Toen ik in de jaren tachtig van de vorige eeuw op de middelbare school zat, was de film ‘Basic Instinct’ een groot succes. Wat vooral besproken werd, was het moment dat Sharon Stone haar benen over elkaar slaat en je naar schijnt een glimp kon opvangen van haar poes. In die tijd kon je dat nog niet eindeloos terugspoelen en nakijken op internet, dus je moest dat dan maar geloven of de film op video bemachtigen en met terug en vooruit spoelen proberen het moment te vangen. Het was een mooie tijd waarin er nerds en geeks waren, die hier ook echt de tijd voor namen. Bij gesprekken hierover kwam dan ook ter sprake, dat in Amerika in de bioscoop, Coca Cola kleine snijbeelden in films liet stoppen van een glas cola, zodat je dan in de pauze snel een flesje cola ging halen. Verborgen boodschappen. Dat klonk in het begin als een soort samenzwering, maar bleek later gewoon echt het geval te zijn. Het werd onderzocht en het werkte. Later met televisie was dat niet meer nodig. Je kon gewoon elk kwartier een reclameblok voor eten en drinken voorbij laten komen en iedereen benutte het moment om naar de koelkast te rennen. Internet heeft dit allemaal nog makkelijker gemaakt. Algoritmes zoeken je voorkeuren uit en presenteren je via alle mogelijkheden te pas en te onpas wat je wil zien, horen of voelen. ‘Surveillance capitalism’ noemen ze dat in turbotaal.
Het voordeel is, dat je nog altijd een keuze hebt om je er aan te onttrekken. Je hoeft geen televisie te kijken. Je hoeft niet naar de bioscoop. Je slimme device hoef je ook niet uit je zak te halen. Op straat kun je wegkijken van de modulerende reclameborden van JCDecaux. Je hoeft het je niet te laten overkomen. Maar het valt niet mee, als je er niet als een kwezel bij wil lopen, afgesloten van de wereld. Nu ben ik echter niet afgesloten van de wereld als ik zonder telefoon door een park loop. De geluiden van de omgeving, de geur van de flora en fauna en de bewegende en stilstaande beelden dringen tot mijn zintuigen door, maar dringen zich niet op. Mijn gevoel doet ermee wat het wil. Zelf veins ik invloed, terwijl ik me eraan overgeef.
Als ik thuiskom zie ik mijn zoon aan tafel zitten met zijn airpods in. Kleine tandborsteltjes, die hem draadloos in verbinding stellen met zijn slimme apparaat. Hij speelt spelletjes mijn zijn vrienden en kijkt soms eindeloos filmpjes. Hoewel ik niet weet of je de twee seconden durende indrukken echt filmpjes kan noemen. Een soort digitaal Skihut vermaak. Informatie Skittles en Pringles. Hij wordt continu gevoed met ingefluisterde informatie impulsen. Voor mij is het onmogelijk de hoeveelheid data die hij binnenkrijgt via zijn ogen en oren te monitoren. Hij merkt niet dat ik de keuken binnengekomen ben. Ik bekijk hem een seconde of tien. De hond komt kwispelend op me af. Ik zeg mijn zoon goedemiddag. Ik zeg het nog een keer, wat luider deze keer en zie mijn zoon opschrikken uit zijn trance. Waarin hij prompt weer terugvalt. Ik aai de hond over z’n koppie en fluister dat hij een gezegend wezentje is. Hij spitst zijn oortjes en kijkt me verwachtingsvol aan. Hij begrijpt het waarschijnlijk niet, maar dat is niet erg. We delen een onbewaakt ogenblik.
VON SOLO DICHTER, COLUMNIST, PERFORMER EN CINEAST Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl
Wanneer het zover is dan is het al te laat dan is het wat niemand wil waar iedereen aan mee doet dat is dan slechte politiek en dat is oorlog aangemeten macht zonder reserves dan is het wij of alles naar de klote dan is ’t wat iedereen al wist: de wereld is in handen van idioten
Misschien weet je dat ik sprookjes schrijf, ook in dit gedichtje zit een sprookje, een beetje een eng sprookje. Genoeg om de mensen wakker te laten worden met het idee, ons kan niets gebeuren maar je voelt het wel. Dus dan maar dit gedrochtje op de septembermaanddag.
Liefs, Karin.
Geruchten
Ze houdt van knoflook, zegt ze het is bijna volle maan, hapert ze er zwerft een leegzuiger aan onze deur de honden zijn erg onrustig.
Ik weet het en ik voel het ook, ik spreek mijn woorden waakzaam uit. Niemand kan er nog de vinger opleggen en niemand deelt het samen.
Gisteren heb ik een aantal bijbels gekocht de Openbaringen zweven als tafels om ons heen zou het nog goed komen fluistert de dominee.
De leegzuiger aan de deur heeft rare tanden en een koor van negen krolse katers in zijn stem ook piept de ijzeren poort vrij ernstig.
We worden des nachts vele malen opgebeld en het is altijd drie uur in de vroege ochtend. Dove Willem kwam er gisteren mee van zolder ik heb het relikwie nog nimmer gezien.
Zij ook niet fluistert ze, en doodsbang kleven wij met chocoladepasta aan elkaar.
we moeten deze week Cristian Pielich feliciteren met goud – hij bracht de weemoed tot aan de rafelranden van de liefde – heel persoonlijk en toch heel algemeen gehouden – het verlangen ook. voor de lezer invoelbaar en voor de dierbaren ook. dat evenwicht zochten we deze week – Cristian wist het evenwicht tot op een milimeter nauwkeurig te vinden. prachtig. lees het commentaar onder de gedichten hier. dan leest u in de waardering dat Cartouche ook met eremetaal dient te worden behangen: zilver. voor de teruggebrachte versie van het gedicht van Anke Labrie – zonder uitwerkingen blinkt het brons. dank aan alle dichters die inzonden – een van harte voor de winnaars van het virtuele goud, zilver en brons.
Cristian Pielich
prachtig subtiel gehouden weemoed – de opdracht van de enige echte virtuele zondagochtendwedstrijd luidde: ach als we maar ergens – al is het in een hoekje – de liefde kunnen proeven – in het gedicht heerst / laat de dichter de stilte en de leegte heersen – en echt stil is het als de geliefde die strelende handen die altijd van haar/hem hielden niet meer zal horen. mogen we als lezer begrijpen. alle romantische elementen zijn aanwezig – het is een gedicht met ietwat bittere weemoed, er is nacht, er is muziek en eigenlijk is er niets meer – alleen de ik persoon in zijn alleenheid – de dichter.de romanticus.
Kijk eens aan
het blauwe engelvest, dat achterbleef en ik zorgvuldig om mijn schouders schik een badhanddoek – rood dat rondslingert ik voorzichtig in handen neem, haar licht- vochtige geur – hartnoot van amandel – die opstijgt naar mijn neus en hoofd bijna te boven gaat en ik die haar met gespreide vleugels inhaleer
de ruwzachte rand naar mijn lip en huid beweeg die begint te gloeien tot een gezicht uit duizenden dat zich dagtekent in de waseming van glas dat alsmaar helder voller wordt condenseert tot ogenblik als ik voor de spiegel sta en zie hoe alles jou ademt
tijd en ruimte opgaat in elkaar
01-10-2022 / Cartouche
prachtige regels met – niet hier en daar zoals de uitnodiging luidde – maar met scheuten liefde – het is alsof de ik persoon er geen genoeg van krijgen kan – van de geliefde – hij ‘vreet’ bijna haar handdoek ook nog op – het gedicht is een eerbetoon aan de liefde/ aan de geliefde en lijkt in een ruk geschreven. in een ademstoot. maar ergens heb ik toch ook het idee dat hier niet een geliefde maar iets van geliefd eten en of drinken het onderwerp is. wellicht is het een het gevolg van het ander. met dichters weet je het nooit. het is ook te laat nu om logisch na te denken.
woorden laten zich niet dwingen wringen zich in vreemde bochten om het wonder te beschrijven dat van alle mensen jij en ik
juist jij en ik
dat ik tussen zoveel mensen je nog steeds ineens weer zie in de manier van lopen of een lach dat gekke petje dat je altijd droeg op het hoofd nu van een ander
maar toch blijft het voor mij jij want in alles wil ik jou zien
anke labrie (oktober 2022)
het wonder van jij & ik – heel mooi gezegd. hoe kort het gedicht ook is ik denk toch dat voor de buitenstaander er een paar particuliere regels teveel aan zijn – dat petje bijvoorbeeld. eigenlijk kan de hele invulling wel weg – hou je een kleinood over. voor iedereen geldend:
om het wonder te beschrijven dat van alle mensen jij en ik
juist jij en ik
dat ik tussen zoveel mensen je nog steeds ineens weer zie
Cristian Pielich: nu is het pas echt stil
Frans Terken: ik lees je in de witregels
Ien Verrips: de weg die ik zocht bleek de weg naar jou
Rik van Boeckel: wij zijn samen een en twee
Vera van der Horst: elk liefdesgedicht ben jij
Geraldine Bankcaenen: Maar je gaat niet weg
Jako Fennek: nu bestaat geen twijfel meer
Anke Labrie: woorden laten zich niet dwingen
Cartouche: hoe alles jou ademt
wie wint de enige echte virtuele ‘Ik zie je in alles’ – naar een regel van Virginia Woolf – trofee op pomgedichten punt nl? ach als we maar ergens – al is het in een hoekje – de liefde kunnen proeven – zo luidt de uitnodiging aan de dichters – u kent de regels: gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.
‘LAAT HET VAN DE LIEFDE ZIJN’ – Tentoonstelling Love stories bezocht in de Hermitage – 020 – die gelezen prachtregel van Virginia Woolf (Night and Day) – zal deze week de bron van inspiratie moeten zijn voor de enige echte virtuele zondagochtendwedstrijd op pomgedichten punt nl:
‘Ik zie je in alles: in de sterren, in de rivier; jij bent alles wat er is, de realiteit van alles’
laat het van de liefde zijn
voel je dijen warm weer mijn rug licht mijn hoofd
op jouw borsten liggen woorden van me vind ze terug
je laat je niet meer zoenen kan het van de liefde zijn ik geloof wel dat het van de liefde is
van bloemen die verschillen in een vaas
pom wolff
In alle woorden
Het maakt het niet lichter onze liefde zo zonder jou de warmte die je uitstraalde hangt als een jas om het lijf
je schijnt overal doorheen alsof er in missen nog licht zit jij in de kring van de lamp boven tafel je geur opstijgend uit de plaid op de bank
je licht op in de afdruk in het kussen ik lees je in de witregels in dit gedicht voel je hand wrijvend over mijn rug als we de regen trotseerden
tot in de kleinste druppel zie ik je glinstering in alle woorden weet ik je bij me hoor ik het kloppen van het hart
duidelijker kan de afwezigheid van wie zo lief – van – een geliefde niet verwoord. dat maakt het gedicht wel heel persoonlijk en ook wel pijnlijk. twee regels springen er wat mij betreft uit:
‘alsof er in missen nog licht zit’ – en – ‘ik lees je in de witregels in dit gedicht’-
en zie daar het wonder van de poëzie – de pijn komt harder en directer aan bij de lezer bij de twee genoemde meer indirecte regels. je zou twee gedichten kunnen schrijven – voor de familie of bij een herdenking de regels die precies de pijn verwoorden – voor de lezer die verder weg staat meer van de regels waarin indirect pijn wordt verwoord.
als een blinde verdwaald zonder te weten tot ik jou zag door jou gezien nergens meer zag ik je niet de weg die ik zocht bleek de weg naar jou naar huis behalve in mijn dromen waar ik je zoek maar nooit kan ik je vinden totdat ik wakker word dan zie ik dat je naast me ligt
Ien Verrips okt 2022
de volgende twee regels vind ik het sterkst: nergens meer zag ik je niet de weg die ik zocht bleek de weg naar jou
en eigenlijk verdienen deze regels tussen betere regels te staan. de andere regels zijn me net ‘te gezocht’ – net te veel bij elkaar geharkt. nouja die indruk maken ze op mij. de geciteerde regels zijn natuurlijk wel echte wereldregels – een geweldig begin van een gedicht dat nog geschreven moet.
Als je nu moet gaan
De zomer proeft het fruit de vlinders
In de tuin de zomertent waar jij als een belangrijk gezant ligt afscheid te nemen.
Als je gaat dan leunen we op de vroege dagen.
Maar je gaat niet weg, onze liefde Blijft hier wonen.
Oude voetstappen rond het huis. Je zit op het stuur van mijn fiets als ik een drukke straat oversteek.
En de rozen voor de vensters om je Afscheid uit te luiden.
Geraldine Bankcaenen.
het zijn impressies – zeer leesbare impressies maar het persoonlijke karakter is ook evident aanwezig. de opmerking ‘een belangrijk gezant’ begrijp ik niet zo goed. na de gezant raak ik eerlijk gezegd een beetje de weg kwijt in dit gedicht. je gaat, je gaat niet, voetstappen lees ik en ook iets met een fiets. rozen drukke straat – nee te onduidelijk voor mij.
De eerzame weg van liefde
Voorspoed dwaalt niet af van de eerzame weg van liefde regenboog wordt hoog en kleurrijk
een gebed zonder horizon van tijd preekt komende wensen van geluk jij roept mij op weldadig te zijn
pakt mijn hand voor de eerste keer dansend en dromend daar en hier een swingende stroom van liefdesvertier
wij zijn samen een en twee is een feit zo waar we zijn er voor elkaar ik schrijf met hart en ziel dit lied voor jou.
Rik van Boeckel 1 oktober 2022
op de eerzame weg raak ik de weg kwijt. de dichters zullen wel opmerken die wolluf is van het padje maar dit gedicht helpt niet echt mee wolluf weer op het padje te brengen. op de laatste strofe na! – met die ene geweldige wereldregel: ‘wij zijn samen een en twee’ ook hier stel ik voor met deze regel een nieuw en meer helder gedicht te schrijven.
onvermijdbaar
ik hoopte vurig je nooit meer terug te zien
tot je in anderen weer te voorschijn kwam hun lichte jurkjes hun oogopslag, de bloemen voor hun moeder
nu bestaat geen twijfel meer ik zal je in allen blijven zien steeds in stukjes
jako fennek
ik begrijp wat Jako wil zeggen – de gedachte is ok – maar de uitwerking is ronduit lelijk – twee regels voldoen niet aan mijn norm van schoonheid – ik vind de volgende regels gewoon niet mooi:
je in anderen weer te voorschijn kwam ik zal je in allen blijven zien
nee dit kan beter.
Wat heb je mooie dingen
je hoofd ligt op mijn schouder alsof het mij hoort streel ik je gedachten
laat het van de liefde zijn het mag nog dichter nog dichter bij elk liefdesgedicht ben jij
en dat stukje lip dat per ongeluk op mijn mond belandde, bewaar ik
ook als je weg bent ben je niet weggeweest
Vera van der Horst –
ook hier weer een wereldregel – helaas maar één! (ik laat mn eigen regel maar even onbesproken: ‘laat het van de liefde zijn’) –
‘elk liefdesgedicht ben jij’ –
een regel die heel veel gedichten overbodig maakt of onder zich rangschikt en ordent. die andere regels met dat hoofd en dat stukkie lip – nou nee – ik geloof niet dat veel lezers op die beelden zitten te wachten. ik in ieder geval niet.
Vera wilde het volgende met ons nog delen:
Mooie tekst
Luister naar me Écoutez moi
Ik de half-zanger Moi la chanteuse à demi
praat over mij Parlez de moi
Aan je liefdes, aan je vrienden À vos amours, à vos amis
Vertel ze over dat meisje met zwarte ogen en haar gekke droom Parler leur de cette fille aux yeux noirs et de son rêve fou
Wat ik wil is verhalen schrijven die jou bereiken Moi c’que j’veux c’est écrire des histoires qui arrivent jusqu’à vous
Dat is alles C’est tout
Dat is, dat is, dat is wie ik ben Voilà, voilà, voilà, voilà qui je suis
Hier ben ik, zelfs als ik naakt ben, ben ik bang, ja Me voilà même si mise à nue j’ai peur, oui
Hier ben ik in het lawaai en in de stilte Me voilà dans le bruit et dans le silence
Kijk naar mij, of in ieder geval wat er van over is Regardez moi, ou du moins ce qu’il en reste
Kijk naar mij, voordat ik mezelf haat Regardez moi, avant que je me déteste
Wat moet ik je vertellen dat de lippen van een ander je niet vertellen? Quoi vous dire, que les lèvres d’une autre ne vous diront pas
Het is een klein ding, maar ik heb alles wat ik heb, ik zet het daar, hier is het C’est peu de chose mais moi tout ce que j’ai je le dépose là, voilà
Dat is, dat is, dat is wie ik ben Voilà, voilà, voilà, voilà qui je suis
Hier ben ik, zelfs als het is blootgesteld, is het voorbij Me voilà même si mise à nue c’est fini
Het is mijn mond, het is mijn huil, hier ben ik te slecht C’est ma gueule c’est mon cri, me voilà tant pis
Ik, mijn droom, mijn verlangen, hoe ik eraan sterf, hoe ik erom lach Moi mon rêve mon envie, comme j’en crève comme j’en ris
Hier ben ik in het lawaai en in de stilte Me voilà dans le bruit et dans le silence
Ga niet, ik smeek je, blijf lang Ne partez pas, j’vous en supplie restez longtemps
Het kan me niet redden, nee Ça m’sauvera peut-être pas, non
Maar doe het zonder jou, ik weet niet hoe Mais faire sans vous j’sais pas comment
Hou van me zoals je van een vriend houdt die voor altijd weg is Aimez moi comme on aime un ami qui s’en va pour toujours
Ik wil dat mensen van me houden omdat ik niet echt weet hoe ik van mijn contouren moet houden J’veux qu’on m’aime parce que moi je sais pas bien aimer mes contours
Dat is, dat is, dat is wie ik ben Voilà, voilà, voilà, voilà qui je suis
Hier ben ik, zelfs als het is blootgesteld, is het voorbij Me voilà même si mise à nue c’est fini
Hier ben ik in het lawaai en ook in de woede Me voilà dans le bruit et dans la fureur aussi
Kijk eindelijk naar mij en mijn ogen en mijn handen Regardez moi enfin et mes yeux et mes mains
Alles wat ik heb is hier, het is mijn mond, het is mijn kreet Tout c’que j’ai est ici, c’est ma gueule c’est mon cri
Hier ben ik, hier ben ik, hier ben ik Me voilà, me voilà, me voilà
bij nader inzien kies ik er toch voor om de derde regel te laten zoals deze in eerste opzet geschreven werd – gelet op de hoge mate van geschiftheid – verdient deze versie: ‘we dronken kalfjes’ echt de voorkeur boven de mooie maar minder geschifte variant aangedragen door Peter Berger: ‘we dronken als kalfjes’.
pom wolff voltooit de triologie grootscholten ook wel in de volksmond de triologie ‘geschifte gedichten’ genoemd – de triologie grootscholten dient nog te worden voltooid – de triologie ‘geschifte gedichten’ zoals de zuidhollandse dichter grootscholten heeft gemeend om mijn gedichten te moeten kwalificeren. hij liet deze kwalificatie zich een keer ontvallen laat ik het zo zeggen. ik kan er goed mee leven. 1 er lagen trage schepen stil net voor de einder we dronken kalfjes schonken melk in volle liters
ik riep wat een water allemaal waar heb ik dat nou aan verdiend en wat een melk ook zo ver van huis
ik groette alle aanwezigen als jullie dit het einde vinden prima hoor
ik ga er vandoor ik moet nog schrijven kloppende gedichten schrijven
pom wolff
2 eenmaal thuis aan lager wal weer geef mij zee melk en water
wat een mensen ik ben voor koeien klei en brood
tegen dijken tegen straten geef mij water heel veel water
in de verte trage schepen net voor de einder – kijk ze varen zie ze gaan
zie ze vliegen nooit gekregen wat ik altijd heb gewild
pom wolff 3 ik zie de slepend trage schepen in de wallen van haar ogen zelfs de koffie dronk ze zoals jij je had hetzelfde leren jasje kunnen dragen
als ze de ochtend in beweegt valt de dood weer in het huis pom wolff
Nederland is het land met de meeste Tesla’s per hoofd van de bevolking. Het land met één van de hoogste bruto nationaal producten ter wereld. In Nederland wonen de meeste nationaliteiten en etniciteiten ter wereld in goede harmonie samen. Nergens ter wereld kun je ongeveer alles regelen met een digitale app van de overheid op je slimme device, maar in Nederland wel. Je kunt zelfs een heleboel dingen al bijna niet meer regelen zonder een smartphone, zo goed is het geregeld hier. Door de markt zijn gang te laten gaan, hebben wij gemiddeld de grootste klassen en toch de hoogste onderwijsresultaten en de minste ziekenhuisbedden per hoofd van de bevolking en toch de beste zorg van bijna heel Europa en de Wereld. Daarom zijn we ook de meest trouwe discipel binnen de Europese Unie. Je mag hier LHBTGQXZ+ en woke zijn en dan is de kans dat je op de Grachtengordel van 020 iets overkomt minimaal. Met kop en schouders boven de rest van de wereld uit torenen zonder het hoofd boven het maaiveld uit te steken. Waar een klein land groot in kan zijn. Bescheidenheid. We zijn zo lekker gewoon gebleven met onze VOC-mentaliteit.
‘Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg. Als je voor een dubbeltje geboren bent, wordt je nooit een kwartje. Je moet gewoon onderaan de ladder beginnen.’ Veel Nederlandser krijg je het niet. Het zijn voorbeelden voor de wereld. Het zijn echter allemaal uitspraken, waar ik vanaf mijn prille jeugd niet in geloofde. Het zijn namelijk leugens. Heel Nederland is een leugen. Het is namelijk een reclamespotje. Onze trotse natie is een marketing instrument. Laten we de uitspraken stuk voor stuk eens ontleden. Doe maar gewoon. Kortom, wijk niet af. Je bent voor een dubbeltje geboren, dus maak je niet de illusie ooit met de Euro clan mee te mogen doen. En de ladder, dat is het keukentrapje dat we je aanreiken. Echte mannen nemen de lift. Het zijn allemaal uitspraken om het volk braaf en gezapig te houden.
Intussen heeft zich een staatsapparaat opgetrokken waar Stalin zijn vingers bij zou aflikken. Je kunt niets officieels meer regelen zonder dat via een digitale app met drieweg identificatie te doen. Je locatie is binnen de stedelijke gebieden op elk moment te volgen. Met niet traceerbaar contant geld betalen wordt langzaam steeds onmogelijker. Elke grote stad beschikt over een groot contingent toezicht-hiwi’s annex para-politionelen die nu ook langzaam onder de ‘verdedigingswapenen’ mogen. Dit leidt alles wonderwijl niet tot Noord Koreaanse toestanden, omdat we ons aan de stelregels van de Nederlandse bescheidenheid houden. Maar het is als Staat wel fijn om achter de hand te hebben, voor het geval dat. Je kan de toekomst maar beter een stap voor zijn.
Nederland is binnen de Europese Unie en de westerse wereld verworden tot de ‘flagship store’ van het totalitair neo-kapitalisme. Alleen fossielen als Baudet ageren er nog enigszins tegen onder de verkeerde voorwendselen. En hij krijgt dan ook net voldoende tijd zichzelf hierin publiekelijk belachelijk te maken, zodat andere critici wel twee keer na zullen denken voor ze met hun mening op de proppen komen. Het is politiek gezien in dit land niet meer de vraag wie mijn vrienden zijn. De vraag die rest is wie de vijanden zijn, die ik nog het meest graag heb. Waar kapitalisme en communisme, fascisme en socialisme, markt en overheid, oud en nieuw geld, democratie en algoritmes elkaar gevonden hebben in een perverse dodendans, is die keuze eigenlijk al niet eens een keuze meer. Het is je lot af te wachten. Daartoe dwingen de omstandigheden je wel, of je kiest er vrijwillig voor.
En ik weet het. Ik mag niet klagen vanuit mijn riante woonstede, met mijn vaste baan en nooit geen ellende gekend. Ik moet maar gewoon mijn smoel houden, want anders pas ik niet meer in het plaatje en mag ik blij zijn, dat we niet in Rusland wonen, want daar was ik al lang de kelder van het Lubyanka in verdwenen. Ik snap het gewoon niet. Dus bij deze. Al het bovenstaande is subversieve onzin, geschreven door een semi-intellectueel die denkt, dat hij door geschiedenis boeken te lezen en daar over na te denken, een mening kan vormen over de immens veel grotere complexiteit van de wereld om zich heen. Dat terwijl het nieuws en de politiek toch geen enkele twijfel laat bestaan over de Waarheid. Ik distantieer me dan bij deze ook van mijn eigen geschreven tekst en ben zelfs bereid een verklaring te ondertekenen die dit onderschrijft.
Vergis u niet. Ik pas nog in mijn tijd. Het is pas de volgende generatie, die de eerste generatie wordt sinds de grote oorlogen, die het niet zo goed gaat krijgen als de mijne.
VON SOLO DICHTER, COLUMNIST, PERFORMER EN CINEAST Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl
Een tijd geleden hoorde ik op de radio een Frans lied “La lune paresseuse” oftewel “Luie maan”. Dat leek me een mooi thema voor een tekst. Bij deze. Voor pomgedichten, groet, Merik
Luie maan
Je hangt zo’n beetje geel aan de hemel, je bent- geloof je – best wel vol. Je straalt over velden met bloemen, bloeiende kastanjes en perenbomen in de nacht je licht.
Ik laat me languit vallen en door je strelen, luie maan, tot de ochtend in komt breken en de kleine kabouter met puntmuts, die een pijpje rookt en zegt: “ het is fantastisch wandelweer ! “