Midden op het plein, met de kastanjebomen zal ik spelen met de bolsters en de mahoniehouten vruchten, totdat het over is en niet meer die tover is; het is voorgoed voorbij, enkel de herinnering maakt me blij, dat we speelden en lachten en spraken van elkaars gedachten.
We dachten dat het altijd zou duren, maar het bleken slechts enkele uren, tot we wisten dat het over is, niet meer die andere tover is.
het is de leegte die mij wenkt verleidt omarmen wil kom tot mij lokt zij dit is de plek voor jou hier wil je zijn hier weegt geen woord betekenis verlost van betekenis bevrijd van zin en wicht
verlangen aangeraakt o lieve leegte ik zou wel willen dat ik wil maar durf niet ben te bezig nog en bang voor zoveel wat niet is
april 2022 Ien Verrips
‘ik zou wel willen dat ik wil’ verzucht de dichter mooi in de laatste sterkste strofe van het gedicht. hoe zeg je het – het menselijk tekort, het dichterlijk tekort neergelegd in een wereldregel. en daarachter aan nog twee wereldregels:
ik zou wel willen dat ik wil maar durf niet ben te bezig nog en bang voor zoveel wat niet is had vasalis deze regels geschreven en waren ze nu herontdekt literair Nederland zou te klein zijn.
Alles beter dan keurig en braaf Liever darkroom dan conclaaf
Lelijke lezer
Een langetenenlezer ben ik niet Ik houd van lelijk en van dik Helemaal van gebochelde hellevegen En puistige minderjarige knapen
Een heug-en-meuglezer al evenmin Ik ben een alles verslindende veelvraat Zolang het de geest maar corrumpeert en stimuleert Als je er maar stout en vies van leert
Stoute woorden, vieze liedjes Vergeet me welletjes, vergeet-me-nietjes Oudroze lelijke truien breien en luidkeels Zitten bellen in de stiltecoupé
Ondertussen (ook al zo’n lekker vies vrouwenwoord) Met rouwrandnagels neuspeuteren Boeren in het openbaar en winden laten Opzichtig krabben in je kruis
Alles beter dan keurig en braaf Liever darkroom dan conclaaf Dociel en mak of poep en kak Zo’n keuze maak ik met gemak
Vaak zie je ze niet meer. Langs de weg. Kleumend met de duim omhoog. Ik heb er een zwak voor. Lifters. De man heeft zo’n fel oranje hesje aan. Inclusief reflecterende bies. En dat helpt want de nacht is pikzwart. Oplichtend zilver. Wel zo veilig. Zodra ik in de berm tot stilstand ben gekomen duikt ´ie de greppel in om er even later, zwaar hijgend, met een bundel van die grote supermarkt tassen onder de arm geklemd, weer uit te kruipen. In zijn kielzog een kleine hutkoffer zeulend. Wankelend op te kleine wieltjes.
Op een rafelig stuk karton staat z´n bestemming: bijna om de hoek is het. Een dorp eerder dan het huis. Mmm. Mijn VW bestelbus, Grietje genaamd, is nokkie vol. De plastic tassen zullen het probleem niet zijn maar dat ding op wielen? Ik leg hem, wijzend op z’n wankelkar, uit dat het kiele kiele wordt. Dan kijkt hij met priemende kraaloogjes toe hoe ik het kreng met kunst en vliegwerk toch in de laadcabine weet te proppen.
Onverstoorbaar. Eenmaal plaatsgenomen op het bijrijdersbankje blijkt de lifter, een ietwat gedrongen kalende veertiger, over een lachwekkend hoge piepstem te beschikken. En hij piept alsof zijn leven ervan afhangt. Hilarisch. Dat maakt de conversatie moeilijk omdat ik me moet inhouden om niet steeds in een lachbui te verzuipen. Desondanks blijft hij stug volhouden van de Lage Landen en haar inwoners te houden. Piep. J’aime les artistes Hollandais. Piep. Piep. Hij riekt zurig als natte sokken uit mijn laarzen. Piep. Piep. Piep. Stilte. Ik probeer met Van Gogh, Vermeer en Rembrandt het gesprek gaande te houden maar de goede man heeft niks met gestorven beroemdheden. ¨Ils doivent être vivants,¨ zegt ´ie en ik geloof zelfs even dat ik ´em echt begrijp. Hij vraagt vervolgens of ik André Rieu ken. Wie kent hem niet? Werkelijk? Persoonlijk? Nee: gewoon van de TV. De andere namen die hij in rap tempo oplepelt zeggen me niks. Niet zo raar want ik versta niet eens wat hij zegt. En met die piepstem klinken Nederlandse namen met een Frans accent absurd. Weet ik veel waar die man van houdt.
Denk na: Katja Schuurman? Piep. Mieke Telkamp kan niet want die is dood en van S10 zal de goede man wel nooit gehoord hebben. Pieperdepiep. Ik zwijg en kan ternauwernood een lachsalvo onderdrukken terwijl de reeks aan onuitspreekbare namen eindeloos uit z’n mond blijft druipen. Hoor ik hem nou Marc-Marie Huijbregts zeggen? Heus? Met bijbehorende stem die meteen blijft steken in m’n hoofd. Ik proest het inmiddels stilletjes uit. Geen houden aan. Dan blijft het stil tot ‘ie aangeeft dat ´ie d´r uit wil. Dat is zo gepiept. Merci! Even nog en dan fikkie steken. In de haard.
vanochtend net te laat of net op tijd – hij zal er om hangen – ingestuurd voor de zondagochtendwedstrijd – een echte MartinB aan C – nee die laten we niet ongezien voorbij gaan – geniet:
golf
soms mis ik het de verdomde glinstering in je ogen
daarom loop ik vaak naar de zee in de hoop om iets op te vangen
van jouw aanwezigheid maar het blijft wederom bij dom kijken
Dank aan alle dichters die op een moeilijk te verwoorden maatschappij thema instuurden – Ditmar Bakker doet de woorden boven de wereldse ellende uitgaan – meer kan een dichter ook niet – drie dichters houden een pleidooi om de liefde boven alles voorrang te geven – hier graag omarmd – onder de gedichten de commentaren zoals beloofd. ‘Donker denken dwarrelt neer…’ mooier kan deze tijd niet beschreven.
TREURNIS
Treurnis, die als regen slaat, huilt mijn boezem in. Mensen lijden al wat laat kreunen tot de dageraad: waar geen kringloop van bestaat, einde noch begin.
Mensen kleden zich alweer, ik blijf hier, en zit. Donker denken dwarrelt neer: of ik sta, of zit, zozeer onbelangrijk, ongeveer als mijn kledingsnit.
***[D.]
de treurnis in een vormdicht gegoten, klein en persoonlijk gehouden met totaal irrelevante mededelingen die dan ook nog het predicaat ‘onbelangrijk’ meekrijgen hahaha – of ie zit of staat of ligt – het maakt allemaal niet uit – de treurnis slaat dichters boezem in – (zo niet zijn boezem dan toch ik persoons en daarmee lezers boezem in.)
zo zeg je dat. zo maak je treurnis mooi en toch ook van iedereen.
DITMAR BAKKER – Donker denken dwarrelt neer: of ik sta, of zit,
FRANS TERKEN – in de puinhopen van ontluistering en verval
ROB MIENTJES – wij dichters lezen lessen
RIK VAN BOECKEL – Er is geen weg terug naar niets
LUK PAARD – omdat’k droom dat liefde nooit verteert
JAKO FENNEK – ontaard de mensheid vervuilt zijn water
CARTOUCHE – de liefde die alles overwint
ANKE LABRIE – niets blijft buiten schot
wedstrijd gesloten
‘de weg terug’ van Jacob de Bruin
wie wint de enige echte virtuele – de wereld doet de dichter soms ook pijn of ‘de weg terug’ – trofee op pomgedichten punt nl? niet dat dichters verslaggevers zijn, diepgravers of journalisten – de wereld doet de dichter soms ook pijn – de dingen in de wereld – dat ze aan je teksten komen, rampen, oorlog – noem het allemaal maar op – hoe brengt een dichter overweldigende emoties terug tot poëzie – en dat allemaal ook nog in een kleine 20 regels – en vinden we de weg nog wel terug ooit? we gaan het lezen – de dichters kennen de regels hier: gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.
schrijf waar dit is geen tijd om gedichten te schrijven vlieg wat af – stikstof so what kan jou het schelen als je maar geen gedichten gaat schrijven haal ze niet in je hoofd
sterf een heldhaftige dood doe een aardbeving doe een overstroming maakt allemaal niet uit doe een oorlog doe aan liefdesverdriet het is allemaal goed
maar schrijf geen gedicht dan denken ze dat het waar is dan pakken ze het op dan moet het vernietigd dan moet het ausradiert
pom wolff
Met open vizier
Dat het lijf doordrenkt van verzet de boosheid niet bedwongen de tranen niet opgedroogd gekleurd als het bloed in de straten
zo gaan wij door de dagen zien en horen wat om ons aangericht waar wij niet de handen van aftrekken we graven ermee naar doeltreffende taal
brengen zo onze woorden in stelling die als wapens met kruit geladen nog vanuit de loopgraven schrijven wij onze tekens van leven op de muren
in de puinhopen van ontluistering en verval is er geen weg terug
de puinhopen van dichters ontluistering met actuele oorlogsretoriek beschreven – verzet en bloed, in stelling gebrachte woorden, kruit en de loopgraven ook – meer mogelijkheden kent een dichter niet – frans terken haalt alle taal uit de kast om de laatste tekens van leven in de loopgraven te beschrijven.
in de puinhopen van ontluistering en verval is er geen weg terug
de conclusie prachtig beeldend uitgedrukt
De weg terug
Het is stil in dichtersopvanghuis bij de nek gegrepen uitgeperst vastgeketend klemgezet
tot Piet de pen vat ouderwets moord en brand schrijft lusten zullen ze ervan van zwarte poëzie en vette regels
‘Blijf van mijn hoofd’, roep ik nog de wereld is geen watje oorlogen van pindakaas vermoorden de fantasie absurd gevangen wij dichters lezen lessen voor wie horen wil en voelt
Rob Mientjes
ik geloof niet dat ik dichters woorden hier – of zijn het piets woorden helemaal doorgrond. de ik-persoon recenseert piets woorden – nou dan hoef ik piet niet meer te doen – dat is mooi meegenomen op de vroege zondagochtend.
resteert de stilte in het dichtersdorphuis en de ik persoon die piet toeroept en de stilte breekt. wat een toestanden daar in het dorp. ik hoop dat het dorp niet uitloopt vandaag met zeis en stok gewapend op zoek naar piet. piet heeft het wel gedaan – de oorlog kan beginnen. dat piet vandaag overleeft helpen we piet hopen. piet zet het hele dorp in vuur en vlam zoveel is wel zeker.
Tedere pagina’s
Er is geen weg terug naar niets het verslag van de tijd raakt een ieder
de strijdkamer loopt vol en zo leeg tingeltangel geluiden spreken hersentaal
woorden stromen binnen als zinnen de inspiratie tot verwachting of verwarring
afwijzing maakt deel uit van alles waardering laat zich misschien zien
verzen wordt pijn aangedaan tedere pagina’s langzaam opgeslagen.
Rik van Boeckel 25 februari 2023
de eerste regel bevat een dodelijke constatering. daarna herstelt dichter hier regel na regel de tijd – het verleden – in pagina’s die langzaam maar zeker opnieuw worden gevuld met woorden, zinnen, verwachting en afwijzing – pagina’s met pijn.
“ jij gooit met bloeme “
Jij gooide met bloeme al kilos ruite in ik wil nog honderd kere doodgaan en weer op
elke dag is’n nieuw begin naar verder nog ik laat geen spoor sterf tijdig en kan nooit stuk
omdat’k droom dat liefde nooit verteert zo stinkend onder je mooie oge
Luk Paard schrijft meteen zijn eigen recensie – haha – ‘altijd’et beetje sterve maar ik kan nooit stuk’- ik heb daar in wezen niets aan toe te voegen – het gedicht ademt Luk en luk beademt de woorden van dit gedicht.
hoi Pom nog even vlug sturen, voor de avond om is. wens je voor morgen een fijne dag. nog even, dan hebben we weer voorjaar. man, wat gaat de tijd snel voorbij! groet van jako
het roer
ontaard de mensheid vervuilt zijn water het is vooral de zee die kwijnt het roer kan niet meer omgegooid de branding huilt inplaats van golven rollen tranen op de vloedlijn
vaak is het pijn soms schaamte dan weer onmacht die me tergt
had ik nog lef nog kracht nog doodsverachting zo sneed ik vele kelen door van lieden die naar welvaart snakken
jako Fennek
ik zeg uit de buurt blijven als u dichter daadwerkelijk met een mes in zijn hand ziet staan – als uw keel u tenminste lief is – maar nee onze jako hanteert de pen en laat het daarbij. ‘het woord ‘welvaart’ zal hier gekozen zijn vanwege de beelden zee, branding, vloedlijn en golven – volgens mij is een streven naar welvaart niet echt iets slechts – op zich – dat kan ook een duurzaam en sociaal streven zijn. of snijdt dichter liever de gehele mensheid voor alle zekerheid de kelen door – zit ook wat in – dan heb je in ieder geval ook het kwaad te pakken. is ie wel nog even bezig. onze jako.
Kruispunt
Liever een Russin in bed dan een kruis beeld aan de wand, nat van aangezicht en getekend de stroomlijn in haar lijf een raket die vuur en vlam zet in god vergeven nachten, kerk en heilig huis omverwerpt en ontwijdt wijken kan niet meer
stuur een ongelezen brief hef een lied aan, zacht en zie
er is geen weg dan terug naar twee bij twee een ligplaats, loopgraaf om elkaar in te kruipen, het onzegbare – de liefde die alles overwint – verkennen en bekennen op het rode plein van samenzijn – Niki tita Valentyna is haar naam
26-02-2023 / Cartouche
een pleidooi om het rode plein van samenzijn te herstellen – in een taalspel waarbij dichter de woorden afbreekt en samenvoegt om nog meer aandacht voor zijn boodschap te genereren: liefde overwint alles. op het gevaar af dat we in dit land alle russen het oorlogsgraf in wensen breekt cartouche een lans voor een vurig liefdespel dat alle grenzen in woord en zelfs in beeld- let op de vorm van het gedicht – te buiten gaat.
zelfs de liefde
die pijlen en dat dikke jongetje misvormd met vleugeltjes
en steeds dat veel te rode hart dat niet veel goeds belooft
niets blijft buiten schot als de verlievering eenmaal is ingezet
anke labrie 26-02-2023
het verkiezingsdebat geschreeuw dreunt door de kamer hoe zacht ik de tv ook zet – het is ordinair – het is geblaat – het is scoren nou ja scoren – eigenlijk is het niks – helemaal niks en zeker geen poëzie – moeilijk om me te concentreren op de poëzie – op de poëzie van Anke op dit moment – wat is ‘verlievering’ ik weet het niet – op de tv bij het debat is ‘verlievering’ niet aan de orde. grenzen dicht grenzen dicht schettert ze – straks roept ze – dood aan de dichters – de dichters dood. de verlievering is nog niet ingezet.
dit is geen tijd om gedichten te schrijven vlieg wat af – stikstof so what kan jou het schelen als je maar geen gedichten gaat schrijven haal ze niet in je hoofd
sterf een heldhaftige dood doe een aardbeving doe een overstroming maakt allemaal niet uit doe een oorlog doe aan liefdesverdriet het is allemaal goed
maar schrijf geen gedicht dan denken ze dat het waar is dan pakken ze het op dan moet het vernietigd dan moet het ausradiert