MELVIN VAN ELDIK: ‘ik zie golven sterven…’

zojuist mijn nieuwe gedicht geplaatst – als je maar geen gedichten gaat schrijven – en wie schrijft er een gedicht hahaha onze MELVIN – vanuit verre streken waar het leven nog goed is – ENORM is – dat hij er van genieten zal – dat hij er van genoten heeft:


afscheid 

tussen eb en vloed
lees ik mijn levensfactuur 
in het golfribbelende zand 

de woorden worden snel gewist 
door de begerige nooit te beteugelen oceaan
herinneringen, toekomstbeelden
gedachten berijden de zilveren koppen 

komen en gaan 
slaan stuk in de branding 
verdwijnen weerloos in het niets 
ik zie golven sterven 

in de schoot der ontijdelijkheid 
gelijk ons heengaan 
soms bevallig, niet zelden
donderslagend wreed 


Melvin van Eldik 

Share This:

pom wolff: als je maar geen gedichten gaat schrijven…

schrijf waar

dit is geen tijd om gedichten te schrijven
vlieg wat af – stikstof so what
kan jou het schelen
als je maar geen gedichten gaat schrijven
haal ze niet in je hoofd

sterf een heldhaftige dood
doe een aardbeving doe een overstroming
maakt allemaal niet uit
doe een oorlog doe aan liefdesverdriet
het is allemaal goed

maar schrijf geen gedicht
dan denken ze dat het waar is
dan pakken ze het op
dan moet het vernietigd
dan moet het ausradiert


pom wolff

Share This:

breaking news: VON SOLO opgepakt



Elke zondagochtend ga ik,  nadat ik de hond uitgelaten heb, een eind fietsen,. Dat maakt mijn hoofd leeg en levert wat beweging op. Afgelopen zondag fietste ik langs de Van Nelle Fabriek. Toen ik het terrein af kwam en Spangen in fietste, kwamen er een paar jonge mannen uit de bosjes. Mijn eerste indruk was, dat het daklozen betrof. Wel een raar moment voor daklozen om daar uit de bosjes te komen. Ze zagen er ook wat te jong en net niet onverzorgd genoeg uit om zwervers te zijn, maar tegenwoordig weet je nooit. Toen ik langs het Sparta stadion fietste, zag ik, dat er opvallend veel auto’s stonden met buitenlandse kentekens. Een eindje verderop stond een busje van Prorail met een politieauto. Er kwam net nog een politiecombi aangereden. Aan de overkant van de weg, zag ik meerder jongeren een onverhard pad oplopen, richting het spoor. Ik hoorde een elektronische beat en het werd me duidelijk. Er was een illegale rave aan de gang.

Nieuwsgierig als ik ben, zette ik mijn fiets op slot en liep ook het pad op. In mijn zondagse kloffie val ik niet op tussen dat soort mensen. Ik zie er doorgaans uit als iemand die naar een illegaal feest onderweg is. Het enige waar ik in verschil, is dat ik tegen de vijftig loop. Mijn geringe lengte compenseert dit, waardoor ik er dan toch weer minder oud voorkom, of gewoon minder opval. Op het terrein onderaan de spoordijk stond nog een DJ set te draaien en stuiterden wat ravers op en neer op de beats. Het zag er in het schrale ochtendlicht uit als een mengsel tussen triest en hoopgevend. Op een gegeven moment ontstond er een tumult en reden drie politie combi’s het terrein op. Uit de bosjes kwamen wat ME-ers en de overgebleven feestvierders werden ingerekend.

Op dat moment voelde ik een hand op mijn schouder. Of ik mij kon identificeren? Ik zei dat ik dat uiteraard kon, maar dat ik er niet bij hoorde. Dat maakte de agent niet uit. Ik moest meekomen en werd ingerekend. Ik protesteerde nog, maar het had geen zin. Verder leek het me weinig zinvol om met een wetsdienaar in discussie te gaan. Die volgen ook maar bevelen. Op het bureau zouden ze snel genoeg inzien, dat ze met mij een bok geschoten hadden. Ik stuurde nog een berichtje naar huis, dat ik wat later zou komen. Prompt werd mijn telefoon ingepikt door de wouten. Ik stond er dus analoog voor. Samen met een twintigtal feestgangers werd ik gevangengezet. Eén voor een werden ze opgehaald uit de verzamelruimte op het bureau en na verhoor heengezonden. Net zo lang, tot ik de enige was, die nog achter gaas zat. En nog niet gehoord was. Toen werd ik opgehaald, door een tweetal dienders in burger, vergezeld door een reguliere agent.

Het was zacht verlicht in de verhoorkamer, net zoals in de film. Wat ik daar deed? Hoe ik wist, dat daar een rave was? Wat een blanke, middenklasse man van tegen de vijftig daar dan te zoeken heeft? Of ik drugs gebruikt had, of verkocht? Of ik de organisatie kende? Of ik ook een wappie was? Of ik recent nog vreemde denkbeelden had gehad? Of ik samenzwoer met anderen? Waar mijn auto was? Of het klopte., dat ik met regelmaat naar Brussel ging? Of ik wel wist wat de gevolgen hiervan konden zijn? Waar mijn vriendin was. Of ik poëzievoordrachten deed? Of ik wel eens speelfilms gemaakt had van subversieve aard? Waarom ik altijd zwarte kleren draag? Waarom de zwart-rode vlag wappert bij mij thuis op 1 mei? Of ik geloofde in vrije liefde? Waar mijn dochter logeerde? En of mijn zoon wel eens zijn karate vaardigheden buiten de dojo gebruikt? Of ik wel wist, wat er allemaal aan de hand was? Alle vragen beantwoorde ik naar beste eer en geweten. Daarna vroeg ik waarom ik nog vastgehouden werd. Die vraag werd echter niet beantwoord en ik werd zonder verdere tekst en toelichting door de zwijgende agent in uniform naar een cel gebracht. 

Daar heb ik de nacht doorgebracht. De volgende ochtend kon ik gaan. Er werd geen verdere tekst en toelichting gegeven. De agent die me uitgeleide deed keek me even aan. Dat moment greep ik aan om hem te vragen waarom ik zo lang vastgehouden was. Hij keek even over zijn schouder en fluisterde toen: ‘Omdat het gewoon niet klopte dat u daar was. U kon daar gewoon niet zijn. Het klopte gewoon niet, U daar zo’ . En toen stond ik weer buiten. Een dag later. Zelfde tijd als gisteren. Ik belde naar huis en daar werd opgelucht opgenomen. ‘We dachten dat ze je niet meer zouden laten gaan. Het was zo vreemd.’ Ik zei dat ik dat ook vond. Stapte op mijn fiets en reed naar huis.

VON SOLO
DICHTER, COLUMNIST,  PERFORMER EN CINEAST
Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl
Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl 

Share This:

TON HUIZER tussen van der torren en von solo- ‘After pissed off and before der weltschmertz von nachbar Von Solo’

After pissed off and before der weltschmertz von nachbar Von Solo

Gr. Ton Huizer – foto Ton Huizer: gescande dia, stadspark Melbourne

       


Misschien

Is er alleen maar licht
dacht ik
en las het voorjaar in
de bomen

alleen maar licht

niet te vangen in het 
denken
of zoiets banaals als
een gedicht

Ton Huizer

Share This:

merik van der torren pissed off

Voor Betty nr. 17

Wat is dat eigenlijk raar, Betty,

dat jij buiten mag pissen en
zeker niet in huis en

baasje in huis pist en als
hij dat buiten doet,
mannen naar hem toe komen
om te zeggen dat het niet mag.

Betty, het is een vreemde wereld,
die mensenwereld.


Merik van der Torren

Share This:

pareltje van JAKO FENNEK – een gedicht – een weerzien en vier wereldregels – dikke poëzie!

toch nog even in de nieuwe week aandacht voor het zondag ingestuurde gedicht van jako uit het verre zwitserland waar hij al jaren vertoeft. een gedicht met de titel ‘weerzien’. soms is het er zo maar – dan proef je – ik zou bijna zeggen in een gedicht dikke poëzie – maar dat mag je niet meer zeggen in dit nederlandje – proef je de enorme poëzie – die vier prachtregels aan het einde van dit gedicht:


weerzien

hij durft haar nauwelijks te omhelzen
na al die jaren
broos is ze haast schriel
haar eens zo dichte haar doorzichtig nu

zij had hem anders verwacht
zijn gezicht gegroefd vermoeid
verschroeid door tropenzon
heeft al lang niet meer de glans van toen
zijn ogen zoeken naar licht

ontgoocheld staan ze daar
verward verloren in hun woorden
op hun gezichten valt schaduw
het park de vijver
de twijgen van de wilgen zwijgen
bijna weemoedig


jako fennek

Share This:

PETER POSTHUMUS: ‘maar dan plotseling en onverwachts slaat de verbeelding toe…’

maar dan plotseling en onverwachts
slaat de verbeelding toe


Dat vastgeroest houvast
die dagelijkse routines
dat comfort van de gewoonte
is het voorportaal 
van de vergetelheid
waarin dat beetje leven
waar je greep op hebt
oplost in de tijd
wegglipt uit de herinnering


maar dan plotseling en onverwachts
slaat de verbeelding toe
hoor je, zie je iets
dat alles overstijgt
de glorie van het ogenblik
het moment dat bij blijft.


Peter Posthumus

Share This:

PETER BERGER: flitsen in het Marnedal


Wanneer hier in Nederland een envelop van de republiek door de bus glijdt weet ik het gelijk: betalen geblazen. Monsterlijk zijn ze. Die palen. Het Marnedal is ermee bezaaid. Robots. Spierwitte cyclopen die torenhoog op één been langs de weg op wacht staan. Of van die doffe metalen grijze dozen met schuine gele en zwarte strepen. Intimiderend als containers voor radioactief afval. Soms een veelhoekig mini ruimteschip. Of iets dat sprekend op een keurig afgeronde kabouter caravan lijkt. Een soort eitje. Flitsen doen ze allemaal. Die monsters.

Gelukkig worden in Frankrijk alle monsters altijd vooraf keurig aangekondigd. Met een verkeersbord waarop in signaaltaal staat dat er geflitst gaat worden. Dat is nog eens andere koek dan in Nederland waar alle flitspalen eender zijn en meer dan eens verdekt staan opgesteld. In Frankrijk denken ze er anders over: het doel is veiligheid. Snelheid minderen dus. En snelheid daar houdt de fransoos wel van. Boetes niet. Tijdig afremmen dus. Blijkbaar heb ik er ergens eentje gemist. Zo´n bord inclusief bijbehorende flitspaal. Tja. Dat krijg je. Eventjes afgeleid. Het is de combinatie van cruise control en alsmaar herrie in m´n hoofd. Zeker en vast. De schade? Vijfenveertig euro. Valt mee. Mais quand même dommage. Mooi was het wel in het Marnedal. Dat dan weer wel. Robot dreams.

Peter Berger

Share This:

Erika de Stercke & Luk Paard winnen de enige echte virtuele ‘het sprak vanzelf’ – trofee – naar een dichtregel van Anneke Wasscher – op pomgedichten punt nl

‘vanzelfsprekend’ dank aan alle dichters die instuurden – we lazen prachtige gedichten oa van Frans Terken en Jako Fennek – lees de commentaren onder de gedichten  – deze week kies ik toch voor een gouden belgisch eerbetoon aan dé dichter van de noordelijke nederlanden ANNEKE WASSCHER – 2x goud – een keer voor Erika de Stercke die met een bijna mystiek gedicht het door Anneke ‘aangereikte thema’ omarmt, verlicht en in een grillige berusting neerlegt én een keer goud voor de sprankelend oplichtend en alle hoeken uitspattend gouden woordenschat van Luk Paard die in een bruisende taal der liefde – het leven aangaat en oma’s tegeltjes wijsheid – liefde overwint alles –  in poëzie drenkt en waarmaakt. overwint uiteindelijk alles – hoe dicht de dood ook is of hoe dicht de dood ook kwam. van harte Erika en Luk!

muziek 

een huid van hout
met vragen doordrenkt  
grillige vormen 

hoe de natuur boetseert
een laag van rust legt
in de wijsheid 

er groeien krachten 
bij de schoonheid 
van het denken 

wat dor is, flakkert op
een doolhof geeft licht  
cirkels met gezangen


Erika De Stercke 

een gedicht waar ik niet echt een vinger achter kan krijgen. qua betekenis – de woorden vloeien op poëtische wijze over het door de dichter aangereikte vloeiblad. er zijn vormen er groeien krachten en we eindigen in cirkels met gezangen. nou – ik vind dit wel wat zo op een regenachtige dag. je moet je ook niet afvragen wat dichters bedoeling is – je moet je laten meeslepen met dichters woorden in de aangeboden en hier voorliggende  ‘lagen van rust’.

de ochtend voorbij

ik wil je omarme zeg je
en kusse
liefdevol

en me antwoord is
oh ja omarm me
kus me en meer
neem me tot leve
ik kom

hang me om je heen
en fluister ja vlindermeisje
draag me verder
altijd verder

we moete de wereld rond
lang voorbij de ochtend
asof’r niks anders is


© luk paard

we vroegen hier de dichters te schrijven ‘over leven of over de dood…’ dan krijgen we van Luk natuurlijk het leven – bruisend leven dat in zijn kenmerkende taal van de liefde niet nee nooit stoppen zal – stuiteren zal voorbij de ochtend, voorbij de tijd, voorbij de plaatsen, voorbij de pleinen en de straten alsof het leven moet worden ingehaald, moet worden geleefd – moet worden gefladderd – tot in alle uithoeken van de wereld, tot in elke seconde van de tijd.
of in de woorden van LUK: pom…ik weet nie of dit in’et thema past…maar ik vind’et zo lief ja dat’k van de liefde kan…asof’et niks is…1 koud kunstje…zo gewoontjes en toch zoveel…as’n vanzelfsprekendheid…en toch zoveel meer zoveel altijd’et verlange naar wat’r is en altijd meer moet zijn …de droom…liefde oh liefde…zoveel asof’r niks anders is…zo vanzelfsprekend…ja dat’k zo lief deze…zo me lief…:
  • FRANS TERKEN – hoe zij nu nog naast je loopt
  • RIK VAN BOECKEL – niet zeggen dat je hier bent
  • ERIKA DE STERCKE – hoe de natuur boetseert
  • ANKE LABRIE – op de tast vergeefs
  • LUK PAARD – fluister ja vlindermeisje
  • JAKO FENNEK – op hun gezichten valt schaduw
  • VERA VAN DER HORST – toen ik je tegenkwam

wie wint de enige echte virtuele ‘het sprak vanzelf’ – trofee – naar een dichtregel van Anneke Wasscher – op pomgedichten punt nl?

deze week maar eens een groot dichteres uit het noorden in het regenachtige zonnetje – op de site – de verfijnde poëzie van Anneke Wasscher is aan de orde – thema maakt niet uit maar we lezen zo graag iets van dezelfde –  van een soortgelijke verfijndheid van uw hand – over leven of over de dood – over er zijn of over een geweest zijn. over achterblijven ook. als inspiratie Annekes imponerende dichtregels – hier ook besproken

 soms zet ze toch twee borden neer

of legt zijn leesbril naast een boek

het sprak vanzelf dat hij er was

u kent de regels: gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak  – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.

trots
 
hoe het soms niet te begrijpen is
dat je gaat naar wie je lief hebt
om alleen nog dat te zeggen
 
niet meer
om iets te bewerkstelligen
maar om iets te laten
 
zoals we in een stroom
de gelijke stemmen van elkaar kunnen horen
door alles heen
 
het nemen zoals het is
en het verlaten
maar nooit verlaten van wat was

pom wolff
Mooi, de aandacht voor de poëzie van Anneke!
Als altijd inspirerend, hierbij wat het vandaag brengt.
Mooi weekend, groet ook!
Frans



Echo

Dat je hier alleen gaat
het schrijft herinnering op de huid
houdt het daaronder in beweging

de weg naar waar je samen was
kruispunten die je onverschrokken
overstak omdat zij naast je ging

hoe zij nu nog naast je loopt
op die hand vertrouwen is genoeg
dit weten zo vanzelfsprekend

als samen zijn in leven gehouden
in elke stap weerkaatst een echo
ijkt op alle klinkers een gelijke gang

© FT 18.02.2023


we vroegen van U: ‘…verfijndheid van uw hand – over leven of over de dood – over er zijn of over een geweest zijn….’ – frans weet precies het verloren gegane te beschrijven – zoals het in ware liefde geleefd gevoeld wordt door degene die het verlies moet dragen – zo vanzelfsprekend – in wezen zijn hier strofe 2 en 3 de kern – in alle eenvoud weergegeven – de strofen 1 en 4 de omlijsting – mij net iets te dichterlijk – strofe 2 en 3 zijn mooi van eenvoud – doen pijn van de beschreven eenvoud – behoeven eigenlijk niet meer tekst:
 
de weg naar waar je samen was
kruispunten die je onverschrokken
overstak omdat zij naast je ging


hoe zij nu nog naast je loopt
op die hand vertrouwen is genoeg
dit weten zo vanzelfsprekend


 
 
Sprekend bestaan

Ik zou niet zeggen dat je hier bent
de kluizenaar in mij zoekt niet echt

jouw ogen treden rustig de mijne binnen
vangen mijn stille woorden liplezend op

we spreken vanzelf tot de spiegels
van ons bestaan laten elkaar gaan

het mozaïek van romantische knipogen
kleurt de tijd en laat de tranen drogen.

Rik van Boeckel
18 februari 2023


ja ik weet niet of een beschreven ego hier de goede maat is – natuurlijk rest de kluizenaar zich zelf en dient hij/zij voort te gaan in het leven op de poëtische wijze zoals rik dit in de laatste strofe heeft beschreven. neem het goede mee en pas op jezelf lijkt de goede raad van de dichter. op zich niets tegen in te brengen.
zelfs na zoveel jaren  
soms nog steeds  
diezelfde droom 

hierna zoekt zij elke keer 
naast haar in het te grote bed
op de tast vergeefs naar hem

slaapdronken draait zij zich dan om 
en trekt het dekbed strakker om zich heen

anke labrie 
18-02-2023

een droom, het tasten en het dekbed om haar heen getrokken – het gemis in een drietal scenes vorm gegeven .de woorden liggen in het verlengde van de regels van anneke wasscher – in dezelfde eenvoud, dezelfde leegte die alleen wordt opgevuld met woorden en met de beschreven handelingen.
weerzien

hij durft haar nauwelijks te omhelzen
na al die jaren
broos is ze haast schriel
haar eens zo dichte haar doorzichtig nu

zij had hem anders verwacht
zijn gezicht gegroefd vermoeid
verschroeid door tropenzon
heeft al lang niet meer de glans van toen
zijn ogen zoeken naar licht

ontgoocheld staan ze daar
verward verloren in hun woorden
op hun gezichten valt schaduw
het park de vijver
de twijgen van de wilgen zwijgen
bijna weemoedig


jako fennek

zo kennen we de dichter van het goede leven weer – de lente tegemoet – de zwitserse zon en bloemenpracht – het rijke leven kortom – maar onze jako weet van het leven en van de vergankelijkheid van het leven – die zich aftekent op de gezichten van de geliefden van weleer – zo kan het zijn of gaan bij een ontmoeting – ont-moeting. mooi beeld: schaduw die op de gezichten der geliefden valt – zo val je in de poëzie van jako. mooi!
Als vanzelf

Ik verliet mijn kindertijd zonder te weten
wat jeugd was en ik moet volwassen
zijn geweest, toen ik je tegenkwam

maar we voelden als kinderen
die al spelend en onervaren
onze ouderdom in liepen.


Vera van der Horst

het gedicht maakt een onaffe indruk – we lezen een paar aanzetten die gelet op de laatste regel niet meteen nieuwsgierig maken naar een vervolg. volgende keer beter.

Share This:

Seraphina Hassels: Telkens storm (en een vallend glas water) 



Telkens storm (en een vallend glas water) 

telkens
struikelt mijn hart
onontkoombaar zo weer in het diepe
nogmaals kopje onder
zinken in elkanders onderwereld

telkens
duiken nog dieper luisteren
zwemmen zwemmen blijven zwemmen niet verzuipen
in die ogen vragen wervelen antwoorden 
de overrompelende veelheid fonkelend

telkens
zink ik als een baksteen naar de bodem
pak jij mijn hand en wil ik alleen nog aanraken 
oplossen omstrengelen onder deze huid kruipen
niet loslaten, niet loslaten, niet 

telkens
net niet verzuipen of juist wel ga ik dit redden jou mij redden
kom ik duizelig en totaal ademloos weer boven
als het vallend glas huilend van tafel stroomt
en ik ook onbegrijpelijk

telkens
weer voor jou val als
jij soepeltjes voor mij op de knieën gaat om
wederom de watersnood op te dweilen 
en mij dan lachend op de mond kust


Seraphina Hassels

Share This: