Lisan Lauvenberg onthult na zoveel jaren uit het boekje van krokodillenleer: ‘Ik loop je Ik denk je Ik droom je Ik dwaal met je.’


Mijn mond herhaalt jouw glimlach
en de licht cynische blik
die je meestal draagt
voel ik vaak in mijn ogen.
 
Ik loop je
Ik denk je
Ik droom je
 
Ik dwaal met je.
Schop je heen en weer
tussen al die andere gedachten,
die mij moeten herstellen.
Ik raak je niet kwijt.
 
Ik voel je
Ik hoor je
Ik zie je
 
Ik zie je anders
dan toen
we kusten in de stad.
 
Ik zie je liever niet
als je
schichtig nu
voorbij schiet.
Lief
 
© Lisan Lauvenberg
1987
Gepubliceerd Viva 1988


 


Ik kwam een boekje tegen, een ringbandje dat ik ooit kocht in Italië, omdat ik vaak overliep van de vele zinnen die in mij opborrelden. Het heeft een kaftje dat lijkt op krokodillenleer. Ik werkte toentertijd in de Nes en in de zomers vaak op festivals met maffe Amerikaanse acteurs. Veel reizen, veel wachten, veel idiotie, omdat de acteurs liever stoned waren dan op het podium stonden.
In het boekje staan losse flarden en aantekeningen voor nieuwe stukken en de ergste gebeurtenissen. Maar ik heb mijn vriendin waar ik mee samenwerkte beloofd om daar nooit meer over te spreken.
Tussen alle rommel staat dit  bovenstaande gedicht.
Ik heb het dus opgestuurd naar de Viva en het werd geplaatst! Ik kreeg 75 euro voor de publicatie, wat een bevriende dichter veel vond, zoveel had hij verdiend met zijn hele bundel. (Ik noem geen namen)
Ik wist toen, of nam toen aan, dat ik geen serieuze poëzie schreef, maar Viva poëzie.

Maar nu 33 jaar later klinkt het nog steeds fris en ritmisch. Ik weet niet, nog steeds niet of het poëzie is. Maar het is helder. Bij Festina Lente werd het gezien als een slam gedicht.
Maar alleen ik, ken de man, het deel van de stad en het gevoel dat ik voor hem had.
Liefde verdwijnt in een wonderlijke leegte. Maar deze woorden brengen het gevoel weer tevoorschijn, over de verdwaasdheid en de wanhoop die ik toen  had.
 
© Lisan Lauvenberg
4 augustus 2020

Share This:

Anne van Walravens brief voor de dinsdag: “eenzaam zijn we toch wel…’ – (vanmiddag Lisan Lauvenberg op de pom met zeer persoonlijke ontboezemingen)



Verheerlijk maar, 
die binnensmondse klinkers
tijdens je zoveelste ziel verdovende dinertje. 

Leef je maar uit op het terrasje, 
terwijl je zwijgend in je herinneringen reist naar vroeger.

Houd maar van elkaar, levenslang, 
zoals je handtekening heeft beloofd.

Vergoddelijk het idee
dat je niet alleen bent. 
Betreur de alleenstaande. 
Verfoei het vonnis in stilte, 
eenzaam zijn we toch wel. 


Anne van Walraven
@annevanwalraven

Share This:

waddenmeisje Karin Beumkes groet, leeft, vloekt, erft en ontmantelt – de maandag van beumkes op pomgedichten punt nl

Aloha dichter
Hier is een bericht van het Waddenmeisje. Wees gelukkig en leef.
Al mijn liefs
Karin


Vloek

Een stapel viskisten tegen een muur
onbegaanbaar terrein, humusgeur en wilde bessen
en op een dag telde ik de flessen
meters gedistilleerd heeft hij gedronken
de brandnetels proeven alcoholachtig naast de schuur

wij wisten er allemaal van
een geheim, een vloek die kroonkurk
in ons gebotteld om ooit knal te gillen
wij hadden een granaat geërfd
die in ons verborgen lag.

Karin Beumkes

The Dubliners – Seven drunken nights https://youtu.be/5CWIIoSf4nw

Share This:

Frans Terken wint de enige echte virtuele roelof hartplein trofee op pomgedichten – Cartouche zilver, Petra Maria brons.

  • Frans Terken: koester de schatkist in je hoofd
  • Petra Maria: en we noemen het vrijheid verdomme
  • Cartouche: maakt dit hart, dit plein de mens

een verwoede strijd om de eremetalen goud zilver en brons deze week tussen de finalisten. de zondagochtendwedstrijd starten we langzaam maar zeer zeker weer op in deze maand augustus. in tijden van covid kunnen we niet zonder poëzie. het goud wordt gereserveerd voor Frans Terken. de wijze raad geschreven op het roelof hartplein 2020 zelf – nou ja zo lijkt het – in poëzie gelegde woorden vandaag in het zonnetje. doen we Cartouche zilver om zijn laatste 6 regels en Petra Maria brons – oprechte woede nooit weg in deze wereld die ze nederland noemen.


wie wint de enige echte virtuele roelof hartplein trofee op pomgedichten?
een eerbetoon aan de dichter  jan arends zou het kunnen zijn (‘Ik vraag geen mensen bij mij thuis. Ik weet dat wie koffie bij mij drinkt zich later ophangt.’ – Jan Arends)  die net voor zijn lunchpauze in 1975 dacht ik in vogelvlucht de wijk nam, of een eerbetoon aan de huidige wapperende vlaggen, wellicht een eerbetoon aan 020 of aan het grand café Wildschut tegenover de openbare – of z omaar een plein in zomaar een stad waar u nog zonder mondkapje kunt oversteken of moet wachten op de tram – op lijn 3, lijn 24. lijn 5. aan het Duivelseiland gelegen, bij het museumkwartier en bij de pijp ons aller roelof hart plein in het zonnetje. vernoemd naar de geneesheer en filantroop Roelof Hart 1837-1892. zomaar een plein zomaar een thema u kent de regels: de gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak  – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.



het was zoiets als honderd uit
zoals ze over de dingen vertelde
maar toch ook
alsof ze nog geloven moest
in de woorden die ze sprak

én hoe ze langzaam weer in zich zelf verdween
onherbergzaam, wreed alleen

 
pom wolff

Dichter bij de mast

Zie de regenboog in top
geen mast waaraan je nu wilt hangen
er valt nog zoveel goud te vinden

neem er op tijd een kop koffie bij
even uitrusten van het gezwoeg
dat de tredmolen van je vraagt

en mijd de drukte de priemende ogen
van de meute die je op de hielen zit
ook daarvan ben je niet gediend

koester de schatkist in je hoofd
hijs zelfs de magerste woorden hoog
druk ze behoedzaam aan je borst

dat ze gestaag in het ritme wapperen
van het standvastig kloppend hart

© FT 31.07.2020

–>
aan de inmiddels imposante reeks ‘dichter bij..’ voegt frans terken deze week een mooie toe. het lijkt erop dat de dichter plaats heeft genomen op het terras van café Wildschut tegenover de openbare bibliotheek gevestigd in het wooncomplex  aan  het roelof hartplein – hartje amsterdam –  ik dacht toebehorend aan woningbouwvereniging ‘de samenwerking’. een mooie plaats voor goede raad die hier de lezer – en wellicht ook posthuum ‘de psychiatrisch gestoorde mens’ Jan Arends – de dichter/schrijver – gegeven wordt. ‘koester de schatkist in je hoofd’ een prachtige regel in het gedicht en zo vreselijk van de eenvoud dat er te vaak aan voorbij wordt gegaan. niet door professor Scherder natuurlijk. wel door de jagende en jakkerende mens, door dichters, door de opgejaagden in de wanhoop. het plein, de stad, de onrust, tramgeluiden, optrekkende scooters, rennende mensen naar overal heen. een kopje koffie drinken met dichter terken op een terras in amsterdam een verademing – gedicht als verademing.  
het voorbije plein

uit jezelf getreden
dwaas
de blauwe hemel
kon ik raken
vandaag
auto’s razen langs
waar de verschoten fontein
het middelpunt was
handen koelend
in het water
non potable
roze eclair
grote dromen
vandaag
op het voorbije plein
worden dromen
verkocht
van kinderen
van morgen
en we noemen het
vrijheid
verdomme
was het nog maar gewoon
een plein

petra maria


–>
petra maria in woede ontstoken – beschrijft een situatie die haar erg dwars zit. het plein dat niet meer het pleintje van vroeger is – zoveel halen we zeker uit de woorden. ik mis even de connectie met het roelof hartplein. maar misschien zien dichters andere dingen dan wij  gewone stervelingen. zien ze het voorbij aan zich voorbij trekken en schrijven ze dan een vlammend protest. als troost mag dienen het feit dat ook de tegenwoordige tijd van voorbijgaande aard is. wat zeg ik vandaag is sneller gisteren dan je denkt.

Hercules
 
De platanen op de Alameda*
deert de avondhitte niet, zij blust
de lust in genen dele, laait het vuur
in moorse tongval en weids gebaar
 
dicht bij elkaar of geschaard
rond een tafel borrelt het en bruist
hoe mee te gaan met het licht
hoe dicht je de ander
 
nabij kunt – juist in het ondergaan
van de zon, de slagschaduw van de nacht
het zwaarste van alle werken van Hercules
maakt dit hart, dit plein de mens
 
halfgod, held
 
GV / 041018/010820
*Op dit plein van Sevilla, de Alameda de Hércules staan twee grote Romeinse pilaren, waarvan één het beeld van Hercules draagt, die volgens de overlevering de stichter van Sevilla was en die het tweede deel van de naam vormt. Hercules wordt geflankeerd door Julius Caesar, die deze toenmalige romeinse nederzetting bezocht heeft. De Moren gaven Sevilla de Arabische naam Ishbiliya, dat later veranderde in Shbiya, waar ook het huidige Sevilla van is afgeleid.


dichter Cartouche neemt het ervan – waar wij het moeten doen in tijden van covid met het roelof hartplein – om de hoek – indachtig de dichter sander koolwijk – om de hoek van de straat waar ik woon … – reist dichter Cartouche af naar zonnige streken – welja daar zit meneer achter glazen ijs en alcohol zijn gedicht te doen – verantwoord dat wel – dat we weten wat we moeten weten. en in en met de laatste zes regels verovert ie dan ook nog mijn hart. ja zo zit je op een plein in het avondlicht ergens ver weg. en wij met hem, met zijn woorden.

Share This:

Abraham Von Solo in contemplatie: ‘Net als het schudden van een hand tegenwoordig. Het voelt of je bij de ondergrondse hoort en een strijdmakker tegenkomt…’


De zon stond nog hoog aan de hemel en straalde boven de landingsbaan van vliegveld Zestienhoven. Gevlogen werd er niet. Het gras was ten minste twee kontjes hoog, op het hoge talud, tussen de Rijksweg en de hsl-lijn, waar je alleen lopend kan komen als je de weg weet. Ik zat op mijn canvas pukkel om te zorgen dat ik geen nat achterwerk zou krijgen. Gras is toch altijd een beetje vochtig bij de grond, als het loof hoog staat. Ik schonk me een glas Duvel in, uit één van de flesjes die ik een half uurtje daarvoor bij de avondwinkel had gehaald. De wind woei aangenaam en de zonnestralen zorgden ervoor dat het leek of mijn glas straalde, toen ik het hief. Outdoor drinking. Hoe kon ik ooit vergeten zijn hoe fijn dat was. In Zeeland waar ik opgroeide leerde je dat wel. Er was verder niks.
 
Vanmiddag vond ik mij in Rotterdam op een benedenwoning. Naast mijn gezin was er nog een gezin aanwezig. Plus nog een man en een vrouw. Rotterdam is qua Corona nu ongeveer het Antwerpen van Nederland. En daar ben ik dan. Onder de mensen. Ongemakkelijk bleef ik wat in de deuropening staan en zo snel de mogelijkheid zich voordeed, ging ik weer naar buiten. Het achterplaatsje op. Het was alsof ik degene was, die de sigaret afsloeg, als het pakje langskwam. Degene die geen biertje hoeft als de rest wel drinkt. Het braafste jongetje van de klas. Terwijl ik dat helemaal niet ben. Drie weken geleden stond ik nog geheel Corona-onverantwoord, dronken te dansen met tieners op nineties muziek in een vage kroeg in Belleville. Dat voelde als een daad van verzet. Net als het schudden van een hand tegenwoordig. Het voelt of je bij de ondergrondse hoort en een strijdmakker tegenkomt.
 
Het zijn tijden, die me in gedachten terugbrengen, naar de tijd dat ik jong was. Dat er geen mobiele telefoons waren. Dat je echt alleen kon zijn. En ook toen moest je moeite doen echt de mensen te vinden waarvan je hield, en die van jou zouden houden. Je kon en mocht fouten maken. En je moest zonder oordeel de gevolgen dragen. Ook als niemand het zag. Tussen mij en de zee, was er niets, als ik aan de dijk lag. Er was geen hogere wereldlijke macht die zich te velde deed gelden. Als god bestond, was er niemand, die tussen ons in stond als we spraken. En niemand om me te beschermen tegen zonde. Geen kudde om me in te verschuilen.
 
Intussen behoor ik tot een kleine roedel, die mijn gezin heet. Maar nog steeds, als de maan hoog staat, huilt mijn hart, wetend, dat ik heiligdom nooit in de ander zal vinden. De wereld nimmer een kraal zal zijn voor mij. Slechts bij keuze een spiegelpaleis.

VON SOLO
DICHTER, COLUMNIST,  PERFORMER EN CINEAST
Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl
Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl 
 

Share This:

ook Merik van der Torren zet de jarige Mirjam Al in goddelijke bloemetjes: “hallelujah, looft den Heer”

Mirjam Al tachtig jaren

gisteren mochten we hier op de site al vooruitlopen op de heuglijke dag ‘die je wist dat zou komen’ – een koninklijke dag – de enige echte koninginnendag: Mirjam Al tachtig jaren!! de dichter die haar het meest nabij staat Merik van der Torren laat zich natuurlijk niet onbetuigd en zet zijn Mirjam Al in de poëtische bloemetjes. hoewel merik niet echt een kerkelijk tiepje is – laat ik het zo stellen – de kerkelijkheid van een merik van der torren is nog nooit iemand opgevallen – prijst hij spontaan de Heer in zijn eerbetoon en felicitatie – moet kunnen in deze tijden van pride en vlaggenparades. hoe dan ook merik op woensdag is geheel ‘gewijd’ aan de goddelijke grootheid van de amsterdamse poëzie: MIRJAM AL.


Hartelijk gefeliciteerd !

 
In rozenpracht en hortensia’s,
bij dagpauwogen en zoemende wespen,
allerliefste hondjes en de poes langs de weg,
de kakariki en de talloze merels en merels
vluchtend in de oude wilgen, hoor ze jubelen:
 
Mirjam Al tachtig jaren,
hoe heb je het kunnen klaren,
 
hallelujah,
looft den Heer,
 
29 juli  2020

Share This:

Mirjam Al – amsterdamse dichteres – morgen 80: “op een dag hoor ik je stem en je antwoordt – die dag zal komen – die dag verzonken in de tijd”

als er een in het zonnetje mag dan is het mirjam al wel. woensdag 29/7 is de grote dag in Amsterdam – dichteres Mirjam Al wordt tachtig jaar. op pomgedichten levert ze zo af en toe – maar nu al jaren – een kort verhaal af, een gedicht, een schets, een grapje. wij van hier – de gehele redactie – wensen mirjam een rijke toekomst. op naar de negentig. op naar nieuwe schoonheid.
en als ik schoonheid zeg bedoel ik ook schoonheid. lees de woorden van Mirjam Al over die dag verzonken in de tijd.

Share This:

Anne van Walraven aan zee

Verdwijn 
in de golven van de zee
laat je maar leiden.
Voel geen woeste weerstand, 
noch voorafgaande kalmte.
Voel geen druk in het diepste, 
noch het licht aan het oppervlak. 
Laat het je niet dragen
of verdrinken, 
maar laat het zinken
In al hetgeen wat overblijft 
wanneer de golven bewegen.
Bijna de kust bereikt, 
even het zand gekust 
en weer terug.


Anne van Walraven
@annevanwalraven

Share This:

Karin Beumkes deze maandag met pure poëzie: ‘Neem hem in ogenschouw. Zoals hij daar voor je lag. Met dolgezwollen ogen…’

van Karin, rechtstreeks van Teksel met al mijn liefs.
Karin


Een open man naar God

De stoet bedaart.
Waardig prediken wat duiven
De laatste wind waar hij op viste bedient hem ook.
Zijn strook wacht aardig wat bezoek

Neem hem in ogenschouw.
Zoals hij daar voor je lag.
Met dolgezwollen ogen zag hij blauwe duinkonijnen.
Wat schaduw met hem deed zwolg gisteren aan tot vechtpartijen
wie ooit zijn lievelingskind had moeten zijn.

De open man neemt geen materiaal
hij bestaat uit zevenendertig emmers water
God wast zijn vingers uit
en ook de horizontale strepen verkalken

Over de volgende week komt hij door mijn kamers zwalken.
En altijd weer zo als zijn petje staat.


Karin Beumkes
Muziek: Rudolf Schock – Du bist die welt für mich https://youtu.be/SLEuIYcdpM4

Share This:

dichters winnen de enige echte virtuele – welkom in het leven hier – trofee op pomgedichten



o-parompompom o-parompompom – het zondagochtendlied uit volle borst hier gezongen. mooie lieve inzendingen – zelfs een ditmar bakker deze week erg invoelend – allemaal vanwege  – ik citeer margo van gelder – ‘de oneindig mooie MIO’.
Anke Labrie geeft wijze raad. Frans Terken met een ‘dichter bij nieuw leven’.
 rik van boeckel verzorgt meteen al een kleutervoorstelling. petra maria neemt ons mee de bergen in en Cartouche spreekt in oud nederlands over een ‘kindekijn’. ik dank de dichters natuurlijk bij deze bijzondere gelegenheid. de wedstrijd starten we in de weekenden weer langzaam maar zeker op. deze week alleen maar goud aan de horizon – alle dichters goud.
het opaschap heeft wel wat. je hoeft niet te bevallen. en toch bevalt het. je hoeft geen borsten te geven. je hoeft niet elke drie uur je bed uit. bijna zou je zeggen – grapje hoor – sla gewoon het ouderschap over –  veel te vermoeiend voor een man/vader zeker – en start meteen het opawezen op.
hoe dan ook. erg blij met ‘mijn’ MIO, ‘de oneindig mooie MIO’
, erg blij met  jullie inzendingen bij het thema ‘welkom in het leven hier’ – dank jullie wel.
 
  • met bijdragen van opa: jij hongerlief, jij wonderlief – o MIO jij
  • Frans Terken: dat het mooi en goed is een kleinood
  • Anke Labrie: voor nu en later
  • Cartouche: O kindekijn net geboren nieuw gezicht een en al
  • Ditmar Bakker: ’t Is een mooi kind – een huid als alabaster, de haartjes zwanendons.
  • Rik van Boeckel op ‘De zolder van opa” – met Robert Baarda. We hebben de voorstelling 2 seizoenen op scholen in Spijkenisse gespeeld.
  • Petra Maria: van mijn armen tot mijn graf omsluit ik jou
  • Lisan Lauvenberg?

wie wint de enige echte virtuele – welkom in het leven hier – trofee op pomgedichten?
lisan lauvenberg deed al een voorstel:  ‘We kunnen een thema maken van liefdes voor onze kleinkinderen”- ditmar bakker zette de opa van MIO in het zonnetje en opa zelf liet zich ook niet onbetuigd – we maken het thema ietsje breder – een ieder heeft wel een welkomstwoord over voor een kleintje in de familie of bij goede vrienden, buren. een hartelijk welkom – een mooi en warm  begin weer van een voorzichtige hervatting van de ‘wedstrijd’ der wedstrijden –  op uw  pomgedichten punt nl. we lezen deze week graag warme welkomstwoorden voor onze jongste lotgenoten. de regels als vanouds natuurlijk: gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak  – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.
 
o sole MIO

hier in de zon waar bowie ooit
met romy haag verkeerde
lopen wij nu jaren later
in het schönberg van berlin
waar auto’s in de straten grazen
vanwege lärm en umweltschutz
is de voorgeschreven snelheid 30 km per uur

hier kwam jij
door je moeder gedragen
en door je vader op handen
en hier zul jij door de straten gaan
om deze stad compleet te maken
jij hongerlief, jij wonderlief
o MIO jij, mijn kleine jongen

voor MIO/juli 2020/opa xxx
Dichter bij nieuw leven

Zoals elk leven een wonder is
het nieuwe van klein begin
tot later veel groter gegroeid

gevoed uit de moederborst en
door haar op handen gedragen
niet minder door vadertrots

en oma’s en opa’s die dichtbij
ook van afstand toekijken en
zien dat het mooi en goed is

een kleinood
dat tot buiten de grenzen
van elke liefde reikt

zo ook deze boreling
in een verre stad
dicht bij het hart gehouden

© FT 26.07.2020

die liefde
 
de herinnering  
aan dit kleine mensje
dat met zoveel liefde
welkom was
 
houd die vast
zijn leven lang
 
ook later
als het niet per se
jouw wegen gaat
 
anke labrie  

Heremijntijd

O kindekijn
net geboren
nieuw gezicht
een en al

plooien nog
een handvol
wijsheid
eeuwenoud

in ogen en
fronselend
boven je
wenkbogen

tekent zich
in voorlijke
vaderlijnen
moeder tijd

uitgediept
kanaal als ware
het ingebed

tandenloos
stil makend
vrij


25-07-2020
Cartouche

 
BIJ EEN GEBOORTE – VOOR POM

Gerechtigd tot pensioen wordt dan webmaster
grootvader, en hij merkt dat al verbleekt:
praatjes van dees of gene poëtaster
die hij uit plichtsbesef nog steeds bespreekt.

Een vierde van zijn DNA, gekweekt
uit heel de mensenpoel, siert nu het raster
der genealogie. Goddank ontbreekt
driekwart en raakt het mensje aangepaster.

’t Is een mooi kind—een huid als alabaster,
de haartjes zwanendons. Natuur? Magie
die symboliek van aaronskelk of aster
vervagen doet: het kind heeft opa, die
beschermen zal voor ’s mensen gif en laster.
Waar blijf je dan met al je poëzie.


-x-
D.
Goedemorgen Pom
Van harte gefeliciteerd Pom met Mio. 
Een paar jaar geleden speelde ik met een collega acteur en muzikant de kleutervoorstelling ‘De zolder van opa’. Met Robert Baarda. We hebben de voorstelling 2 seizoenen op scholen in Spijkenisse gespeeld. Wij speelden als ‘kinderen’ zijn herinneringen. Het inspireerde mij samen met de foto van jou met Mio tot dit gedicht.


Groeten,

Rik 

De zolder van opa

Op de zolder van opa
dansen de kinderen
in zijn oude herinneringen

nu voegt de mooie tijd
een nieuw leven toe
aan de passie van liefde

opa groet de vrucht
met een poëtische glimlach
tot moeders hem voedt

nieuwe herinneringen nemen de tijd
zo zal de toekomst de uren kleuren.

Rik van Boeckel
25 juli 2020
opa pom

het staat je goed
zoals ik al zei
het verzacht, zo’n mensje
ik ben pas omatante geworden
dus ik snap er iets van
denk ik ?


straaltje

bergviooltje op
de harde rotsen

de aandoenlijke onhandigheid
van jouw bestaan
weet dat ik er bij zal zijn

van mijn armen
tot mijn graf
omsluit ik jou

met een verse kijk
op verwondering
in liefde en leven

zo welkom ben je
straaltje
lichtje
lief kind

petra maria

Share This: