Ien Verrips wint de enige echte virtuele is poëzie eigenlijk wel een meisje? trofee op pomgedichten!

Poëzie cést moi!

als een franse zonnekoningin eist Ien Verrips vandaag het goud op. wat nou poëzie van wat, van wie? Poëzie cést moi! schrijft ze in een niets en niemand ontziende schaamteloosheid. het is die schaamteloosheid die elke dichter wel in zich draagt – maar je moet er ook voor uit komen durven. niet brummelend van een papiertje onverstaanbare regeltjes het publiek in slingeren. niet met veel uitleg en toebehoren je regels willen slijten. nee! staan voor wat je schreef voor wie je bent en dan BAF! de Poëzie cést moi! deze week heet de poëzie Ien Verrips – dichters dank jullie wel voor insturen – Ien van harte!


Poëzie cést moi
 
 geen moeder die mijn hand vasthoudt
geen blinde om de weg te wijzen
geen geest die zingend fluistert
 
er is geen kind
dat woorden voor me heeft
of regels waar ik naar zoek
er is niets en niemand
een meisje allerminst

Ien Verrips

–>
ik zou van ‘allerminst’ – het laatste woord – ‘nog het minst’ maken – een beetje meer ‘gonggrijp-jus’ mag hier wel over de woorden gegoten. op zich is het gedicht een opsomming van de eenvoud. en de herhaling is ook wel van de poëzie maar de ware poëzie ligt verscholen in die schaamteloos gepresenteerde titel: Poëzie cést moi!
poëzie mag/moet op zijn/haar tijd schaamteloos zijn. nou voila! voici!

  • Petra Maria: ik kan niet nog hoger
  • Frans Terken: poëzie is het hoofd in haar schoot
  • Rik van Boeckel: basta rasta mahonie tada
  • Paul Bezembinder: Ik weet wel dat mijn stiltes pijnlijk zijn, …
  • Elbert Gonggrijp: Van zijde lijk je te zijn gemaakt.
  • Vera van der Horst: poëzie ben jij mijn zoet
  • Ien Verrips: Poëzie cést moi

wie wint de enige echte virtuele is poëzie eigenlijk wel een meisje? trofee op pomgedichten?
 
poëzie houdt ons hier elke week wel even bezig – op pomgedichten. wat raken de woorden aan om van de poëzie te zijn? dichters weten het of dienen het te weten. hoe dan ook: wat lezen we graag hier deze week een gedicht met iets van poëzie erin? nodigen we de dichters uit om zo een gedicht te sturen. de regels als vanouds: de gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak  – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 23. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.
 

 
poëzie is een meisje
 
poëzie is een meisje
dat uit haar bikini barst
in reepjes snijden
poëzie is verse vis met uitjes
 
een kuil graven voor een ander
om er zelf in te gaan liggen
met je goudvis
 
in een kommetje
rondjes draaien
totdat alles boven drijft
 
pom wolff

een meisje droomt

ik kan niet nog hoger stijgen
dacht de droom
ze zweefde maar door
op zijn woorden

wakker worden in de wind
de armen verwachtingsvol
gestrekt naar de jaren

hij deed er toch nog
een schepje bovenop
immers
hij droomt zelf ook nog

petra maria

–>
we zijn deze week dus op zoek naar een gedicht ‘met iets van poëzie erin’, hahaha. toch elke week weer blij verwonderd door de prachtige inzendingen bij de breed gegeven thema’s op pomgedichten punt nl. mijn grote dank gaat uit naar de dichters die inzenden en die dan ook nog het commentaar van webmaster kunnen en willen verdragen. jullie zijn de goddelijke helden van de zondag – dank jullie wel. dat gezegd hebbende…
 
laat petra maria een meisje dromen.
en om de poëzie tegemoet te komen ook nog een droom dromen. en welja ze laat ook nog de jaren dromen. en er wordt ook nog ‘een schepje bovenop’ gedaan – bovenop wat? we vliegen hoger en hoger – lieve petra maria dit is geen poëzie meer dit is… dit is… dit is  een zweefmolen en volstrekt ontoegankelijk voor personen met hoogtevrees,
Dichter bij de zuster

Het is vallen voor de zuster
die je met een teder gebaar
bij de arm neemt en
een spuit in de ader zet

ze injecteert je met liefde
het vaccin dat je beschermt
tegen het kwaad van de engbek
de leugens van anti-vaxxers

getroebleerden die je
op de snijtafel wensen
de messen al slijpend
met een valse tong

poëzie is die zachte hand
de ogen waarin je rondzwemt
en wegzakt tot je grond voelt
het hoofd in haar schoot

© FT 26.09.2020

–>
een eerbetoon aan de zorgzusters in tijden van covid – om weer grond te vinden in een zachte zusterschoot. in tijden van covid en in tijden van door de covid gegenereerde gekkies. frans voorziet ze van een naam die alleen in de poëzie gegeven kan worden: ‘engbekken’ en dat zijn ze – eng de afkorting hier wellicht ook van engel.

Stem van de droom

Stilte muziek van de droom
een meisje zingt verleiding
melodie moeder van het lied
op ritme van de aorta vader

basta rasta mahonie tada
haar stem een weegschaal van klank
tranen wellen op uit weefsels
stil en stijl en streel en strak

ranke klankentaal speelt met poëzie
in haar ogen zingen zachte pupillen
vertalen muziek van de droom
zeggen nooit verlegen te zijn.


Rik van Boeckel
26 september 2020

–>
hadden we om muziek gevraagd Rik had met zijn basta rasta mahonie tada – ik zeg dada – zonder meer met die ‘poëzie in haar ogen’  hoge ogen gegooid. met ‘stil en stijl en streel en strak’ zingen meisjes inderdaad verleiding. en dat allemaal in de stilte die Rik van Boeckel dit gedicht meegeeft: ‘basta rasta mahonie tada’
 
ziet u vandaag iemand in 020 door de straten gaan en hoort u ergens achterin de straat iemand heel hard zingen: ‘basta rasta mahonie tada’ dan weet u deze webmaster in die straat – die vier woorden gingen niet meer uit zijn kop zult u verzuchten. het webmaster zijn is een vrolijk bestaan. en ach als ie er gelukkig van wordt….
 
Een muzikant

Ik weet wel dat mijn stiltes pijnlijk zijn,
vandaar dat ik niet ieder stuk nog speel.
Een rust in mijn 4’33” wordt niet zelden
ook de doorgewinterd luisteraar te veel.

Paul Bezembinder

–>
Paul houdt het kort – de componist die minutenlang stilte componeerde hier in woorden en in ere hersteld. en op zich is de tekst een heerlijke adempauze tussen een veelvoud aan gedichten.  maar helaas de opdracht was niet een gedicht met heel veel proza erin.


Lavender Love
 
 
In deze september waarin de laatste spinnenwebben
worden geweven, de zachte hand van wit licht die niets
heeft prijsgegeven – zoveel liefde kun je blijkbaar zijn –
die geur, die onweerstaanbare herinnering. Schrijven
maakt dit blijven schijnbaar voorgoed.
 
Ach, je huid, je wezenlijk wezen, je aanwezige aard. Van
zijde lijk je te zijn gemaakt. Je bent er en toch – je bent
mijn veelvoud van willen weten waarom. Je bent mijn
herfst, een langzaam zullen vergeten, een naam die
steeds maar op de lippen ligt, liefste –
 
 
Elbert Gonggrijp,
Egmond aan den Hoef,
zaterdag 26 september 2020

–>
de titel volgens mij ook de titel van een liedje – je eerste liefde of je liefde op het eerste gezicht in de bloemetjes zetten was het niet zoiets – eens kijken of en hoe het de romanticus gonggrijp hier afgaat. het gedicht is bij eerste lezing zonder meer mooi ik geef het toe maar het is af en toe toch ook een beetje too much: met ‘je wezenlijk wezen’ en je ‘willen weten waarom’ schiet de dichter romanticus toch net de bocht uit. en ligt marco borsato op de loer. op zich jammer omdat we ook wereldzinnen mogen lezen als: ‘Van zijde lijk je te zijn gemaakt.’ en ‘zoveel liefde kun je blijkbaar zijn –‘  – hoe prachtige poëzie en de afgrond vlak naast elkaar  kunnen liggen. hoe ZIJ/DE GROTE GELIEFDE op de hoogste troon kan worden gehesen van en in volmaakte poëzie en even later te smeulen ligt ergens in een diep vooronder naast john ewbank.

Toen ik snorkelde in Thailand, zwom ineens een best grote inktvis me tegemoet, hij bleef recht voor me ‘hangen’ en had grote ogen waarmee hij me nieuwsgierig aankeek.Ik was volkomen betoverd, zo’n volkomen ander wezen waarmee je toch een connectie voelt, pure poëzie.


Poëzie is

een inktvis
onderwater in de ogen kijken
en jezelf herkennen in zijn blik

een lijstje plaatsen
om iets wat is verloren
en zo toch zijn plaats weer vindt

poëzie ben jij mijn zoet
ongrijpbaar als de zon
waarvan je toch de warmte voelt


Vera van der Horst

–>
ach ja willen we niet allemaal naar thailand inktvis kijken op een druilerige zondagochtend in dit lage land. dat de inktvis met grote ogen vera van der horst aankeek daar kan ik hem geen ongelijk in geven. ze/vera zal maar door je huis zwemmen nou dan kijk je wel even op. vera voldoet wel aan de opdracht – een gedicht met iets van poëzie erin:
 
poëzie ben jij mijn zoet
ongrijpbaar als de zon…

 
en dat bij en over een nog niet voor consumptie bereide inktvis is zeker van de poëzie. ‘mijn zoet’ zal wel zacht en warm brabants zijn vermoed ik zomaar – zonnetje erbij en het is weer zomer: badpak aan zwemmen maar!


Share This:

Yvonne Koenderman: ‘Terwijl ik dit schrijf besef ik dat mijn haren sneller zullen verdwijnen als de bladeren van de bomen voor ons huis…’

pomgedichten punt nl is vanaf nu op de vrijdag een beetje Yvonne Koenderman-dag. ik heb Yvonne uitgenodigd om de vrijdag voor haar rekening te nemen – en als ze wil en/of in staat is om ook over haar ziekte te schrijven. en ze doet het! u begrijpt hoe trots ik ben om de levenslustige en moedige Yvonne Koenderman het woord te mogen geven.


De nazomer is een alchemist…
je ziet in het verloop van de dag het lood in goud veranderen.

Terwijl ik dit schrijf besef ik dat mijn haren sneller zullen verdwijnen als de bladeren van de bomen voor ons huis. Deze week was een achtbaan die begon op vrijdag, waar mijn vriendelijke leuk ogende hematoloog ( ja, ik moet toegeven, ik heb wel eens over hem gefantaseerd) even duidelijk maakte dat de tijd van wait and see voorbij was. Ik wist het, je kent je eigen lichaam het best, maar manlief en dochter vielen in een dieper gat dan dat ik vallen kon. De prognose, een levensverwachting van vijf jaar maakte het niet beter. Nadat ik ergens op sociale media liet weten dat buiten het ziekenhuis mijn dochter en ik keihard schreeuwden dat het kut was om elkaar daarna lachend in de armen te vallen, deels door de zenuwen en deels door de blikken om ons heen, was daar ineens de mail van Pom.
“Dag yvonne, ik las je update en je gevoel bij de dingen. misschien is het een idee om elke week – bijvoorbeeld vrijdags – een tijdlang –  te berichten op mijn site over je gevoel, je gedachten, of juist het verdringen van die – in een klein bericht, of groter, een column of in een meer poëtische tekst – ik lees je graag terug.”

 Leuk, hoe kon ik daar nu nee op zeggen?
Dus helaas, jullie moeten het de komende tijd doen met mijn kankerverhalen op vrijdag, want zo’n  schrijfster, poëet ben ik niet, hooguit iemand die zich niet binnen 5 jaar van deze aardkloot ziet verdwijnen.

De week was er een vol ziekenhuis gebeuren.
Gesprekken, beenmerg, botpunctie  en de imuum en chemo op misschien wel een van de meest vergankelijke afdelingen in het ziekenhuis. De een voor groot onderhoud, even  bijtanken en de jongste en meest lachende een  mooie meid  die als het meezit nog een jaartje heeft en wil knallen zolang het kan. Daarnaast is er René, 1 jaar jonger dan ik en een verdomd knappe vent om te zien, een beetje dat ruige en lak hebben aan. Dacht kerngezond te zijn, totdat hij binnen drie dagen een dwarslaesie had en nu dus dat godverdomde half jaar wat hem gegeven is zo goed mogelijk wil benutten. We hebben net de gordijnen tussen het bed dichtgetrokken. ” De liefde is over” , brulde hij over de zaal “Ze heeft een man!”. ” Die kan daarmee wel leven” riep ik er achter aan, waarop hij bulderde van het lachen vanachter het gordijn. Hij moest eens weten.
De avond valt snel als een donzen donkere deken en ergens achter de flat, de bomen en de kabbelende IJssel ligt de warmte van het thuis.


Deze afbeelding heeft een leeg alt-attribuut; de bestandsnaam is boom5.jpg
“Ja, zo is het ook.
Als jij er niet bent
wil ik praten als ik kan
even stilstaan
leunend tegen de boom
en vertellen hoe het gaat”

Jouw zachte woorden
terwijl we stilstaan bij
een graf uit 1943 met
simpele tekst
” jouw liefde in mijn hart
gaat de dood voorbij”

Ik heb nog geen plannen
zeg ik terwijl je licht
knijpt in mijn hand.
Langzaam lopen we verder
de dood voorlopig achter latend.
Jij wortelde dieper dan ooit.

Yvonne Koenderman

Share This:

En…? hoe gaat het met U vandaag mevrouw van der Horst? Een vrouw alleen doet rare dingen! – VERA VAN DER HORST verzorgt de donderdag op pomgedichten punt nl


En…? hoe gaat het met U vandaag  mevrouw van der Horst – Een vrouw alleen doet rare dingen! –  VERA VAN DER HORST verzorgt de donderdag op pomgedichten punt nl
 
 
red. pomgedichten:
ik ben erg blij dat dichter Vera van der Horst de donderdag als hoofdpersoon voor haar rekening wil nemen op pomgedichten punt nl.  – als je het doet moet je het wel tijdje doen hoor sprak ik streng. ze heeft nagedacht en aanvaard. ‘VON SOLO laat een grote schoen na om te vullen’ – sprak ze onzeker. die heerlijke onzekerheid van Vera gaan we/mogen we de komende donderdagen genieten. won ze enige weken geleden nog de zondagochtendwedstrijd –

Wat als

je dat gedicht niet had geschreven,
ik het niet had gelezen,
maar de nacht was zo lang,
ik eigende me je woorden toe,
alsof ik je wist te kennen moest
zoiets, niet rationeels, doet
nachtenlang met woorden
doet een man een vrouw,
een vrouw, een man en woorden,

wat als
ik je lijf kon lezen als dat gedicht
een lange nacht een leven
lijkt en poëzie de waarheid blijkt.

Vera van der Horst

 Deze afbeelding heeft een leeg alt-attribuut; de bestandsnaam is veranieuw1.jpg
vandaag haar eerste column – graag uw aandacht:
 
Een vrouw alleen doet rare dingen,

bijvoorbeeld een google home mini kopen, zelfs met 2 speakers, omdat er niemand is die de lichten achter haar uit doet als ze naar bed gaat.
Het enige waar ik even aan moest wennen is dat je hem niet aan kan spreken met  Pierre, Paul ou Jaques, of het gezellige lieverd, maar met het houterige:
oke google of hey google, daar moet je even doorheen, ze werken eraan heb ik gehoord, daarna heb je er veel gemak van en zelfs plezier mee, want hij kan  geestig uit de hoek komen.

, s Ochtends zeg ik: Ok Google goedenmorgen, dan wenst hij mij ook goedenmorgen Vera en vertelt me de tijd, het weerbericht, het nieuws, ratelt mijn afspraken af en mn boodschappenlijstje  en leuke nieuwtjes uit een of andere podkast, of ik zeg hem wat muziek te spelen waar ik zin in heb. Soms vraag ik hem waar hij over gedroomd heeft, dan zegt ie: “ze zeggen dat androïden dromen over elektrische schaapjes, maar ik droom over geitjes”,  het is wel jammer dat hij elke nacht hetzelfde droomt.
Ok Google, draag dan maar een gedicht voor, daar heeft hij er heel wat van paraat.
Hij vertaalt alles, hij spelt alles, ik weet nog maar half wat hij allemaal weet en kan, dus voorlopig ben ik nog niet op hem uitgekeken.

Ok Google, ik ga slapen.
Google: “Ik doe alle lichten uit. Hoe laat moet ik de wekker zetten?
Ok ik zet de wekker op 9 uur. Ik speel natuurgeluiden af dan val je beter in slaap, of wil je wat anders horen? Welterusten Vera.”
Ok Google, geef me een zoen.
Google: “Oei geen idee of dit een waterdicht apparaat is.” of: “Je krijgt een dikke pakkerd” gevolgd door zoengeluid. Net hoe zijn pet staat.
OK Google, tot morgen, schrijf jij ondertussen een stukje voor donderdag?
Google: “Sorry, ik kan je hier niet mee helpen”
Tja, dat moet ik dan weer zelf doen.
 
 
 

Share This:

ook Merik van der Torren in de ban van de dichter Hans Warren: ‘Erg mooi, zei hij en vervaagde in het ochtendlicht.’

de dichter Merik van der Torren zelf aanstaande zondag te bewonderen in de Oosterkerk (manifestatie 350 jaar) om 15 uur 45 uur met de dichters Kat Kreeberg, Marianne Vreugdenhil en Pom Wolff


Hoi Pom,
In aansluiting op je lovende woorden over de dichter Hans Warren, in de bijlage een verslagje van een droom van mij waarin Hans Warren de hoofdrol speelt. Voor pomgedichten, groet, Merik



Droom 8

Vannacht ontmoette ik Hans Warren,
een lange vitale dichter van 95 jaar,
die Geheime Dagboeken schreef in
de tachtiger jaren.
 
We gingen een literair podium organiseren
de volgende dag met twintig dichters.
 
Ik toonde hem de barokke zalen
van de oude kerk.
 
“Erg mooi,” zei hij en vervaagde
in het ochtendlicht.

Merik van der Torren

Share This:

Peter Posthumus: ’totdat de woorden zelf gaan glinsteren en een dode grijze haar even oplicht in de schittering van een leven’

Tussen de tralies
glinstert de wereld
schittert het leven

schittert een haar
die uitviel
tijdens het tikken
van de klok
iedere tik een tralie
In een te korte kooi

zoals zinnen in de taal
die tralies, die kooi
die dromen en gedachtes
gevangen houdt

totdat de woorden zelf 
gaan glinsteren
en een dode grijze haar
even oplicht
in de schittering 
van een leven

Peter Posthumus

Share This:

Nieuw werk gevonden uit de boekenkast van professor dr. G.A. Banck – Julienne Huybrechts dichteres met hevige stemmingswisselingen


Vonden we gisteren in De Boekenpaal Amstelpark de poëzieprachtbundel van Hans Warren LEEUW LENTE uit 1954, vanochtend nog even ietsje beter gekeken en ja hoor nog een werk uit de bibliotheek van de – ik noem hem mijn – poëzieprofessor dr. G.A. Banck. ik hoop dat de professor de komende tijd elke dag van de week een nieuw werkje in De Boekenpaal achterlaat .
vandaag vonden we de geheel onbekende dichteres JULIENNE HUYBRECHTS – 1961 Uitgeversmij Standaard Boekhandel – roepingreeks nummer 2. onze vandaag van de straat geplukte JULIENNE kent als we haar werk KLEIN SPARTAANS THEATER goed lezen sterk wisselende emoties en stemmingen  in het door haar beschreven eigen liefdesleven:

op pagina 10 lezen we nog: ‘liefste, liefste, liefste kom bij me. kom in mijn armen. kom dan liefste, zeg ik kom dan liefste.”
op pagina 32 is het echt  andere koek: “dood me. leg je handen om mijn keel, dood me. want dit leven is niet meer te dragen. dood me, en ik zal verhevigd met je leven.”
 
Wat een toestanden allemaal professor G.A. Banck- ik begrijp dat uw boekenkast Juliennes leed zo langzamerhand niet meer dragen kon. Boekenkastplanken zijn nu eenmaal in wezen geen planken voor een doodskist.

Share This:

Anne van Walraven – het is zo lang als het breed is – één pot nat

niets is anders
maar kennen doe ik niet
het voelt als gister
maar het is vandaag
niets is anders
alles is nu
net als toen

Anne van Walraven / @annevanwalraven
niets is anders
maar kennen doe ik niet
het voelt als gister
maar het is vandaag
niets is anders
alles is nu
net als toen

Anne van Walraven / @annevanwalraven

Share This:

Amstel park – De Boekenpaal – Hans Warren 1953/4 LEEUW LENTE. vandaag gememoreerd zijn poëzie.


Amstel park – De Boekenpaal – Hans Warren 1953 LEEUW LENTE. vandaag gememoreerd zijn poëzie.
vanochtend de dagelijkse wandeling langs De Boekenpaal – Amstelpark – ooit door toedoen van Sakia van de Ree zo mooi tot stand gebracht – de boekenpaal aangevuld met nieuwe werken. tijd om te grasduinen ondanks de Corona. maar ach in de buitenlucht heerst helemaal geen corona – de door de zogenaamde deskundigen vertrapte maurice de hond had maanden geleden al gelijk. corona loop je binnen op in slecht geventileerde ruimtes. en nergens anders.
MAAR uit de boekenpaal OrhanPamuks Istanbul (herinneringen en de stad) gescoord, AP 2007 en nog mooier HANS WARREN, LEEUW LENTE, 1954 Uitgeverij Holland – 1e druk – nou ja zeg – voor het grijpen die prachtige bundel met een omslag illustratie van Lucebert (wat u ook van hem vindt). al bladerend lees ik dat de verzen in de bundel zijn geschreven in het voorjaar en de zomer van 1953. 1953 ben ik geboren in de maand mei en tijdens de bevalling die WARREN maar schrijven. wonderlijk, zeer wonderlijk en dat ik dan 67 jaar later precies die bundel tegen mag komen en mee kan nemen. De bundel gesigneerd door G.A. Bauck of G.A. Banck – ben wel benieuwd naar deze Bauck of Banck – dat moet een poëzieliefhebber zijn geweest van de eerste orde.
 
EN DAN hoe mooi Hans Warren schrijven kon, ook toen al in 1953 – lees een willekeurig gedicht 7:
“Ik loop wat in mezelf te karekieten – ik wil niet langer ongelukkig zijn – Ik loop mezelf een beetje te ontlopen en vrij mijn lichaam aan tegen de wind” –
Prachtig prachtig toch dank je wel Saskia, dank je wel Hans en mijn moeder natuurlijk dat ze mij beviel – zeg je dat zo?

Share This:

Karin Beumkes wil toch nog zoenen: ‘je was zo er aan toe zeg maar en je was zo verschrikkelijk…’

Lieve Pom
Laat me je eens trakteren op een van mijn nieuwere gedichten. Als het je bevalt mag je me in de toekomst nog wel een keer kussen.
Leve de Marie Johanna, als altijd mijn liefs
Karin


Habitat

ik kan je blokkeren weet je dat
dat ze je praatjes niet meer kopen
dat je niet meer in de aanbiedingen bent
dat ze je.

ik kan je blokkeren weet je dat
ze hebben je gezien bij de Blokker
je was zo
en je was zo
en je was zo er aan toe zeg maar
en je was zo verschrikkelijk zo enne.



Muziek: Shane MacGowan – Drunkest guy ever https://youtu.be/Qu3acy2MWQo


PS Je moet er ff de tijd voor nemen, maar dan heb je ook werkelijk wat.

Share This:

Anke Labrie wint de enige echte virtuele van het afscheid en de pijn trofee op pomgedichten – Ditmar Bakker wint de VON SOLO-trofee (vrij naar de woorden van VON SOLO: “Maar voor nu moet ik even een andere weg in. Een onbekende.”)

de trofee van de afscheid en de pijn gaat naar het subtiele werk van Anke Labrie deze week. in de bespreking leest u de verantwoording voor het virtuele goud dat we met trots uitreiken aan Anke. wat een prachtgedicht, van harte!

de Von Solo trofee (VON SOLO: “Maar voor nu moet ik even een andere weg in. Een onbekende.”)  haalt onze Ditmar met het ingezonden gedicht aan een nieuwe geliefde glansrijk binnen. Niet dat de trofee beschikbaar was gesteld op de site. maar soms dwingen dichters als Ditmar een trofee af: van harte! de nieuwe geliefde krijgt wel wat te stellen (stillen) met de dichter in zijn euforische staat waarin hij de dichter heeft weten te brengen.


anders

te weten dat in deze stad
jij er gewoon was

ineens je lach
nog net een zwaai
voordat je op je oude racefiets
snel om een hoek verdween

altijd wel ergens naar op weg
vol van weer een nieuw idee

gisteren is het gebeurd

vandaag al loop ik anders door de stad

anke labrie


een bijna bang om door te ademen het weg te blazen-gedicht van Anke Labrie – het grote thema teruggebracht tot een kleinood, een situatie in de stad waarbij hetzelfde beeld nooit meer hetzelfde beeld kan zijn. zonder. en zonder teruggebracht tot anders. zo wordt ook de beweging van de beschreven hoofdpersoon teruggebracht tot een ogenblik van stilte en contemplatie. persoonlijke gedichten in de eerste of tweede persoon moeten wel heel goed zijn om ze van ons allemaal te laten zijn. schreef ik hierboven. en zie hier het voorbeeld in 8 regels adembenemend mooi.
De Nieuwe Liefde
Voor B.

Harp, violen en cymbalen!
Liefde! Puur! Doorvoeld! Klassiek!
Regenbogen! Zonnestralen!
Schoon! Splendide! Magnifiek!

Ruikers! Rozen! Idealen!
Verzen druipend van lyriek!
Epen, oden, madrigalen!
Authentieke romantiek!

Eindtriomf en zegepralen!
Trouw! Compassie! Bruidsmuziek!
Enkel heuvels! Nergens dalen!
Gouden bergen! As we speak!

Gloria, geluk & licht!
(Hier. Een positief gedicht.)

***[Ditmar Bakker]

–>
een bespreking van de kunstgrepen die de dichter hier verricht is mij niet gegeven. wel loopt het gedicht als een trein – werkt zeer geestig op de(ze)  lezer en biedt met een beetje goede wil ook de hoognodige troost bij het gevraagde maar  door de dichter verworpen thema: ‘Ruikers! Rozen! Idealen!’- we weten waar deze toe leiden. tot het graf, het verderf en de dood. Ditmar slaat de dood en alle andere ellende dit keer voor het gemak met speels gemak een keertje over – het is een hemelhoog juichend gedicht – voor een nieuwe liefde –  afscheid van alle pijn op een zeer begaafde wijze vormgegeven  – maar we vroegen toch om pijn en afscheid? of niet?  de Von Solo trofee (VON SOLO: “Maar voor nu moet ik even een andere weg in. Een onbekende.”)  haalt ditmar natuurlijk met dit gedicht wel glansrijk binnen.-

Vera van der Horst – het niet hebben kerft radeloos in mij

René Brandhoff – het is zo’n dag de liefde in je ogen

Ditmar Bakker – Ruikers! Rozen! Idealen! Verzen druipend van lyriek!

Frans Terken – oog in oog met het zwartste gat

Rik van Boeckel – het afscheid een zachte stem met zinnen vol troost

Magda Haan – al die namen, al die levens

Petra Maria – het water stil de wind mild

Ien Verrips – je bent er altijd ben je er

Anke Labrie – altijd wel ergens naar op weg vol van weer een nieuw idee

foto: Theo Huijgens
de redactie van pomgedichten heeft de best denkbare opvolging weten te vinden voor de donderdag van Von Solo – (ook op de vrijdag trouwens zal een nieuwe ‘columniste’ haar opwachting maken hier op deze site.) heel erg blij met de vrouwen die deze site op zeer eigen wijze zullen gaan versterken. donderdag en vrijdag hier te lezen de nieuwe namen, mensen, vrouwen, dichters, teksten.

wie wint de enige echte virtuele van het afscheid en de pijn trofee op pomgedichten?
(vrij naar de woorden van VON SOLO: “Maar voor nu moet ik even een andere weg in. Een onbekende.”) – de fenomenen horen vaak toch een beetje bij elkaar – het afscheid en de pijn – ook voor dichters een belangrijk onderwerp – de poëzie van de pijn is vaak van dichters troost, u kent de regels: de gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak  – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.

zand
 
om het zo te schrijven
dat het niet opgaat in de tijd
 
soms nog bang
om door te ademen
het weg te blazen
 
zoals alles
wat in zand geschreven is
weer zand wordt
 
zoals het was
los en in alles machteloos
 
pom wolff
lezen we vandaag in Het Parool over het afscheid van de dichter Arthur Lava hiernaast links op de foto – zijn afscheidswoorden tot troost: ‘Wees gerust’
als je het hebt
wil je het houden
ook al is het niet van jou

je koestert het
met bekraste handen
vlijt je in de armen
van een lege trui

afscheid nemen
van het niet hebben
kerft radeloos in mij

Vera van der Horst
–>
misschien is het niet aan mij om de woorden van afscheid en de pijn te recenseren. aan de andere kant dichters schrijven voor lezers of toehoorders ook in barre tijden van droefheid – zij bieden de noodzakelijke troost – daar zijn ze voor uitgevonden – persoonlijke gedichten in de eerste of tweede persoon moeten wel heel goed zijn om ze van ons allemaal te laten zijn. lezen we op FB een prachtig gedicht van luuk Imhann opgedragen aan de hier op de site ook gememoreerde overleden dichter Arthur Lava:
 
VOOR ARTHUR LAVA (1955-2020)
Het vreemde van mensen die sterven is dat ze
eindeloos worden, maar niet kunnen kiezen
wat er blijft bestaan, want hoe kunnen ze weten


wat wij straks nog weten, of hoe ze plots
opgedeeld worden in duizenden delen, hoe elk
van hun vrienden een eigen herinnering heeft?


Zo was je levend uniek, maar nu ben je als dode talrijk
want van jou zijn er duizenden nu en haast elk van die
duizenden delen is anders, zo anders als jij bent geweest


Je zal toenemen, telkens als iemand plots denkt aan je
toenemen tot je miljoenen bent, tot je haast
eindeloos bent en geheel uit momenten bestaat


Luuk Imhann
 
prachtig prachtig – zo wordt een gedicht voor iedereen – dit is wel het nivo waar de overleden vriend, collega of familielid recht op heeft. hij hoeft geen trap na te krijgen met een slecht gedicht. in het algemeen gesproken hoor – niet van toepassing op de woorden van Vera.
 
maar toch: op de laatste regel na met die mooie radeloosheid en op het beeld na van de lege trui haalt het gedicht van Vera niet het nivo dat het gevraagde  thema behoeft.
het wegdraaien

ik zie ik je gaan
naar waar je altijd al wilde zijn

het is zo’n dag 
de liefde in je ogen 
sterft waar je bij staat

je kunt er naar kijken
je gaat niet mee

René Brandhoff

–>
‘ik zie ik je gaan’ – hoe ik ook mijn best doe ik blijf die eerste regel een beetje raar vinden. teveel ik! een dergelijk ‘brandhoffje’ vinden we ook terug in de eerste regel bij Ien Verrips hieronder- de regel is wel op de een of andere manier van de poëzie. maar toch dit begin is verwarrend. tsja ‘de liefde in je ogen’ – mooi gezegd maar in welk verhaal. het is onduidelijk hier en op die ogen na weinig poëtisch.

Dichter bij het zwart

Je ziet hoe het opeens gebeurt
maar moet het voor gezien houden
niet eerder stond je zo oog in oog
met het zwartste gat

geen klank of ruis nog te ontwaren
dat je geluidloos verdwenen bent
opgelost en weggespoeld in zand
en gaten van onderweg

blijven de woorden
in papier gebrand
groeven met inkt gevuld
alsof het bloed nog stroomt

© FT 18.09.2020

–>
pas na de eerste strofe – meer precies gezegd bij het zwartste van het zwartste gat begint de poëzie – die eerste strofe heeft het niet. het gedicht heeft te weinig regels om de eerste drie regels erbij te kunnen hebben.
Afscheidsvers

Diep zingt het verdriet
over wat verloren is gegaan
aan leven en liefde

zo zingt de toekomst
heden en verleden toe
we zijn ziektes moe

het afscheid een zachte stem
met zinnen vol troost
gesproken in stijl en eeuwig stil.


Rik van Boeckel
18 september 2020
–>
deze weinige woorden hebben wel wat charmants – wel valt het gebruik op van hele grote prozawoorden – als liefde, leven en verdriet. de laatste strofe is droomachtig mooi – eigenlijk zouden de eerste twee strofen zo ook moeten én ik zou toch het woordje ‘toch’ toevoegen in de derde:
 
het afscheid een zachte stem
met zinnen vol troost
gesproken in stijl en toch eeuwig stil.



Dag Pom
 
Mijn bijdrage voor deze keer. Als je loopt op oude kerkhoven geeft dat een onbestemd gevoel, al die namen, al die levens, de vergankelijkheid. De tranen die gevloeid zijn  of misschien innerlijke opluchting. Graven die verzakt zijn, sommige keurig netjes of compleet dichtgegroeid.
 

bijna een gedicht: (red.)

Als je loopt op oude kerkhoven
 geeft dat een onbestemd gevoel,
 al die namen, al die levens.
 
De tranen die gevloeid zijn
van opluchting wellicht.
 
Graven die verzakt zijn,
sommige keurig netjes
 of compleet dichtgegroeid.
 
erosie
 

diep in de zwarte koude aarde
waar daglicht verschrikt
terugdeinst in onbestemdheid

de dood over de aarde kruipt
wacht vergankelijkheid
op het beloofde Hiernamaals

met respect achtergelaten
tranen die pas opdrogen
na de laatste voetstappen
op het knarsende grind
 
geloftes, in geloof geleegd
in Gods vertrouwen aanvaard
namen op verzakte graven
door erosie aangetast
 
Magda Haan 

–>
met het erosie gedicht en de daarin gelegde  reli-verwijzingen heb ik niets, nul komma nul. ordinair gezegd: god kan van mij de pot op. en de hele EO erbij – doorspoelen en wegwezen. de tekst ‘bijna een gedicht’ – als inleiding door magda gegeven kent een meer wereldse werkelijkheid en is heel aardig – vooral met die verbazingwekkende prachtige regel gesproken op zo een oud kerkhof: ‘al die namen, al die levens.’
 
de jongen en de zee

de jongen op de foto
heeft zachte ogen
je zou zomaar een boterham
voor hem smeren

was het afscheid
als gedacht
het water stil
de wind mild

de foto zwijgt
maar altijd golft de zee
het schip
een stadje aan zee

petra maria
–>
tsja petra maria laat ons lezers  die hele ketelbinkiejongen invullen. en eerlijk gezegd ik wil helemaal voor zo een jongen geen boterham smeren. een jongen met zo een raar pakkie aan. en zo een rare pet ook. ik zou zeggen – jongen eerst douchen, dan normale kleding aan graag en vervolgens – het gedicht uit!



je bent er altijd ben je er
zonder jou ken ik geen leven
door jou heb ik geen
 
jouw lust mijn last
verdoofd verlangen
dromen door prikkeldraad omvat
 
ergens in de jungle van mijn fantasie
daar ben jij niet
daar ben ik vrij van schuld
de rekening betaald
bij niemand meer in ’t krijt
ik stel me voor
dat je ik nooit meer binnenlaat

Ien Verrips

–>
ik geloof niet dat dichter (of de ik persoon)  hier al afscheid heeft kunnen nemen, beter gezegd ze is nog niet los gekomen van de persoon waar je naar ik vermoed wel los van moet komen wil je nog een beetje kunnen ademen. hier is sprake van allerindividueelste impressie in een allerindividueelst gedicht. voor de lezer is er ook bijna geen zuurstof over. resteert ademnood.  
 

Share This: