Merik van der Torren: ‘Ik loop door de vuile regen … mijn sokken zijn nat, waterkoud…’

Ik loop door de vuile regen
in mijn schoenen met gaten

mijn sokken zijn nat,
waterkoud


Hoi Pom,
 
Het is een hele tijd geleden dat ik deze tekst bij Schrijfgroep de Klus schreef. Vriend Loek Razoux Schultz ( die ook niet meer onder ons is )heeft het op muziek gezet en opgenomen in zijn lied-repertoir, groet, Merik



Waterkoud
 
De bomen hebben hun bladeren verloren.
De wind waait door mijn jas,
het is waterkoud.
 
Ik loop door de vuile regen
in mijn schoenen met gaten
mijn sokken zijn nat,
waterkoud
 
langs de Rode Lantaarn
van de dag van het feest,
de dag van de dans,
waterkoud.
 
Ze ging mee met die ander.
Ze liepen weg in de nacht.
Ik zoek mezelf.
Het is waterkoud.
 
Op de bodem van de grachten,
achter het prikbord van de lucht
in het middelpunt der aarde
waterkoud.
 
Ik vind je niet
in het wuivend riet.
Ik vind je niet
onder de kastanjes.
Ik vind je zelfs niet
in de dakgoot.
Ik zie je niet achter het fornuis
en het is waterkoud.
 
Ik blijf lopen, lopen, lopen
in de regen, in de nacht
langs de grachten, in de stegen.
Ik wil je en
het is waterkoud

Merik van der Torren
 
 
 

Share This:

IEN VERRIPS: ‘voorzichtig komt hij aangeslopen duwt zacht tegen de zomer aan…’

voorzichtig komt hij aangeslopen duwt zacht tegen de zomer aan


voorzichtig komt hij aangeslopen
duwt zacht tegen de zomer aan
die plaats moet maken bijna
ongemerkt dit jaar
 
lager zakt de zon die
steeds milder warmte geeft
in weidsheid kleurt de hemel
oranje rood en wit tot
later slierten mist zich nestelen
in sloten over land
de bomen kaal
 
mottig grijs de lucht  en dan de wind
die van zich horen laat
wolken blaast die regen brengen
 hagel soms
onrustig onweer
een druipend halo rond de maan
het oude nieuwe jaar
 als halloween gevierd

Ien Verrips
 okt 2021

Share This:

pom wolff – ach weet je…


ach weet je
je kunt altijd nog iets vaags schrijven
over licht en donker
en dat de grond onder je voeten
weggeslagen lijkt
 
of iets om gehoord te worden
schreeuwen in de nacht
en schaduwen doen het altijd goed
dan meldt zich altijd wel iemand
door je woorden geraakt
 
je weet er zijn miljoenen woorden
maar nog nooit heeft één woord
een geliefde terug gebracht
naar die dag die nooit gedachte dag
die nooit meer
 
 
pom wolff









Share This:

KARIN BEUMKES in mens en melodie op de maandag: ‘ik kocht twee waterpistolen om mijn oude liefde te vermoorden…’

ik kocht twee waterpistolen
om mijn oude liefde te vermoorden
Dear Pom

Ik ben in een chagrijnige bui en weet bij god niet wat ik vandaag zal insturen. Het licht in de kamer is donker, de poezen zijn in winterslaap, het half verpieterde gras wacht tot de permafrost hier ook zal smelten. He getverderrie, wat ben ik somber. Vooruut man, de klompen an en de zuidwester op. Beumkes gaat naar zee, bereid het voor.

Liefs Karin



Schreeuw

Oh malle mussen op het dak
jullie vielen vast voor mij
of wilden die zinderende snavels mij iets zeggen
ren deze zomer uit zo hard je valt

ik kocht twee waterpistolen
om mijn oude liefde te vermoorden
soms wil dat lukken
soms ook niet
de schietpartij is uitgebleven
mijn dode arm werpt weer een nieuwe vlag

morgen komt de zuster vragen of ik wat drinken wil
ik wens een gil in een geel glas
een therapie moet mij genezen
op mijn schoolbord kan ik alles kwijt
ik wens een gil uit een stuk krijt.


Muziek: Tom Waits – Yesterday is here https://youtu.be/6Dnv5L59eSo
Muziek

Share This:

Peter Berger: ‘In haar zongebleekte zomerjurk viert de beukenhaag het leven met het zachte geruis van in goud gestorven gebladerte…’

de in douce france verblijvende Peter Berger schrijft korte stukkies proza – van de week las ik hem voor het eerst en viel meteen van mijn nieuw aangeschafte stoel. ik heb peter uitgenodigd om hier op de site de zondagmiddag – na de zondagochtendwedstrijd – te verrijken met een tekstje. in ieder geval vandaag – een natuurbeschrijving maar wat voor een!

In haar zongebleekte zomerjurk viert de beukenhaag het leven met het zachte geruis van in goud gestorven gebladerte. Ik vind rust in haar eindeloos geschakeerde schittering. Terwijl een zwoele bries het dorre duizendkleurige gewaad tergend langzaam van haar leden scheurt zwiert Eva uitbundig door het avondrood. Kleindochter van Irminsul. Storm is haar minnaar. Eenmaal door hem ontbloot dansen haar kale takken lichtvoetig op het grauwe ritme van ijskoude regen. Het deert haar niet. Zelfs wanneer natte hagelstenen oneindig uit de hemel zouden stuiteren deert het haar niet. Eva is de naaktheid zelve. Je l’aime, elle.

Peter Berger

Share This:

BABAK wint de enige echte virtuele – de dagen van van toen en ooit en hoe onvergankelijk leken ze – ‘soms was de nacht zo wonderschoon..’ trofee op pomgedichten punt nl – CARTOUCHE zilver!

hoewel Cartouche deze week bijna het gouden gedicht geschreven had gaat deze eer toch naar BABAK. dus we omhangen CARTOUCHE met zilver en beleggen de weemoed van BABAK én ook de afwezigheid van moed om een echte asbak te kopen met goud. Van harte! dank aan alle dichters die instuurden. prachtige inzendingen deze week maar Cartouche en Babak verdienen de kroon.je moet het maar durven om te verhalen over de afwezigheid van moed een echte asbak te kopen in een gedicht waar in je wel  een geliefde opvoert aan de tijd. prachtig! GOUD VOOR BABAK! onder de winnende gedichten het commentaar.


Het nu is even relatief als nooit en 
ik begrijp geen van beide  
De nacht is even mooi als de dag en 
ik ben er altijd te laat mee 
Mijn vingers, wijzend naar de hemel 
voelen zich zo klein en ik heb nog altijd niet  
de moed om een echte asbak te kopen   
In het midden van de nacht 
volgde ik je ademhaling als een metronoom  
die houvast bod aan mijn amateuristische hart 
De andere mensjes en hun dingetjes  
vond ik heel even irrelevant  
Maar nu, op deze schitterende nacht 
wil ik nooit aan jou denken  

Babak 


<!
Babak stuurde zijn tekst in om 2.56 uur, ik plaatste het ingezonden werk een kwartiertje later, om 2.15 uur. wonderlijke toestanden in europa, in nederland en op pomgedichten punt nl. de tekst zou ook kunnen gaan over het verdwenen uur in wintertijd.  in de laatste regel zou ik het woordje ‘meer’ willen toevoegen. dat zegt mijn dichterlijk hart.

Maar nu, op deze schitterende nacht 
wil ik nooit meer aan jou denken  

zo moet poëzie ongeveer zijn – dat je niet precies weet waarover de dichter schrijft maar dat toch in elk woord iets van weemoed is gelegd – de dichter begrijpt ook het wat en het  waarom niet – in regel 2 – hoe mooi de nacht ook hoe mooi de dag de moed is nog niet gevonden een echte asbak te kopen- regel 7 – en dan verschijnt de geliefde in de prachtnacht om nooit meer aan te denken. het verdwenen uur wintertijd laat zelfs geen aandenken na.
dichter, geliefde, de prachtnacht – de lezer en en het gedicht zijn in het uur wintertijd verdwenen – in het zwarte gat van de poëzie en de tijd. einstein zou opkijken.
 


Wat valt er meer te zeggen dan dat
ik altijd al hield van zacht en rond, herdersuren
en sturen met tong en vingers zonder dodenlijn
 
het spel spelen, grenzen verleggen blijven
bij het niet enkel met de mond belijden van een
verbond gesloten tussen god in de wolken, jou en mij
geen kloof, geen baarmoederlijke mond te over –
bruggen van toen en ooit naar een als deze
 
nu – die nacht, de zomernacht dat ik dichter
bij de oorsprong kwam, het donker dat afschermt
tegen het meedogenloze dat je geworpen wordt
in de draaikolk van het alfabet – een naam krijgt
waarmee heel een leven wordt opgescheept
 
weet ik mij – met jou opnieuw samen op te lopen
tot ontbloemen en bloeien in de uithoek van je geest
is ons de nacht een leger, de dag niet meer dan ruwe vacht
van klok – naar klepeltijd is dan maar alleen een stap
een kleine sprong, daar zijn geen woorden voor
 
één te mager, één te zuiver op de graat
in alle talen – hoe onvergankelijk ook –
het beter is dat ik verder zwijg
 
31-10-2021
Cartouche


<!
tsja 21 regels – 20 en een titel zal cartouche uitschreeuwen. bij noodzaak mag meer – en hier is sprake van noodzaak – ik zal niet zeuren. scharnierpunt in het gedicht is de passage: ‘die nacht, de zomernacht dat ik dichter bij de oorsprong kwam..’ alle andere regels kleden het gedicht en de geliefden verder aan.
wat valt er meer te zeggen dan… dit een werkelijk prachtig gedicht is! ik kan wel gaan zeuren dat het ook met een strofe minder kan maar dan kleed ik dit gedicht uit en dat moet ik maar eens keertje niet doen. deze volle glorie aan Cartouche gunnen – asjeblieft.
  • Vera van der Horst: we zijn onze naakte lijven…
  • Ien Verrips: toen jij en ik tot wij versmolten
  • Rik van Boeckel: lange haren door het gras
  • Cartouche: Wat valt er meer te zeggen dan dat
  • Babak: In het midden van de nacht volgde ik je ademhaling

wie wint de enige echte virtuele – de dagen van van toen en ooit en hoe onvergankelijk leken ze – ‘soms was de nacht zo wonderschoon..’ trofee op pomgedichten punt nl?

de vervlogen dagen trofee deze week naar aanleiding van de prachtcolumn van VON SOLO donderdag hier in dit theater – over die vervlogen dagen – ik citeer VAN SOLO: “Ik loop langs je oude huis, waar je niet meer woont. Jaren al, woon je er niet meer. Je bent verdwenen in het niets. Vast naar ergens beter. En zo zie ik mezelf door een voorstadje van Aken lopen. Ik weet dat je weg bent, maar ik moet je zoeken, want ik mis je. Je hebt nooit een adres achtergelaten. Ik weet niet eens zeker of je nog wel leeft.”
vervlogen meisjes, vervlogen jongens, vervlogen mensen – you know – deel ze deze week nog één keer met ons lieve dichters – u heeft ze overleefd nu wij nog – u kent de regels:
gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak  – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.


het VON SOLO meisje van weleer




andere handen
die jou strelen
raken mij

 
 
pom wolff
 
 
Je tekening hangt
in mn slaapkamer aan de muur
ik pak hem leg hem naast me neer

volg de lijnen vanaf het papier
teken ik verder naar je hand
die het potlood zacht beweegt
voel ze weer

we zijn onze naakte lijven
werden nooit ouder
keer op keer vlij ik me
naast je


Vera van der Horst


<!
een paar oneffenheden toch – hoe graag ik ze ook niet lees – dat ‘teken ik’ in regel 5 loopt niet – stottert als het ware. en dan aan het einde na de woorden  ‘naast je’ schreeuwt iets om meer om ‘neer’ dus hier. zo zie je hoe een paar oneffenheden een gedicht killen – kapot kunnen maken.

die onbevangenheid van
toen jij en ik tot wij versmolten
vanzelfsprekend voor altijd
zou het zo zijn
nooit zou het anders zijn
er zou nooit een ander zijn
 
okt 2021
Ien Verrips


<!
Ien houdt het kort – en dat valt in haar te prijzen – ik zeur natuurlijk als ik het toch hier TE kort vind allemaal. deze tekst neigt naar een statement te zijn. ik zie een zaal publiek – de spreekster toont deze tekst op en groot scherm en roep uit – roept u maar!
 
er was wel een ander! roep ik op de eerste rij. goed zo meneer wolluf maar ik had graag dat u even een keer uwes bakkus houdt met uwes wijsneus zo op die eerste rij als haantje de voorste. maar mevrouw Ien ik zit hier alleen in het donker – de zaal is verder leeg.
 
als de lampen aan gaan en de voorstelling ten einde blijkt  blijk ik inderdaad alleen in de grote zaal te zitten. door het felle licht verbleken de woorden op het grootscherm – versmelten als het ware in het neonlicht met het neonlicht.
 
ik wilde nog roepen dat ik de regel “toen jij en ik tot wij versmolten” wel een goede regel vind. maar de suppoost geleidde mij al naar de uitgang van het theater. dat u voor 6 regels tekst  de hele reis uit amsterdam heeft ondernomen naar hier is bewonderenswaardig meneer maar dan hoeft u nog niet de boel hier te komen verstoren als de eerst de beste voetbalhooligan blert u de boel bij elkaar – daar zitten ze in de dichtkunst echt niet op te wachten, meneer.  wegwezen nu en wel thuis!
Het verval der jaren


Aan de laan van de puber
ligt het dode hondenlijk
te dansen in het vergeetachtig geheugen


in de tuin wandelen oude zielen
aan jaren van jeugd ontsproten
zij zoeken het verval der jaren


nu dansen de lange haren door het gras
van de voltooid verleden tijd
het verleden een andere onontkoombare
in herinnering verborgen realiteit.


Rik van Boeckel
30 oktober 2021
Porto


<!-
wel een bijzondere Rik van Boeckel deze week – de veelal in zijn dichtwerk flonkerende sterren zijn ten onder gegaan in een hier gememoreerde verleden tijd. een bijzondere eerste strofe – zoveel dansende hondenlijken halen de poëzie nou ook weer niet – maar deze hier danst je tegemoet. ik zal deze strofe nooit meer vergeten – die hond niet, dat lijk niet. poëzie blijkt toch een wonderlijk medium. er wordt gedanst er wordt gewandeld –
 
maar dat die hond nog steeds danst dwars door een vergeetachtig geheugen heen – maakt dit gedicht tot een zeldzame bijzonderheid – herstel: een liggende dode hond danst dwars door een vergeetachtig geheugen – het is een wonder!

Share This:

Yvonne Koenderman: ‘Stout? In de ogen van velen wel, onacceptabel, verkeerd, sletterig, maar o zo lekker om bij tijd en wijlen even van te genieten, onstuimig en intens…’



Vanochtend kwam ik een oud berichtje tegen uit 2009. “Stout” heet het en ik dacht ik schrijf niets nieuws, ik stuur deze inkijk van de andere Yvon. De gewoonlijk vaak nog steeds stille muurbloem op de achtergrond, die zich alleen laat zien of horen als iets haar triggert of ergert. Meestal stormachtigstil, soms onstuimig. De liefde thuis en dat “losbandige”, zout op de huid is een combinatie die me al jaren in balans houd en me zeker ook het laatste jaar in moeilijke tijden veel goeds en moois heeft gegeven.


Stout


Met de dag van gisteren in gedachten zit ik in verhitte bui op de fiets als ik de kinderen naar school breng.


De zwoele wind geeft wat kippenvel, waardoor harde tepels zachtjes langs de stof van mij blouse strijken en ik inwendig kreunend denkend aan ons samenzijn, terwijl ik als brave huismoeder naar school rijd.


Wat is braaf eigenlijk, ben ik minder braaf omdat ik mij zo nu en dan in zijn armen vlei, geniet van zijn naakte huid op de mijne, z’n warme vlees tussen mijn dijen?


Ik doe niets geheimzinnig heb het geluk een erg ruimdenkende partner te hebben die geniet van mijn genot en toch voel ik me soms een beetje stout.


Nu is er niets mis met een beetje stout zijn, het “stout” zijn heeft onze relatie een fantastische oppepper gegeven toen we dreigden te verzanden in de erotische sleur.


Ik heb dan ook nergens spijt van en geniet met volle teugen van mijn uitstapjes, mijn kopjes koffie met wat extra’s op zijn tijd.


Toch  nu fietsend naar school in verhitte bui voel ik mij stout, heb ik het idee dat ik drie keer zo hard straal als anders en dat mijn grote glimlach verraad waar ik in gedachten mee bezig ben.


Dit weekend was ik even bang dat er iets zou veranderen.


De onverwachte confrontatie van twee die je ieder op hun eigen manier liefheb kwam volledig uit de lucht vallen, tijd was te kort om op het juiste moment te reageren en ik onzeker als ik nog steeds kan zijn dacht even als dit het maar niet is, maar uiteindelijk denk ik dat het goed was.


Mijn liefdesleven is een standvastig iets, ondanks dat ik snel verliefd kan zijn hebben we de eerste 24jaar achter ons gelaten……..bijna een kwart eeuw, wat me weer even doet realiseren dat ondanks dat ik me nog steeds 18 voel we toch steeds ouder worden.


24 Jaar lief en leed, mooie, moeilijke en heerlijke geile momenten.


24 jaar waarin we elkaar leerden vrij te laten om dichter bij elkaar te komen.


24 jaar waarvan ik hem nu tien jaar ken.


Tien jaar die met enorme tussenpozen uitgroeiden naar dat wat er nu is en ook al is hij getrouwd en heeft hij een eigen leven net als ik voel ik me ook een beetje van hem, net als dat hij een beetje van mij is zonder hem te claimen.


Stout? In de ogen van velen wel, onacceptabel, verkeerd, sletterig, maar o zo lekker om bij tijd en wijlen even van te genieten, onstuimig en intens.


Dat het nog maar lang moge duren, dit leven leef ik tenslotte maar een keer.




Vanachter sluiers gevolgd
nonchalant afscheid
mixed feelings
teer als krijt op een
schoolbord.
Eenmaal uitgewist
voor het zicht
opgeslagen blauwdruk
van wat zo nu en dan
mag zijn.


Yvonne Koenderman


Share This:

VON SOLO: ‘En kon ik weer zwelgen in onvervuld verlangen. Ja, echte liefde. Ik had geleerd wat het was, door het te missen. …”

Op de radio speelt het nummer ‘Missing’ van Everything but the girl. Het gaat erover, dat ik van de trein stap en een plaatsje in loop. Ik loop langs je oude huis, waar je niet meer woont. Jaren al, woon je er niet meer. Je bent verdwenen in het niets. Vast naar ergens beter. En zo zie ik mezelf door een voorstadje van Aken lopen. Ik weet dat je weg bent, maar ik moet je zoeken, want ik mis je. Je hebt nooit een adres achtergelaten. Ik weet niet eens zeker of je nog wel leeft. Het lied is de soundtrack waarop ik de leegte invul. De waanhoop doorvoel en het gemis. Dat wat me ontvallen is en wat ik misschien wel nooit meer terug zal vinden. Waardoor ik moet blijven zoeken.

En jij was het object van mijn fantasie hierin. Een sterke jonge vrouw, die de wereld wel van haar zwarte kant gezien had. Iemand die alle gevoelens die ik zo goed kende minstens doorleefd zou moeten hebben. Jij, die mij zou begrijpen. Samen zouden we dromen van kraaien. We zouden elkaar fatalistisch liefhebben, omdat het leven gedoemd is. Maar dat ging nu niet. Je had me achter gelaten met niets, behalve onafgemaakte beloften, die ik enkel aan mezelf gemaakt had. Een fantasme, waar jij de rol van reddende en wrakende engel speelde. Mijn film, jij de actrice. Ik de regisseur. In mijn eentje op de set. Volledig op gaand in zijn eigen verhaal.

Tot twee keer toe heb ik je terug gevonden. De eerste keer in de buurt van Bonn en de tweede keer op Mallorca. En altijd was er weer het moment dat alles goed zou komen. En telkens verdween je weer. En kon ik weer zwelgen in onvervuld verlangen. Ja, echte liefde. Ik had geleerd wat het was, door het te missen. Dat maakte ik tenminste mezelf wijs. En elke keer als ik het nummer ‘Missing’ hoorde, kon ik deze gevoelens weer oproepen. Een open einde, opdat het nooit tot een slotsom zou hoeven komen. Om de ruimte te kunnen houden om altijd te kunnen zeggen, dat alles wat ik gevoeld moet hebben, echt is geweest.

Dat we mijlen uit elkaar gelegen hebben, is meer dan alleen geografisch geweest. Dat moet de slotsom zijn. Maar dat duw ik nog heel even voor me uit, tot het einde van het nummer.

VON SOLO

DICHTER, COLUMNIST,  PERFORMER EN CINEAST

Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl

Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl 

Share This:

Merik van der Torren in BAR BAUT


Hoi Pom,
 Bijna iedere avond, als ik met Betty een rondje loop, drink ik een biertje bij de bar op de hoek, Bar Baut. Betty wordt daar altijd flink in de watten gelegd met hondensnoepjes. Vorige week werd mij gevraagd of ik een gedicht wilde schrijven voor Bar Baut. Dat is dit geworden, in de bijlage, groet, Merik



Bar Baut

In de steenwoestijn bereik je dorstig de oase.
 
De troubadour zingt er zijn lied voor
druiventrossen,
wuivend graan,
je mooie ogen.
 
Bitterballen zwemmen je mond in en
verrukkelijke bouillabaisse,
 
het wonder waar we op wachtten
 
de hippe swingende Bar Baut.
 
 
22 oktober 2021

Merik van der Torren

Share This:

IEN VERRIPS gunt de buren ook wat

na enige omzwervingen is ook IEN weer thuis. parijs kan weer rustig slapen – IEN is terug in het haar vertrouwde noordholland – de buren ook weer tevreden. op FB zien we de foto’s IEN in parijs. restaurants, drank en eten: een en al uitbundigheid. het houdt niet op, het kan niet op. nou ja we zullen het ermee moeten doen. gelukkig is ze weerom gekeerd en kunnen we op pomgedichten punt nl genieten van haar poëtische bijdragen.



slecht nieuws
 
het kan niet waar zijn
toch is het zo
het zal je maar gebeuren
garantie geeft het leven niet
liever
niet zo
niet nu
niet bij mij
als het dan toch moet
dan liever bij de buren


Ien Verrips

Share This: