JORGE BOLLE en ELBERT GONGGRIJP winnen de enige echte virtuele – van welke straat,  streek, of stad –  (wijk of dorp) houdt u voor goed voor altijd en forever

NAFISS NIA:
‘Laat het moment
niet ontglippen –
houd de hoop vast –
blijf even.’

met en mede dankzij de inspirerende woorden van Nafiss Nia van Granate hielden we deze week de enige echte virtuele zondagochtendwedstrijd – met werkelijk prachtig veel en prachtige inzendingen – dichters dank jullie wel. de plekken in het leven die er mochten zijn voor de dichters en die een leven lang meegingen. de amsterdam jury – kiest deze week voor twee keer GOUD! we werden er een beetje stil van – van de poëzie van  JORGE BOLLE maar ook van ELBERT GONGGRIJP – gefeliciteerd beiden – lees en geniet zou ik zeggen – de commentaren onder de gedichten spreken voor zichzelf.


Nieuw West

In de dijk van de Lelylaan
liggen mijn hamsters en cavia’s
ondiep begraven
toen gleed ik met mijn slee
vrolijk naar beneden

Op de dijk rijden nu treinen
de kleine botjes trillen
een paar keer per dag
mijn jeugd ver en verder weg

Een keer beet een hamster
dwars door mijn vinger,
die ik later
veel later
opstak voor een vraag

Jorge Bolle

ik ken de locatie in 020 nieuw west – ik moet bijna een beetje huilen bij de tweede strofe – die strofe is zo vreselijk mooi: over die caviabotjes die een jeugd verder weg doen trillen – prachtig –  maar dan nog mooier gezegd door Jorge. je zou bijna willen dat Nafiss Nia deze strofe op de Lelylaan aan de dijk laat graveren:

Op de dijk rijden nu treinen
de kleine botjes trillen
een paar keer per dag
mijn jeugd ver en verder weg

 

EENVOUDIG GELUK


De klokken beieren hun tijd, de duinen verkleuren
in hun tertiairen – ik heb mijn dorp nog nooit zo
geliefd als nu, hier op het bankje gezeten, terwijl
het mij zo vertrouwd had geleken, terwijl ik het
beter ken dan wat dan ook. Het is weer eens
herfst en de vogels vliegen over.

Iedereen zou gelukkig moeten zijn, in dit park, met
deze grazige weiden, de bollenvelden, die ene oude
straat en de eeuwig aanwezige zee – maar de mens
een vluchtige groet en het vee slechts het vee – en
waar zijn toch de nachtegalen?

De rimpelroos een vertrouwde vreemde en
de nijlgans mij insgelijks. Ik kan het steeds 
herhalen hoe mooi en zeldzaam het voor
mij geworden is, maar zo gewoon in het
dagelijks bivakkeren – 

Elbert Gonggrijp,
Egmond aan den Hoef,
zaterdag 11 oktober 2025

ook bij Elbert lezen we een wonderbaarlijk mooie tweede strofe – wat mij betreft had hij het gelaten bij deze prachtstrofe – poëzie dendert hier de kamer in –

Iedereen zou gelukkig moeten zijn, in dit park, met
deze grazige weiden, de bollenvelden, die ene oude
straat en de eeuwig aanwezige zee – maar de mens
een vluchtige groet en het vee slechts het vee – en
waar zijn toch de nachtegalen?


soms val je stil door de alles innemende schoonheid van dichters woorden.

  • JORGE BOLLE – in nieuw west
  • ELBERT GONGGRIJP – in Egmond aan den Hoef
  • MAX LEROU – in de doubletstraat
  • FRANS TERKEN – Langs de Dwarswatering
  • ROB MIENTJES – a road to nowhere
  • RIK VAN BOECKEL – aan de Leidse Oude Rijn
  • DITMAR BAKKER – IMPRESSIE VAN LEIDEN
  • IEN VERRIPS – omringd door waterland
  • CARTOUCHE – terug in ‘Ereslo’
  • VERA JONGEJAN – in het Amsterdamse Bos
  • CONNY LAHNSTEIN – Heimwee naar Noord-Holland
  • VERA VAN DER HORST – het huis waar het begon
  • LUK PAARD – in het “pajottenland”

wie wint de enige echte virtuele – van welke straat,  streek, of stad –  (wijk of dorp) houdt u voor goed voor altijd en forever?
uw lievelingsstraat of wijk of dorp of een andere door u geliefde plaats waar de indrukken levenslang bij de dichter blijven en met U dichter meegaan. dan weten we waar we moeten zijn als lezer – we lezen het graag – doe ik Buitenveldert – u kent de regels van de zondagochtendwedstrijd:
gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak  – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.
NAFISS NIA van GRANATE vandaag – 𝘇𝗮𝘁𝗲𝗿𝗱𝗮𝗴 𝟭𝟭 𝗼𝗸𝘁𝗼𝗯𝗲𝗿, verzorgde de feestelijke opening van #PoëzieOpDeStoep Buitenveldert! Tijdens de wandeling droegen de dichters hun eigen gedichten live voor. 𝗦𝘁𝗮𝗿𝘁𝗽𝘂𝗻𝘁 en gastheer/vrouw: 𝗗𝗲 𝗕𝘂𝘂𝗿𝘁𝗸𝗮𝗺𝗲𝗿 (𝗗𝘆𝗻𝗮𝗺𝗼), 𝗔𝗿𝗲𝗻𝘁 𝗝𝗮𝗻𝘀𝘇𝗼𝗼𝗻 𝗘𝗿𝗻𝘀𝘁𝘀𝘁𝗿𝗮𝗮𝘁 𝟭𝟵𝟱–𝟭𝟵𝟳, 𝗔𝗺𝘀𝘁𝗲𝗿𝗱𝗮𝗺 –


ach ja

dichters zijn niet van de wereld
niet van de mensen
noch van de stad

dichters zijn nergens van
dragen geen tenue of uniform
worden ook geen kampioen

in een brandhoff-bootje
roeien ze soms een beetje
landinwaarts richting Favery

of ze hallucineren
als die gonggrijp door de natuur
met een pijpje van lerou

maar altijd flirten ze
zoals een heij of van der horst
hunkeren ze ja hunkeren ze en hebben dorst

pom wolff

de doublet
 

suikerspin
in het web
van mijn dromen
zie ik een raam
in de doubletstraat
 
waar jij als een slet staat
en weet dat ik
eens binnen
zal komen
 
ml

max weet als geen ander de kern van de noodzaak te raken,  tot de noodzaak door te stoten.
Goedemorgen Pom,
Over de lievelingsplek, altijd weer fijn om hier te wandelen.
Succes en mooie opening in Buitenveldert, top om daarbij te kunnen zijn!
Weekendgroet,
Frans

Langs de Dwarswatering

Straat uit hoek om brug over en
dan langs het water van de Dwars
waar ik frank en vrij kan ademen

uitzicht tot ver voorbij de polder
een schilderij vol luchtstrepen
het maakt het beeld compleet

een molen ach wie maalt erom
nog met tegenwind is het goed te doen
zo zigzaggend tussen resten rivierkreeft

en altijd de futen en meerkoeten
voor muziek op de achtergrond
de meeuwen daar weer bovenuit

dwarrelen er naast blaadjes wat woorden
door de lucht zo van mijn jas geplukt
om in een gedicht te wapperen

© FT 11.10.2025

dank je Frans ja Buitenveldert is een plaatje – als de dc negens niet om je oren vliegen – frans halsema – de oom van femke –  zong er al over.  je schreef een universeel polder gedicht – dat even goed hier in de polder zou passen tussen buitenveldert en ouderkerk aan de amstel.

Eigen straatje


Kleurrijk
betegeld
ruim van opzet
aan beiden zijden toegankelijk
licht en zonnig
gericht op zuiden
met stoep uiteraard
zonder drempels
met snelheidsbeperking
zen
eindeloos
verstrekkend
synoniem voor pad en weg
zonder zinkput
wandelbaar met
bomen aan weerszijde
en altijd blauwe lucht
met adembenemend
uitzicht
a road to nowhere
eigenwijs
richtingevend
maar bovenal lief
lieve straatjes
wie kent ze niet

Rob Mientjes

ik liep even mee door het lieve straatje – hoewel spaarzaam maar ook in 020 zijn ze te vinden – zo her en der een lief straatje in de niet meer zo lieve stad 020. draaien we ter compensatie maar alex roeka – weten we weer wat lieflijk is – ook al zingt ie van gestreeld en gekrast. mooie zachte melancholie bied je ons Rob op de zondagochtend: het wandelbare lieflijk-heden.




Goedemorgen Pom
Ik woon in Leiden aan de Oude Rijn.Een hele mooie plek om te wonen. Ik wandel regelmatig naar verschillende buurten. En 14 juli ging ik naar het Rembrandt park waar het standbeeld van onze beroemde schilder staat omdat toen zijn 419a verjaardag werd gevierd. Hij is ooit in Leiden geboren. Zie de foto! En dit is het gedicht als bijdrage aan de enige virtuele straat, stad of streek. 
Met dichterlijke groet Rik van Boeckel 



Wandeltijd aan de Leidse Oude Rijn

Wonen aan de Leidse Oude Rijn is o zo fijn 
boten varen vaak onder bruggen door 
wandelen doe ik waardevol 
voor de conditie van tenen tot benen 

zo zal ik me laven aan de Haven 
wetende dat de Herengracht op me wacht
dat geeft mijn voeten wandelkracht
ze gaan soms voort naar de Zijlpoort 

de andere kant leidt over de Kaasmarkt 
naar de Hooglandse Kerkgracht
zo wandel ik door de tijd heen
naar de Burcht uit de 16e eeuw 

daarboven zal het uitzicht verblijden 
op woningen en kerken van Leiden
op de singel die slingert om stad
straten schouwburg en poorten 

Leiden is de stad van het Rembrandt park
met zijn schilderachtige standbeeld
en van volkse drie oktober feesten
die vieren de meesten in taptoe en optocht.


Rik van Boeckel
11 oktober 2025

Rik for stadsdichter van Leiden! for president!  mag van mij ook hoor. een mooie reisgids hier gepresenteerd voor de bezoekers, lezers.

IMPRESSIE VAN LEIDEN

Het Rapenburg en zomer die zich sluit;
wat zwermende, verwaaide professoren
op weg naar academische folklore:
het carillon dat een nieuw jaar inluidt.

Misschien dit jaar een bachelor als buit,
denkt het studentenvolk, hoewel notoire
laatbloeiers onder hen de moed verloren:
na acht jaar studie schijnt die wel verbruid.

De avond daalt er neer. In het halfduister
geflonker van lantaarns, kasseien die
door eerste regendruppels nieuwe luister

krijgen: van herfst die komt. Een vleug magie
zweemt door de paarse lucht; een zacht gefluister
als echo’s van Van Rijn—en Goede Mie.


***[D.B.]

over leiden lezen of schrijven en dan sterven! doen ze nog steeds 8 jaar over de studie Ditmar? een fijne impressie – een academisch dingetje in de kleuren van de grootmeester vorm gegeven. Sonnetten liefhebbers en passant door de dichter bediend.


als kind al leek mijn dorp een beetje klein
de wereld groot 
te winnen door te gaan

waar ik kwam wilde ik blijven
waar ik was wilde ik wonen
een tijdje dan

 bijna ongemerkt 
vond ik mijn plek
een beetje stad 
-meer dan een beetje is het niet-
omringd door waterland
verbonden wortels met mijn dromen

okt. 2025
Ien Verrips

hoe een plaats te vinden in het leven waar het verblijven goed is. de drang van kids om het geboortedorp te verlaten goed getroffen. de grote stad die altijd trekt. maar in de grote grote stad trekken ze ook weer verder richting plaatsen waar de ouders niet. zo is het leven. zo schuiven generaties op met steeds het zelfde geschuif. dezelfde dromen.




Hallo Pom,

Sinds een paar dagen
na een lange rondreis kriskras
door het wonderbaarlijke
land der Skipetaren

weer op het oude nest geland
in de Acht Zaligheden en de parel
van de Kempen, Eersel, mijn
herberg met het hoefijzer



Hoe dan ook

aan de kuier over de cour, langs de ‘gemeint’
– wat voor verkeerds schuilt er in een woord ?-
goddank nog niet tot stadskantoor gebombardeerd
óp naar de Mèrt, waar linden zonnedruppels strooien
de dorpspomp- ‘t hengsel geklonken- houdt z’n mond
terwijl een paar glas-in-lood-ogen kinderkoppen telt
de contente mens, aan de overkant, het dagdaagse
gedoe schijnbaar onbewogen aanziet – de pronte vrouw
het terras en gans ‘t mansvolk naar de ogen kijkt, jawel

hoeveel in wezen er ook veranderd is maar ook weer niet
kerk, kroeg, kiosk en dodenakker, ze staan er nog, alleen
armoe is niet langer enkel troef en de fanfare speelt nog
van honger en van dorst, ‘t zandpad van ons mam, de stille
droom, enkel de baron is voorgoed verdwenen, de burger-
vader vandaag geheid een vrouw en goede raad, hoe
verkiesbaar ook, nog steeds niet voor niets verkrijgbaar
en de paarden draven trouw jaar in jaar uit hun ronde
over keien en voort door bos en dreef op weg

om terug weer thuis gelaafd en gedrenkt – zalig
zij die zich weten te leven in de hoogste Zaligheid
ja, daar in ‘Ereslo’, daar loop je je nooit verloren

11-10-2025 / Cartouche 

fijn dat Cartouche weer in het land der levenden is – in ieder geval weer op de pom. welkom terug. worden we meteen gestraft met dialect. en hij weet dat ik dialectisch ben ingesteld. normaal gesproken roep ik uit: je verstaat ze niet. bij cartouche moet ik voorzichtig zijn. de amsterdamse bravoure is nou net iets wat deze dichter niet op prijs stelt.
poëzie over hoe het leven wel en niet aan verandering onderhevig is – in dat Eersel van Cartouche. staat de dichter mij toe dat ik één passage uit zijn schrijven boven alles vind uitstijgen en wel deze:
 
waar linden zonnedruppels strooien
de dorpspomp- ‘t hengsel geklonken- houdt z’n mond
terwijl een paar glas-in-lood-ogen kinderkoppen telt

 
wie zo kan schrijven gaat een gouden toekomst tegemoet in Eersel en op pomgedichten.


 
 Amsterdamse Bos  

Oude zwerfplek
vochtig toevluchtsoord
onder de begroeiing
elfenbankjes inktzwammen
verborgen kruipen
vertrouwd met geur van gisting
op kleine voetjes struikelend over paardenpaden
nog verder gaan

en dan ineens
de kinderlokker
met zijn blote piemel

wegrennen opgewonden
het hele eind om de roeibaan
heen naar huis

Vera Jongejan

de herinnering/ huivering die voor altijd aan het Bos is gekoppeld – net zo plots als de man verscheen in het bos zo plots verschijnt ie ook weer in het gedicht. een piemel die een leven lang meegaat. en och gossie ik zie de kleine vera rennend langs de bosbaan gaan. het gedicht houdt het midden tussen een gedicht en een verslag

Heimwee naar Noord-Holland

Ik mis de wind door mijn haren, gesuis langs 
m’n oren, de zoete inval, het hart op de tong
de plek waar m’n leven begon

Ik mis de zon met rode gloed zien zakken in de zee,
glooiende duinen, schelpen, eb en vloed, stuivend zand, 
oneindig strand onder mijn voet

Ik mis de schuimgekopte golven, helm door zand 
bedolven, zwarte bomen tegen een staalblauwe lucht
grijze wolken slaan op de vlucht

Ik mis het land, de dijk met pieren, waar meeuwen 
laverend gieren, er tegenaan we gaan door weer en wind
de plek waar ik mezelf steeds hervind

Land van m’n hart, land van m’n kindertijd, ik ben je kwijt,
ik wil je ruimte terug, vrijheid terug, lief land 
van polders, duinen en zee

Conny Lahnstein

het is wel duidelijk wat Conny heeft gemist in de jaren dat zij niet in de beschreven provincie huisde. ik geloof dat het allemaal goed gekomen is – een eerbetoon aan noord holland zoals het nog niet vaak beschreven is. een kind uit de polder zoveel is zeker – dat is Conny. waar zij zich zelf altijd weer hervindt – mooie regel.


Het huis waar het begon

Alsof de tijd er nooit heeft aangeklopt
dragen de stenen mijn eerste stappen,
het portiek bewaart mijn adem.

We lieten knikkers rollen als kleine planeten
en badmintonveren zweefden
tussen kinderstemmen in zomerlicht.

Nu, na een halve eeuw 
kraakt de deur precies als toen, 
elke kamer een herinnering

en in mij woont nog dat kind
dat buiten speelt,
onder dezelfde oude lucht.


Vera van der Horst

Vera van der Horst een mooi ietwat weemoedig relaas – de terugkeer naar waar het ooit begon – de kinderstemmen, verstoppertje – de kinder spelletjes als bordje tik én knikkeren. mooi zoals de straten waren dat er nog gespeeld werd en kon worden. en ja die prachtige laatste regel met ‘oude lucht’ – een mooi getroffen beeld en afsluiting van het gedicht.
foto: Kika da Silva
kan ik nog mee op de zondag pom?…(de rockdichter): zo de zondag ter poms site en de wedstrijd die geen…u kent’et allicht en ik schrijf dààr in’et boerengat…’et pajottenland…noem’et maar zo:

” paardland ” luk paard

dààr waar’et bloed stroomt
door me alles heen
leg’k me adem aan
ZIJ die’et weet van
‘et alles

‘et kloppende hart
‘et liefdeshart in jij en ik

we kijke en zien
tot’et vurig roodwarm
zoas’et liefde heet
‘et paard de rockdichter

in’et thuisland ‘et boerengat
“pajottenland”

laat de paardjes
laat de wind
laat’et grauwe
door de zon doorbreke

wij spiegele ons
tot mooi elkaar

© luk paard

in die prachtige aardse paardse onstuimigheid de woorden aan deze site gegeven kan de liefde in alle maten bezongen worden – het boerenland het platte land het paardenland zijn alles land – en ja hoor alles landt – alle woorden van Luk Paard landen hier op de pomsite en we genieten ze.

Share This:

YAYA op de vrijdag – Hier wereld. Hier is ze. Ik sta haar af. Om elke hoek een leven om te ontdekken…


Mam
 
Mam, zegt ze. Mam.Mam.Mam, zingt het in mijn hoofd. Mam. Zo lang geleden dat ze dat zei. Ze noemt me bij mij naam zij, al jaren. Mam, ik kook wel. Lieve stem. We bellen elkaar mobiel. Ze klinkt ineens zo anders. Zo groot. Zo zich zelf. Ze is af denk ik. Ze is af. Ik heb haar grootgebracht. Hier wereld. Hier is ze. Ik sta haar af. Om elke hoek een leven om te ontdekken. Overal een belofte. Ik zie de verwachting in haar ogen. De glans. Als ze loopt. Ik vlieg. Jaren terug in de tijd. Zie haar nog klepperen op haar klompjes. De lach toen op haar gezicht. Lievelingsfoto. Ik draag haar bij me. Hoe ik soms op de w.c ging zitten toen. Moedeloos. Moe. Hoe ze dan schopte tegen de deur. Mam. Mam. Mam. Tien minuten riep ik dan. Tien minuten. Om tot mezelf te komen. Om weer te geloven dat ik het kon. Dat ik haar lief zou hebben. Dat ik haar zou koesteren. Dat ik alles, alles, zou kunnen weerstaan. Alleen voor haar.
Ze is af. En ze zegt Mam. Ik zing haar.  
 
 
YaYa

Share This:

LISAN LAUVENBERG én de verwondering – ‘De Limburgse liedjes waarin Toon over de dood zingt zijn me zeer lief. Melancholisch en lief. ‘

Lisan Lauvenberg I.M. 2017

 
 
 
 
 
 .

Tijd 

 
Vroeger was ik stout
en wild
langzaam word ik oud
en mild
 
.
En nee,  deze tekst is niet van mij, maar nu de schrijver al jaren dood is en nu ik zelf alsmaar ouder word, beginnen de regels steeds beter bij mij te passen. Ik had het geluk om deze geweldige man nog te zien optreden toen hij al ver in de tachtig was. En alles wat hij zei en zong, klonk eenvoudig, maar in de eenvoud lag zijn ongelooflijk grote kracht. In de tram naar het centraal station zaten er allemaal blije mensen, die ook naar Toon waren gaan kijken. Blij en een beetje weemoedig. Wee en moedig samen vormen een woord dat ergens beschrijft hoe het zeer doet, omdat de pijn zichtbaar is, maar je hebt nog wel de moed er naar te kijken. En zo had Toon nog de moed om al zijn mooie liedjes, die hij op muziek had gezet met Gé Reinders, voor ons te gaan zingen. We wisten allemaal dat we voor hebt laatst naar hem keken. Maar hij was te goed en te grappig om daar onder te lijden, of er treurig van te worden. We waren getuigen van een wonder. Zoals hij zo vaak het woord wonder gebruikte in zijn voorstellingen en zijn versjes. Want een dichter vond hij zichzelf niet. Een versjes man een liedjesmaker. 
Mijn toenmalige geliefde en ik hebben de cd vaak gedraaid thuis, al zou hij in zijn kringen nooit toegeven dat hij dat deed. Grappig genoeg zat mijn huidige geliefde die avond ook in de zaal, maar dat wisten we toen nog niet. Wij vinden dat een wonder en een wonderbaarlijk toeval. En wij draaien de liedjes nog vaak en ook voor ons bezoek, om dat wonder te delen. De Limburgse liedjes waarin Toon over de dood zingt zijn me zeer lief. Melancholisch en lief. In een van de eerste uitzendingen van de documentaire serie over Toon Hermans  100 jaar praat Gé Reinders over dit late wonder. 
.
 
Wat ik ook een wonder vind, maar van een heel andere orde, is dat iemand vandaag niet mijn fiets heeft gestolen maar mijn fietskettingslot, die lag in mijn gele fietskistje voor op mijn fiets, die ik kortstondig op een brug bij de Da Costakade had neergezet om mijn vriendin, die een zere arm heeft een soepje te brengen. Het korte bezoek werd wel iets  langer doordat we in een stevig gesprek over vroeger belanden ( nee dat kwam niet door de soep), maar was kort genoeg om te kunnen beargumenteren dat ik overdag mijn oude fiets niet echt op twee sloten hoef vast te zetten. Maar welke gek steelt er nou een oude, niet eens zo goed functionerend fietskettingslot, waarvan ik het  sleuteltje bezit. Dus ik zuchtte: 
  .
Zou die me kennen
of deed ie het om te jennen
Had ie iets nodig om te slaan?
Of is hij er zonder reden
zonder een gezamenlijk verleden
er met mijn ketting van door gegaan? 
  .
Ik zie zo een Toon sketch ontstaan. 
 
 
.
Wereld
 .
Eerst is je wereld groot
je kunt er reizen tot en met
maar heel dicht bij de dood
is hij niet groter dan je bed
 .
maar als het wonder is geschied
waarop de mensen hopen
dan gaat als je je ogen sluit
een nieuwe wereld open
 .
Toon Hermans, cd Ik zing van het leven

Share This:

voor Lourenza – de kleindochter van Vera Jongejan


De muis,
hij heette doctor Snabbel,
was professor in de kaas.
Ik las Lourenza voor
uit haar favoriete boek. 

Juist op het moment dat
ik vertelde hoe een gigantische kater
hem had binnen geslokt,
-zijn das hing als bewijsstuk getekend
een lang eind, uit zijn bek-
zag ik de echte muis,
-die van gister-
over het keukenkleed gaan,
hoe hij snuffelde langs het kruimelspoor.
Kijk, wees ik.

Alsof hij uit het boek
was gesprongen,
-magie van het woord-
en voor ons optrad.

Net zoals daarvoor
de kikker had gedaan
in het door ons gebouwde theater.
Mijn taak was het geweest
de liefde op te draaien.
Zij zag er op toe
dat het roze plastic hart
langs wandelde
als hij de verlossende zoen kreeg
van de prinses.

Nu liep er een opgewonden meisje
met open armen op de muis af.


Vera Jongejan

Share This:

JACOB DE BRUIN gaf DERREL zijn woorden mee: “bedenk dat het niet mooier is de razende stilte van snelstromend water onder spiegelglad zwart wateroppervlak…”

derrel

Naam

het is niet erg
jij kent me niet en ik
groots meeslepend ach
nee joh doe niet gek joh

dit is verdomme anders
jij kent je vrienden nog
en er is publiek hoor
je bent publiek

zij wij jullie hun ons
je lost op in iets dat niet
mijn doodsangst is ik zal
jouw letters lezen zal ik

deze laffe woorden typen
over de hand die nooit
een blik die niet
en niet dit

bedenk dat het niet mooier is
de razende stilte van snelstromend water
onder spiegelglad zwart wateroppervlak
en nu volgt een belangrijk verzinsel

rond je geboorte krijg je een naam
opdat je leeft en
zolang iemand je naam kent
sterf je niet

mijn grootvaders
namen mij bekend
ik heb ze nooit gekust
ze zijn verrekte dood

er leven momenteel
meer dan 7 miljard mensennamen
en we kunnen woedend  proberen
niet te vergeten

derrel

 

jacob de bruin

 

 

 

Share This:

IEN VERRIPS – ICARUS 3


Met ICARUS 3 eindigt Iens serie ICARUS – onder de de derde leest u de eerste en de tweede een bevlogen bijdrage aan de site

Icarus

III de hemel

allesomvattend in mijn zijn
omlijsting van begin en eind
wat er te weten valt
ik wist het al
het menselijk gedoe, ’t is alles ijdelheid

toch, toen ik ze vliegen zag
trok ik heel even trok strak
als vreemde vogels in de lucht
de vader en zijn zoon
een vlucht naar voren
de hemel tegemoet


Ien Verrips
Icarus
 
I
de vader
 
ik zeg je doe het niet
ga buiten zoek een vrouw
ga kinderen maken
het is ons mensen niet gegund
de hemel te bestormen
laat vliegen aan de vogels zeg ik
doe het niet
maar als
dan samen
mijn jaren zet ik in
jouw dwaasheid in te dammen
maar als het moet
dan samen
al blijf ik zeggen
doe het niet
 
IEN VERRIPS
 
Icarus

II de zoon (Icarus)


van jongs af aan zag ik ze vliegen
voorbij de randen van het land
ik kreeg de hoogte van ’t verlangen
niet hier te zijn maar daar
geen spel voor mij
geen vrouw of kind
de goden wil ik volgen

al zei mijn vader doe het niet
ik zag zijn ogen blinken
ik zag hem naar de vogels turen
niet voor ’t plezier maar om ervan te leren

Ien Verrips

Share This:

pom wolff: ‘als de dood…’



1
 
nu ik je
helemaal en alles
als alles weg is
 
je voetstappen
niet meer en
nergens
 
je hand niet
meer en
nooit
 
je hand die
ik alleen nog
in een gedicht
 
over hoe wij
onbeschreven
en ooit
 
en niet wisten waar
we liepen en liepen
waar wij
 
met
jouw hand
in mijn hand
 
2
 
nu moet ik toch
de dichter in me
loslaten
 
nu alles weg is
en niets meer
zeggen
 
of alleen
alles is weg
zeggen
 

een punt
achter de dingen
als de dood
 
 
pomwolff
 


 

 

Share This:

wereldhit Mark Lohman – ‘ik weet niet hoe ik leven moet…’



De kattenbak al twee dagen genegeerd Op de overloop hing de lucht al een tijdje De avocados zijn op en de handzeep ook Ik moet boodschappen doen, ze zijn nu nog open Maar ik zit met m’n knieën op de grond It’s Time To Say Goodbye kwam langs op radio Ik weet niet hoe ik leven moet Huilend naast de kattenbak Een schepje in m’n ene hand In m’n andere een klein zakje met poep De boodschappenmevrouw achter de kassa Kent me ondertussen, ze helpt me altijd met mijn tassen Ik denk dat ze weet dat ik denk dat ik weet wat de mensen in de rij denken over wat ik eet Als ze zien wat ik op de lopende band leg Maar ze stelt me weer gerust dan Tassen die ik niet kan tillen Seksuele frustratie bij Dille en Kamille Ik weet niet hoe ik leven moet Huilend in de winkelstraat Zakken gevuld met dierenplaatjes Die ik ook nog eens aan die vervelende kinderen geven moet En dan denk ik aan m’n opa Die er niet meer is En dan denk ik aan m’n ex En dat geeft ook niet Ik verstop alles diep in het zand En vergeet het altijd naderhand tot op een dag het opeens aan komt draven Huilend naast de kattenbak Een schepje in m’n ene hand Misschien is het toch eens tijd om toch wat dieper te graven

Share This:

Rob Mientjes en de vergeten dieren en de aap uit de mouw


Vergeten dieren


Er zijn zo van die dagen
waarop iedereen iedereen vergeet
nutteloze dagen zeer functioneel 
om hoofd lijf en leden rust te gunnen
zondagsrust van weleer


vergeten dagen zijn het snel
hurry klopt maandag weer op de deur
formaliteit in tijd
hoe het weekend is geweest
ook voor pensionadas achter glas


mijn dierendag was geweldig
koffie loopt door en printer ratelt
niet meer van deze tijd
digitale barista moet het zijn
totdat de aap uit mouw verschijnt


helemaal vergeten die dieren
buiten hamster konijn en poes
hond en paard parkiet kanariepiet
hoe het de dieren vergaat buitengaats
lieve migranten uit het dierenrijk


Rob Mientjes

Share This:

André Heijnekamp wint de enige echte virtuele dieren dagdag trofee op pomgedichten.nl

dank aan alle inzenders deze week – lieflijke woorden voor het huisdier – die zo een belangrijke plaats kunnen innemen en ook vreselijk kunnen worden betreurd bij het heengaan – niet dat we het gewoon zijn hier maar we kunnen niet om het IDEALISME van André Heijnekamp heen – de dichters eigenaren van de huisdieren hebben als troost de liefde van het dier – wij van de pom zettenAndré voor de tweede week achter elkaar in het gouden zonnetje – verrassend en geestig gedicht- van harte!


De idealist
 

 Je wilde je lichaam aan de aarde geven
 je was begaan met het heelal
 helpen was het motto in jouw leven
 toezien dat was niet het geval.
 
 Je wilde dieren op een voetstuk zetten
 te zijn als wolken was jouw droom
je maakte educatieve bouwpakketten
 van de wind, inclusief stoom.
 
 Je breide een mantel voor de zeeën
 je wilde enkel goedheid schenken
 aan die beer met trage hartslag,
 
 door hem adrenaline te geven
 en daarom dat wij jou herdenken
 ieder jaar, op dierendag.

André Heijnekamp

 de cursus hoe te sterven als idealist in één aflevering te volgen en te genieten – u behoeft geen handboek te kopen en het cursusgeld hoeft niet betaald – voordat u het weet haalt u de avond hier niet en volgend jaar dierendag zullen wij herdenken. de mens als opofferingsgezind wezen getypeerd. wat gunnen we graag een aantal wereldleiders het idealisme van Heijnekamp!

 

 
  • Frans Terken – heeft het thema met poes Bambi besproken
  • Rob Mientjes – het hoofd in
  • Rik van Boeckel – die tijd ademt af en toe verder in mijn leven 
  • Luk Paard – JIJ trouw altijd
  • Anke Labrie – zo’n mooie vlieg
  • Vera van der Horst – Je ogen – twee tunnels vol vertrouwdheid
  • Ien Verrips – de ogen die het doen
  • André Heijnekamp – dat wij jou herdenken
wie wint de enige echte virtuele dieren dagdag trofee op pomgedichten.nl?
ach ja de beestjes – gisteren werd in het journaal bericht dat de psychiaters het druk hebben met leedverwerkingprogramma’s na het heengaan van het geliefde huisdier – ‘mij niet bellen’ zou ons nationale huisdier roepen – hoe dan ook – op dierendag en op de day after aandacht voor het dier – dichters zijn vrij het thema dier, beest, huisdier, beestachtigheid dichterlijk vorm te geven. we lezen het zo graag – u kent de regels: gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak  – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.

genoeg
 
een blik nóg in het huis
waarin je woonde
en de bomen zei
dat het zo niet blijven kon
 
hier zachte stem mijn oor
vertel me nog een keer
van die bomen
van de dieren en het kind
 
in jouw taal wil ik leren
hoe in een machteloze orde
de vrede zich hervindt
 
 
©pw

 
Goedemorgen Pom,
Mooi, dit thema dit weekend, als ook jouw poëtische voorzet. Heb het met poes Bambi besproken, zij gaf me dit mee.
Warme weekendgroet,
Frans

Mijn poezendag

Alle dagen mijn dag
mauwt de poes als ik haar kopje kroel
het ochtendritueel eenmaal beneden
en geef mij de schoot van het vrouwtje
om bij te komen van een vermoeiende nacht

dat er buiten stormwind zeven heerst
deert mij niks dan kruip ik op de vensterbank
om in het grote waaien de vogels te volgen

mekker van genot als ze naar me zwaaien
zoals al die wervelende blaadjes ook
het is vast herfst dat voel ik wel
hier boven de verwarming

lekker spinnen een gloedvolle mauw nog
goed nu wil ik wel naar buiten

© FT 04.10.2025

we leven even mee met Bambi – heel herkenbaar – de volstrekt eigenzinnige aanhanklijkheid – en dat het maar even duurt – want dan gaat bambi de goddelijke eigen gang – door storm en regen en boven op de verwarming – altijd alert op wat er over vliegt. mooi.
Goedemorgen Pom,
Hier mijn kriebelige bijdrage aan de wedstrijd die geen wedstrijd is. Zoals de dierendag dag geen dag dag voor dieren is. Kriebelig niet te verwarren met kriegelig. 
Fijn weekend … en niet te nat. 
Paraplu mee.
Groet, Rob


‐—————


Beestjes in het hoofd


Achter ogen
op lenzen
zwemmend in 
hersenaders


kriebelig
kriegelig
latent aanwezig
schurend


transmitters overstuur
gedachtengang verstopt
paniekaanvallen
dorstig zijn naar antwoorden


snelheid van bestaan
natuur op megatransport
nullen vreten eentjes
zon bloedheet zindert smoort


beestjes in het hoofd
vreten zich door slimheid heen
zagen aan achillespezen
bomen benen vallen om


knettergekmakend
scheren ze de schedel
schuimen het verstand af
in zwevend bestaan


oorlog vrede door elkaar
de vijand wil graag vriendje worden
het houdt nooit op
retoriek in de kop


https://youtu.be/Jwp1eIaZDI8?si=RndD-NuzzoU9_CI4


Rob Mientjes

ach ja ronnie en de ronnies – dat is een tijd geleden – een associatief gedicht bij de bezongen beestjes – wat je ziet als je gedronken hebt – ik vermoed – nogal stevig – dan lopen de dingen, de mensen en de dingen door elkaar. i know.






Hallo Pom
Ik heb een tragische ervaring met een hond. 
Toen ik bij mijn ouders woonde liet ik lente 1963 hond Kniertje uit en die rende zich dood aan de Laan van Meerdervoort in Den Haag waar ik tot mijn 17e jaar woonde en toen schreef ik mijn eerste gedicht Onder de muziek. Maar niet over honden en katten die we thuis hadden. 
Dit gedicht is dan ook een herinnering aan die tijd. Het gaat me er niet om deze wedstrijd te winnen maar alleen maar jou op de hoogte te stellen van mijn verleden met honden en katten zoals Kniertje, Peerke en Raanske. Raanske komt zonder naam ook voor in mijn muzikale gedicht Ochtendjazz op de cd Beweeg als een strateeg die jij met de gelijknamige poëziebundel hebt gerecenseerd. 


Onherroepelijk ongeluk van Kniertje


De hond ademt onherroepelijke muzes uit 
na zijn dodelijke ongeluk 


oh Kniertje tijdens mijn leven als jochie
brak de nieuwe riem met passie af


jij rende naar de hond aan de overkant 
de auto reed verder ondanks de plas bloed 


ik liet jou vermoeid uit als elf jarige 
naar de Bosjes van Pex in Den Haag 


die tijd ademt af en toe verder in mijn leven 
het jeugdtrauma wordt mij nooit vergeven


dode honden geven hún blaffende ziel
door aan de levende honden


onze Siamese tweeling Raanske
roept miauw naar de hond Peerke


de Belgische herder blaft niet terug
maar doet heel normaal voor hem


de dagen van het uitlaten in de bossen 
zoals die van Pex bestaan in herinnering 


zo zing zing zing met die voorbije tijd
de liederen van de huidige dierendag.


Rik van Boeckel 
4 oktober 2025

de lieflijke bijsluiter graag gelezen – en woorden zacht gezongen op papier hier.
dat het leven ook het hondenleven altijd maar weer doorgegeven wordt –


dode honden geven hún blaffende ziel
door aan de levende honden

en ja het trauma tot poëzie gemaakt en bezongen. zoals het gaat en ook moet gaan. en ging.








(de rockdichter): dierenwerelddag…ah al sinds mijnheugenis…(paardwoordje)…is’et te paards place dierendag….en dus ook nu en hier ter poms site waar de zondagwedstrijd die geen wedstrijd….kortom dat’k schrijf over…

” with a look in her eyes “

( ondertitel: de blik in haar oogjes)

dat’k je dag na dag
en na elke nacht
de ochtendgroet
de dag door doe

JIJ trouw altijd
en de oogjes mooi
op’et baasje kijkend

asof’n vrouw zo verliefd
(ik zie je wel lonke)
die sfeer dàt beeld
ja zo jij

that female belgian malinois
met’n enorm “will to please “
en ik blij en trots
dat’k zeg ” I love her “

❤

© luk paard

(ode aan me prinses tevens private bodyguard…de belgische herder…mechelaar…teefje!! )

een hartenkreet van de dichter in luks woorden vorm gegeven. zoals de woorden van het papier spatten zo spat de liefde voor de geliefde hond, bewaker en huisvriend in en uit het gedicht over de lage landen. van mechelen tot amsterdam buitenveldert.
onlangs verhuisd naar Buitenveldert – ‘onze’ Anke Labrie – naar oa het Buitenveldert zoals dat werd getekend en recent geleden nog werd ge exposeerd in Café Eijlders in de werken van Marijke van Oostrum – het eerste gedicht in Buitenveldert geschreven door Anke Labrie:


Zo

zo’n mooie vlieg
had ze  nog nooit gezien
gewoon tussen het riet
 
boven de sloot
leek ze te zweven
smal en doorzichtig
met haar lange lijfje
waarin iets van blauw
 
herinnering in beeld
een libelle weet ze nu 
besef van schoonheid
voor de allereerste keer
 
anke labrie
(4-10-2025) 

buitenveldert kent veel groen en water ook – zo gezien past dit gedicht in de nieuwe omgeving die Anke beleeft. je moet er oog voor hebben. de drukte van de stad maakt dat moeilijk. Anke heeft een leven lang gekeken en al het leven in kleuren gezien. waar dan ook.
 
 

Aan mijn oude rode vriend

Je vacht vlamt zachtjes in het avondlicht
een zonnestraal blijft er hangen in de tijd
vijftien seizoenen heb je gedeeld met me
elk spinnende moment een gesprek zonder woorden.

Je ogen – twee tunnels vol vertrouwdheid
waarin ik mezelf soms terug vindt
als de dagen lang worden
en stilte het huis vult.

’s Nachts vlij je je naast me
alsof de nacht zelf naast me komt liggen
ik voel je warmte als een stille zekerheid
tegen het verdwalen in de nacht.

Soms durf ik me nauwelijks te bewegen
je bent zo oud en zo nabij, zo licht geworden
maar als ik inslaap,  weet ik
dat liefde niet luid is, maar spint.


Vera van der Horst

Vera schreef: ‘Een gedicht over mijn lieve rode oude kater, jou welbekend, die nu gezellig naast me zit, te wachten tot ik iets onderneem, hetzij hem knuffen of van lekkers voorzien of naar bed vertrek.’
mijn favo strofe is de tweede:


Je ogen – twee tunnels vol vertrouwdheid
waarin ik mezelf soms terug vindt
als de dagen lang worden
en stilte het huis vult.


zo is het altijd met poezies – ogen als tunnels – prachtig.


Ogen

het zijn de ogen, zei ik, de ogen die het doen
die glazen blik, dat weids gestaar
is het wijsheid of juist gebrek eraan
is het verwondering, berusting, is het mysterie of taboe
het zijn de ogen, zei ik, het zijn de ogen van een koe 

zijn blik werd nu wat vaag
zoals die van een vis misschien
maar nee de ogen van een vis zijn leeg en glad
een vis heeft geen geheim, geen vraag 
de ogen van een vis, behalve plat, zijn toch vooral heel nat
ik staarde weg.

Ien Verrips

ik ben niet geheel zeker of hier de ogen van een koebeest worden beschreven. ik heb zomaar het vermoeden – nou nee meer – ‘zijn blik werd nu wat vaag’ – dichter beschrijft de blik van een man tegenover haar gezeten. het zal toch niet zo zijn dat ze mij beschrijft nadat de inhoud van de fles wijn naar god is geholpen.


Share This: