
verzorgde door zelfdoding de dood. hij heeft de dood van zijn vader afgewacht. och wat een heerlijke man was joop, wat een heerlijke dichter, wat een heerlijke verhalenschrijver, wat een eerlijke amsterdammer ook. hieronder een gedicht van zijn hand. en één van de hand van jako fennek. de man uit zwitserland die zo lief en ook zo heerlijk vilein kan zijn. maar altijd met zelfspot en met een glimlach. wat houd ik van die mensen. en ik houd van anne hardeman. onze strenge zeeuwse oma. ik verheug me op eerste kerstdag. dan is ze benieuwd wat mijn dochters ons (annemarie en mij) hier in 020 voorschotelen. morgen is het andersom en schotelt vader zijn dochters voor. ik zal anne via FB berichten.


Ik weet, vaak doe ik je verdriet
woorden niet altijd goed gekozen,
dank met de drank en nooit met rozen,
een klankbord om mijn gram te lozen,
maar lieveling, verlaat me niet.
Nooit eens een ridder, steeds bandiet.
Mijn handen losser dan mijn kozen,
mijn jaloezie als ‘k jou zie blozen,
de lekke boot die jij moet hozen,
maar lieveling, verlaat me niet.
Ik weet, je vindt mij hypocriet
als soms mijn spijt wil bovenkomen,
mijn krokodillentranen stromen,
maar lieveling, verlaat me niet.
Toch zal het nog een keer gebeuren
dat je mij onder de trein zal pleuren.
Maar mocht je ooit dat plan beramen
ik zweer ’t je, dan gaan we samen!
Joop Komen

voorbedacht
ik zou haar kunnen zeggen
dat er een merel dood op de rails ligt
ontzet zal ze zich over de rand
van het perron buigen
naar veren zoeken
het beest in gedachten horen kwelen
zo indachtig
dat haar het fluiten van de trein ontgaat
ik hoef haar dan niet eens te duwen
jako fennek