends in zijn recensie op het leven – ook geldig voor dit gedicht.
dwarrelliedje
slaap maar ik de wereld is te groot voor mijn kleine handen
wiegt de wind mij zacht of is het de sneeuwstorm die mij wiegen zal
er is geen maan vannacht geen sterren om op te wensen alleen de schaduw van morgen
slaap maar joh dromen duren langer dan geluk
Martin Berghoef
met een algemeen geldende waarheid in de laatste strofe zingt martin zijn eigen wiegeliedje. jong en van de eenvoud schoon.
Rik van Boeckel –vanaf 16.30 treed ik met reggaeband The Dub Ark op in café De Stamboom in Den Haag
Frans Terken – van boven de berg af naar de kleine stad
wie wint de enige echte virtuele – en waar stond uw wieg – trofee op pomgedichten.nl?
de zangeres zingt fragiel over kwetsbaarheden, in de krant wordt vandaag verhaald over een jonge actrice die moest wennen aan het hectische leven in de 020-stad – het parool natuurlijk – of over die media vrouw die nu op het bachplein woont – deftig amsterdam – maar als boerendochter het boerenland van haar geboorte ophemelt (toch verhuist ze niet terug – haha zou ik ook niet doen) – hoe dan ook waar stond uw wieg en wat heeft het met u gedaan of wat heeft het u gegeven. we lezen graag van authentiek en zo – en dichters kunnen dat geven – u kent de regels – gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.
snackbar bastiaans
zat op de plek weer waar ik ooit ook met mijn vader snackbar bastiaans, velsen noord tafeltjes buiten en de zon oplichtend rood
op de fiets toen ijsje ola nu kroketten en wat brood
straks het kanaal langs voorbij de sluizen tot de boot als je eindelijk de weg vindt in ijmuiden loopt ijmuiden dood
pomwolff
Goedemorgen Pom, Ja, waar mijn wieg stond, dat weet ik nog goed; bij deze mijn bijdrage. Weekendgroet, Frans
Hooggelegen
Gebakerd in doeken lag ik in een bakje in de Vroedvrouwenschool zag een zuster boven mij bewegen dacht eerst dat dat mijn moeder was
ging ik gelukkig met echte moeder van boven de berg af naar de kleine stad waar het leven door de straten stroomde
Pleegzuster Bloedwijn om mij groter te groeien dat was later moeder verwende me met brood en bad nou ja in een zinken teil mocht ik plonsen tot het water koud was
goed gekweekt in katholieke sferen en verzorgd tot op het bot het heeft niet standgehouden de kerk verder links laten liggen de geur van wierook enkel nog in hippietijd het stadje verruild voor het wilde westen
van hoog naar laag, van het zuiden naar het westen. een mooi inkijkje – hoe het kan vergaan – de zinken teil – de kerk van zondag met wierook en al – en moeders die er altijd voor je was. een herinnering om te koesteren. mooi Frans.
Goedemorgen Pom Dit gedicht gaat over het begin van mijn leven in Den Haag tot aan vandaag want vanaf 16.30 treed ik met reggaeband The Dub Ark op in café De Stamboom in Den Haag.
Met dichterlijke groet Rik van Boeckel
De wieg van het leven
Mijn wieg in het Statenkwartier geeft het leven enig vertier tussen de schouders van ouders
het leven in Den Haag leidt naar Leiden laat het optreden in de Stamboom verblijden opent het pad naar poëzie met muziek
in de wieg danst ‘t hart van de kleuter op de driewieler word ik de peuter op school de puber met Hoornik en Slauerhoff
zo gaan de jaren naar Vinkenoog en Lorca en vallen de dagen warm en droog in Lisboa bij het zittend standbeeld van Pessoa.
Rik van Boeckel 29 maart 2025
ook een inkijkje – meer een doorsnede van het leven zoals het tot nu toe en tot gisteren zaterdag werd geleefd door rik van boeckel en band. en vanaf vandaag weer blijmoedig voorwaarts.
Ha Pom, Geboren in Nieuwerkerk aan den IJssel, waar ik mijn jeugd doorbracht, speelde De Hollandse IJssel een belangrijke rol in mijn leven. De inspiratiebron voor meerdere gedichten, waarvan deze er een is.
Een mooi weekend met heel veel poëzie! Hartelijke groet, Anke
de ogendichtrivier
de smalle hoge dijk op onbepaalde plaatsen spiegelglad
het strooizout schaars
doodstil zit ik achterin mijn voeten om de schooltas heen geklemd
pal naast me beneden het diepe donkere water
bij elke bocht knijp ik mijn knokkels wit om de harde leuning van de bank
vandaag wordt het heelal door Buschauffeur bestuurd
wensen wij van hier Anke een mooie dag, een mooie ochtend, feliciteren wij dichteres en schilderes met haar verjaardag – een nieuwe fase – een nieuwe lente – een nieuw geluid voor mooie jaren. en dat de angsten bij de Ijssel voor goed gevangen zijn in het gedicht.
zo zondag…ter pom wolffs site de wedstrijd die geen wedstrijd is die zondag nu …dààr in’et boerengat…’et pajottenland…noem’et maar zo:
” paard & land ” luk paard
waar de adem die’et alles begon ‘et leve en ik de gebore zoon de eerste buitenlucht de nieuwe stapjes
dààr waar’et bloed stroomt door me alles heen ‘et kloppende hart dàt begin
‘et paard de rockdichter met liefde doordronge in’et thuisland ‘et boerengat pajottenland’et zware ploegenland
“laat de paardjes laat de wind laat’et grauwe door de zon losbreke”
wij spiegele ons tot mooi elkaar de boerenjongens en paardenmeisjes ‘et pajottenland dat ik vanuit de wieg van altijd en voor mij’et paardenland
in het zware ploegenland stond – mogen wij lezen – lukpaards wiegje – en wat zij toen nog niet wisten en wij lezers nu al een leven lang – van die bruisende fontein de spraakwaterval – de taalexplosies – een leven lang het levendige leven van de woorden zinnen strofen paards.
atmosfeer
de lucht was er om te snijden pall mall streed met samson en geur van de gebraden haan die wachtte op het mes
de tafel helemaal uit oisterwijk met eikenhouten asbak overvol daarnaast de aangebroken nieuwe vieux de fles bleef altijd open
gordijnen in de kleur campari 7up vitrage bruin met eens in het kwartaal een emmer water en de magie van nicotine die zich als thee uit het kant trekken liet
en in het kamertje voor met zicht op de kade tussen muren van een oud verhaal lag te vroeg de prachtige kleine met een vreselijk kabaal ontrukt uit zijn wiegje van vlees en bloed
ml
de kleine in het kamertje voor en het kabaal – haha – ja de kleine lerou liet zich al snel horen en zo is het een leven lang gebleven – de ingrediënten van het oude leven goed en vakkundig wel gesmeerd en goed doorrookt in het gedicht aangebracht – de nicotine te trekken als thee – bruine vitrage en geelfluweel de mode. de meubels uit oisterwijk in dezelfde tinten – erg stevig aanwezig.
Eerbetoon aan een Wolff
De tenenkaas van de ongewassen voet was niet opgewassen tegen jouw goede zorgen. De wieg van het gewenste kind, die altijd leeg was.
Waar deze zin vandaan kwam weet niemand. Nooit. Zinnen waaien af en aan, golven beuken met hoofdletters en punten.
Ik vond de zin dankzij een Wolf in wolfskleren. Hij zet mijn hersens aan en dat is het echte goud.
Jorge, bijna 1 April
graag aanvaard het eerbetoon dor Jorge Bolle dat alle kanten aanvliegt en opvliegt. we zetten op de vroege zondagochtend de koffie en de hersens aan. zo moet dat.
Waar mijn wieg stond? Mag het ook de kinderwagen zijn? Groet, Rob
Sjans en veria
aan de tap zag ik vader langs mijn moeder staan in boerenkiel met zakdoek gouden jongens in hun hand
vrolijk leven in de brouwerij de muziek op carnaval brulde ik om etenstijd hoge nood en honger
moeder buigt voorover wiegt mijn kinderwagen het gaf zowaar wat troost geinen op fanfare
mijn eigen polonaise vierde ik wat later met natte luier ratels melk ging er snel weer in
het tuinpad op met vader vol sjans en veria mams Weens walsend zingt Duits een aria
Rob Mientjes
rob mientjes een carnavalskind – niets meer aan toe te voegen.