VON SOLO: Ik legde mijn kip op het blok, voelde de nek en kapte met één welgemikte slag de kop eraf…

Het was een vrijdagmiddag vijftien jaar geleden. Ik kwam binnen in café The Rythm op de Oude Binnenweg. Mevrouw Solo was er al. Ik kreeg meteen een Hertogje in mijn handen geduwd en er ging een schaal met cake rond. Ik barste van de honger en nam twee plakken. Iemand merkte op, dat het spacecake was. Ik dacht dat ik de effecten daarvan met wat bier wel kon compenseren. Anderhalf uur later liepen we door de Albert Heijn op de Lijnbaan en moest ik alle moeite doen bij bewustzijn te blijven. Bewegen ging bijna niet meer. We redden het nog tot thuis en aldaar ging ik out op de bank. Het laatste dat nog door mijn hoofd ging was: ‘Morgen kippen slachten in Brabant.’
 
De volgende ochtend werd ik gewekt daar mevrouw Solo. Ik probeerde op te staan, maar moest vaststellen, dat ik nog stoned was. De avond ervoor was mevrouw Solo thuis nog flink doorgezakt met PanzerDré, die we blijkbaar ergens onderweg naar huis nog van het station hadden gehaald. Kortom, ik kon niet recht uit ogen kijken en de andere twee hadden een monumentale kater. Mevrouw Solo had nog de moed om ons in onze oude Golf 2 naar Brabant te rijden. We kwamen aan bij mijn schoonouders. Er hingen prachtige mistflarden in de tuin die werd betoverd door de vroege voorjaarszon. Achter in de tuin stond een kleine stellage en stonden twee plastic kratten. Mijn schoonvader kwam naar buiten in zijn overal met in zijn rechterhand een bijltje.
 
We hadden in meer of mindere mate allemaal wel eens geholpen bij het slachten van dieren, maar dit was gepland als een ware workshop inclusief villen, plukken, schoonmaken en opsnijden. In de staat waar we in verkeerden, was dat een heikele onderneming. Mevrouw Solo kon zich afzijdig houden, maar Dré en ik zouden allebei twee kippen het proces van leven tot pan moeten laten doorlopen. Nadat mijn schoonvader een voorbeeldrondje had gedaan waren wij aan de beurt. Eén van ons hield de kip vast en de andere diende het kopje ervan af te kappen. Zoals wij eraan toe waren, wisten we, dat degene die de kip vasthield wezenlijk gevaar liep. Dré hakte als eerste en raakte de kip half door het hoofd in plaats van midden op de nek. Hij herstelde zich en maakte het werk af. Daarna was ik aan de beurt en tussen het dubbel zien door wachtte ik een scherp moment af en sloeg toe. Alsof het routine was. Verder verliep alles volgens plan en ’s avonds aten we kip.
 
Deze zomer pasten mijn gezin en ik op de boerderij van vrienden in Zeeland. We waren belast met de taak van het uitbroeden van wat eieren in de broedmachine. Dat leverde na twee weken vijf kippetjes op. Drie haantjes en twee hennetjes. Afgelopen weekend pasten Dré en ik op de boerderij. We hadden te horen gekregen, dat ze wel een haantje voor ons konden afhangen. ‘De haantjes moeten er toch binnenkort aan.’ Ik gaf aan, dat we dat zelf ook wel konden, dus dat ze zich de moeite konden troosten. Die avond in bed dacht ik aan de haantjes en ging met een onbestemd gevoel slapen.
 
Sinds die ochtend vijftien jaar geleden hadden we geen kippen meer geslacht. Toen de boerderij op vrijdagmiddag aan ons werd toevertrouwd was het weer zover. Als een echte American Psycho bedekte ik de werktafel met plastic. Ook op de plek waar de kippen afgehangen zouden worden bedekte ik de vloer met plastic en strooide er een flinke laag zaagsel overheen. De emmer stond klaar, de snijplanken en de messen. Ook het bijltje werd nog even bijgeslepen. Vervolgens liepen we naar het kippenhok en zagen dat er nog net een haan naar buiten liep. Ik sloot het uitloopdeurtje en we wisten dat de andere twee hanen in het hok zaten. Na wat geklungel hadden we de hanen te pakken en liepen beide met een haan ondersteboven vastgehouden aan zijn poten naar de schuur.
 
Ons was aangeraden ze eerst bewusteloos te knuppelen, daar dit humaner zou zijn. Ik gunde mijn haan nog een blik in de zon en gaf hem een klap in zijn nek. Ik kreeg door zijn gespartel echter niet het idee, dat dit erg goed werkte. Dré deed hetzelfde met vergelijkbaar resultaat. Binnen in de schuur zette ik ‘The Rooster’ van Alice in Chains op. Dré probeerde de kop van zijn haan af te kappen, maar murmelde, dat hij de nek niet goed kon vinden door al die veren. Hij had vier houwen nodig om de kop er af te krijgen. De vierkante meter waar we ons op bevonden leek wel een bloedbad. Ik legde mijn kip op het blok, voelde de nek en kapte met één welgemikte slag de kop eraf.
 
Terwijl de muziek speelde hingen we de kippen ondersteboven boven het zaagsel. Zwijgend begonnen we de nog warme haantjes te villen. Na het villen spoelden we de kippen en legden ze op de werktafel om schoon te maken en te portioneren. We lieten de schoongemaakte delen in een pan met zout water op de werkbank staan toen we klaar waren. Het zou die nacht toch koud genoeg blijven om ze daar te laten staan. We hadden geen idee van tijd meer. Alles was voorbijgegaan als een bijna automatische droom.
 
Weer buiten liep ik naar het kippenhok om het deurtje voor de hennetjes weer open te doen. Er snelde een kip naar buiten en het overgebleven haantje, besteeg haar meteen als een echte romanticus. Hij was vandaag goed weggekomen. Het is je soms moeilijk voor te stellen hoe futiel het leven is, tot je het zo onder je handen weg ziet lopen. Met een onvoorstelbaar gemak.  


Von Solo

www.vonsolo.nl

Share This:

pom wolff – ‘hoe wij het niet  – het nog niet – nooit niet denken…’

hoe wij het niet  – het nog niet –
nooit niet denken



hoe zo’n liedje van de zanger
mij weer jou doet denken
hoor
 
hoe de zanger het ook niet weet
hoe wij het niet  – het nog niet –
nooit niet denken
 
vraag het de zanger maar
over zeven jaar
maar vraag het de dichter niet
nog niet – nooit niet

pom wolff

Share This:

Merik van der Torren – kabouters – vinkenoog en vrede


Boskabouters

Zaten ze onder de varens,
lagen ze in het donker te dromen
onder de gespikkelde vliegenzwam
en slaapwandelden ze, deze vriendjes
met rode mutsen?

Of waren we zonder te weten
zelf deze kleine wezens
omarmd door sterren?

De grote mensen met hun zorgen
benzineprijzen en tegoedbonnen,
hun lange gesprekken zonder lachen,
stampen.

Wij kabouters gingen spelevaren,
eikels zoeken, bosbessen,

deden de afwas als de grote mensen sliepen


Merik van der Torren
Hoi Pom,
 
Dit t-shirt met tekst van Simon Vinkenoog werd verspreid onder Simons vele vrienden bij zijn uitvaart in 2009.
Deze tekst nog zeer actueel, groet, Merik

Share This:

IEN VERRIPS over ‘krantenangst’

als jij nog slaapt
de wereld nog
onrust mij het bed uitjaagt
de wanen van de nacht
niet afgeschud nog niet
echoos van bizarre dromen
die mij vergezellen totdat
zij zijn vervangen door de
krantenangst van alledag
van iedere dag
iedere dag
 
 
Ien Verrips
mrt 2022
parool 5-4-2022

Share This:

KARIN BEUMKES maandgedicht: ‘…nu ligt er een zenuwachtige vrouw die oorlogen heeft gezien in een bed naast een man die ik mijn liefste mag noemen…’

nu ligt er een zenuwachtige vrouw
die oorlogen heeft gezien in een bed
naast een man die ik mijn liefste mag noemen

Dear Pom,
Een gedicht als een verhaal,door de wind gemaakt, met mijn vingers geschreven, en hier bij jou veilig in de grootste manier van het gesproken woord
en wat voor eeuwig is wordt uiteindelijk fossiel geworden Liefde.
Liefde in vriendschap.
xxxxx Karin



Epos


Er is zaad gelekt uit een kapot condoom,
na een feestje dat negen maanden duurde
begon ik aan mijn ochtendreis.

De eerste jaren brabbelde ik babytaal
toen ik kleuter was landde er voor het eerst
mensen op de maan.
Mijn engelbewaarder was een Schotse collie
en van mijn zusje leerde ik schaterlachen.
We bouwden hutten uit tarwe, mijn eerste fietsje
noemde ik Henkie naar mijn vader.

Op het schoolplein is mijn ziel volwassen geworden,
ik was een driftige kabouter maar kikkers opblazen
deed ik niet.

Ik was wat melancholiek en introvert.
De schoolmelk kleefde altijd aan mijn lippen

Het flessenmeisje was een titel die bij mij paste,
ik bestond uit rafels en gaten.

En nu ligt er een zenuwachtige vrouw
die oorlogen heeft gezien in een bed
naast een man die ik mijn liefste mag noemen.

Er is zaad gelekt uit een kapot condoom.
Aan elk welwillend werelddeel vertel ik mijn verhaal.

Muziek: Stevie Wonder – Free https://youtu.be/UAz9Q99ryMY

Share This:

Erika de Stercke wint de enige echte virtuele – vandaag in de prachtige vertolking van de volkszanger Eddy Walsh – ‘en misschien ben ik geworden wat jij helemaal niet wou’- trofee op pomgedichten punt nl – Jako Fennek zilver!

dank aan alle dichters voor het insturen – bij de mooie vertolking van vader /papa door de volkszanger eddy walsh. een waardig vader eerbetoon is neergelegd in de woorden van de dichters. het goud zat in de staart. erika de stercke en jako fennek stuurden universeel geldende woorden in – aan ons lezers. in die volgorde goud en zilver. van harte!

wintertijd

dat je maanden meemaakte 
waar de koude als ijspegels 
aan bomen hing

en op huizen sterren tekende 
alsof de zon in haar schaduw
voorgoed was verdwenen 

een tandeloze glimlach kijkt 
hoe de winter in het lichaam
zit en in rimpels open bloeit

jouw tijd rijdt zonder reden  
een eervolle wedstrijd 
papa, zolang het kan, blijf   


Erika De Stercke 

soms zou je wensen dat kinderen maar liever niet over hun geliefde ouders schrijven – hier is het tegenovergestelde te lezen – een werkelijk prachtig poëtisch eerbetoon aan vader uitmondend in die zo directe wens aan het einde van het gedicht – de wens die alle poëzie in zich opzuigt. een monument van een gedicht.

vader

je zwijgen en je cigaren verbraken
nooit de stilte
je sprak waar woorden nodig waren

tot na je ongeluk
de stilte onverzoenbaar stand hield
en niets meer te verbreken viel

je verbogen bril, je ingedeukte
cigarenkoker leven verder in een laadje
je boeken in mijn hoofd


jako fennek drie mooie strofen om de oude gemankeerde man te beschrijven – met zijn Cigaren – ik zou sigaren schrijven – ik zou ook laatje schrijven mar laadje kan mogelijk ook – de poëzie zit in die onverzoenbare stilte, de ingedeukte koker en zijn boeken in het hoofd van Jako. hier 9 regels om een gevoel te cre-eren dat universele gelding heeft. mooi.
  • RIK VAN BOECKEL: papapapa waar ben je
  • FRANS TERKEN: Alsof vader niet anders gewild heeft
  • IEN VERRIPS: samen op het dak van ons huis
  • ANKE LABRIE: mijn vader was nooit bang
  • CARTOUCHE: het was een brommer de Berini waarop hij over het grindpad kwam
  • ERIKA DE STERCKE: papa, zolang het kan, blijf   
  • JAKO FENNEK: je verbogen bril, je ingedeukte cigarenkoker

voor moeder schreven we eerder – nou maar eens voor vader – of over de sneeuw dat mag ook – waarin de volkszanger zijn liedje zingt: wie wint de enige echte virtuele – vandaag in de prachtige vertolking van de volkszanger Eddy Walsh – ‘en misschien ben ik geworden wat jij helemaal niet wou’- trofee op pomgedichten punt nl – u kent de regels van de zondagochtendwedstrijd: gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak  – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.

foto: theo huijgens

herinnering
 
ik weet je tuin nog
met een heg tegen de buren
het plastic tafeltje
voor als het weer op frankrijk lijkt
 
weet van de dagen
die achteloos voorbij gingen
oplosten in diezelfde achteloosheid
waarin ook wij bestonden
 
in de mooiste woorden
die te vinden zijn
hij had ze graag gelezen
hij wist dat ik ze schrijven zou


pom wolff
 
Goedemorgen Pom
Hier mijn bijdrage aan de enige virtuele.
Mijn vader zou 21 maart 103 zijn geworden! Dit is mijn ode aan hem.
Vanmiddag om 16.00 treed ik trouwens op met The Blank Ark in de Pletterij in Haarlem. Lange Herenvest 112.
Mijn muzikale poëzie op reggae muziek zoals In het groene licht.
Met dichterlijke groet,
Rik



Honderd en drie

Nu ik je nooit meer zie
word je honderd en drie
zing zing in herinnering
lang was jouw leven
levendig tot negen en zeventig

jij mijn lang geleden levensader
weet goed wat je niet beviel
de levenslijn sloop verder in jaren
het levenslied zingt in snaren
papapapa waar ben je
papapapa je bent hier

samen zagen we Johans lob
in tijden van verlaten dromen
op een fiets met houten banden
reed je in oorlogstijd naar de bevrijding
zeven jaar later zag ik het levenslicht
kijkend in de spiegel zie ik jouw gezicht.



Rik van Boeckel
2 april 2022
Eerste versie
Begraafplaats Duinhof. Lisse
21 maart 2022


de glorieuze winnaar van de vorige week – muziek en poetry – gisteren nog in Haarlem te genieten en op deze zondagochtend weer paraat op de site der sites met zijn direct poëzie:
 
Nu ik je nooit meer zie
word je honderd en drie

 
rik spot met alle poëzieregels – zo moet een singersongwriter ook door het leven – de teksten zo brengen dat ze direct het hart ingaan van de toehoorder. en ja dan is papa inderdaad aanwezig:
 
papapapa waar ben je
papapapa je bent hier


nemen we de minder poëtische woorden – levensader – levenslied – levenslicht en levenslijn voor lief.

Goedemorgen nog Pom, 

Mooi thema, mooi gezongen ook in deze versie.
Ja, niet geworden wat een vader wou, hier een poging; dat het ondersneeuwt.
Groet, goed weekend!
Frans



Witwassen


Alsof vader niet anders gewild heeft
dat jij in betere kringen verkeert
waarin je je omhoog hebt gewerkt

een laagje sneeuw prikkelt
de natte neus voor verandering
om van de koude grond niet te spreken

zoals je met gemak gladde wegen
bewandelt als het om witwassen gaat
stap voor stap op een glijdende schaal 

je roeit en roert je slagen in de rondte
staat vierkant achter omtrekkende beweging
van wat het geweten vergeten wil

om zand in de ogen te strooien
van de goedbedoelende vader
gaat een zoon geen koehandel te ver


© FT 02.04.2022


een bijzondere zoon dat mag gezegd – vader had het anders gewild – zoon slaat zijn eigen weg door het leven – de dichter beschrijft een hellend vlak – ellie lust zou spreken over schuin oversteken. de zoon steeds schuiner op de door de dichter beschreven gladde weg.


ik droom mijn vader
op het dak
van ons huis
 
ik droom me naast hem
op het dak van ons huis
dat brandt
 
ha pap
ik sta in vuur en vlam
dat ik mijn dode vader droom
samen op het dak van ons huis dat brandt
 
hé pap
of hij me duwen wil
de vuurzee in
ik droom  me wakker
met een gil
 

januari 2019
Ien Verrips


een toch wel angstige droom op een wat kille zondagochtend in april. dichter bereikt mij niet – ik ben ook geen dromen uitlegger. die vader en waarom al dat vuur – warom nou net deze droom. nee dit verhaal stijgt boven de poëzie uit en drijft in onheilspellende wolken weg van deze lezer.
 
Ha Pom,
De vader centraal, blijft min of meer een held voor mij. Verrassend trouwens  om deze tekst nu eens door een voor mij onbekende zanger te horen zingen.

Mooi weekend,
 Met hartelijke groet,

Anke


 
barstjes
 
gewend aan de mattenklopper
door mijn oma gehanteerd
en met zeven grote broers
kon hij wel tegen een stootje
 
in het schuurtje bij ons thuis
hingen vroeger in een hoekje
de versleten bokshandschoenen
met wel duizend kleine barstjes
 
mijn vader was nooit bang
of ik heb het niet gemerkt
 
van hem mocht ik wel vechten
alleen als het rechtvaardig was 
van mijn moeder niet
‘vijf jaar was genoeg geweest’
 
hij probeerde mij te leren
om ook niet bang te zijn
maar mijn heldenmoed 
vertoont al heel wat barstjes
 
anke labrie
(02-04-2022)


hoe heel persoonlijke notities toch voor meer kunnen staan. deze oma was ook mijn oma. oma limburg hanteerde ook de mattenklopper maar dan richting mij. als ik met mijn neef weer eens als kind iets niet goed had gedaan in haar ogen. maar ze was te langzaam als ze met de mattenklopper op ons joeg waren wij sneller – als ze de strijd had opgegeven – hielden we weer zielsveel van haar en zij van ons. en we wisten wat we niet meer moesten doen. zo werd er blijkbaar vroeger opgevoed. mooi eerbetoon voor vader en dan ook nog die ene indringende regel van moeder: ‘vijf jaar was genoeg geweest’. mooi!

Hij
 
In de avond ging ik naar de Grote Gats om te zien
hoe hij erbij lag, de marmerzwarte glans, twee kanten
die als samen in een dwarsverband, een paar minuten
dat ik er stond een sigaret gerookt, het hoofd omhoog
mij daar een beeld voor ogen brachten, het was een
brommer de Berini waarop hij over het grindpad kwam
alleen, één hand aan het stuur en voet op het pedaal
 
de regenjas die flapperde en wat uit zijn uitlaat walmde
zag ik dat wolken waren, ballonnen in een stripverhaal
o mijn god dacht ik, dat vader hier komt aangereden
de man van tweetakt, van kort gebed en kruisteken
voor het eten, de vaste hand die het vlees sneed
voor jou, zo las ik, heb ik slechts een steen
gelegd op aarde, mijn jongen lief
om op te stappen, weet je niet?
 
02-04-’22 / Cartouche


De straat Grote Gats ligt in de plaats Schinveld, de gemeente Beekdaelen en de provincie Limburg. De Grote Gats omvat één postcode: 6451CN. Er staan 17 adressen geregistreerd in de straat, evenals een zelfde aantal huizen. Het gemiddelde bouwjaar van de huizen in de straat Grote Gats is 1973. Het jongste huis in de straat is gebouwd in 1989. In de straat Grote Gats komt de oudste woning uit het jaar 1959. Met een gemiddelde oppervlakte van 168 vierkante meter zijn de woningen er groot. De grootste woning in de straat is 251 vierkante meter.
dat we het weten! een waardig eerbetoon voor: de beriniman van tweetakt, van kort gebed en kruisteken voor het eten,
weten we waar Cartouche vandaan komt. mijn opa limburg had een kreidler. maar ja dat was dan ook nieuwenhagen – in Schinveld was het leven anders.

Share This:

YVONNE KOENDERMAN – het is vrijdag… vrijen maar: ‘De zachte kringetjes van je tong of toch iets anders?…’



Terwijl binnen de geur van versgebakken brood zich door het huis verspreid, loop ik even het rondje met het hondje. Oude sok die er met zijn onderbeet uit ziet als een woeste Willem, dat in zijn koppie ook nog is, maar soms wel 5 of zes pogingen nodig heeft om op de bank te springen. Het gezang van een merel in de hulstboom en de sneeuw lijken hem jong te maken en eerlijk gezegd werkt dat met zijn bazinnetje hetzelfde, waarschijnlijk alleen maar omdat er een mooi knarsend laagje over het gras en de struiken ligt, maar de stoep en wegen verder schoon zijn. of er is goed gestrooid gisteren en vannacht, of het plaveisel is toch te warm om het witte spul vast te houden.

Hoe dan ook, deze momenteel in haar hoofd jonge blom voelt zich er goed bij, want wandelen was eerder deze week geen optie, zelfs niet met stokken. De dag begint dus mooi, het weekend komt er aan en het is zowaar vrijdag een dag met een naam die naast de mythologische door een ieder zijn eigen invulling mag krijgen. Ik zou zeggen maak er een echte vrij(e) dag van en geniet. Er is nog steeds zoveel moois ook al lijkt het te verzanden in de dagelijkse ellende.

Yvonne Koenderman






Vrijdag


Zachte streling tovert
buiten  gewaagde stralen over een ijskoud bed.
Kippenvel wat laat groeien en hunker momenten die doen verlangen naar smeltende vlokken
op de huid, vol van liefde en hete stormen vol ruw genot.
Pure geilheid die naaktheid op scherp
laat staan in al zijn schoonheid.
Het verschil tussen neuken of de liefde bedrijven,
of de liefde bedrijven om intens te kunnen neuken.
De zachte kringetjes van je tong of toch iets anders?


Kopje koffie op de bank misschien, gevolgd door….
Ja wat? Zeg het maar, het is vrijdag.
De invulling is aan jou…


Yvonne Koenderman

Share This:

lentegeluiden op de pom – JORGE BOLLE: ‘soms vind ik nog een madeliefje,…’ – ANTONY OOMEN: ‘Men flikflooit en flirt, tortelt en sjanst / Bleven wij maar eeuwig jong…’

Jorge Bolle:

Het groentje dat ik blijf in zo veel aardse zaken, vragen die me breken, vragen die je maken. Zonder bloemen staan de meeste stelen ook maar wat te staan en kijkt niemand naar ze om of staan zich te vervelen. Al geeft de kleur in operatiekamers de meeste rust, groen is de kleur van nog nooit gekust of geel en groen van uitgeblust. Al begin ik al te piepen en te kraken, iedere zaterdag probeer ik de bal nog te raken, dan vreet ik het gras op met mijn maten, soms vind ik nog een madeliefje, maar dat heeft niemand in de gaten.
 
Onderwijl de lente
 
De lente voltrekt zich in het park
In de stam van bomen en het landschap 
De hoofden van mens en dier
Ze worden ongedurig jachtig
In het voorjaar moet men paren
 
Men flikflooit en flirt, tortelt en sjanst
Bleven wij maar eeuwig jong
Peinzen de zeven grijsaards
Terwijl zij het dansen gadeslaan
Mochten wij nog maar…
 
Ongeschonden uit de winter komen
Heel van lijf en leden en gemoed
Maar lang geleden al voltrokken seizoenen
Zich zonder hen, terwijl zij van deelnemer 
Outsider werden, toeschouwer
 
Hij kent de wereld liefst uit boeken
Van dromerige parkparcoursen
Vogelvluchtige reflectie
Hersenspinsels, winterweifel
Onderwijl vindt buiten lente plaats
 
© Antony Oomen
30.III/2022
Amsterdam

Share This:

de grote leermeester VON SOLO spreekt: ‘Het gaat over gokken. Gokken is geld inzetten in een spel, waar je van tevoren van weet, dat de kansen tegen je zijn. Je brengt onder de streep enkel geld weg…’



‘Waag gerust een gokje, maar zet jezelf niet op het spel.’ Een mooie slogan van de branchevereniging voor kansspelbedrijven. Zij uiten deze slogan op hun site Speelbewust.nl. Als je daar gaat kijken wandel je een vrolijk, schoon domein binnen, waar alles perfect geregeld is. Van juridische aspecten tot hulpverlening. Het contactformulier brengt je ook direct in digitaal contact met een hulpverlener. Fantastisch toch. Maar waar gaat dit nou eigenlijk over? Het gaat over gokken. Gokken is geld inzetten in een spel, waar je van tevoren van weet, dat de kansen tegen je zijn. Je brengt onder de streep enkel geld weg. Voor niets. In de ijdele hoop, dat men het goed met je voorheeft en je ervoor zal compenseren.
 
Deze week fietste ik door de stad en keek ik op een reclamebord aan tegen de kop van voormalig koning Toto. Hij stelde me grijzend voor op ‘Betcity’ een transfer te doen. Waarschijnlijk van mijn geld, naar zijn rekening. Het valt me op, dat er sinds de pandemie een overdaad aan reclame voor online gokken voorbijkomt. En dat stoort me. In mijn jeugd had ik een vriend die gokverslaafd was. Die jatte alles bij elkaar en dat belandde linea recta in de Random Runner gokkast. Hij heeft er niets aan overgehouden behalve een strafblad en schulden aan het einde van de rit. En natuurlijk was de hulpverlening toen nog niet zo goed geregeld. Maar men zou toch beter moeten weten. Er zijn geloofsovertuigingen waar gokken niet toegestaan is. Dat heeft een reden. Iets met moreel verderf.
 
Mijn vader echter, heeft ooit in een gewaagde bui zijn spaargeld weggezet bij Dexia. Aandelenlease. Dat leek een perfecte kans. Tot ineens al het geld verdampt was en er een restschuld overbleef bij de deelnemers. Eigenlijk had hij gewoon een zak geld leeg gekiept in een fruitautomaat in driedelig maatpak en werd daarna aan de uitgang nog geconfronteerd met een potige portier die zijn hand ophield. Zo werkt dat spel met aandelenconstructies. Sindsdien wordt er braaf vermeld, dat sommige ‘financiële producten’ risico’s met zich mee brengen en u uw inzet kunt kwijtspelen. Financiële producten zijn gewoon ordinaire gokpelletjes. Net als de hele aandelen- en kapitaalmarkten.
 
Ik snap dat mensen soms op zoek zijn naar een spanning en vermaak. Of dat ze op zoek zijn naar een buitenkans. Maar onder de streep geldt, dat als je je uitlevert aan eender welk gokbedrijf, je als kleine mens altijd de melkkoe bent.
 
Dat kleine oranje visje, dat ben je altijd zelf. De grote vis wint altijd.

VON SOLO

DICHTER, COLUMNIST,  PERFORMER EN CINEAST

Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl

Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl 

Share This:

pom wolff: lieve vrienden – toespraak

lieve vrienden

we moeten minder
we moeten liever
met wat minder vlees

liever wat minder meer
lieve vrienden
liever zo

liever ook alleen
lieve vrienden de lieve vrienden
bij de voornamen

liever vladimir maar dan liever
liever roderik dan roop
en sywert toch maar liever niet

pom wolff









Share This: